Driekoningen (met dekschaal…)

Ik was het plaatje jaren kwijt, maar het zat daar waar het thuis hoorde, in de schoenendoos met oude kunstkaarten. We kregen het kado van Ute en Cees, samen met de Beste Wensen voor het jaar 2006. De afbeelding prijkte in het stenen tijdperk van het Ministerie nog enkele dagen als “kopfoto” op het web-log. (Tegenwoordig doen we niet meer aan kopfoto’s…)

Ook toen verbaasde me de voorstelling. Kijk ik er met een half historisch oog naar dan kan ik me van alles voorstellen bij de laat-romeinse uitdossing. Maar uiteindelijk blijven het toch antieke obers, druk in de weer met dekschalen, zich spoedend naar tafel zes, alwaar een gezelschap druk keuvelend op de maaltijd wacht. (Die mantels lijken me hoogst hinderlijk in de bediening…)

Driekoningen gaat in dit huis nooit onopgemerkt voorbij. Het feest markeert ons nieuwe jaar. De kerstboom wordt afgetuigd, de zwabber gaat over de vloer, de lichtjes in en om het huis worden weer opgeborgen. Hoogste tijd om de plannen voor het nieuwe jaar te bespreken. En enige bespiegeling is ook op zijn plaats. Hond Max levert zijn steentje bij. Hij is vreselijk in de rui, druk doende zijn wintervacht af te stoten. Ook voor hem een nieuw jaar…

Natuurlijk is er een driekoningenkoek. Benieuwd wie dit jaar het boontje treft. En hoe zou het toch zijn met die Driekoningenpubers in Kessenich ?

(De afbeelding kun je overigens in levenden lijve zien in de Basiliek van Sant’ Apollinare Nuovo in Ravenna. Het mozaïek stamt uit de zesde eeuw.)

 

Mechelen en haar koekoek…

mechelen (b)

Ik ben al de hele week snotverkouden en grieperig, maar om nu de hele vakantie thuis op de bank te zitten is ook niet alles. We besloten dus toch maar een uitstapje te maken. En wel naar onze zuiderburen. In de stad Mechelen loopt een tentoonstelling van de schilder/beeldhouwer Rik Wouters en die wilden we zien. Bovendien hebben we goede herinneringen aan het aardige stadje Mechelen. Het leek ons leuk om na het bekijken van de tentoonstelling nog wat door het centrum van Mechelen te wandelen en de mooie geveltjes te bewonderen.

Na een helse tocht met hevige rukwinden en zware plensbuien kwamen we tegen lunchtijd in Mechelen aan. Een goed restaurant aan de Grote Markt was snel gevonden en we nuttigden  een prima  lunch met oesters en lamskoteletjes met rozemarijnsaus. Mooie oesters (creuses), simpel opgediend met wat citroen.  Het lamsvlees was van een uitmuntende kwaliteit. Bij het lamsvlees een taartje van aardappelgratin, boontjes en geroosterde tomaat. Gewoon een goede maaltijd, verse groenten, a point gebraden vlees en eerlijke saus en dan ook nog een zeer redelijke prijs.

Na de lunch bezochten we de tentoonstelling van Rik Wouters. Prachtig werk, we waren onder de indruk! Paul zal er nog wel over schrijven. Het was zeker de moeite van de tocht waard! Van harte aanbevolen Rik Wouters in Mechelen!

mechelen (b)

Onze geplande wandeling door het centrum van Mechelen viel letterlijk in het water. Het kwam met bakken uit de lucht dus liepen we in rap tempo naar de parkeergarage terug. Maar je kunt toch niet in Mechelen zijn geweest zonder een souvenir… En wat is nou een beter aandenken aan Mechelen dan een Mechelse koekoek? We schreven hier al eerder over de beroemde Mechelse kip. Gelukkig zagen we door het regengordijn een poelier. Super gesorteerd; mooi opgebonden fazanten, kwartels, patrijzen, Poule de Bresse en natuurlijk de Mechelse koekoek. We kochten een fraai exemplaar van 2200 gram. De koekoek werd ons getoond mét pootjes en kop, zo kunt ge zien dat het een echte is.

