Eten en geweten… Dilemma op je bordje

AGV, maar toch...
Ik stond vandaag in de super voor het rek met eieren en ik wist het echt niet meer… Welk ei komt nou van een kip die echt een fatsoenlijk leven gehad heeft? Vrije uitloop, Scharrel, Rondeel, Maisscharrel, Polderkip… en ga zo maar door. Ik weet het echt niet meer! Ik probeer zo goed mogelijk inkopen te doen. Let op afstanden, Foodmiles, diervriendelijke teelt; maar wat is juist? De sperzieboontjes uit Nederland smaakten vorige week niet echt. Slap, flauw. Ik las dat de boontjes uit Kenia, ja juist: kilometers foodmiles, heel milieuvriendelijk geteeld worden én dat de telers in Kenia er ook een goed bestaan aan over houden…

Nou dan maar eens boontjes uit Kenia gekocht. Ze zagen er bovendien prachtig uit. Erbij biologische krieltjes (uit Nederland). Ik zou ze in de schil even voorkoken en dan bakken. Om de maaltijd compleet te maken een karbonaadje van de Sumiranboerderij, dan weet ik in ieder geval zeker dat het varken een goed leven heeft gehad en fatsoenlijk voer gegeten heeft! Zelf gezien!

Conclusie van deze weldoordachte maaltijd: het vlees was prima (overigens gebakken in geklaarde Belgische boerderijboter), de boontjes waren flauw van smaak en de aardappeltjes smaakten nergens naar.

Hoe kan het toch dat smaken steeds meer vervlakken? Tomaten smaken waterig, perziken zijn knoer-hard en zurig, peren zijn vooral melig… ga zo maar door!

Ja natuurlijk, het is wel mogelijk om fatsoenlijk eten te bemachtigen maar dan ben je echt een dag bezig om de noodzakelijke boodschappen bij elkaar te zoeken.

Ik ben de afgelopen weken misschien wel erg verwend; in Luxemburg vind ik, gewoon in de Supermarché, precies wat ik wens: mooi rijp fruit, biologisch vlees, alle soorten kip ( met een fatsoenlijke achtergrond, d.w.z. een vrij leven, goed voer enzovoorts), eieren waarvan ik zeker weet dat de kippen een goed leven hebben gehad en goed voer aten (hoe-en-wat staat duidelijk op de verpakking).  Duur? Ja, dat dan weer wel. Maar dat wisten we al, als je echt lekker en verantwoord wilt eten hangt daar doorgaans ook een prijskaartje aan!

Soms denk ik wel eens “Waarom pikken we dit, waarom zeggen we niet met z’n allen dat onze Supermarkten de boom in kunnen met hun slechte, smakeloze producten.

En de specialisten? In ons dorp Gemert is nog één echte slager, één bakkerij en twee bakkers die hun brood aangeleverd krijgen, en één groentehandelaar. De kleine middenstand is al jaren geleden ‘genekt’ door de vijf grote supermarkten,  Vreemd genoeg zijn er zeker 8 kappers in ons dorp! Het is maar waar je je prioriteiten legt!

© ellen

 

Zelfgemaakte spinazieravioli

zelfgemaakte spinaziepasta
Het was een rommelig weekje, ik moest werken op mijn vrije dagen en had vrij op een dag dat ik normaal werk. Ik werkte ook een halve dag en dan blijven er van die rare tussenuren over, te kort om echt iets te ondernemen, te lang om helemaal niets te doen. Meestal experimenteer ik dan maar wat in de keuken. Zo maakte ik woensdag maar weer eens zelf pasta. Ik vind dat altijd een prettig klusje waar je lekker bij kan wegdromen. Heel onthaastend! Ik wilde dit keer ook groene pasta en gebruikte spinazie om de pasta te kleuren en extra smaak te geven. Met de vulling van ravioli kun je eindeloos variëren; verschillende soorten kaas, vlees of vis. alles is mogelijk. Dit keer maakte ik een vegetarische vulling  met spinazie, ricotta en Parmezaanse kaas. Erbij een saus met pittige gorgonzola.

