Van langzame ossenstaart en zalvige groentensaus…

Wat jammer“, schreef Ellen al weer een paar jaren terug, “Ossenstaart is een beetje een vergeten stukje vlees geworden, en dat terwijl...”  Tja, ze sloeg de spijker op z’n kop. Heerlijk vlees, geweldig voor de soep, geweldig om te stoven. Het Kind maakte er ons fijntjes op attent dat we misschien zelf ook een beetje vergeten waren dat… En ja hoor, ze had gelijk. Het was alweer een jaar geleden dat er op het Ministerie runderstaart werd verwerkt.

We voelden ons in hoge mate aangesproken, we schaften ons dan ook onmiddellijk twee-en-een-halve kilo aan. De helft voor de soep, de helft om te stoven. Ellen  maakte de soep, ze zal hem nog beschrijven. Gisteren stoofde ik de rest tot een degelijke maaltijd voor vier personen.

  • Ruim één kilo runderstaart,
  • 1 flinke ui,
  • 2 stelen bleekselderij,
  • 1 flinke winterwortel,
  • 3 tenen knoflook,
  • 1 eetlepel tomatenpuree,
  • ruime theelepel venkelzaad,
  • twee theelepels chilievlokken,
  • flinke tak verse rozemarijn.
  • paar takjes verse tijm,
  • 2 laurierblaadjes,
  • 3/4 fles rode wijn,
  • flinke scheut bouillon,
  • olijfolie,
  • bloem,
  • peper en zout.
Extra voor de groentensaus:
  • 2 blikken tomaten blokjes (800 gram),
  • tomatenpuree,
  • scheutje room.
Ik ben altijd wel van de mise en place. Ik ben namelijk man, en ik kan niet multi tasken (ik heb daar overigens ook geen behoefte aan). Ik vind het prettig wanneer alle spullen die ik ga gebruiken netjes klaar staan.
Dus: snijd de ui in stukjes, plet de knoflook en hak hem grof, hak de bleekselderij in stukjes en snijd de wortel in kleine blokjes. Leg de kruiderij klaar en ook de specerijen. Wijn en bouillon staan voor het grijpen en ook een bord  met bloem. De oven wordt voorverwarmd op honderdenvijf graden. Je kunt nu aan de slag.
Droog het vlees en besprenkel het met peper en zout. Wentel dan het vlees door de bloem en klop het teveel aan bloem eraf. Neem een goede, oven bestendige pan (met deksel) en laat daarin de olijfolie warm worden. Bak vervolgens de stukken ossenstaart aan alle kanten bruin. Neem het vlees uit de pan. In dezelfde pan (en olie) fruit je nu de ui en de knoflook tot ze mooi glazig ogen. De venkelzaadjes mogen ook even meebakken. Dan gaan de andere groenten erbij, en ook de tomatenpuree. Laat de hele boel een minuut of acht lekker stoven, draai wanneer het te hart gaat het vuur wat terug. Voeg de kruiderij toe en vlij de stukken vlees op de groentjes. Voeg nu de rode wijn toe, en een flinke scheut bouillon. De pan, met gesloten deksel gaat nu in de oven en zal daar verblijven voor de komende vijf uur. Tussendoor kijk je een keer of een en ander toch niet te hard gaat, maar die kans is eigenlijk minimaal bij een goede honderd graden.
Neem na vijf uur het vlees uit de pan en zet het terug in de oven. Je houdt het vlees zo warm terwijl je je maaltijd afmaakt.
Schep het vet van de vloeistof en groenten, gewoon met een grote lepel. Stort nu de tomatenblokjes bij de groentenpulp en laat even meetrekken. Zet vervolgens de staafmixer in de pan en pureer alles tot een dikke gladde saus. Scheutje room erbij en op kleur en smaak gebracht met een flinke kneep uit de tube tomatenpuree. Eventueel nog wat bijkruiden met peper en zout en je hoofdgerecht is klaar.
 
De saus kan over het vlees, hij kan apart gegeten worden. Hij is geschikt als pastasaus of bij een bord aardappelpuree.
 
Wij aten er een puree bij van aardappel en pastinaak (in de verhouding twee staat tot één).
 
