Ravioli met spinazie, snel klaar en toch lekker

ravioli met spinazie en ricotta

Wij zijn allebei een beetje snotterig, snufferig, schor en moe. We bedachten gisteren al dat we dan maar een héél eenvoudige maaltijd moesten nuttigen vandaag. Pizza zou het worden. Gewoon een afhaalmaaltijd (afhaalpizza mag niet van De Jongste Bediende, daar heeft hij zo zijn redenen voor. Meestal geven wij hem daarin gelijk maar soms…) Vandaag pizzadag dus! Bleek Paul daar toch niet zo’n trek in te hebben… Dan biedt de diepvries uitkomst! Een tijdje geleden maakte ik zelf pastadeeg en vormde er mooie ravioli van gevuld met ricotta en spinazie. Ik maakte er toen veel teveel en het restant ging in de diepvries. Een mooi maaltje voor Paul vandaag. De bevroren ravioli gewoon drie minuten  in kokend water tot ze boven drijven… Ik bakte een paar stukjes biologisch spek in een drupje olijfolie. De ravioli uit de pan scheppen en op een voorverwarmd bord scheppen. Spekjes erover en klaar. Simpeler kan het niet!

Ik at toch die ‘verboden pizza’, en ja hoor, op het moment dat ik de pizza uit de doos pakte ging de bel… De Jongste Bediende met nóg twee emmers bonen in de dop; betrapt! Pizza was heerlijk. De ravioli ook! Nu weer snel bonen doppen. Nog één emmer te gaan.

Met een kopje espresso erbij!

© ellen.

Nog meer Picassoboontjes…

picassoboontjes

De Jongste Bediende kwam gisterenavond nog een emmertje struikgewas brengen; het spul moest nu écht van het veld. En braaf zette ik me dan meteen maar aan het doppen; op een krant, aan de keukentafel.

Eerder berichtte ik over de bonenoogst van dit jaar. Intussen hebben we er al van gegeten, het was de moeite waard. Ook over die Picassoboontjes schreef ik een artikel. Ik vermeldde dat ze van de kant van de Mazurische meren komen, maar dat klopt niet. Ze horen thuis in en rond het Pieninygebergte in Zuid-Polen, de Westkarpaten. Het dorpje waar ze vandaan komen heeft ook een naam: Prockenkostafnica aan de rivier de Dynajec. Daarmee had ik nog geen naam gevonden voor de boontjes, en het zag er niet naar uit dat ik die überhaupt zou vinden. Internet liet me danig in de steek (of zocht ik slecht?).

Met dank aan Vreeken’s Zaden voor de informatie. Bij hen heet de boon overigens Dynajec, maar die naam lijkt me zelf bedacht. Voor ons blijft het dus voorlopig een Picassoboontje.

© paul

Bonte worteltjes…

bonte worteltjes

Ze lagen zomaar in het weekend in het schap van onze thuissuper. Bonte worteltjes, geassorteerd, in een doosje. Leuk gezicht, een visuele aanwinst voor de zondagse maaltijd. Bij het schillen verloren de paarse exemplaren een en ander van hun kleur, het mocht de pret niet drukken. We kookten ze als gebruikelijk met worteltjes en dienden ze op met een lik goede boter.

Zoals gezegd, het zag er feestelijk uit. Jammer dat de smaak fors tegenviel. Flauw, weinig uitgesproken. En we hadden vergelijkingsmateriaal, wat tussen het maaltje lag een heuse bio-wortel van Bronlaak verscholen. Je ziet hem op de foto onderaan, diep oranje, ingeklemd tussen dat paarse exemplaar en dat groen-gele. Waarom Ellen nu uitgerekend die wortel meekookte weet ik niet, maar zoals gezegd bood het de mogelijkheid om een vergelijk te trekken. De bio-wortel won het met vlag en wimpel.

Enfin, het blijft een aardig gezicht, die bonte wortelberg. Wij gaan echter liever voor de smaak, dus dat worden weer gewoon bio-wortelen (van Bronlaak).

© paul

Vlammend Luxemburg…

Luxemburg herfst

Tussen mijn laatste artikel en het daarop volgende van Ellen zat weer een goede week. En dat terwijl we onszelf juist hadden voorgenomen om het niet meer zo ver te laten komen. Echter overmacht noopte ons tot het verbreken van de zelfopgelegde stelregel. Of beter gezegd: we hadden geen keus.