Voor de pasta;

  • 300 gram pastameel
  • een snuifje zout
  • drie eieren (bewaar één eiwit om de ravioli mee vast te plakken).
  • 2 eetlepels spinazie, even geblancheerd. Heel goed uit laten lekken  en dan heel fijn hakken.

Kneed eierdooiers, zout, spinazie  en pastameel door elkaar tot je een mooie deegbal hebt en laat die even rusten onder folie. Verwerk/kneed het deeg dan verder in de pastamachine of rol het met de hand uit tot een mooie dunne lap.

  • Maak de vulling van:
  • 250 gram spinazie
  • 200 gram ricotta
  • 2 eidooiers
  • 150 gram vers geraspte Parmezaanse kaas
  • wat zout, peper en nootmuskaat

De spinazie even blancheren in kokend water en goed uit laten lekken. Druk het vocht er zoveel mogelijk uit en hak de spinazie fijn. Meng dan alle ingrediënten tot een zalvige massa.

  • en voor de saus;
  • 1 sjalot zeer fijngesnipperd
  • 1 klein klontje boter
  • scheutje witte wijn
  • 100 gram gorgonzola
  • een flinke scheut room
  • vers gehakte platte peterselie
Verwarm de boter en laat daarin de sjalotjes even uitzweten. Blus af met de witte wijn en laat inkoken. Giet er de room bij en breng langzaam aan de kook. Brokkel de gorgonzola in de room en laat de kaas smelten. Breng de saus verder op smaak met peper, en eventueel wat zout. Kook de saus nog even wat in en strooi er wat vers gehakte platte peterselie over.

Maak pastadeeg en steek er rondjes uit met een doorsnee van 7 centimeter. Leg op ieder plakje deeg een lepeltje van de vulling. Bestrijk de randen met losgeklopt eiwit, en leg er een rondje deeg op. Druk de randen goed aan en leg de ravioli op een schone doek.

zelfgemaakte spinaziepasta

Kook de ravioli in ruim water ongeveer 5 minuten. Ze zijn gaar als ze boven drijven! Schep ze met een schuimspaan uit de pan en leg ze op voorverwarmde borden. Giet er wat van de saus over en dien snel op.

Geef vooraf een mooie groene salade met tomaatjes.

Kopje espresso toe.

© ellen.

Linzen “di Castelluccio di Norcia”…

linzen uit Castelluccio di Norcia

De laatste opruimronde in onze kelder verstoorde de natuurlijke ordening der dingen. De kelder ziet er netjes uit, daar niet van, maar voor een deel is niet meer te achterhalen welke spullen wanneer werden aangeschaft, repectievelijk via welke gulle gever de zaken in de kelder belandden. Ik houd het erop dat deze linzen tot ons kwamen via Ans en Alex, meegebracht van een Italiëreis.

Lenticchia di Castelluccio di Norcia, zo luidt de volledige naam. Linzen uit het gebied van Castelluccio, een kerkdorp van de gemeente Norcia in Umbrië, op de grens met de Marken.

De linzen genieten een geografische herkomstbenaming. Dat betekent ook dat er voorwaarden zijn gesteld aan de productie en verwerking. Ze worden geoogst in augustus, maar pas eind september te koop aangeboden. De linzen worden traditioneel geteelt. Sommige internetbronnen vermelden dat de teelt biologisch zou zijn. Ik heb daar geen aanwijzingen voor gevonden.

