Monthly Archives: April 2007
Spaghetti met tomaat, pepertjes en tonijn…
Vakantie!!! Ik weet dat een aantal mensen nu zeggen :
“Alweer???” Tja, ik kan er niets aan doen, mijn baas verplicht mij om alle
schoolvakanties vrij te nemen. Toch wel vervelend zo’n verplichting, Paul kan
helaas niet altijd op dezelfde momenten vrij nemen. Deze week klopt alles als
een bus; we hebben samen meer dan een week vrij en we vertrekken morgen naar
onze caravan in Luxemburg.
De Jongste Bediende, onze PR Manager en Het Kind,
zorgen voor Huis, Haard én het weblog. Onze enige zorg is nu om snel alle dingen
te regelen die we moeten regelen; nog wat wassen, een paar telefoontjes plegen,
de tuin sproeien, de potplanten in de schaduw zetten enzovoorts.
Tussendoor
moesten we natuurlijk ook nog even iets eten, iets dat snel klaar is en weinig
rommel maakt.
Spaghetti met tonijn en tomaat, voor twee personen;
2 eetlepels olijfolie
twee blikjes tonijn
1 flinke ui en twee teentjes
knoflook, fijngesnipperd
50 gram ontbijtspek in kleine blokjes gesneden
4
gedroogde chilipepertjes
twee eetlepels vers gehakte basilicum
1 blikje
tomatenstukjes of kleine tomaatjes
een scheutje droge witte wijn
Bak ui, spek en knoflook even aan in de olie, doe de pepertjes erbij
Voeg
de tomaten toe, de witte wijn en de basilicum. Laat dit zo even stoven en doe er
dan de tonijn bij.
Schep de saus voorzichtig om.
Kook de spaghetti
intussen “al dente” en giet ze af.
Meng de pasta met de saus en voilá, een
supersnelle, smakelijke maaltijd!
Een stukje kaas toe, bijzonder lekkere kaas vandaag; Tomme de Savoie.
En
espresso.
Aardappelsalade uit Saksen.
Aardappelsalade, dat is een gerecht van gekookte aardappelen met een klodder
mayonaise en nog wat smaakmakers. Men maakt het tijdig klaar, zodat het vóór het
gegeten wordt in de koelkast tot stervens toe kan afkoelen. En daarmee tovert
men dan de suggestie van een heerlijke, frisse begeleider voor de zomerse
maaltijd op het terras, al dan niet vergezeld van verkoold vlees van het
houtskoolcomfoor.
Het klinkt wat gechargeerd, maar het is toch waar, nietwaar? Ruk de eerste de
beste verpakking kant-en-klare aardappelsalade open (van welk merk dan ook!) en
je zult zien dat ik gelijk heb. En het is mijn ervaring dat er her en der thuis
nauwelijks meer van wordt gebrouwen.
Zo niet in Duitsland. Hét land van de aardappelsalade.
Duitsland is
groot. Alle Bundesländer (in onze begrippen provincie’s, maar dan iets meer)
hebben hun eigen cultuur, hun eigen gebruiken, hun eigen eigenheid.
En elk
Bundesland pretendeert dat de énig échte “Kartoffelsalat” bij hun vandaan komt.
Wat ze gemeenschappelijk hebben is de overtuiging dat aardappelsalade een
serieuze zaak is. Dat is niet om te lachen! Ze gaan er mee om zoals Italianen
omgaan met hun pasta. Het gerecht dient simpel te zijn, maar met zorg en met de
beste spullen klaar gemaakt. We mochten dat meemaken bij Duitse vrienden, maar
ook in de plattelandsherberg, en ook in het toprestaurant. Kartoffelsalat is een
erezaak!
Vanavond koos ik voor een recept uit Saksen. Ik vond het in “Aus Deutschlands Küchen”
Als bijgerecht bij de hoofdmaaltijd volstaat het voor vier personen. Als stevige
lunch zul je er met z’n tweeën voldoende aan hebben.
