NEGERZOENEN…

'vergeten'
Het moet uit zijn met de negerzoen. En de nieuwe naam zal luiden: Buyszoen. Er is al eindeloos veel over geschreven en gepraat, de voors en tegens werden uitgemeten in elk denkbaar nieuwsmedium. De diskussie werd vrij inhoudelijk gevoerd, die ging over het wel of niet beledigend karakter van het woord negerzoen. Waar ik niks over gelezen of gehoord heb (maar ik kan niet alles bijhouden) is de nieuwe naam: Buyszoen. Wat nu Buyszoen? Hoezo moet de naam van de koek gekoppeld aan een merknaam, en dat onder de noemer van de humaniteit? Zijn ze nou bedonderd? Het is een goedkope aktie onder het mom van mensvriendelijkheid en anti-racisme. Tuin er niet in lezer, in deze verkooptruc van het grutterdom en de reclamemaffia. Het moge duidelijk zijn, het Ministerie is niet voor naamsverandering en al helemaal tegen gratis en onverdiende reclame voor welke koekenbakker dan ook. De lekkerste negerzoenen werden gemaakt door de firma Jurgens uit Aarle-Rixtel in de jaren 60 en 70. Jurgenszoenen? De gevoerde discussie leverde evenwel ook weer wat leuks op. Er werd driftig gezocht naar andere beledigende zaaknamen: ouwehoeren, blanke vla, Spaanse griep, Franse slag en zo verder en zo voorts. Deze vond ìk wel leuk: Schots en scheef…

© paul

INPETTO PESTO GENOVESE EN BROOD….

Ik ben geen voorstander van pesto uit potjes, ik vind het meestal in geen vergelijk staan met zelfgemaakte pesto. Maar in deze tijd van het jaar is er bijna geen echte mooie basilicum te krijgen en dan kan zo’n potje pesto een uitkomst zijn. Eerst maar proeven. Een beetje pesto op een stukje brood gesmeerd. Ik moet zeggen dat de smaak best goed is, zeker in vergelijk tot potjes pesto die ik wel eens kocht. Omdat dit het laatste stukje brood was heb ik besloten zelf een brood te bakken, met toevoeging van wat pesto en gedroogde tomaatjes. Het brood is prima gelukt en heel smakelijk dank zij deze toevoeging. 1 kilo bloem 1 lepel zout 2 zakjes gedroogde gist 1 eetlepel olijfolie 2 lepels pesto 4 zongedroogde tomaatjes in kleine stukjes. Ik maak altijd een zetseltje met de gist en lauw water. (de hoeveelheid water is afhankelijk van de soort bloem enzovoorts, ongeveer 400 ml) De bloem met de olie en het zout erdoor op een hoopje. Een kuiltje in het midden maken en daar het gistmengsel ingieten. Vanaf de kanten de bloem door het mengsel kneden. Als alles goed gemengd is de pesto en de tomaatjes erdoor doen. (olijven zijn ook heel lekker, maar die had ik niet meer) Nog even flink kneden en het deeg op een warme plaats laten rijzen onder een doek. Als het volume bijna verdubbeld is nogmaals kort kneden en in vorm brengen. Bak het brood in een voorverwarmde oven op 200 graden in ongeveer 40 minuten. Het brood is gaar als het hol klink als je er op tikt. Wij aten het brood met kaas en gerookte ham van de Sumiranboerderij.

© ellen

SICILIAANSE CAKE MET INPETTO ABRIKOZENJAM…

In mijn Inpetto pakket ook een potje abrikozen confiture. De confiture smaakt prima, niet te zoet met een mooie volle vruchtensmaak. Wij eten zelden of nooit confiture op brood dus besloot ik er maar iets anders mee te doen: Een gewone cake bakken. De cake doormidden snijden en op de onderste helft een laag abrikozenconfiture smeren. Dan een mengsel maken van een bekertje crème fraiche en 100 gram pure chocolade in kleine flinters gehakt. Het mengsel op de onderste helft strijken. Dan op de tweede helft ook abrikozenconfiture smeren en de cake sluiten. Intussen 150 gram pure chocolade in blokjes hakken en au bain Marie smelten met een lepel water. Als de chocola gesmolten is een klein klontje boter toevoegen (dan gaat de chocola mooi glanzen) en over de cake strijken.