Wel vonden we een overdaad aan lofbetuigingen voor de Lenticchia di Catelluccio di Norcia. Intussen kunnen we die uit eigen bevinding bevestigen. We vonden deze peulvruchtjes zelfs lekkerder dan de door ons zo gewaardeerde linzen uit Puy. Ze smaken romig, lijkt het wel…

Vanavond aten we die wonderlinzen. Ik beschrijf in grote lijnen hoe we ze klaar maakten. De receptuur is afgestemd op twee personen. Maak je meer dan moet je wat rommelen met hoeveelheden ingrediënten. Maar wees gerust lezer, het wijst zichzelf.

  • 150 gram linzen,
  • spek in dunne reepjes,
  • 2 uien,
  • 1 teen knoflook,
  • 8 kerstomaatjes,
  • peterselie, laurier, tijm,
  • peper en zout.

Spoel en was de linzen in water. Zet ze vervolgens op in een pan met koud water, samen met een ui, de peterselie, de laurier en de tijm en breng het geheel aan de kook. Laat de linzen een klein halfuur zachtjes koken. Kontroleer of ze gaar genoeg zijn (let op dat ze niet te zacht worden). Giet de linzen af in een zeef en verwijder de kruiden en de ui.

Bak in een ruime pan het spek (voeg als het spek erg mager is wat olijfolie toe). Wanneer het mooi bruin is haal je het uit de pan. In het achtergebleven vet bak je de tweede ui, die je in ringen hebt gesneden, en de fijngehakte knoflook. Wanneer ui en knoflook mooi glazig zijn voeg je de gehalveerde kerstomaatjes toe. Laat alles een paar minuten zachtjes stoven. Schep eventueel een teveel aan spekvet uit de pan. Stort daarna de linzen in de pan en verwarm het geheel. De spekjes erdoor en het gerecht kan op tafel.

Dit recept is natuurlijk te maken met elke soort linzen, zelfs met die uit blik. Maar doe jezelf een onvergetelijk plezier lezer, en ga achter die linzen uit Castelluccio aan. Je hebt dan iets onvergetelijks.

Wij aten er een stukje varkensgebraad bij, meer hoefde het niet te zijn.

Kop espresso toe.

linzen_right

© paul

Wim Keizers…

carnaval zondag

Een zonovergoten nazomerdag was het. Een koele bries maakte de dag acceptabel. We namen gisteren afscheid van Wim.

Wim bezweek vorige week alsnog aan de Grote Sloper, na lang en moedig weerstand te hebben geboden. Al was de afloop van de strijd vooraf bekend, het eind kwam toch aan als een verpletterende dreun, en het kwam te snel. Wim was zesenvijftig jaar oud.

We liepen de deur niet plat bij elkaar, maar bijna twintig jaar waren we overburen van Wim en Mirjam. Een praatje op de stoep of op de hoek van de straat, de notoire groet, nu en dan een bezoek, een enkele keer wederzijds op feest. Drie schattige meisjes hadden ze, we zagen ze opgroeien tot de vrouwen die ze nu zijn.

Wim laat een gapend gat achter, hoe kan het anders. Zijn opgewektheid, zijn gulle lach, zijn altijd-vriendelijkheid, zijn weergaloos gevoel voor humor. Er zat geen spat kwaad in die man. Iedereen, maar dan ook iedereen, werd na weer een slopende Carnavalsnacht op de eieren genodigd. Het halve dorp maakte er gebruik van…

Wim trommelde. Bij het Jachthoorn- en Trompetterkorps sloeg hij aanvankelijk de grote trom. Maar verder timmerde hij op alles wat geluid maakte; Mirjam en de kids werden er soms hoorndol van. Op deze web site verscheen steevast op Carnavalszondag een plaatje van Wim. Mét trom en Trompetterkorps. Een aantal jaren op rij…

Onze droefenis valt in het niets vergeleken bij het verdriet van Mirjam, de Kinderen en al die andere familie, vrienden en vriendinnen die dichter bij Wim stonden. Woorden van troost schieten altijd tekort, maar we leven met jullie mee..

