Guinness en oesters…

Ik ben gek op Guinness en ik ben gek op oesters. Men verzekert mij dat het een moordcombinatie is. Op diverse plaatsen in de wereld worden er zelfs hele festivals aan die combinatie gewijd. Ik vond dat ik het zo onderhand zelf maar eens moest ervaren.

Enfin, doe mijn oesters maar met een mooie witte wijn. De Guinness drink ik later op de avond wel…

Pastasaus op basis van witvis en tomaten…

spaghetti tonijn

De hele week al had ik zin in vis. Maar om een of andere reden (om duizend redenen) kwam het er maar niet van. Uiteindelijk stelde Ellen een pastaschotel voor. Die zou dan zus-en-zo moeten… Ik zag er wel wat in, maar dan meer zo-en-zo. Het werd dan ook compromis-koken, een rare maar leerzame bezigheid. Enfin, uiteindelijk was ieder tevreden, een paar opmerkingen over textuur en finale afwerking daargelaten. Als hoofdgerecht zou het recept voor drie, wellicht vier personen kunnen voldoen.

  • 350 gram file van witvis,
  • 1 uitje,
  • 2 tenen knoflook,
  • 400 gram tomatenpulp,
  • flinke hand grof gehakte rucola,
  • flinke scheut droge witte wijn,
  • oregano,
  • verse peterselie,
  • peper en zout uit de molen,
  • olijfolie.

Snipper het uitje en de knoflook fijn en fruit ze in de olijfolie. Laat ze mooi glazig worden en blus dan af met de witte wijn. Voeg de tomatenpulp toe en kruid met oregano. Doe nu de in kleine blokjes gesneden vis erbij en laat het geheel op een rustig vuutje een half uur stoven. Doe er halfweg de stooftijd de grof gehakte rucola bij en de helft van de gehakte peterselie. De saus is uiteindelijk klaar wanneer de stukjes vis uit elkaar vallen. Kook spaghetti naar behoefte gaar en stort die dan in de pan met saus. Even omscheppen en afwerken met de rest van de peterselie. Je gerecht kan op tafel.

Ik had teveel saus, dus ik heb ervan afgezien om de pasta door de saus te scheppen, ik stortte de saus óp de pasta.

Erbij aten we een salade van rucola en ei en we dronken een muskadet uit de Loire. Espresso toe.

© paul

 

Gestoofde drumsticks met eier-citroensaus…

Kip she says, so Kip it’ll be!”

Nu waren we door onze voorraad biologische kippetjes heen, maar ik vond in de plaatselijke super nog een paar onderbillen van onbesproken gedrag. Gelukkig maar…

Ik volgde in grote lijnen een beproefd recept van Ellen. Het gerecht volstaat voor twee personen.

  • 4 drumsticks,
  • 2 teentjes knoflook,
  • boter,
  • 125 ml bouillon,
  • 125 ml witte wijn,
  • peper en zout uit de molen,
  • 2 eierdooiers,
  • 4 eetlepels citroensap,
  • peterselie.

Bestrooi de drumsticks met peper en zout uit de molen en laat ze in de boter mooi bruin worden. Laat de gesnipperde knoflook even meebakken. Voeg de witte wijn toe en de bouillon en doe het deksel op de pan. Laat op een niet te hoog vuur de drumsticks gaar worden. In de loop van de gaartijd kan het deksel wat schuin op de pan worden gelegd zodat het stoofvocht inkookt tot een bijna stroperige vloeistof.

Wanneer de poten gaar zijn neem je ze uit de pan en houd ze warm. Wanneer je vloeistof nog niet de juiste consistentie heeft kun je die nog even verder inkoken op hoog vuur. Schraap intussen met een houten lepel de aanbaksels van de bodem van de pan. Dat is allemaal puur smaak, je saus wordt er alleen maar beter van.

Klop de dooiers en meng er het citroensap door. Haal de pan van het vuur en meng het eie-citroenmengsel door de vloeistof. Flink roeren tot er binding ontstaat. Een klein handje peterselie doormengen en je saus is klaar.