© ellen

Bakkerij van Bragt…

Van zondag 6 tot en met dinsdag 7 februari worden in de RAI in Amsterdam de Nederlandse Bakkerijdagen gehouden. Daar wordt dan onder andere bekend gemaakt welke bakker en banketbakker de beste van Nederland zijn. Bakkerij van Bragt uit Geldrop is één van de kandidaten. Dit bericht lazen wij vanmorgen in de krant. Zo dicht bij een supergoede banketbakker, daar wilde het Ministerie meer van weten en natuurlijk proeven. Dus even op Google gezocht naar het adres van de bakker en daarna snel naar Geldrop. Bakkerij van Bragt heeft overigens een mooie, smakelijke site

De winkel ziet er prima uit, modern, sober ingericht. Vriendelijk personeel, met tijd en aandacht voor de klanten. Het was heel moeilijk om te kiezen, al het gebak zag er prachtig uit. We kochten bij bakker van Bragt een Gran Gouva; chocolademouse gevuld met caramelbavaroise en toffeefudge en een caramel biscuit gebakje. En voor de toevallige passant (het Kind) nog een Christoffelgebakje. Thuis een kopje espresso gemaakt en geproefd… Het gebak was werkelijk heerlijk! Het caramel gebakje deed me denken aan die van de grote Weense taartenmakers; in laagjes opgebouwd met vloeiende caramel. De Gran Gouva, mooie bittere chocolade aan de buitenkant met een kern van zoete caramel en toffee. De moeite waard om even voor naar Geldrop te rijden.

© paul

CHOCOLADETAARTJE MET PRUIMENVULLING…

Het dessert is vandaag een chocoladetaartje met pruimenvulling. De vulling is eigenlijk bedoeld om ijs van te maken, maar voldoet ook prima op vlaai of als tussenlaag in een biscuittaartje. Ik maak van deze vulling meestal een dubbele portie, je kunt het prima invriezen. Ik had dus nog pruimenpap in de diepvries.

250 gram gedroogde pruimen(zonder pit), 1/2 liter thee, 10 eetlepels suiker, 1 eetlepel citroensap, 1 theelepel kaneel, 3 eetlepels armagnac, 1/4 liter slagroom.

De pruimen een nacht weken in de thee en afgieten. Kook ze gaar in een bodempje water met 6 eetlepels suiker Wrijf ze door een zeef en en voeg citroensap, kaneel en armagnac toe. Roer door deze pulp nog een beetje créme fraiche. Bak een biscuit chocoladetaartje en snijd het gebak middendoor. Smeer de pulp op de onderste helft en leg de bovenhelft erop. Maak de taart af met een laagje gesmolten chocolade. (175 gram pure chocolade met twee eetlepels water au bain marie laten smelten) Wil je pruimenijs maken gaat dat als volgt; maak pruimenpap als boven. Klop de slagroom met 4 lepels suiker stijf en roer er de pruimenmassa heel voorzichtig door. Schep de massa in een ijslade en zet dit minstens 4 uur in de koelkast. Roer het ijs regelmatig om zodat er een mooie gelijkmatige massa ontstaat

OLIJVENBROOD…

Vanavond komen Jan en Ans eten. Jan heeft twee fazanten gekregen en die eten we vanavond op. Natuurlijk nog “iets erbij”, dus ben ik maar begonnen met een brood te bakken.

1 kilo bloem, 2 zakjes gist, zout, olijfolie, een paar blaadjes rozemarijn en een paar olijven. Kneed een mooi soepel deeg en laat dat rijzen. Als het voldoende gerezen is opnieuw kneden en uitvouwen tot een plat brood. Druk de blaadjes rozemarij en telkens één olijf in een kuiltje en laat het opnieuw nog een half uurtje rijzen. Dan bakken in een voorverwarmde oven op 200 graden. Ongeveer 30 minuten. op het laatst bestrijken met wat olijfolie. Lekker bij de maaltijd, besmeren met gezouten boter.

PIROSJKI…

Het leek hier gisteren wel een fabriekje. Ik wilde wat Pelmeni maken om in te vriezen, toen het deeg klaar was kwamen Neel Evert en de kinderen. Nou is dat vullen van die pelmeni een prima werkje voor kleine kinderhandjes, ze hebben ijverig meegeholpen. We hebben nu een mooie voorraad in de diepvries. Gisteren wel een portie opgegeten. Al vóór het bezoek kwam nog een recept uit het russisch kookboek: Pirosjki, een soort kleine pasteitjes. 

Maak een soepel deeg van 300 gram bloem, 5 eetlepels melk, 125 ml yoghurt, 1 ei, 4 eetlepels zonnebloemolie, 1 zakje bakpoeder en een mespuntje zout. Het deeg uitrollen tot een rechthoekige lap en daaruit kleine lapjes snijden van 9×6. Maak vulling van 200 gram gehakt, 1 fijngesnipperde ui, 1 hardgekookt ei, wat nootmuskaat, peper en zout. Leg op de lapjes deeg een lepel vulling en vouw de lapjes met natte handen stevig op elkaar. Deze pasteitjes kun je in olie frituren of in de oven bakken op 170 graden tot ze mooi bruin zijn. Serveren met een lepel zure room. Je kunt ongeveer 25 pasteitjes maken met deze hoeveelheden.