© paul

Alweer bijna te laat…

lux 2011

Het is alweer bijna te laat. Cantharellen verschijnen in onze contreien (West- en Midden-Europa) aan het eind van de zomer. Ze zijn nog te plukken rond deze tijd, maar het eind is in zicht. De cantharellen die later in het jaar worden aangeboden komen uit de Verenigde Staten en Canada. Op zich is daar niks mis mee, behalve dan dat die paddenstoelen van ver moeten komen en de exporteurs allerhande truuks hebben ontwikkeld om te zorgen dat de paddenstoelen voor langere tijd houdbaar zijn. Bedenk dat de cantharel altijd uit het wild komt, nog steeds is men niet in staat om hem te kweken. De conseveringsmethoden die men loslaat op de cantharel doen afbreuk aan de kwaliteit van dit natuurproduct pur sang. Echt waar, wat overblijft is vele malen minder dan dat wat je hier met enige inspanning  vers kunt vinden.

Enfin, koop je cantharellen, let er dan op dat ze in goede conditie zijn. De paddenstoelen moet er gewoon gezond uit zien. Ze dienen nog wat vocht te bevatten, lichtelijk te glanzen. Te droog betekent dat ze al enige tijd liggen, te vochtig betekent dat ze slecht zijn bewaard. In beide gevallen laten we ze liggen, Het frustreert zo wanneer je de helft van je aanschaf linea recta naar de clico transporteert.

En dan is er het eeuwige dispuut over de prijs. Cantharellen worden met de hand geplukt, in het wild. Daar hangt een prijskaartje aan. Voor het bakje op de foto betaalden we € 6,50. Veel te duur vinden veel mensen.Tja, het is maar hoe je het bekijkt.

Aardappelen heb je in huis, een uitje ook. Een stukje spek (van de beste kwaliteit) is niet duur. Het plukje peterselie komt uit je tuintje. Samen in de koekenpan met een klont boter en de cantharellen levert het een boerse, maar goddelijke maaltijd op. Voor een paar euro per persoon.

gebakken aardappeltjes met cantharellen en ham

© paul

 

Risotto met eekhoorntjesbrood

risotto met eekhoorntjesbrood
Ik weet niet hoe het in de rest van Nederland is, maar hier in zuid-oost Brabant is het al dagen stralend herfstweer. Heerlijk om er op uit te trekken naar de bossen. Een mooi zonnetje, prachtige herfstkleuren, én natuurlijk de paddenstoelen… De mooiste zijn de Vliegenzwammen met hun prachtige rode kleur, die laten we natuurlijk staan; ze zijn giftig! Maar verborgen tussen de goudgele en bruine blaadjes groeit een van de smakelijkste paddenstoelen; het Eekhoorntjesbrood. Dit jaar zijn ze er in overvloed, dus ik vond dat we nog wel een maaltje mochten plukken. Ik maakte risotto en voegde met gulle hand deze heerlijke smaakmakers toe.

  • 250 gram verse paddestoelen, in plakken gesneden
  • 300 gram arboriorijst
  • 100 gram gekookte ham, een dikke plak van goede kwaliteit, in blokjes gesneden *)
  • 75 gram boter (Italianen uit het Noorden gebruiken boter, de rest van Italie olijfolie. Ik prefereer in dit geval boter.
  • 2 tenen knoflook, fijngehakt
  • een glas witte wijn
  • 1 ui ragfijn gesneden
  • ongeveer 2 liter bouillon, de bouillon moet nét tegen de kook aan blijven
  • 2 eetlepels verse gehakte peterselie
    • Voor de mantecatura:
    • 75 gram koude boter in kleine blokje
    • 100 gram fijngeraspte Parmezaanse kaas

Smelt 20 gram van de boter in een koekenpan en bak daarin de knoflook. Voeg de verse paddestoelen toe en bak ze op een laag vuur om en om.