Leg de (warme) drumsticks op een voorverwarmde schaal en giet er de saus over. Besprenkel met wat peterselie en het gercht kan op tafel.

We aten er pasta bij en broccoli.

 

Sucadelapjes met paddenstoelen…

Het was me vorige week weer prima bevallen, dat langzaam garen. Ik besloot dan ook afgelopen zondag het kunstje nog eens toe te passen, nu met sucadelapjes en paddenstoelen. Het recept voldoet voor vier personen.

  • 4 sucadelappen (600 gram),
  • 250 gram kastanjechampignons,
  • 2 sjalotjes,
  • 2 tenen knoflook,
  • blaadje laurier,
  • peper en zout uit de molen,
  • olijfolie,
  • bouillon,
  • rode wijn.

Snijd de sucadelappen door de helft. Verhit olijfolie in een zware pan met deksel. Wrijf het vlees in met peper en zout en bak alle stukken aan beide kanten mooi bruin. Haal het vlees dan uit de pan, maar houd het warm. Bak nu in de pan de gesnipperde sjalotjes en de grof gehakte knoflook tot alles mooi glazig ziet. Voeg dan de gesneden champignons toe. Gebruik eventueel nog wat extra olie. Doe het laurierblad erbij en laat de paddenstoelen een minuut of vijf smoren op een middelhoog vuur. Leg nu het vlees terug in de pan, op de paddenstoelenbodem, en voeg gelijke delen rode wijn en bouillon toe totdat het vlees goeddeels onder staat. Zet vervolgens de pan in een op 150 graden voorverwarmde oven en laat het gerecht een goede twee uur garen. Kijk af en toe even of er nog voldoende vocht in de pan zit en vul eventueel wat aan (water, wijn, bouillon, wat je wilt). De bedoeling is dat je uiteindelijk botermals vlees in een ingedikte paddenstoelensaus overhoudt. (Ik gebruikte overigens vlees van het angusrund.)

We aten er witlof bij en aardappelpuree. En we dronken een prachtige Barolo. Esprersso en een stukje chocolade toe.

© paul

 

Van Engelse roos en wondroos…

Kijk ik nu naar buiten dan zie ik slechts een paar fludders aan de struiken. Nog maar een goede week geleden prijkten er op die plaats een paar van de mooiste rozen die onze tuin dit jaar voortbracht. Deze hier heet Gertrude Jekyll. Het is een Engelse roos, ontwikkeld door David Austin en genoemd naar de tuinarchitekte met voornoemde naam.

Het lijkt voor dit jaar een beetje gedaan met onze rozen hoewel sommige driftig nieuw blad ontwikkelen. De Compassion maakt nog verse knoppen, zo ook dat moedige roosje achter in de hoek (we zijn de naam vergeten…). Een paar milde novemberweken en we hebben weer een bloeiende tuin!

Van die andere roos, die wondroos, geef ik je geen foto. Dat geeft geen pas! Gisterenochtend werd de kwaal als zodanig gediagnostiseerd op de huisartsenpost in het Elkerliek te Helmond. Intussen speelt Ellens leven zich af tussen bed en bank. Andere mogelijkheden zijn uit den boze. De ontsteking nestelde zich in haar rechter voet en maakt haar volkomen immobiel, lopen is te pijnlijk. Zelfs een stukje schrijven voor Het Ministerie behoort niet tot de mogelijkheden, het is fysiek gewoon niet te doen. Uitgeschakeld voor een dag of tien, zo luidt de prognose. Je zult het dus voorlopig met mij moeten doen lezer.