1 kilo vastkokende aardappelen, in de schil gekookt,
100 gram gerookt
spek,
1 kleine ui,
3 eetlepels azijn,
1 kop vleesbouillon,
peper
uit de molen,
3 eetlepels bieslook
Ik kookte de aardappelen tot ze gaar waren, maar nog wel flink stevig. Ik
pelde ze en sneed ze in forse schijven, daarna deed ik ze in een mengkom. Het
spek sneed ik in kleine reepjes en bakte dat samen met de gesnipperde ui tot
alles glazig werd. Dan de azijn erbij. Dit mengsel ging bij de aardappels en ik
schepte het geheel duchtig om. De bouillon had ik intussen verwarmd en ook die
schepte ik door het mengsel. De aardappelsalade zag er nu “glitschig” uit, niet
droog, een beetje glanzend. En dat was precies wat die Saksers (en ook ik)
wilden met hun Kartoffelsalat. Peper uit de molen en een snuifje zout maakten de
schotel af. Bij het opdienen werd het gerecht versierd met de bieslook.
Zo
simpel, zo lekker…
Deze aardappelsalade dient lauw-warm gegeten te
worden
We aten er lamscarbonades bij en gemengde salade.
Het toetje bleef beperkt
tot espresso.
© paul
Gegratineerde asperges met gorgonzola…
Geïnspireerd door de aspergemarkt gisteren aten we vandaag asperges. Ditmaal
gegratineerd met gorgonzola.
Wij vonden het een bijzonder smakelijke
combinatie, deze kaas en asperges.
Voor 2 personen;
1 kilo asperges, zorgvuldig geschild en “al dente”
gekookt
4 plakken gekookte ham
Laat de asperges even uitlekken, gooi het kookvocht niet weg.
Maak een roux van;
1 eetlepel boter
1 1/2 eetlepel bloem
een paar
lepels kookvocht van de asperges
een scheutje room.
kruid de roux met
flink wat peper en nootmuskaat.
Voeg dan, als je een mooie dikke saus hebt, ongeveer 125 gram gorgonzola in
blokjes toe en roer tot alles opgelost is.
Verpak de asperges met telkens een paar tegelijk in een plak gekookte
ham.
Schep de saus in een ovenschaal en schik de asperge/ham rolletjes
erop.
Giet er nog wat saus over en leg er een paar stukjes gorgonzola
bovenop.
Zet de schotel zo 8 minuten onder de voorverwarmde grill op 200
graden.
Wij dronken er een glas Rivaner bij.
Espresso
toe.
Ravioli met spinazie en ricotta…
Nadat ik het aardbijentaartje gebakken had ben
ik nog uren bezig geweest met de restverwerking, (ik hield 6 eiwitten over en ik
had bedacht dat ik daar maar eens iets mee moest doen) het werd dus een echte
kook-en-bak-dag vandaag. Verslag van de restverwerking volgt later.
Maar er
moest ook nog iets op tafel komen voor het avondeten:
Ravioli met
spinazie;
Voor vier personen
maak pasta van:
300 gram harde tarwebloem (verkrijgbaar in Italiaanse
winkels, Sligro, delicatessenzaken)
3 hele eieren
een snufje zout.
Vorm van de bloem en het zout een bergje op het aanrecht en maak een kuiltje
in het midden.
Breek de eieren hierin. Meng de eieren en de bloem tot je een
mooie egale massa hebt en kneed het deeg grondig door. Laat het deeg een half
uurtje rusten en kneed dan verder in de pastamachine of rol het uit met een
deegrol. Rol het deeg uit tot 3 mm dikte en snijd er rondjes uit met een
doorsnee van ongeveer 6 cm.
Maak intussen de vulling van;
300 gram verse spinazie even koken in weinig
water. Goed uit laten lekken, het vocht er zoveel mogelijk uitknijpen en dan de
spinazie fijnhakken.