We waren op onze stek in Luxemburg, Ellen liet je dat al weten in haar vorige artikel. En overal in Luxemburg werkt het internet prima, behalve uitgerekend bij ons. We hebben er in het verleden over gemopperd, dat doen we niet meer. Het haalt toch niet uit. Misschien biedt een te plaatsen versterker uitkomst. De toekomst wijst het uit.

Luxemburg is nu op z’n mooist. De beukenbossen vlammen in het zonlicht, het land is helemaal gehuld in warme tonen: geel, rood, bruin. Met de zon op het herfstblad wordt het waanzinnig, een flonkerende vlammenzee.

We betrokken een nieuw onderkomen (met dank aan Eupotours) en vulden onze wijnkelder aan. We aten en dronken er goed van en we lazen het ene boek na het andere. Hond Jaros beleefde zijn eerste vakantie. Allemaal zaken waar noch over bericht zal worden.

© paul

Ragout van wildzwijn met pasta

ragout van wildzwijn met pasta
Wij waren een paar dagen in Luxemburg op ons geliefde plekje. Het was prachtig herfstweer, af en toe wat buien maar een prima temperatuur om te wandelen. Ach en als het dan net na de wandeling begint te gieten, zit je lekker binnen en zet een stoofpot op het fornuis.
In de Luxemburgse supermarkten worden nu overal wijnweken gehouden. Tijd om te proeven en de kelders bij te vullen met de meest fantastische wijnen. In de grote supermarkten kun je nu overal proeven, maar ik vind dat moeilijk. Ik neem liever een paar flessen van mijn favoriete wijn mee naar huis en maak dan rustig een keuze. Iets lekkers te eten erbij en dan in alle rust proeven…

Bij de Bourgogne die we wilden proeven leek me een stoofpot van wildzwijn een goede keuze. Ik kocht prachtig vlees uit de Belgische Ardennen en maakte er een herfstige stoofpot van.

  • Voor twee personen:
  • ongeveer 500 gram wildzwijn, in flinke stukken gesneden
  • wat olijfolie
  • 2 uien, grof gesneden
  • 2 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • 1 wortel, in stukjes gesneden
  • een borrelglas Eau de Vie de Poire
  • 1 glas Bourgogne of andere rode wijn
  • peper en zout
  • 5 jeneverbessen, 2 kruidnagelen, wat verse tijm, 1 laurierblad

Dep het vlees goed droog. Verwarm de olie in een braadpan en braad  de stukken vlees rondom bruin. Bak de uien en knoflook even mee en blus dan af met de Eau de Vie. Voeg de wortel en de kruiden toe en het glas wijn en laat het geheel dan rustig zo’n anderhalf uur stoven. Doe er wat nog wat water of bouillon bij. Breng verder op smaak met peper en zout. Ik gebruikte een klein beetje ‘vloeiende bloem’ om de jus wat te binden. We aten er pasta bij en dronken een glas Bourgogne, Santenay la Comme, Premier Cru 2010. Pfoe, dat is Herfstgenieten!

wilde wijnweken in Luxemburg

© ellen.

Feest op de Witte Brug…

nieuwe oogst uit tuin en oven

Je hebt lang op een nieuw stukje moet wachten lezer… Druk, druk, druk, vandaar!

Binnens- en buitenshuis was er zat te doen. Hond Jaros eiste meer dan voldoende aandacht op, zo ook de gaande en de komende in dit huis. De verjaardag van het Kind werd gevierd en er moest een woonstede in Luxemburg van eigenaar(s) verwisselen. De verse bonen dienden gepoold en prei, ui en pieper geoogst. En dan was er dat feest aan de Witte Brug… Ik werp me ongevraagd maar op als chroniqueur van Het Feest. Het zit zo:

Marleen bereikte de gevleugelde leeftijd van Sara. De Jongste Bediende zou ook nog een paar dagen in de vijftig zitten, zodat afgelopen zaterdag de totale leeftijd van de bewoning van de Witte Brug numero 5 exact één honderd jaar bedroeg! Dat schreeuwde om een feest. En een feest kwam er.