Ellen leest het ene boek na het andere, ze wisselt die bezigheid af met een spelletje Wordfeud op het Tablet. Ik drentel er maar wat omheen, wat moet ik anders? Enfin…, ik heb de beste fles wijn uit ons keldertje opgediept. Een Barolo uit 2006. Ik ga dadelijk sucadelappen van het Angusrund stoven. Met een overdaad aan paddenstoelen. Je moet toch wat, en het is waarlijk troosteten…

© paul

 

 

 

 

Stoofpotje van kleine uitjes met salie en bouillon…

  • gestoofde uitjes met salie

Ze zijn er maar héél af en toe, die kleine, verse, zilveruitjes. Je vind ze niet bij de Grootgrutter in het schap, maar op de markt heb je meer kans. Lekker zijn ze, en te gebruiken op allerlei manieren. Het is alleen een beetje gefriemel om al die schilletjes van de toch al piepkleine uitjes af te pellen. Paul zocht vandaag op internet en in onze kookboeken en vond een goede methode;
‘leg de uitjes even in warm water en ze pellen een stuk makkelijker”. Sommigen blancheren de uitjes, sommige recepten schrijven alleen ‘even in het warme water’. 10 minuten in heet water was voor ons vandaag een goede oplossing. De uitjes pelden na deze behandeling prima. ( wij keken elkaar snotterend en betraand aan en concludeerden dat we goeie uitjes gekocht hadden!)

De rest is simpel; je kunt ze stoven, meestoven, bakken, grillen, gratineren, als die velletjes er maar eenmaal vanaf zijn…

gestoofde kleine uitjes:

  • 500 gram verse zilveruitjes: gepeld of geschild, noem het hoe je wilt
  • een flinke lepel boter (ik gebruikte tomatenboter, die was nog over van Het Feestje, (boter met tomatenpuree, zout en citroenrasp)
  • citroensap
  • peper en grof zout
  • bouillon
  • 8 blaadjes salie
Verwarm de boter en leg de uitjes erin. Schep om en om en laat ze zachtjes kleuren, niet bruinen. Voeg de salieblaadjes erbij en peper en zout. Schep nog eens om en giet er een flinke lepel bouillon bij. Deksel op de pan en laat dan de uitjes rustig, op een zacht vuurtje, ongeveer 20 minuten stoven. Voeg eventueel nog wat bouillon toe. Haal als de uitjes bijna gaar zijn, de deksel van de pan en laat de saus wat indikken. Voeg helemaal op het laatst nog wat verse salie toe voor de decoratie.
Wij aten er aardappelpuree bij en een kalfskarbonade én, zomaar op een mooie herfstige donderdag een glas Santeney Beauregard, Premier Cru. Soms moet je jezelf eens verwennen…
Kopje espresso toe!
© ellen.

 

Lamsnek, langzaam gestoofd…

De Turkse slager toverde zijn breedste glimlach: Wat komen jullie doen op een doordeweekse dinsdag? Voor ik er erg in had was het eruit: Ellen heeft zin in lamskarbonaatjes… De smile van slager Sabir werd mogelijk nog breder: Oh, dat kan, maar het gaat je tijd kosten, ik moet ze nog prepareren… (En er waren nog vier wachtenden voor ons.) Ook al ben ik tegen haastige spoed en kan ik heel goed wachten, zoveel tijd hadden we uitgerekend die dinsdagochtend niet. Een alternatief was snel gekozen; lamsnek. Jammer voor Ellen, maar ik vind dat ronduit geweldig vlees.

Lamsnek is niet alleen de nek van het lam, er gaan ook wat stukjes vlees van het gebied rondom de nek mee; stukje rug, stukje flank. Mét bot. Goed gesneden krijg je mooie brokken vlees van je slager. Het aantrekkelijke van het vlees is dat er bot aan zit. Lamsnek leent zich bij uitstek om te stoven. De brokken omvatten voldoende vlees en het bot zorgt voor de diepgang in de smaak van je stoofpot. Ik maakte vandaag een schotel voor twee personen.