2 eidooiers
150 gram ricotta
flink wat geraspte
nootmuskaat
75 gram vers geraspte Parmezaanse kaas
zout, versgemalen
zwarte peper
Alles goed mengen.
Het pastadeeg uitrollen in brede lappen. Leg een theelepel van de vulling, op
één vel van de pasta. Leg het volgende vel erop en druk rondom de vulling de
randen goed aan of vouw ze om en snijd ze op maat (eventueel kun je een beetje
eiwit gebruiken om de randen mee in te smeren, daarmee plak je het pakketje goed
dicht!
Leg de gevulde ravioli op een theedoek tot ze allemaal klaar zijn.
Kook de pasta ongeveer 4 minuten in een grote pan met gezouten water. Dien
op met gesmolten boter met een paar blaadjes salie en wat Parmezaanse
kaas.
Macarons…
Met de eiwitten die over bleven heb ik macarons
gemaakt. Ik volgde het recept van de gebroeders Roux.
Het maken van
schuimgebak is niet eenvoudig, en dat bleek al snel. Het maken van de massa is
niet zo moeilijk, maar het bakken, of eigenlijk drogen van het schuimgebak is
een ingewikkelde zaak.
Bakkers maken schuimgebak in een afkoelende oven, ná
het bakken van het brood en banket.
De vader van Eupotours, brood- en
banketbakker, kon dat heel erg goed. Hij was beroemd om zijn schuimtaarten die
hij nog tot op hoge leeftijd, ook in zijn keukentje thuis, bakte.
Macarons kun je maken in allerlei smaken. Ik ben simpel begonnen met
chocoladesmaak:
225 gram poedersuiker
125 gram gemalen amandelen
20 gram cacao
4
eiwitten
25 gram suiker
Zeef de poedersuiker en de cacao.
Klop de eiwitten bijna stijf, voeg de
suiker toe en klop dan op de hoogste mixerstand gedurende 1 minuut tot ze
helemaal stijf zijn.
Strooi het poedersuiker-amandel-cacaomengsel over de
eiwitten en vouw dit alles voorzichtig met een spatel dooreen. Het mengsel moet
glad en goed gemengd zijn.
Spuit het mengsel in kleine ronde bolletjes op een met bakpapier bedekte
bakplaat.
Tot zover verliep alles prima. Ik had een mooie massa die prima smaakte.
Maar dan schrijven de gebroeders Roux:
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Laat de koekjes ongeveer 15 minuten bij kamertemperatuur staan zodat ze een dun
korstje vormen en bak ze dan 10 minuten met de ovendeur op een kiertje, zodat de
stoom kan ontsnappen.
Ik heb een Gaggenau-hetelucht oven, te gebruiken in verschillende standen;
met onder- en bovenverwarming, of alleen onder-, of alleen boven-, of hete
lucht, of grill, of grill met hete lucht. Kortom een prima oven. Ik gebruik
meestal de hetelucht stand. Zo ook bij het bakken van deze schuimkoekjes.
Ik volgde dus het advies van de broeders Roux, maar als ik mijn ovendeur op
een kiertje zet, schakelt de oven uit. Dus deed ik de oven dicht. Toen ontstond
er inderdaad veel stoom. Oven weer open. Na 10 minuten was er nauwelijks iets
gebeurd. Na nog eens 10 minuten bedacht ik dat ik de hetelucht misschien moest
uitschakelen(!) en gewoon boven- en onder verwarming moest gebruiken.
Dat
ging al beter.
Ik bakte weer 10 minuten met het deurtje dicht. Een enorme
stoomontwikkeling in de oven was het gevolg. Deurtje weer open.
Om een lang
verhaal kort te maken; ik ben zo ongeveer 1 1/2 uur bezig geweest om met het
deurtje open en dicht, de koekjes te bakken.
Het uiteindelijke resultaat was
wel goed, mooi knapperig aan de buitenkant, nog een klein beetje zacht
vanbinnen.