Op de weide waar vroeger de boomgaard van Marleens vader was werd een circustent opgericht. Gigantisch groot, met aparte bijvertrekken voor bar, toilet en garderobe. Het Ministerie mocht deelnemen aan de voorbereidingen voor het feest, aan het feest zelf en aan de opruimparty; vermoeiend, maar o zo aangenaam.

Voor het feest werden een goede 250 gasten genodigd, nagenoeg iedereen ging op de invitatie in. Afgezien van een overvloed aan eten en drinken werden de gasten verwend met optredens van allerhande pluimage. De Zwarte Bende verzorgde twee sessies, zo ook het Heintje Davids Collectief. En dan Ans en Neel met wat intussen in onze contreien klassiekers zijn geworden. Daar was dan die gelegenheidsband van Terence, Jos en de Jongste Bediende, op het eind aangevuld met ondergetekende die meteen  zijn strot kapot zong (hoezo buikademhaling???). Julia verzorgde in de middag en vooravond een klein concertje, men was tot tranen toe geroerd… Als laatste was er dan het optreden van Internos, het koor waar Marleen alweer een paar jaar deel van uitmaakt. Tussen de bedrijven door stond Hijn garant voor de muzikale achtergrond.

Dan was er dat geweldig duo, barlui pur sang. Ze tapten en ruimden, en ze hadden alles in de gaten. Ook Richard en Marcel, die in het voor- en natraject een bult werk verzetten, evenals ceremoniemeester Peer. Andere Peer was goed voor de afbraak der dingen, dat is hem wel toevertrouwd. Alex, altijd in voor degelijke hand-en-spandiensten, en ach, zijn zonen, zittend op hun krent. Meester Jan, een betere straatveger vind je niet. Broer Hans dan, die behalve gekend Luchtmachtspotter ook talent blijkt te hebben als Paparazzi. (Honderden compromiterende foto’s schoot die man. We bezinnen ons nog op een manier om jou van dat gedoe deelachtig te maken, lezer.)
Ik vergeet nu een boel volk te vernoemen. Ik kan het even niet bedenken, ik vul het later wel aan. De tentenbouwers doen het voor hun vak, ik vernoem ze niet apart, zo ook de drankleverancier. Prettig volk om mee van doen te hebben; wil je er iets commercieels mee, neem even contact op met de Jongste Bediende. Dat geldt ook voor de rijdende frietkraam die wat later op de feestavond de innerlijke mens hielp overleven.
Ellen maakte voor de gelegenheid zestien (16) liter groentesoep. Daarbij honderdtwintig broodjes, ruim belegd. Dat was voor het middagprogramma, meer gericht op het Oude Volk. Er waren tien liter borrelnoot, retroprikkertjes met druif en kaas, kleine bockworstjes en toastjes Brie. Plock- en leverworst ook, bijna alles is op.
En dan die foto in de kop van het artikel, wat heeft die te maken met dit schrijfsel? Let op: dat zijn de bio-aardappelen van de Witte Brug. Ellen maakte ze klaar als Salzkartoffel… Dat klinkt geweldig, maar het is uiteindelijk gewoon een in zout gekookte pieper met  een beetje peterselie als aufschmuck. Een snuifje paprikapoeder geeft het geheel cachet. Die piepers maakten deel uit van de laatste maaltijd die Marleen met ons mocht gebruiken in haar pre-Sara periode.
© paul

Makreel in pittige saus…

makreel in pittige saus

Het kwam zo: Walter en Harm gingen uit vissen. Op de Waddenzee. Het hoe en waarom was me niet geheel duidelijk. Of het nu hun jaarlijks uitstapje was, of dat ze het vaker deden? Ze hebben het me beslist verteld, maar ik onthoud niet alles. Evengoed, na een welbestede dag kwamen de mannen terug met een voorraad makrelen. Kakelvers! We kregen er een aantal toegeschoven.