Verwarm de bouillon. Zet de pan bouillon naast de risottopan en houd de bouillon tegen de kook aan. Smelt de rest van de boter in een pan met een dikke bodem en doe de fijngesneden ui erbij. Smoor de ui hierin zachtjes lichtbruin. Voeg dan de rijst toe en roer alles om en om. Alle rijstkorrels moeten bedekt zijn met een flinterdun filmpje boter. Blus dan af met de witte wijn en smoor tot de wijn helemaal verdampt is. Voeg nu een flinke hoeveelheid bouillon toe en roer goed en laat de risotto zachtjes garen. Voeg telkens een lepeltje warme bouillon toe en blijf roeren. De risotto moet smeuig blijven en mag dus niet helemaal droog worden.

Doe er na 12 minuten de verse paddenstoelen en de blokjes ham bij, blijf roeren. Proef af en toe. De rijst moet van buiten zacht zijn maar nog een stevige ‘beet’ hebben. reken op ongeveer 18 minuten. Als de rijst de juiste gaarheid heeft sluit je de pan en draai je het vuur uit. Laat de risotto nu zeker één minuut rusten.

  • Meng voor de mantecatura met een houten lepel de blokjes koude boter en de Parmezaanse kaas door de rijst. Breng op smaak met wat peper en zout, strooi er nog wat vers gehakte peterselie over en dien snel op.
*) Je kunt het gerecht ook vegetarisch klaarmaken; laat dan de ham weg en gebruik groentenbouillon.
Geef er een groene salade bij, licht aangemaakt met wat olie, citroensap, peper en zout. Een Vorstenmaal zo uit de natuur!
Kopje espresso toe.
© ellen.

Hangop voor het Kind (en een beetje voor mezelf)…

Het blijft maar goed gaan met het Kind. Wij vinden het een wondertje, zelf vindt ze het eigenlijk niet meer dan normaal. Wel begint de status van Vloeibaar-Dieet-Patiënt haar intussen een beetje op te breken. Ik kan me daar alles bij voorstellen.

Enfin, het zal nog enige weken ergernis geven, we doen er alles aan om de pijn te verzachten. Ellen pureerde al soepen en andersoortige prakjes, ik zocht mijn bijdrage in de zuivel. Ik maakte hangop.

Het is o zo eenvoudig. Schaf je wat yoghurt aan (twee pakken van ‘n liter, biologisch én volvet). Prepareer een handdoek, keukendoek, kaasdoek of anderszins. Zorg dat een en ander geen sporen meer bevat van het wasmiddel door de doek ferm te spoelen in water. Laat de doek in poos in water staan, en ververs het water een paar keer. Knoop de vier punten van de doek te samen, of bind de punten bij elkaar met een ijzerdraadje.

De zak die je zo hebt gemaakt hang je boven een lekbak (in ons geval het doucheputje) en stort en nu de yoghurt in. Al snel begint het water uit de massa te druppelen. Ik hing de zak op om 09.00 uur in de ochtend en ben gaan slapen (nachtdienst). Toen ik om 17.00 uur op kwam wilde ik douchen. De zak moest dus plaats maken voor mij. Al met al had de yoghurt acht uren hangen druppelen. Ruim voldoende om te transformeren in hangop.

Vlij nu de zak in een vergiet en maak de punten los. Schep met een lepel de hangop in een kom. Klaar!

Wat je nu hebt is een vaste volle kwarkachtige massa. Je kunt overigens naar believen experimenteren met de vloeibaarheid van de substantie. Na bijvoorbeeld zes uren hangen zal de massa een tikje vloeibaarder zijn, enzoverder enzovoort…

Hangop is te gebruiken als toetje, verwerkt in een voorgerecht, als tussendoortje, enfin… alle toepassingen voor kwark komen in aanmerking. Het is alleen lekkerder, voller, en het vult snel. Je wilt er per keer niet teveel van gebruiken.

Het Kind at muizenhapjes van het spul met aardbeiensaus. En ook gewoon met suiker, maar dat beviel minder. Ik verrijkte de smaak van mijn hangop met en appelcompote uit Normandië.

Probeer het een keer uit, misschien kweek je zo een nieuwe verslaving…

© paul

 

Grijze garnalen op zondag…

Als ze hun jasje nog aan hebben ogen ze grijs. Vandaar de naam. Gepeld lijken het eerder babybilletjes (of zoiets).

