Zoetzure sardientjes

Zoetzure sadientjes...

Op Facebook kwam deze week een oude herinnering voorbij van een mooi gerecht dat ik eigenlijk alweer vergeten was; zoetzure sardientjes. Er werd vrijwel meteen op gereageerd door Piet. Hij schrijft “De combinatie van zoet-zuur-sardientjes lijkt mij helemaal niet kunnen, maar ik wacht met spanning op het recept.”

Nou Piet, je bracht me op een idee! Nog maar eens die sardientjes! Wij vinden deze combinatie heerlijk en aten er nog maar eens smakelijk van. Het is wel even werken maar dan héb je ook wat…

Gebruik voor dit recept niet al te kleine, mooie verse sardientjes. Serveer ze als antipasti, tapas of als voorgerecht.

  • 1 kilo sardines, geschubd, schoongemaakt en  in ‘vleugeltjes gesneden’ *)
  • wat bloem
  • 2 eetlepels olijfolie om de sardines te bakken
  • 1 eetlepel olijfolie om de uien in te bakken
  • 500 gram rode uien, in dunne schijfjes gesneden
  • 60 gram fijne suiker
  • 60 gram geschaafde amandelen
  • 75 gram rozijnen
  • 60 ml witte wijnazijn

Bestrooi de sardines met peper en zout, bestuif ze met bloem. Verhit de olie in een grote koekenpan en bak de sardines in porties goudbruin aan beide kanten. Laat ze uitlekken op keukenpapier en schik ze dan op een grote schaal.

Verwarmde olie en fruit daarin de uien ongeveer 8 minuten op een laag vuur. Roer de suiker, amandelen en de rozijnen erdoor. Roer tot de suiker opgelost is. Voeg dan de azijn erbij en roer nog een minuut. Schep het mengsel over de sardines en laat ze afkoelen. Zet ze minstens 24 uur in de koelkast. Bestrooi voor het opdienen royaal met grof gemalen zout en peper.

sardines


Tot dusver niet moeilijk, lijkt allemaal een fluitje van een cent, maar… het schoonmaken, schubben en in vleugeltjes snijden is een lastig klusje. Je zou het aan de vishandelaar kunnen vragen, maar ik weet niet of die bereid is om zo’n pietepeuterig werkje te doen voor een kilo sardientjes. Gewoon even de kiezen op elkaar en werken dus! Na het vijfde sardientje ga je er al handigheid in krijgen!

*) Verwijder met een schelp of met een mesje zoveel mogelijk van de schubben, voorzichtig om de huid niet te beschadigen. Snijd met een scherp mes de buikholte open van de aars tot de kieuwen en verwijder de ingewanden. Snijd de kop eraf.Leg de visjes plat op de snijplank met het vel naar boven. Masseer de ruggengraat door de huid (daardoor komen de graten los van het vlees. Snijd de rugkant in en neem de ruggengraat en de graten die eraan vastzitten eruit. Even werk, maar dan héb je ook iets lekkers!

© ellen.

Het Feest der Feesten (zonder ons)…

Gefrituurde inktvis (voortreffelijk)...

Door omstandigheden konden wij dit jaar niet deelnemen aan het Carnavalsfeest. En zo verging het ook een aantal andere leden van de Zwarte Kabouter Bende. Enfin, een beetje treurig was dat wel, maar er komt een herkansing volgend jaar en we zullen daar beslist gebruik van maken.

Gelukkig kweten de ouders van Jop zich uitstekend van hun taak om die jonge gast in te wijden in de rituelen van het Feest. Ik maakte me er al zorgen over, maar getuige de berichten en foto’s die we per digitale snelweg ontvingen begint Jop het al aardig te snappen…

Écht carnaval!!!

Een geluidsdemper op je kop tegen het oorverdovend lawaai van de dweilorkesten, een zak chips om uit te sneukelen en een snoepzak op de achterhand, mierzoete ranja tegen de dorst, een hoop verzamelde slingers en confetti om je mee te tooien en verder domicilie houden onder de statafel van de grote mensen. Al met al héél verderfelijk, maar dat is hoe een gast van vier jaar zijn Carnaval invult. Jop snapt het helemaal…

Wij verbleven intussen in Luxemburg. Het regende er aldoor en het stormde zo nu en dan. In onze omgeving waaiden een aantal bomen om, sommige straten waren onbegaanbaar en wandelen in de bossen was op de meeste plaatsen verboden. Maar verder ging het wel goed. 

We lazen Konstantin Paustovski en Wolfgang Herrndorf, we lazen Nele Neumann en Javier Marías. Uit de speakers tingelde voornamelijk Corelli en internet was weer eens in geen velden of wegen te bekennen, dus kochten we elke dag het Tageblatt. Enfin: never a dull moment, zoveel mag duidelijk wezen.

Goed van eten en drinken hadden we het ook. We sloegen wat mooie wijnen in en exquise lamskoteletjes. Hele fijne sla en uitstekende kazen. We trokken zondagse bouillon, grilden kippetjes en aten gebak van Namur. Buiten de deur aten we voornamelijk vis. 

Ik was alweer vergeten hoe lekker gefrituurde inktvis kan zijn. Niks pre-fab papje om een rijwielband. Nee hoor, een fijn gekruid beslag waarin de verse pijlinktvisjes zijn gedoopt. En dan gefrituurd, precies tot aan het gaarpunt; zacht omhulsel en stevig maar sappig visvlees. Zo subtiel, zo smakelijk en zo met zorg bereid. We aten ze bij Pulcinella in Mamer. (Zie kopfoto.)

Aan de Moezel aten we gefrituurde baby-voorntjes en snoekbaars in een saus van Crémant de Luxembourg en room.  Uitstekende kost hoor, daar niet van. Maar echt speciaal was toch de Aswoensdagvis. Misschien niet als absoluut culinair hoogstandje, maar toch… Daarover echter  later.

©paul