Kop en poten werden er met een deskundige klap afgehakt. Lever en maagje werden in een apart zakje bijgeleverd en zo hoort dat ook!

Ik zal de koekoek met respect in een mooi gerecht verwerken. Later meer dus over deze bijzondere vogel.

 

Zelfgemaakte ravioli met spinazievulling en gorgonzolasaus

ravioli met spinazie en ricotta

Wij hebben deze week nog samen vakantie en brengen de dagen bijzonder lui door; lezen, rondje met Max, een film en/of een opgenomen Tatort kijken en, wat mij betreft, een hoop gesnotter en gehoest. Paul lijkt alsnog van dit virusje gevrijwaard, maar je weet maar nooit… Tussen het lezen en film kijken door twijfelen we al dagen; zullen we de kamer Witten en Schilderen, de kerstboom opruimen, of zullen we naar Luxemburg vertrekken? Zullen we naar de film gaan, of morgen naar Mechelen een tentoonstelling bezoeken? Kortom heerlijke luie besluiteloze dagen…

Vanmiddag had ik toch wel even genoeg van het lanterfanten en ik besloot (mijn boek was uit natuurlijk, maar er liggen nog twee bestsellers klaar…) maar eens wat actiever te worden en iets lekkers klaar te maken voor ons avondmaal. Zelfgemaakte pasta; lekker knutselen in de keuken. De pasta maken kost bijna geen tijd maar zelf ravioli maken dat is handenarbeid, daar ben je wel even mee bezig. Wel heel aangenaam werk vind ik. Deeg maken, laten rusten, vulling maken, deeg uitrollen en in porties verdelen, kleine kussentjes vormen, saus maken om erover te gieten… Aangename tijdsbesteding voor een verkouden hoofd… Zo maar een beetje met je verstand op nul iets moois maken… Heerlijk!

  • Voor de pasta;
  • 300 gram pastameel
  • een snuifje zout
  • drie eidooiers (bewaar het eiwit om de ravioli mee vast te plakken).

Kneed eierdooiers, zout  en pastameel door elkaar tot je een mooie deegbal hebt en laat die even rusten onder folie. Verwerk/kneed het deeg dan verder in de pastamachine of rol het met de hand uit tot een mooie dunne lap.

ravioli met spinazie en ricotta

  • Maak de vulling met:
  • 250 gram sppinazie
  • 200 gram ricotta
  • 2 eidooiers
  • 150 gram vers geraspte Parmezaanse kaas
  • 100 gram vers geraspte oude kaas
  • wat zout, peper en nootmuskaat

De spinazie even blancheren in kokend water en goed uit laten lekken. Druk het vocht er zoveel mogelijk uit en hak de spinazie fijn.
Meng dan alle ingrediënten tot een zalvige massa.

  • en voor een romige saus;
  • 1 sjalot zeer fijngesnipperd
  • 1 klein klontje boter
  • scheutje witte wijn
  • 100 gram gorgonzola
  • een flinke scheut room
  • versgehakte platte peterselie
Verwarm de boter en laat daarin de sjalotjes even uitzweten. Blus af met de witte wijn en laat inkoken. Giet er de room bij en breng langzaam aan de kook. Brokkel de gorgonzola in de room en laat de kaas smelten. Breng de saus verder op smaak met peper, en eventueel wat zout. Kook de saus nog even wat in en strooi er wat vers gehakte platte peterselie over.

Maak pastadeeg en steek er rondjes uit met een doorsnee van 7 centimeter.
Leg op ieder plakje deeg een lepeltje van de vulling. Bestrijk de randen met losgeklopt eiwit, en leg er een rondje deeg op. Druk de randen goed aan en leg de ravioli op een schone doek.

Kook de ravioli in ruim water ongeveer 5 minuten. Ze zijn gaar als ze boven drijven!
Schep ze met een schuimspaan uit de pan en leg ze op voorverwarmde borden. Giet er wat van de saus over en dien snel op.

Geef vooraf een mooie groene salade met tomaatjes. Kopje koffie toe.