Ik dacht meteen: dat wordt makreel pepesan. Ik zocht dan ook naarstig in de archieven van het Ministerie, maar kon niets bevredigends vinden. Ik had die pepesan ooit gemaakt, naar receptuur van Maja en haar Molukse schoonmoeder, maar kennelijk kwam het er toen niet van om een en ander te beschrijven. Uiteindelijk heb ik dan maar wat recepten door elkaar gehusseld, ik had ook rekening te houden met wat ik nog in huis had. De meer ingewikkelde Indonesische ingrediënten zijn in ons dorpje niet te krijgen en er was geen mogelijkheid om nog even te shoppen in de Grote Stad. Het uiteindelijk resultaat was evenwel alleszins bevredigend. Ik maakte de vissen zo:

  • 4 kleine makrelen,
  • 1 kleine ui,
  • 4 sjalotjes,
  • 2 verse rode pepers,
  • 3 tenen knoflook,
  • 5 cm. verse gember,
  • sap van een halve limoen,
  • 1 theelepel kunyit ( kurkuma, geelwortel),
  • scheutje olie,
  • zout.

Maak de makrelen schoon, spoel ze goed af en dep ze droog met wat keukenpapier. Ontdoe de pepers van zaad en zaadlijsten en snijd ze fijn. Rasp de gember grof en snijd ui, sjalotten en knoflook grof. Doe alles in de keukenmachine, samen met de kunyit en het limoensap. Maal de ingrediënten tot een pasteuse, niet helemaal gladde pap, er mag nog wat structuur in zitten. Verwarm de oven voor op 200 graden. Wrijf de bodem van een ovenschaal in met wat olie. Leg de vissen hierop. Vul de vissen met een flinke schep van het mengsel en bestrijk ze met de rest. Zet de schaal in het midden van de oven en laat het geheel voor tien minuten gaan bij 200 graden, zodat de ingrediënten van de saus beginnen te garen. Daarna nog twintig minuten bij 160 graden en je makreel is klaar.

  • Je zou in het voorproces de ui, sjalot en knoflook even kunnen aanbakken, maar bij deze manier van bereiding is dat niet nodig, het gaart toch wel en de smaak van de ui en sjalot is verrassend.
  • De kenner zag het allang, dit is géén pepesan. In die klassieker hoort onder andere kemieri, veel meer lombok (peper) en zo nog een en ander.
  • Wil je dit gerecht, met deze ingrediënten, nog wat pittiger hebben, gebruik dan ook de zaadjes van de verse pepers.
  • Een volgende keer zal ik iets meer ui en peper gebruiken, ik kwam nu nét iets massa tekort.

Al met al een eenvoudig gerecht. Het smaakte ons prima. We aten er witte rijst bij en Ellen maakte vliegensvlug een frisse komkommersalade.

© paul

Bloody Mary Truffels

 truffels

Sommige mensen maken lijstjes van wat ze nog ooit willen doen, willen meemaken, of, de Foodbloggers, wat ze nog eens willen klaarmaken. Ik ben niet zo’n lijstjesmens, mijn ideeën veranderen te vaak. Ik kook met wat zich aandient en ga op vakantie waar het mooi weer is. Dat is natuurlijk een beetje kort door de bocht. Soms denk ik ook wel ‘dat moet ik toch nog eens proberen’…
Deze week was er zo’n moment. Ik kwam flink moe thuis van mijn werk en had behoefte om even nergens meer aan te denken en mijn verstand even op nul te zetten. Lekker voor de tv gaan liggen en een leuk kookprogramma te kijken. Op 24 Kitchen was Rudolph zojuist bezig met Bloody Mary Truffels en opeens was er de wens om toch eens zelf bonbons te maken. Dat wilde ik eigenlijk toch al lang eens proberen en deze truffels leken me wel bijzonder. Bloody Mary, het bekende (anti-kater?) drankje als vulling voor de bonbon met een omhulsel van witte chocolade. Pittig en toch zoet. Een mooi klusje voor een regenachtig weekend.

Nu kan ik je natuurlijk een uitgebreid recept geven maar het filmpje is veel duidelijker. Ik vind het altijd heel aangenaam om Rudolph in de keuken bezig te zien; zeer vakkundig, rustig stuurt hij je door het recept, geeft goeie tips en verteld wat je eventueel kunt doen als het niet helemaal gaat zoals gewenst is.