Ellen schafte ze aan op de zateredagmarkt in Helmond, ongepeld. Aan mij dan de taak om ze van hun velletje ontdoen. En erg vind ik dat niet. Het is een kwestie van een goed radioprogramma opzoeken, of een zorgvuldige keuze maken uit de platenkast. Op zondagochtend betekent dat luisteren naar OVT, het onvolprezen geschiedenisprogramma van de VPRO. En dan had ik vanochtend nog eens de mazzel dat het programma 20 jaar bestond. Zeven uren uitzending aan één stuk. De collega’s van VARA’s Vroege Vogels hadden er welwillend hun zendtijd voor afgestaan.

Een kilo garnalen pellen kost me ongeveer een uur. De beestjes van deze ochtend pelden beroerd, ik weet niet waarom. Het duurde nu iets langer.

Van de schokken maak ik doorgaans een garnalenbisque, maar aangezien er nog een ruime hoeveelheid in de vriezer lag en we van de zaterdag nog voldoende spinaziesoep over hadden, heb ik het pelafval maar in de clico gekieperd.

Je gebruikt de garnaaltjes in een pasteivulling, of je maakt een Tomate crevette. Nog zo’n klassieker: garnaalkroketjes. Je bent er even mee bezig, maar het resultaat is o zo bevredigend. Of gewoon met een lik mayonaise op een dun sneetje wit brood: toast garnaal. En uiteindelijk mag ook dat brood wel achterwege. Een handje garnaaltjes, een toef mayonaise. Om te spreken met de woorden van Jeroen Meus: Meer hoeft dat niet te zijn, hè!

© paul

Zomaar een vrije zaterdag…

appeltaart
Een heel gewone zaterdag: “Wat ben je aan het doen”, vraagt men op Facebook. Ik dacht wat heb ik nou eigenlijk gedaan vandaag…? Nou, eerste vakantiedag:

Om 7 uur opgestaan, Goeiemorgen Hond Max, krant uit de brievenbus, douchen, koffie zetten, Paul komt thuis. Aankleden, Paul assisteren met het ophangen van de Hangop, stukje van de krant lezen, potje Wordfeut, koffie, stukje krant. Vincent en Marleen arriveren; even bijpraten en samen met Vincent en Marleen naar de markt in Helmond. Paul loopt een rondje met Hond Max, drinkt een glas Lupulus bier, en gaat naar bed.

Op de markt koop ik een stuk zalm en ongepelde grijze garnalen bij de vishandelaar uit Scheveningen.  Het is wel even zoeken met al die verbouwingen rond het marktplein naar mijn vaste leveranciers. Ik koop muskaatdruiven, frambozen, aardbeien en dadels (we hebben nog genoeg sinaasappelen en citroenen) al jaren bij dezelfde kraam; betrouwbaar en gezellig! Dan kaas, een flink stuk oude kaas, “die met de zwarte korst”, stukje Jonge voor Marleen. Vervolgens op naar de bloemenkraam; een mooi boeket voor Het Kind met zalmkleurige rozen erin, voor onszelf Monnikskap en blauw kruid, Marleen wil twee kleuren Crysanten en ook blauw kruid. Verder langs de dekbedovertrekken (even kijken of er iets moois bij is) terug naar de kop van de markt; Broodje Kebab, ons ontbijt eten we aan de kraam! Op de terugweg naar de parkeergarage koop ik bij de Turkse groentenhandelaar de groenten voor deze week; kleine zilveruitjes, boontjes, platte peterselie, dille, broccoli, spinazie, pommodore-  en cherrytomaatjes, een venkelknolletje en een mooie pompoen… Zo, wij kunnen weer even vooruit…