Als dessert nog een ‘restje van de kerst‘; Café Benedictine; één deel Benedictine, drie delen espresso en daarop een flinke klodder zachtgeklopte slagroom.

café Dom

Hemels… Ik ga nu mijn boek uitlezen en later beslissen we wel of we nog naar het zuiden afreizen of niet…

© ellen.

Visschep???

En zo kon ik vandaag eindelijk ook eens die reuzehandige schep gebruiken die we deze zomer ergens op een vlooienmarkt kochten… Ik had al zo’n idee dat de schep goed te gebruiken zou zijn om grote vissen uit de pan te scheppen zonder dat ze beschadigen… Bleek helemaal waar. Perfect gereedschap voor € 0,50!
Lang leve het hergebruik van keukenmateriaal zeg ik maar!

visschep ?

Ik weet niet of dit ‘ding’ ook echt bedoelt is voor dit gebruik of dat dit mooie stukje gereedschap voor iets heel anders ontworpen is, maar het werkte voor mijn idee perfect!

© ellen.

Tongschar met mosterdsaus

tongschar met mosterdsaus

Eigenlijk ben ik veel te verkouden, grieperig en vervelend om een stukje te schrijven… maar één van de goede voornemens was om dit jaar weer wat trouwer gewoon verslag te doen van ons ‘eten van alledag’.  Dus ben ik nu toch maar even achter het toetsenbord gekropen om onze maaltijd van vandaag te beschrijven. Een visje vandaag, daar hadden we zin in na al het wild, grote stukken vlees en stoofpotten. En omdat ik me te beroerd voel om boodschappen te doen putten we vandaag uit de diepvriesvoorraad. Ik kocht vóór de kerst twee mooie tongscharren op de markt. Schoongemaakt, van vel ontdaan, maar niét gefileerd en kraakvers. Ik vroor ze thuis meteen in om te gebruiken op zo’n dag als vandaag…

Paul schreef hier al eerder eens over tongschar. Een smakelijke vis met eigenschappen van de tong. Wat minder verfijnd van smaak misschien, maar ook stukken betaalbaarder en van een minder miezerig formaat dan de bekende sliptong. Die sliptongen zijn erg klein en bovendien zou het beter zijn om die sliptongen gewoon te laten groeien tot volwassen vissen…

Om de tongschar te pocheren maakte ik een courtbouillon van water, witte wijn, een ui wat selderie, peterselie, peper, wat zout en een blaadje laurier. Dat alles verwarmen en even laten trekken. Een deel van die bouillon gebruikte ik voor de

  • mosterdsaus.
  • 1 eetlepel boter
  • 1 eetlepel bloem
  • 1 kleine sjalot, ragfijn gesneden
  • bouillon
  • een scheutje witte wijn ( ik gebruikte een Muskadet Sèvre et Maine)
  • een flinke eetlepel Dijon-mosterd
  • een scheutje room
  • wat vers gehakte platte peterselie
Verwarm de boter en laat daarin de sjalot uitzweten. Voeg de bloem erbij en roer om en om tot de bloem ‘kookt’. Giet er dan de bouillon bij en roer tot je een mooie gebonden saus hebt. Voeg de mosterd toe, wat wijn en een scheutje room en laat de saus zachtjes even doorpruttelen. Breng verder op smaak met peper, zout en peterselie.
Pocheer de vis in de courtbouillon ongeveer 5 minuten (pocheertijd afhankelijk van de grote van de vis). Schep de vis uit de pan en serveer met de mosterdsaus. Wij aten er er gekookte aardappeltjes bij en, jawel, ook uit de diepvries, jonge erwtjes.

Nu wacht ik op een kopje espresso… en dan ga ik weer op de bank liggen met mijn boek.

© ellen.

 

Aardappelpuree…

Je streeft er naar om zo divers mogelijk te koken, tenminste, ik neem aan dat dat ook voor jou geldt. En toch gebeurt het je met tijden dat één bepaald recept, één bepaald gerecht voortdurend op je tafel verschijnt, ten koste van de variatie die je je eigenlijk wenste.