Ik neem het recept hier letterlijk over:

Ganache, ofwel de vulling

  • 180 ml tomatensap
  • 3 el wodka
  • 1 tl worcestersaus
  • scheutje tabasco
  • 400 g witte chocolade
  • 120 g boter
  • 8 blaadjes bleekselderij

voor het omhulsel

  • 500 g witte chocolade
  • paprikapoeder om te bestrooien
  • spuitzak met gladde spuitmond
  • bakpapier
  • bakplaat
  • paletmes

Ganache
Breng de tomatensap met de wodka aan de kook en voeg de Worcestersaus en de tabasco toe. Hak de witte chocolade en giet de kokende tomatensap erop. Meng met de boter en roer tot een gladde ganache. Pluk en hak de blaadjes van de bleekselderij fijn. En meng met de ganache. Laat de ganache circa 4 uur opstijven in de koelkast.

Schep de ganache in een spuitzak met een gladde spuitmond en spuit doppen van 2 centimeter doorsnede op een met bakpapier beklede bakplaat. Laat de ganache circa 30 minuten opstijven in de vriezer.

Chocolade
Smelt de chocolade au bain-marie en schenk twee derde uit op een marmeren plaat. Strijk de chocolade met een paletmes door elkaar tot hij circa 26 ºC is. Schep de afgekoelde chocolade door de resterende chocolade en meng goed en snel door elkaar.
Rol de truffels met je handen door de chocolade en laat opstijven. Bestrooi voor het serveren met paprikapoeder.

filmpje 24 kitchen

Ik kwam eigenlijk geen moeilijkheden tegen. Als je de aanwijzingen op het filmpje volgt is het allemaal niet zo moeilijk als het lijkt. Wij zijn in het gelukkige bezit van een hardsteen aanrechtblad, dat is ideaal voor het koelen, het tableren van de chocolade. Ik kan helaas niet zo netjes ‘schoon’ werken dus het werd wel een plakkerige bedoening maar de voldoening van een schaal roomzachte truffels met een knapperige buitenkant maakt alles goed.

Even flink poetsen, kopje espresso maken en genieten van deze bijzondere truffels!

© ellen.

*) ik had geen grote schaal om te truffels allemaal mooi te presenteren. De hoeveelheid is ongeveer drie keer van wat op het schaaltje ligt.

Laatste bramen…

ochtend

Er hangt nog wel wat zo hier en daar, maar het loop nu toch écht definitief af met de bramen. Plukken heeft weinig zin meer. De blaadjes van de struiken tooien zich in herfstkleur en de vruchtjes die niet rijp zullen het ook nooit meer worden.

En trouwens: een oud volksgeloof zegt dat bramen niet gegeten dienen te worden na 15 september. Vanaf die datum eist de duivel ze voor zich op. Hij heeft zijn merkteken al op de bladeren achtergelaten.  (Je weet best dat volksgeloof van bedenkelijk allooi is, maar toch…)

Wij waren er dit jaar op tijd bij. Op 25 augustus plukten we voldoende om 6 potjes te vullen met heerlijke jam. Op 16 augustus,maar dan 8 jaar eerder maakten we ook jam (in de tussenliggende jaren ook, dat hebben we echter niet beschreven). Ik vermeld een en ander even omdat er bij dat artikel uit 2005 zo’n mooi plaatje staat.

Paddenstoelen, daar is het nu tijd voor. Morgen gaan we weer op jacht!

© paul

Bonenoogst…

bonenoogst, Citroenboontjes

Ik had beloofd om er vandeweek vast een aantal af te halen, maar het kwam er niet van. Vandaar dat de Jongste Bediende en Marleen vanmiddag aan kwamen zetten met een paar emmers bonenloof. Een voorschot op de totale oogst. Aan de keukentafel trokken we ze gezamelijk in een mum van tijd hun jasjes uit.

De gepeulde Citroenboontjes liggen nu op een krant te drogen; zo onttrek je het eerste vocht. Ik koos voor de plattegrond van de Eindovense marathon, die later op de dag gelopen zal worden. De stad lijkt nu bevolkt door een duizendkoppig publiek. Of het in werkelijkheid zo druk zal zijn is nog maar de vraag, het weer zit niet mee.

bonenoogst, Picassoboontjes

De Picassoboontjes doen eerder denken aan een lithografie van Jackson Pollock, dat schreef ik al bij diverse gelegenheden.  Mijn omgeving vindt dat ik moet stoppen met daarover te zeuren. Ze heten Picassoboon, so be it

© paul