Liefs, Ellen en Paul…

Vreemde marinade…

marinade grafsteen Hond Max

Tja, dit lijkt wel… Raad maar eens beste lezer…
In een degelijke pan… het zou zomaar een goed stuk vlees kunnen zijn, dat zou je ook verwachten hier op deze site…
Niets van dit alles; in mijn pan ligt vandaag een monumentje voor Hond Max! Gekker moet het niet worden zal je zeggen, maar laat het mij even uitleggen: De Kids van Eupotours waren tijdens onze gezamenlijke vakantie in Luxemburg nog diep onder de indruk van het overlijden van Hond Max. Zij wilden graag iets moois maken voor op het graf van Max. Ze zochten een mooie steen uit en zijn vervolgens een dag bezig geweest om de naam, geboorte- en sterfdatum van Hond Max op de steen te beitelen. Er kwam ook nog een mooie bloem bij en een lamskarbonaadje (dat vond hij lekker..)
monumentje voor Hond Max

We bewaarden de stenen (het zijn er twee geworden; één met datum en één met versiering, zorgvuldig. We zoeken een passend moment op de stenen op het grafje te plaatsen. Vriend Hennie, beeldhouwer, kwam ook nog even langs tijdens de vakantie en bewonderde de stenen. Volgens vriend Hennie moesten de stenen een nachtje in de karnemelk om de porositeit tegen te gaan. Weersomstandigheden hebben dan minder invloed op de steen en de inscripties zullen minder snel verweren.

…vandaar deze vreemde marinade…

© ellen.

Pruimenchutney

jam en chutney

Ik schreef net al over de frambozenjam op de camping, thuisgekomen kreeg ik van Marleen blauwe pruimen uit hun boomgaard. Daar maakte ik dus ook weer een paar potten jam van. Vandaag hadden we wel zin in een wandeling en plukten meteen hier en daar wat bramen; precies 1250 gram bramen. Goed voor 6 potjes jam. Lekker, dat wel, maar eigenlijk eten wij zelden jam… Nou ja, een aardig cadeautje om weg te geven. Toen ik met de bramenjam bezig was zei Paul dat er ook nog wat pruimen in de koelkast lagen. “kan je die er niet bij doen? Of maak er nog eens van die lekkere chutney van zoals we vroeger wel deden.” Een goed idee, chutney eten we zelf wel graag en deze smaakt prima bij winterse grove zelfgebakken paté.

Je kunt deze chutney beter niet in een wijde jampan maken, het kookt dan te snel in en de massa wordt te dik. Neem een gewone roestvrijstalen pan met deksel.

 

  • 3 1/2 dl ciderazijn
  • 500 gram bruine basterdsuiker
  • 1 theelepel mosterdpoeder
  • 1/2 theelepel gemalen kaneel
  • 1/2 theelepel zout
  • 1/2 theelepel chilipoeder
  • 125 gram pruimen, de pitten verwijderen en in stukjes snijden
  • 500 gram appels, geschild en zonder klokhuis, fijngehakt
  • 150 gram rozijnen
  • 175 gram uien, fijngehakt
  • 250 gram tomaten, fijngehakt

Meng de azijn met de suiker en de kruiden en verhit het mengsel tot het kookpunt. Doe er de appels, tomaten, uien, pruimen en rozijnen bij en breng opnieuw aan de kook. kook de chutney, steeds roerend met een houten lepel. Als de vloeistof teveel verdampt kun je een deksel op de pan leggen. Na ongeveer 30 minuten heeft de chutney de juiste dikte. Schep het in warme schone potten en sluit ze direct af.

Lekker bij paté maar ook bij geroosterd varkensvlees.

© ellen.