Zo zijn wij weer helemaal in de aardappelpuree. Gegratineerde aardappelen soms, aardappelsalade zelden, rijst zo nu en dan én, voor onze doen, opmerkelijk weinig pasta de laatste tijd. Aardappelpuree, dat is het!

Het is dan ook een ideale begeleider bij heel veel gerechten. En het is zo klaar. En je kunt het zo lekker maken als je wilt.

Je kunt de puree maken door met de hand de aardappels te stampen. Elk Nederlands en Vlaams  huishouden heeft wel een stamper in de keukenla liggen. Je kunt ook je mixer gebruiken. In dat laatste geval echter kom je gegarandeerd uit bij aardappelbeton. En dat is jammer en niet smakelijk naar ons idee.

Ik gebruik al sinds jaar-en-dag een pureeknijper. De puree komt in sliertjes uit dat apparaat. Een beetje olie of hele kleine vlokjes boter op de massa en een snuif nootmeskaat en dan heel voorzichtig omwerken met een grote vork. Niet kloppen, slechts een paar maal scheppen. Want anders ben je de luchtigheid van de sliertjes helemaal kwijt.

Soms gaat er truffelolie door de puree, soms knoflookpasta of vers gehakte kruiden. Maar altijd heel voorzichtig omwerken, eerder te weinig dan te veel. De smaakmakers ruik en proef je toch wel, al zijn ze niet optimaal verdeeld over de massa. Het is eeuwig zonde wanneer je door je geklop en gemeng die goddelijke rulheid van de massa verliest.

Jaarwissel…

De laatste keer dat ik oud op nieuw thuis vierde is alweer eeuwen geleden. Ons huis vol volk, “Sientje van Loon” nog compleet, Julia boven in een bedje, de Twins bestonden nog niet, en Sam net zo min. Het sneeuwde en het hele dorp lag onder een witte deken. Vriend Nico had een grote mat Chinees vuurwerk aangeschaft. Illegaal van bij ons over de grens, zo was Nico…

Duizenden en duizenden rotjes via een soort levensslagader met elkaar verbonden. Eenmaal de fik erin en de hele serie ratelde minutenlang, niet te stoppen. We hadden het gevaarte op ooghoogte opgespannen op de brede stoep van het Café aan de Overkant. Om een of andere reden waren ze dat jaar niet open op Oudjaar. Klokke twaalf ontstaken we de kleurige fonteintjes en nog wat losse flodders. En toen dan het klapstuk. Oorverdovend knetterend en een zee van licht verspreidend was dit de apotheose van de Jaarwissel. Vanuit alle hoeken stroomden buren toe, het exploderend gevaarte trok onweestaanbaar publiek aan zoals een olielamp motten. Even was ons vuurwerk het centrum van het universum. Oogverblindend licht en een nevel van giftige dampen.

Niemand had het beest zien aankomen, maar uit het donkere niets was het plots daar. Een reusachtige Bouvier, schofthoogte één meter. Het beest stormde als dol op het vuurwerk af en zette zijn reuzenmuil in de exploderende rotjes. Het jankte van de pijn maar wist van geen ophouden. Telkens opnieuw probeerde het beest met een ongekende furie het inferno te bestrijden, zich steeds heftiger verwondend. Voor de omstanders had het dier geen oog. En plots was de hond weer weg, ons achterlatend in verbijstering. We zijn dan maar naar binnen gegaan. Niemand van ons had ooit in z’n leven zulk vreemd en beangstigend gedrag van een hond gezien, zo gestoord…

De volgende ochtend begon ik vroeg met het opruimen van de rommel. Door de hitte van de explosies was de sneeuw gesmolten, de restanten van de rotjes waren in de prut gevallen en in de loop van de nacht was het zaakje weer bevroren. Ik moest de zooi met een schop en een bijltje losbikken. In de bevroren sneeuw stonden overduidelijk de pootafdrukken van de Bouvier…

We hebben nog wat rondgebeld, maar niemand wist iets van de hond af. En ook had de Dierenartsenpraktijk geen gewonde Bouvier te behandelen gekregen. We hebben er nooit meer iets van gehoord, maar altijd rond de Jaarswisseling spookt het beest door mijn hoofd.