In rap tempo naar Gemert, nog even bij Action een nieuwe vaas en kaarsen bij Blokker (per auto wel handig en droog, normaal loop ik naar deze winkels, maar het regent inmiddels pijpenstelen). Vincent en Marleen zetten mij thuis af en ik ruim de boodschappen op, zet de bloemen in het water en gooi de oude bloemen weg. Zoek mijn wandelschoenen om naar de Witte Brug te wandelen met Hond Max, Boven, op zoek naar mijn schoenen, even alvast de handdoeken uit de berg gewassen was uitgezocht en gevouwen. Hond Max kwispelt blij; wandelschoenen! Het regent inmiddels zo hard dat ik de wandeling maar even uitstel. Ik maak alvast deeg voor een appeltaartje, verpak het deeg in folie, leg het in de koelkast en ga door de regen met mijn boodschappenkarretje naar de super. Spa, koffie, boter, blikjes voor Max, eieren, melk, en nog het een en ander. Blij met mijn karretje, alles past erin dit keer. Thuis boodschappen uitpakken.  Nog een stukje krant lezen en Max vertellen dat we écht pas uitgaan als het droog is…

Dan, is het eindelijk droog, met Max naar de Witte Brug, ik zie onderweg mooie paddenstoelen… Thee bij Marleen en de tuin bewonderd. Kruiden uitgezocht en weer terug gewandeld naar huis. Deeg uit de koelkast gehaald; Ding-Dong; Neel, Lotte en Hond Spot. Kopje thee voor Neel en Cola voor Lotte. Spot en Max krijgen een hondensnoepje. Even bijpraten en intussen de appels (mooie Goudreinetten uit de tuin van Jeanne en Ryan), schillen voor de taart. Lotte helpt mij met de taart en verwerkt het restant van het deeg tot mooie koekjes. (ik houd van dit recept altijd wat deeg over, prima te gebruiken om er een stuk of 6  kleine koekjes van te bakken) Koekjes 10 minuutjes in de oven, even afkoelen… We pakken de nog lauwwarme koekjes in een lege eierdoos zodat Lotte ze mee kan nemen naar Eupotours.

Ding-Dong; Hendrikje, lopend patiënt, wil wel een glaasje Slimpie. Ik maak intussen de mise en place voor een grote pan soep: aardappelen schillen/broccoli wassen en snijden/spinazie wassen/zalm ontvellen en in blokjes verdelen. Klaarzetten: mosterd, room, peper en zout. Ding-Dong: Andy. Paul is nu ook wakker; koffie voor Andy en Paul, mét verse appeltaart. .Ding-Dong; Vincent en Marleen, borreltje voor Vincent, glas Port voor Marleen… Borreltafel! Ik mis de Keizer van Monera, maar die heeft, naar zeggen,  vandaag iets anders belangrijks te doen…

Soep afgemaakt, stokbrood en boter erbij. Een deel van de soep nog eens extra gepureerd voor het kind. Samen eten. Appeltaart toe, en espresso. Wat soep en hangop voor Het Kind en Andy ingepakt, schaaltje met frambozen en aardbeien erbij… doei doei.

Opruimen, vaatwasser laden, Paul loopt een rondje met Max, fijn… ik doe niks meer; schrijf dit stukje en ga mijn boek uitlezen…

© ellen.

 

Medjooldadels…

De nacht zit er goeddeels op, ik heb mijn werk gedaan.  Nog even koffie en thee maken voor het cliënteel en de vroege vogel die me komt aflossen, een korte mondelinge overdracht, en ik kan naar huis. Om half negen zullen Marleen en de Jongste Bediende op de stoep staan. Zij vergezellen ons deze ochtend naar de Helmondse zaterdagmarkt.

Een visje, stuk kaas, groenten voor een goede week. En bloemen voor Marleen, bloemen voor het Kind, bloemen voor onszelf. Waarschijnlijk een broodje shoarma aan de kraam en een haring aan het staartje.

En laat ik er aan denken: die overheerlijke dadels, luisterend naar de naam Medjooldadels. We kochten ze een paar weken geleden voor het eerst. Zelden at ik zulke lekkere dadels. Ze konden de concurentie aan met de dadels van Marleen.

Vers, maar hartstikke zoet. In tegenstelling tot de meeste dadels, die gedroogd zijn, zijn ze dus niet geconfijt. Nee, die milde zoetheid hebben ze van zichzelf.

Ze komen uit Noord-Afrika, meestal uit Egypte. Maar ook worden ze volop geproduceerd in Israël, met name in de Palestijnse gebieden. (Er ontspon zich dan ook vrijwel onmiddellijk een discussie aan onze keukentafel over de politiek correctheid van de vruchten. Kwestie van gestolen land en onderbetaalde landarbeiders. Ik weet het niet…).