Jam, jam, jam…

jam
Ik geloof dat ik nog nooit in één zomer zoveel jam gemaakt heb als dit jaar. Het begon al tijdens onze vakantie in Luxemburg. Waar een paar jaar geleden het grote beukenbos helemaal omwaaide tijdens een storm, groeien nu allemaal andere planten en struiken. Omdat er nu veel licht op deze plek is staat het er vol met frambozenstruiken. Dit jaar konden we er voor het eerst een flinke vergiet vol wilde frambozen oogsten. Daar moet natuurlijk meteen iets mee gedaan worden, dus snel potjes gekocht en suiker en hup in de bloedhete caravan frambozenjam gemaakt. Met geleisuiker; 1250 gram vruchten en 500 gram geleisuiker aan de kook brengen. 2 minuten flink doorkoken en klaar. De kids hielpen mee de potjes vullen en hebben ook prachtige etiketten gemaakt.

frambozenjam,koken op de camping

Best leuk werk zo op vakantie… ventilator erbij en het was goed te doen…
We hadden eigenlijk ook teveel aardbeien gekocht op de markt maar net niet genoeg voor een pan jam. Ik deed er een perzik bij en een paar abrikozen tot het gewicht samen 1250 gram was en dat leverde ook nog een paar potten jam op.

frambozenjam

© ellen.

Lijsterbes…

lijsterbes

Lijsterbes…
Hij zei dan: De lijsterbes kleurt vroeg dit jaar, het zal gauw herfst worden. Hij zei het in augustus. Die uitspraak van mijn vader had voor mij een blijmoedig profetische waarde.

Vanaf mijn prilste jeugd ben ik dol op de herfst. Op de ochtendnevel die de wereld klein maakt, op de doorbekende zon die het afstervend blad van de beuk laat opvlammen. Op de roos die een laatste bloem laat bloeien in  schemerig licht, ze blijft geuren. Maar ook op de regen, de stormen, de kou. Het is weer goed thuiskomen, de kachel brandt. De paddenstoelen komen…

Mijn vader had andere gedachten. Hij kon in weer en wind, elke dag weer, de deuren langs om wat schamele centen te collecteren, de premie voor een eenvoudige volksverzekering. Vaak nat tot op de draad, koud tot op het bot. En de winter moest nog komen…

De lijsterbes kleurt vroeg dit jaar, het zal gauw herfst worden. Hij zei het in augustus, hij zei het elk jaar weer…

Wortelpuree, maar anders…

wortelpuree

We kwamen thuis van vakantie en vonden op de berg kranten en poststukken maar liefst drie briefjes van KPN/TNT (Tante Post voor intimi…). Het Kind had ze als prioriteit voor ons gesorteerd en boven op de stapel gelegd. De briefjes lieten ons weten dat er op diverse adressen in onze buurt pakketjes lagen te wachten op onze thuiskomst. ( De Post doet dat tegenwoordig, je spullen afgeven, ergens in de buurt, wanneer je er even niet bent. Ik vind dat prima. Het bevordert impliciet het noodzakelijk contact met je buurtjes en je hebt snel je spullen ter beschikking.)

Twee van de pakketten bevatten onderwijs gerelateerde uitgaven, bestemd voor Ellen d’r bibliotheek. Het andere poststuk was afkomstig van Uitgeverij Van Dishoeck. Eindelijk weer eens een kookboek! En ach, het gebeurt wel vaker dat uitgeverijen belang stellen in de mening van het Ministerie. Dus sturen ze ons hun nieuwste uitgaven op gastronomisch gebied. En of het Ministerie er dan ook iets aardigs over wil schrijven…

We schrijven er heus wel over, zie de rubriek Lezen en Eten. Maar alleen schrijven we erover wanneer het gebodene ons ook aanstaat. Al in de oertijd van deze website besloten we de slechte zaken simpelweg dood te zwijgen (een enkele uitzondering daargelaten). Wijnen, restaurants, winkelketens, groot- of kleingrutters, bieren of kookboeken. We zullen ze prijzen indien de geboden waar het waard is. En anders hoor je er hier niets over. Met al de foute rommel die we ook tegenkomen zouden we wel drie websites kunnen vullen. We hebben daar geen zin in en ook de ons beschikbare tijd is niet toereikend…

Enfin, Van Dishoeck stuurde ons een kookboek. Simple Pleasures van de Nieuw-Zeelandse auteur Annabel Langbein. Je zou haar kunnen kennen, lezer. Haar televisie kookrubriek wordt regelmatig uitgezonden op de zender 24Kitchen. Ze heeft overigens een goede twintig kookboeken op haar naam staan, dat is niet niks.