Een goede tip van de gebroeders Roux; laat direct na het bakken wat water
tussen de bakplaat en het bakpapier lopen. De koekjes laten dan gemakkelijk los
van het papier.
Vervolgens maakte ik een vulling;
100 gram pure chocolade liet ik au bain
Marie smelten. Ik deed er 120 ml room en een scheutje Kirsch bij en klopte het
geheel tot een bijna stijve zalf.
Ik smeerde de vulling op de platte kant van een koekje en drukte ze, twee aan
twee, tegen elkaar.
Het resultaat was goed, ze hadden iets boller gemogen, maar dat komt denk ik
omdat de temperatuur bij aanvang te laag was. Als de begintemperatuur in het
begin even hoog is vormt zich een hard laagje waardoor ze niet meer
uitlopen.
De smaak was uitstekend, maar 10 minuten baktijd…
Ik ben er de
hele middag mee bezig geweest!
© ellen.
Aspergemarkt en historische optocht Boerenbondsmuseum…
Voor wie zin heeft in een leuk uitstapje; vandaag is er in
ons dorp Gemert van alles te doen. Op het Ridderplein wordt van 10.45 tot 17.00
uur de jaarlijke aspergemarkt gehouden en om 14.00 vertrekt vanaf het
Ridderplein een historische optocht van het Boerenbondsmuseum.
De foto is van
de optocht van vorig jaar.
Ik zal vanavond verslag doen van het
evenement.
Aardbeientaartje…
We aten ze deze week al, verse Hollandse aardbeien en ze waren lekker, heel
lekker. Vandaag maar snel nóg een doosje gehaald bij de boerderijwinkel. Zijn
dit nu de beroemde Lambadas waar iedereen over schrijft? Ik denk het wel, maar
zeker weten doe ik het niet. Ik weet alleen zeker dat ze erg lekker zijn. Veel
sappiger dan de Spaanse aardbeien die in de supermarkten te koop zijn op dit
moment.
Ik vulde er vandaag een taartje mee.
Ik maakte hiervoor een zoet korstdeeg (recept van Michel en Albert Roux),
ideaal voor blind gebakken vruchtentaarten.
Voor een taartje met een doorsnee
van 22 cm.
250 gram bloem
100 gram boter
100 gram
poedersuiker
mespuntje zout
2 eieren
Zeef de bloem op het werkvlak en
maak een kuiltje in het midden. Verdeel hierover de in kleine stukjes gesneden
boter. Voeg de suiker en het zout toe en daarna de eieren, meng alles goed en
schuif er geleidelijk de bloem bij.
Kneed het deeg een paar maal met de palm
van je hand goed door. Rol het deeg tot een bal en leg die met folie afgedekt
een half uurtje in de koelkast.
Rol het deeg dan uit tot een schijf, groot
genoeg om bodem én randen van de springvorm te bedekken.
Leg het deeg met
behulp van de roller in de ingevette vorm. Druk de randen goed aan en bekleed
dan het deeg met bakpapier.
Stort op het bakpapier dan iets om het deeg te
verzwaren cq op zijn plaats te houden, bijvoorbeeld gedroogde boontjes, knikkers
of ,te koop in kookwinkels, aluminium palletten. Ikzelf gebruik hiervoor
Portugese gedroogde ogenboontjes. Je kunt ze heel veel keren gebruiken.
Bak
de taartvorm dan 30 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden.
Maak intussen een banketbakkerscrème;
6 eierdooiers
(40 gram bloem
zeggen de gebroeders Roux. Ik vind dat eigenlijk niet nodig, de dooiers binden
genoeg. Ik geef toch de versie van de broeders Roux voor wie zeker wil
zijn.)
40 gram bloem
125 gram suiker
500 ml melk
1 vanillestokje,
gespleten
Doe de eierdooiers en 1/3 van de suiker in een kom en klop zolang
tot het mengsel bleek van kleur is en een lint vormt. Zeef de bloem hierboven en
meng zorgvuldig.
Breng de melk met de rest van de suiker en het vanillestokje aan de kook.