Voor een pond dadels betaal je een goede zeven euro. De prijs is niet mis, maar dan heb je ook wat…

Medjooldadels lenen er zich toe om mee te koken. Maar zo opsnoepen is zeker zo aantrekkelijk.

© paul

Jambonneau met mosterdsaus

jambonneau au moutarde

Het is hier al een paar dagen wat rommelig met het eten; geen tijd, te laat, druk, druk, druk… en bovenal waren we bezorgd hoe het zou aflopen met de operatie van onze dochter Hendrikje. Pfft; dat is in ieder geval prima verlopen: Ze vond zelf dat het allemaal geweldig meegevallen was. Vandaag mocht ze het ziekenhuis alweer verlaten; “Voorbeeldpatient”  had men in het ziekenhuis gezegd, en daar is ze wel trots op, onze dochter. Nou, wij zijn trots op haar! Goed gedaan Hendrikje,!

Na een bezoekje aan ons Kind in haar eigen huisje waren we overtuigd dat alles echt goed verlopen was en gingen we gerustgesteld en hongerig naar huis; “nog even eten” . Voor één keertje een beetje prefab, maar dan wel van een goede slager…  Meegebracht uit Belgie; een gepekeld, en daarna gekookt hammetje.

(Ik weet niet of er iets dergelijks in Nederland te koop is) Maar toch;

  • 1 jambonneau
  • 1 eetlepel boter
  • 1 lepel bloem
  • 1 kleine sjalot, zéér fijngehakt
  • 1 eetlepel mosterd met pitjes
  • 1 eetlepel gewone mosterd
  • wat bouillon
  • een scheutje room
  • peper, zout, wat versgehakte peterselie
De Saus:
Smoor de sjalot even zachtjes in de boter. Voeg de bloem erbij en smoor die even mee. Dan de mosterd erbij en alles goed roeren zodat alle klontjes weg zijn. De bouillon erbij en roeren tot je een mooie gladde saus hebt. Scheutje room erbij en verder op smaak brengen met peper en zout en wat versgehakte peterselie.
Verwarm het hammetje 25 minuten in de oven en dien het op met de saus.
Wij aten er aardappelpuree bij en een groene salade.
Kopje espresso toe!
© ellen.

Alles gaat goed…

Vandaag, vroeg in de middag, ging Het Kind onder het chirurgenmes. Een ingrijpende operatie. Was ze in de ochtend nog wat nerveus, in de middag merkte je daar niks meer van. Ze belde me om vijf uur, ze klonk niet dizzy, eerder een beetje blazé. Ze had met Ellen al om een uur of drie getelefoneerd. Ik dacht: Hoe is het mogelijk, om één uur buiten westen gespoten door de anesthesist, vervolgens een niet flauwe chirurgische ingreep ondergaan, en nu alweer doen alsof de wereld van jouw is. (Onvoorstelbaar wat ze tegenwoordig kunnen in zo’n ziekenhuis…)

Ik spoedde me naar Eindhoven, naar het Catharien. In de foyer van het ziekenhuis zag ik Andy zitten. Met een groot bord schnitzel en frieten. Ook bij hem was er zichtbaar de spanning vanaf. Ik pikte een paar frietjes van zijn bord en liet hem daarna met rust. Ik ging op zoek naar de patiënt. 

Ik vond haar in blakend welbevinden op de vierde verdieping. (Ellen was er al, rechtstreeks van het werk.) Het Kind sabbelde aan een kop bouillon, ze had flink water gedronken en was al uit bed geweest. Als het aan haar lag zou ze naar huis zijn gegaan, ze begon zich al wat te vervelen. (Gelukkig lag het niet aan haar, overmoed levert zelden iets op in dit soort omstandigheden.)