Deze uitgave ziet er verzorgd uit. Mooi drukwerk, suggestieve plaatjes. Niet allen worden de gerechten uiterst smakelijk op foto getoond, ook is er plaats voor human interest; Annabel in de moestuin (met aarde onder haar vingernagels), Annabel schenkt de gasten wijn, soep, cocktails, Annabel schikt de tafels. Allemaal niks mis mee…

Het is alleen niet zo mijn keuken, bedacht ik.  Dat zegt overigens niet zo veel over Annabel, het zegt meer over mij. Ik ga het nu niet allemaal uitleggen, dat komt misschien nog wel, later.

Ellen evenwel is overtuigd van dit boek. Aan haar dan ook de eer om er een mooi artikel over te schrijven. En om mijn echtgenote een weinig te plezieren en niet direct de zeikerd uit te hangen koos ik voor de avonddis een gerecht uit dat boek van Annabel.  En eerlijk is eerlijk, het smaakte ons prima en de bereiding voldeed aan mijn culinaire beperkingen. Wortelpuree, maar dan anders

  • 5 middelgrote wortelen (500 gram),
  • 2 eetlepels olijfolie,
  • 2 tenen knoflook,
  • 2 theelepels komijnzaad,
  • 75 gram feta kaas,
  • 60 ml citroensap,
  • 2 theelepels vloeibare honing,
  • 2 eetlepels gehakte dragon,
  • Zouten peper uit de molen.

Schil de wortelen en hak ze grof in stukken. Kook ze met een beetje zout tot ze zacht zijn. Giet ze af en laat ze uitlekken.

In een grote koekenpan verhit je de olie. Bak daarin de fijngehakte knoflook en de komijnzaadjes op een middelmatig vuur tot het begint te geuren (laat de knof niet verbranden!).

Doe knof en komijn samen met de verbrokkelde feta, honing, kruiden, citroensap en uitgelekte wortel in de keukenmachine. Snuif zout erbij en een paar flinke draaien met de pepermolen. Hak alles fijn en breng het op smaak. Klaar! Het gerecht vergt al met al een goede tien minuten van je kostbare tijd. Vooruit dan, erbij vijf minuten voorbereiding…

  • Mevrouw Annabel rept er niet over, maar mijn smaak zegt me dat ik de volgende keer op een of andere manier extra peper toevoeg.  Misschien biber, misschien  harissa ? Het mag in ieder geval gerust pittiger…
  • Ellen opperde dat de smaak ook versterk zou kunnen worden met een paar reepjes ingelegde ansjovis.
  • In de plaats van dragon kun  je ook peterselie of munt gebruiken. Misschien zelfs koriander.
  • Je kunt het gerecht maken, ruim voordat je het gaat gebruiken.
  • Het gerecht diende als bijspijs bij onze maaltijd, het groentegerecht.
  • Bij het opdienen wordt geadviseerd om wat hele goede olijfolie over het gerecht te sprenkelen.  Misschien ook wat geroosterde komijnzaadjes…
  • Te gebruiken als bijgerecht bij geroosterd vlees, als dipsaus, als groentegerecht.
  • Ere wie ere toekomt: heerlijk, Mevrouw Langbein!