  • 500 gram lamsnek (met bot!),
  • 1 ui,
  • 2 stengels bleekselderij,
  • 1 middel grote winterwortel,
  • 1 grote vleestomaat,
  • 2 tenen knoflook,
  • 5 pimentkorrels,
  • peper en zout uit de molen,
  • chilivlokken,
  • kleurstof,
  • olijfolie,
  • droge witte wijn,
  • scheut water.
Hak de ui niet al te fijn. Snijd de selderijstengels in klein stukjes, zo ook de winterwortel. Plet de knoflook en hak die grof. Snijd de tomaat in kleine blokjes. Vermorzel de pimentbolletjes in de mortier tot grof poeder. Droog het vlees af met keukenpapier en wrijf het in met peper, zout en pimentpoeder. Verwarm nu in een ovenvaste pan (met deksel) de olijfolie en bak daarin het vlees tot het aan alle kanten bruin is. Neem het vlees uit de pan en houd het warm. Bak in dezelfde pan de uien en knoflook glazig. Dan mogen er de wortel en bleekselderij bij. Laat de groenten een minuut of vijf stoven. Doe dan de in blokjes gesneden tomaat erbij en vlij het vlees op de groenten. Voeg in gelijke delen witte wijn en water toe, zo dat het vlees voor driekwart onder staat. Strooi er naar smaak chilivlokken over, en ook de kleurstof. Zet de pan met deksel gesloten in de op 150 graden voorverwarmde oven. Het vlees mag nu een goede anderhalf uur gaan. Serveer warm!
Opmerkingen:
  • We aten er rijst bij, maar in feite is dit een een-pans-gerecht. Pas je het gerecht in in een uitgebreidere maaltijd, dan zou je kunnen volstaan met minder vlees.
  • Ik geef als gaartijd anderhalf uur, maar het zou zomaar kunnen zijn dat je lam al eerder klaar is. Je controleert dat door simpelweg even in het vlees te prikken, erop te duwen. Je voelt beslist of het zover is.
  • Ons vlees stond zeker twee uur in de oven. Dat was niet omdat het lam toen pas gaar was, maar omdat het ons zo beter uitkwam. Je kunt op het moment dat je vlees gaar is simpelweg de temperatuur terug te draaien naar 90 graden. Wel moet het vlees in een vochtige omgeving liggen.
  • Het blijft nodig om tijdens het garen elk half uur even te kijken of je massa nog voldoende vocht bevat. In ons geval moest ik na anderhalf uur een beetje vocht toevoegen.
  • Ik gebruikte kleurstof. Beter is natuurlijk saffraan. Ook sterke tomatenpuree geeft meer kleur en smaak mee. En ook geelwortel komt in aanmerking. Maar goed, ik heb die kleurstof liggen en ooit moet het op. Volgende keer doe ik het wel weer op de sjieke manier…
Enfin, we aten er goed van. Het is nog vroeg, maar aangezien we de espresso oversloegen begint de bedstee almaar krachtiger te lokken. Ellen prepareerde zich al: nachtrôbe, borrel, bank, boek. Ik jaag zo meteen die hond nog even door de Gemeentetuin. En dan hebben wij het wel gehad lezer. Wel te rusten !
© paul

 

Tweede jeugd?!

null

De Wintertijd is begonnen. Na een extra lange wacht werken ( de klok werd afgelopen nacht per slot één uur terug gezet) besloot ik om vanochtend de korte ronde te lopen met hond Max. Het had gevroren, alles knisperde. De blaadjes lagen kniehoog in de Gemeentetuin. In schakeringen van geel tot bloedrood. Rijp glinsterde op de gazons.

Hond Max sleepte zich door de afgelopen zomer als de bejaarde die hij zo zoetjes aan begon te worden. Hij vond het niks, hij hoefde niks. Maar nu de temperaturen daalden leek zijn belangstelling voor de dagelijkse wandelingen weer toe te nemen. En toen dan vanochtend de temperatuur onder het vriespunt bleef steken liep het beest zich aan te stellen als een jonge pup. Zo’n ADHD mormel, acterend alsof de wereld van hem is. Zo’n snotneus die het beter weet, zijn eigen weg wel zoekt, die zelf bepaalt waar of er gewandeld wordt. Zo een die vergeten is dat hij het hele jaar door luisterde naar de commando’s van zijn baasjes. Die nu in al zijn vermeende onschuld zijn heer-en-meester drie keer laat roepen, en hem dwingt tot beschamende stemverheffing. (Die loopse teef van enige deuren verder doet geen goed aan het sociaal gedrag van onze Max, het loeder…)