Schenk, zodra de melk kookt ongeveer 1/3 al roerend bij het dooiermengsel. Giet
dit terug in de pan en laat dit op een heel laag vuur, onder voortdurend roeren,
nog 2 minuten doorkoken.
Giet de room nu in een kom. Bestrooi de custard met
wat poedersuiker om velvorming te voorkomen.
Giet de afgekoelde banketbakkersroom in het taartje, schik er de aardbeien
op. Druk de eerste laag aardbeien in de room en leg er dan nog wat aardbeien
bovenop.
© ellen
Mastika…
Op de zonnige eerste ochtend van ons weekend Luxemburg plaatsten onze gasten
het flesje pontificaal op de ontbijttafel. Alex wist daarbij te vertellen dat
een ver Macedonisch familielid, mevrouw Angelovsky, elke ochtend een borrel tot
zich nam, vooraleer de dag écht te starten. Ze zwoer erbij, het was gezond en
het behoedde haar voor allerlei kwalen. Mevrouw Angelovsky was er oud mee
geworden. We begrepen de hint, maar het Ministerie bedankte beleefd doch
resoluut voor het aanbod. Wij waren geen vroege-ochtend-drinkers, zelfs niet als
het ten bate was van onze gezondheid.
Het goedje heet Mastika. Het is een aan Ouzo, Raki en Arak verwante drank en
komt uit Bulgarije en Macedonië. Evenals bij Raki en Ouzo wordt de basis voor
Mastika gevormd door een stooksel van vijgen, pruimen, kwetsen of druiven. Of
een mengsel van dit alles. De typische smaak van dit type drank wordt verkregen
door de toevoeging van een overdaad aan anijs. Je kent het ongetwijfeld als het
notoire borreltje vóór aanvang van een maaltijd in een Grieks restaurant. Het
bijzondere van Mastika is dat er zowel bij het filteren van het stooksel alsook
in het eindproduct hars wordt gebruikt. Die hars komt van de mastiekboom, en zie
daar, de naam is meteen verklaard. En ook verklaard is het subtiele
smaakverschil met Raki en Ouzo, want die ontberen de hars.
Mastika bevat 45 % alcohol, vandaar dat de hars helemaal oplost in de
vloeistof. Je drinkt het met ijswater en nieuwlichters doen het met klonten.
Maar de echte liefhebber neemt Mastika onverdund tot zich, gekoeld, dan wel op
kamertemperatuur. Je gebruikt het als begeleider van lichte voorgerechten zoals
salade, sardines, calamares of schelpdieren. Op de Balkan vindt men de drank
prima samen gaan met traditionele gevogelteschotels.
Ons flesje komt uit Macedonië, waar Mastika de nationale drank is. De smaak
lijkt, zoals gezegd, op Ouzo, maar de toevoeging van de mastiekhars maakt het
wat ronder, wat fijner. Ik proef de hars ondanks het smaakgeweld van alcohol en
anijs terug. Ook heeft de drank wat peperigs. Het is en blijft een forse borrel
die een branderige sensatie in je slokdarm teweeg brengt. Ik drink mijn borrel
op kamertemperatuur. Ik vind het heerlijk. Ellen is niet zo van de Mastika, zij
houdt het liever bij de vertrouwde jenever.
© paul
Aspergesoep met stilton…
Ik had het kookvocht van de asperges van gisteren bewaard en er waren ook nog
wat aspergestukjes over, een soepje dus vanavond. Ik had ook nog een stukje
stilton en besloot de kaas door de soep te doen.
Ik heb de aspergebouillon
gebonden door een roux te maken met wat boter en bloem. Ik deed er scheutje room
bij en de kaas in kleine stukjes. De aspergestukjes van gisteren toegevoegd en
op smaak gemaakt met wat roze en zwarte peper en versgehakte platte
peterselie.
Op de borden heb ik een klein stukje stilton gelegd en daar de
soep op geschept.
© ellen