We aten er een mooi stuk kortgebakken varkensvlees bij. En een paar sneden knapperig stokbrood. Geweldige maaltijd! We hielden evenwel een schaaltje over. Prima dipsaus om mee te nemen naar het Café van Meester Jan, morgen…

© paul

Peterselie in de Bourgonge

vakantie zomer 2013 Asquins

Ik heb mijn gerede twijfels bij authenticiteit.  Altijd wanneer het erom gaat dat het “live” is, écht zoals het leven,  begin ik innerlijk te protesteren. En ik kan het niet nalaten om de vrienden en vriendinnen die verrukt smullen van  Boer Zoekt Vrouw op de vingers te tikken over hun enthousiasme. “Het is niet écht, het is televisie…”

Ook Ellens plezier, dat van Het Kind of dat van Marleen, in die zogenaamde echtheid van dingen mag ik met stugheid en vol overtuiging onderuit halen. En dat is niet netjes lezer, dat is frikkerig en flauw. Ik weet het, maar ik heb er geen verweer tegen. Ik moet dat doen om mezelf te beschermen tegen onechtheid, anders raak ikzelf het pad kwijt. (Ten koste van het plezier van anderen, dat dan weer wel…)

Ik troost me met de gedachte dat het overgrote deel van onze lezers (ook bovengenoemden) het evenwel vaak met me eens is. Het merendeel wat je als authentiek krijgt voorgeschoteld is pure “fake”. Of het nu is in de film, in het theater, in de krant. Altijd heeft er wel iemand hard aan gewerkt om de waarheid naar zijn hand te zetten. En de televisie spant de kroon! Spontaan en authentiek? A-me-hoela

Kookprogramma’s kunnen er ook wat van. De bedoeling is goed, maar niks is écht echt. En het resultaat van al de inspanningen wordt door jongens en meisjes met verfkwast, belichtingsets en handige montage opgeleukt tot wat je ziet (food design heet dat).

Waar je ook beducht voor moet zijn is de gastronomisch- toeristische informatie waar deze of gene regio in binnen- of buitenland je mee opzadelt. Authentieke kazen, brood van Grootmoeder, échte worstjes zoals toen. Een eerlijke schotel van zeevruchten, jam zoals men die al eeuwen maakte. Enfin, je kent het… Ga je zoeken dan vind je vaak slechts de slappe aftreksels van wat waarschijnlijk ooit was.

Nou heeft de Bourgogne wél een hoop aan authentieks te bieden, ik geef het grif toe. Die wijnen, dat vlees, die kazen… Maar over dat gedoe met die peterselie had ik toch altijd mijn twijfels. Natuurlijk krijg je in restaurants een overvloed van het groen. Bij de slakken, in de hamgelei, in soepen en bij salades. Bij de varkenspoten en in de Boeuf  Bourgignon.  Gekookt, gestoomd, gefrituurd of vers. Maar dat is bij de Hogere Gastronomie, dacht ik. Zou het volk thuis ook zo uitgesproken zijn over die vermeende specialiteit van de Bourgogne? Gebruiken ze het écht of zijn ze het vergeten, of heeft het nooit bestaan in hun volkskeuken?

We wandelden door Asquins. Een sluimerend dorpje in het noorden van de Morvan.  Een paar honderd inwoners telt het. Bakker en slager hadden er geen bestaansrecht meer, maar ze hebben een bibliotheek, een goede kroeg en een restaurant. In de kroeg koop je ’s ochtends je brood.

Nagenoeg elk huis heeft er wel een groentetuin. Het notoire staat te pronken. Wat kool, wat sla. Een bessenstruik, een fruitboom, soms een notelaar. Uien, prei en wortelen. Opvallend weinig boontjes, maar overal stokrozen. En overal een brede richel peterselie, soms plat, soms gekruld. Het was dus toch waar, Bourgondiërs gebruiken een overdaad aan peterselie, ook thuis…

En als ze dan geen tuintje hadden dan losten ze dat op door van een stukje van hun oprit het plaveisel weg te bikken. Plaats voor peterselie moest er kennelijk zijn.

© Paul