Enfin…, uiteindelijk houden we natuurlijk heel veel van onze Max. En natuurlijk doet het ons groot genoegen dat hij zijn kindsheid hervindt wanneer de klimatologische omstandigheden hem gunstig zijn  gestemd. Maar toch…

Welke hond vindt er nu aardigheid om naar een draaiende wasmaschiene te gaan zit staren? Da’s toch niet normaal, het beest wordt oud…

© paul

 

De kalkoen is gearriveerd…

Begin juli van dit jaar vertelde ik je over die kalkoen die Marleen voor ons reserveerde. Nou, dit is-ie dan. Tikje brutaal, tikje struis. Zeg maar: haantje de voorste. De foto is alweer een paar dagen oud, het beest ligt intussen ontdaan van zijn jasje in de vriezer van  de Witte Brug 5, ten onzent.

De datum voor onze Thanksgivingday is gekozen, de gasten zijn aangezocht. (Het beest weegt een goede 4 kilo, daar zijn nogal wat monden mee te voeden.) Ergens begin december, je zult er nog van horen…

© paul

Rondje Belgie…

bier uitstapje
Het Kind begint zich wat te vervelen thuis; anderhalve week nietsdoen is niet zo haar ding. De Jongste Bediende heeft er al twee weken vakantie opzitten; ook niet zo zijn ding… Maar net toen de verveling toesloeg bedachten ze dat het Lupulusbier op was en dat er hoognodig nieuwe kratten gehaald moesten worden. “Doen we gezellig een rondje Belgie, ga je mee Driek?”   De afspraak was snel gemaakt, nog even de lege kratten opgehaald bij Meester Jan en op het Ministerie. De juiste flessen weer in de goede kratten gepakt en de tocht kon beginnen…

Vanmorgen om 6 uur (altijd vroeg op die mens) vertrokken ze. Eerst richting Orval; twee dozen Orval voor Jan, Twee voor Paul en twee voor De Jongste Bediende; nou ja, de auto is groot genoeg. Vervolgens ging het om 9.55 uur naar Courtil, naar Brasserie Les 3 Fourquets, daar was niet genoeg bier op de fles, zodat ze even moesten wachten tot de flessen gevuld waren… Maar liefst drie kratten Lupulus Bruin en vijf kratten Lupulus Triple stouwde De Jongste Bediende in de auto (Het Kind mag nog niets tillen).  Vertrek vanuit Courtil 11.58 uur.

Vervolgens ging het via allerlei omwegen weer terug richting Nederland; ze besloten nóg een brouwerij aan te doen: De Abdij van Val Dieu, ook daar maken ze bier. En ook daar werden nog een paar flessen aangeschaft. Vertrek in Val Dieu om 13.32 uur. Ik werd thuis prima op de hoogte gehouden vis SMSjes en wilde nog terug berichten of ze nu ook nog naar Gulpen gingen, maar het leek me wel genoeg.

Om 16.00 uur hoorde ik hond Max opgewonden bewegingen maken; Jawel, daar waren ze weer! Mét een auto vol tinkelende kratten; een hele wintervoorraad voor Jan en Paul en De Jongste Bediende zelf. (Het Kind drinkt nauwelijks bier en nu zeker nog niet) Ze hadden een fijne dag samen; het was prachtig weer en de bossen in Wallonië kleuren véél mooier dan hier…

Tja… Het zijn natuurlijk wel verschrikkelijk veel foodmiles voor een paar kratten bier, maar het was ook een uitstapje… Veel mensen gaan wel verder in hun vakanties…

En als Babysit moet je af en toe iets leuks doen met de kids!

Wij drinken een kopje espresso, (Paul werd spontaan wakker toen de kratten in de gang getild werden) en wachten tot de hazenbouten klaar zijn.

© ellen.