Arretje Nof…

Op de terugweg van de vleesinkoop besloten we een omweg te maken. We sukkelden door de Peel, via Meyel en Helenaveen naar Griendtsveen . Daar stopten we bij uitspanning “De Morgenstond”. ‘s Zomers is het er een gedoe van heb ik jou daar, altijd stampvol dagjesmensen, met alle herrie van dien. Nu was het er heerlijk rustig. Een paar eters, een eenzame wandelaar en een warme kachel. Ellen nam een kop voortreffelijke erwtensoep en ik vroeg om koffie met gebak. Tot mijn grote verbazing stond er Arretje-cake op het menu. Al twintig of meer jaren niet gegeten! Ik heb het in aangepaste vorm nog eens voor het Kind gemaakt, lang geleden. Arretje Nof was een reclamefiguurtje. Nof staat voor Nederlandse Olie Fabriek. Op de Calvé pindakaasetiketten pronkte nog tot voor kort het NOF-embleem. Arretje Nof was een Arabisch jongetje dat spannende avonturen beleefde. De eerste verhalen verschenen vanaf 1927, geschreven door Johan Fabricius. Tot in de jaren vijftig werden de avonturen regelmatig uitgegeven door Calvé-NOF. Prachtig geïllustreerd door de Toonder studio’s. Piet Wijn nam het leeuwendeel voor zijn rekening. Ik heb de boekjes nooit bezeten, ik was stik-jaloers op de jongens van Van Doorn bij ons uit de straat. Die hadden ze allemaal. Arretje Nof-cake was een luxe zoetigheid in de jaren vijftig en had wel enige status in Nederland. Het recept is een versimpeling van een mooi nagerecht uit Emilia-Romagna, genaamd Salame di chioccolato. De Nof-bonzen vervingen alles wat er maar mooi was aan ingrediënten door simpele Hollandse kost. En natuurlijk in plaats van goede boter gebruikte men plantaardige margarine van de firma Calvé-NOF.

Het gaat als volgt: 250 gram Mariakaakjes, 250 gram margarine, 300 gram suiker, 60 gram cacao, 1 ei Verkruimel de kaakjes. Bekleed een bakvorm met bakpapier. Meng in een kom de suiker, cacao en het ei. Laat ondertussen de margarine op een laag vuur smelten. Roer de gesmolten margarine door het cacaomengsel en doe er dan de gebroken kaakjes bij. Stort het mengsel in de vorm en laat minimaal een nacht in de koelkast opstijven. Op internet vind je recepten met lange vingers, met échte boter, met van alles en nog wat. Stoor je daar niet aan. Allemaal onzin en modernistisch gedoe. Óf je maakt een mooie luxe chocoladesalami (recept volgt) of je maakt Arretje Nof-cake. Doe je dat laatste dan doe je het zoals boven beschreven. De Arretjecake van “De Morgenstond” voldeed precies aan mijn verwachting.

© paul

Mozartkugeln…

In het kader van het Mozartjaar draagt ook het Ministerie haar steentje bij. Het Ministerie heeft zich gisteren een kleine verpakking Mozartkugeln aangeschaft. Niet dat het Ministerie de Grote Meester wil reduceren tot een toefje suikerwerk, integendeel! Het was meer dat we zin hadden in zoetigheid. Op Mozarts geboortedag, 27 januari, zal het Ministerie een waardige homage aan hem brengen. Het luxesnoepje is door de banketbakker Paul Fürst ontwikkeld in het jaar 1890, in Salzburg, de geboortestad van Wolfgang Amadeus Mozart. In 1905 kreeg hij er internationale bekendheid mee omdat Fürst in Parijs op de Patisserie-beurs een eerste prijs werd toegekend voor zijn creatie. Na de Eerste Wereldoorlog werd de bonbon wereldwijd bekend dankzij de Salzburger Festspiele. Al vanaf het jaar 1905 bootsten diverse Koekenbakkers het snoepje na en allemaal voerden ze het (sommigen tot op de dag van vandaag) in hun pakket als “origineel”. De enige echte zijn evenwel: de “Original Salzburger Mozartkugeln” van de firma Fürst. Die zijn altijd handgemaakt, en behalve in Salzburg, Wenen en deze en gene exorbitant dure speciaalzaak in enkele andere wereldsteden niet aan te komen. Oktober 2003 waren wij in Wenen en daar proefden we de échte! De bonbon dient te bestaan uit een kern van marsepein van pistaschnoten, daaromheen een nougat van hazelnoot en amandelen en ook nog groene pistasch en als buitenste schil fijne praline chocolade. Zoals gezegd zijn er een aantal firma’s die Mozartkugeln aanbieden. Wij kochten die van de firma Reber. De eerste bonbon was lekker, de tweede ging ook, maar na de derde hielden we er een kleffe smaak aan over. En dat gebeurt ons nou nooit bij échte top-bonbons. Niet de allerbeste dus, maar ook niet de slechtste. We betaalden drie euro voor zes stuks en vinden dat de prijs klopt met het gebodene.

© paul