Een Gelukkig Nieuwjaar allemaal.

 

P.s.: En sta je dan vanavond klokke twaalf met een glas bubbels op je stoepje, denk even aan al die mensen die moeten werken…

Patrijsjes a la Normandie

patrijs

Dit was wel de saaiste kerst ooit; Paul moest s’nachts werken, en dus overdag slapen. Dan is een uitgebreid kerstdiner met veel gangen en mooie wijnen geen optie. Ik heb deze kerst dus ook maar weinig tijd in de keuken doorgebracht. Gelukkig had ik een mooi boek en gelukkig kwamen de Jongste Bediende en vriendin Marleen even langs om te kijken of we niet helemaal verpieterden…

Lichtpuntje waren de patrijsjes die ik gisteren klaarmaakte. De foto’s zijn niet zo geweldig maar de vogeltjes smaakten uitstekend. (Op de bovenste foto de patrijsjes na het aanbraden).

Ik maakte ze klaar op de Normandische manier, met appeltjes en room. Eigenlijk moesten ze met wit vet spek omwikkeld worden, maar de enorme rij wachtenden bij de slager deed mij besluiten om het spek te vervangen door ontbijtspek (iets dikker dan normaal laten snijden bij onze grootgrutter).

  • 2 patrijsjes
  • 6 lapjes spek, bindgaren
  • boter
  • room
  • 2 grote goudreinetten, geschild en in schijfjes gesneden
  • een scheut calvados

Wrijf de patrijsjes in met zout en peper en bind het spek om de borst. Verwarm de, liefst geklaarde, boter en braad daarin de patrijsjes rondom aan. Haal de vogels uit de pan en braad de appelschijfjes licht bruin. Giet er de calvados over en daarna de room. Laat de room even op temperatuur komen. Neem een ovenschaal met deksel en leg daarin de patrijsjes. Schik de appel eromheen en giet de room erover. Sluit de deksel en laat de patrijsjes in een matig hete oven garen. Wij aten er aardappelpuree bij met truffelboter. Kopje espresso met voor mij een glas calvados toe.

patrijs

© ellen.

 

 

Kerstkreeft…

Het was nog donker (natuurlijk was het nog donker) toen ik me in de vroege Kerstochtend naar huis spoedde. Ik kwam onderweg geen levende ziel tegen. Ik was op tijd op het werk vertrokken, voor mijn  doen aan de vroege kant. Ik stelde me voor dat ik snel het ontbijt zou verzorgen. Maar thuis zat Ellen al in vol ornaat aan de ontbijttafel.

Er was kreeft, en er was hele delicate mayonaise, verrijkt met room. Er was heilbot, er was raketsla. Er was vruchtensap, koffie en goed brood. Er waren kado’s…

De maaltijd voldeed geheel aan mijn verwachting. Ik had me er de hele nacht al op verheugd. Ik dronk er een gals Loirewijn bij (twee, eh drie…). En wat heb ik daarna lekker geslapen.

Kerstnacht 2011…

nieuwjaar 

Waarschijnlijk het lelijkste Engeltje op aarde, maar het blijft een Engeltje.

Ik zit met een kop koffie achter mijn buro. Het is intussen rustig op de afdeling. Dat mag ook wel, het is al over vieren. Ik neem aan dat Ellen ligt te slapen, ik neem eigenlijk aan dat zowat iedereen ligt te slapen.

Het Grote Kerstdiner slaan we dit jaar over. Het feit dat ik deze nachten werk haalt een streep door de traditie. De resterende tijd brengen we samen door. Een beetje lezen, een filmpje, lekker eten…

Nog een paar klusjes heb ik te doen en het is alweer tijd. Het Marktmeisje komt me aflossen en ik spoed me naar huis. Ellen heeft me kreeft beloofd, met zalvend zachte mayonaise en een glas Loirewijn. En daarna slaap ik een gat in de dag…

Een Gelukkig Kerstfeest lezer…