We bespraken de nabije en wat verdere toekomst, we babbelden nog wat. Daarna namen afscheid. Ellen en ik liepen al op de gang toen het Kind ons nariep: Houd er maar rekening mee, morgen komen we eten… 

En ik dacht: Jaja Hendrikje, het duurt nog wel even voordat jij je toetje van ijs met aardbeien-pepersaus zult eten. Maar die tijd komt beslist. Geduld…

(Indien het Kind meer kwijt wil over al het gedoe dan lees je dat later op deze site…)

Pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood

pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood
Paul toonde al de foto met de geweldige oogst van gisteren; het is paddenstoelentijd! In Luxemburg zochten we vorige week vergeefs de bossen af, wel wat russula’s een enkele parasolzwam en wat onbekende paddenstoelen, maar eekhoorntjesbrood konden we niet vinden. Waarschijnlijk op de verkeerde plaatsen gezocht, noch steeds niet bekent genoeg met de biotoop daar, enfin; we gingen gisteren hier in onze eigen buurt op pad en hopla, een mand vol lekkers.
Een deel ligt nu te drogen, een deel heb ik op pekelwater met kruiden gezet. Daar schrijf ik later nog over. Vandaag maakte ik een pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood.
Als ik zelf pastadeeg maak, maak houd ik altijd dezelfde hoeveelheid aan: 300 gram pastameel, 3 eieren wat zout. Dat is eigenlijk voor ons tweeën teveel. Ik heb dus maar de helft van dat deeg gebruikt. De rest heb ik versneden tot tagliatelle. Die ligt nu op een theedoek te drogen. De tagliatelle eten we morgen.

Het is wel een beetje werken dit gerecht, maar de korte tijd dat er verse paddenstoelen zijn te vinden maakt het zo bijzonder dat dat wel een beetje extra werk waard is. Je kunt deze pastarol ook heel goed van te voren klaarmaken en de oven het laatste werk laten doen. Ideaal voor een etentje met gasten!

Pluk geen paddenstoelen die je niet kent of die makkelijk met giftige exemplaren te verwarren zijn. Als je geen verse wilde paddenstoelen kunt vinden gebruik dan voor dit gerecht grotchampignons. 

pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood

Maak eerst de pasta:
300 gram meel van harde tarwe
3 eieren
snuifje zout
De bloem op het werkvlak, kuiltje in het midden. In het kuiltje de eieren breken. De eieren even losroeren, en het zout erbij doen.
Kneed dan langzaam van binnen naar buiten, steeds een beetje meer bloem erbij tot je uiteindelijk een mooie deegbal hebt.
Laat het deeg een uur rusten onder folie.
Rol het pastadeeg uit. Met de pastamachine een paar keer stand 1 en dan steeds dunner. Met de hand en deegrol, uitrollen, weer opvouwen, uitrollen, enzovoorts.
Tot je een mooie dunne deeglap hebt waar je bijna de krant door kunt lezen!!!
Ik heb twee stukken gemaakt van 18 cm breed (breedte van de pastamachine) en 50 cm lang. (de rest werd tagliatelle, voor vier personen gebruik je al het deeg en maak je er vier lappen van)
Kook de pasta 3 minuten in kokend water, giet af in een vergiet en stort de pasta dan in een pan met koud water. ( Dit omdat je even tijd nodig hebt om de rollen te maken, als je de pasta zó zou wegzetten wordt het een plakkerige massa).

pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood
De Vulling: voor vier personen (ik gebruikte de helft)

  • ongeveer 600 gram verse paddenstoelen bij voorkeur eekhoorntjesbrood
  • 2 uien en 2 teentjes knoflook fijn gesnipperd
  • 3 plakken gerookte ham of spek *) zie onder dit artikel
  • 300 gram gekookte ham, in dunne plakken, bewaar een paar plakken om op het deeg te leggen, de rest in blokjes door de vulling
  • 2 eetlepel olijfolie
  • 1/2 l room
  • veel peper en wat zout
  • wat boter
  • een beetje versgeraspte Parmezaanse kaas

Ui en knoflook even in de olie aanfruiten. De paddenstoelen in kleine blokjes snijden, en ook even mee fruiten. Laat het geheel zo’n 10 minuten stoven, flink peper en wat zout toevoegen en de room en dan nog zo’n tien minuten laten stoven. Je hebt nu een mooie smeuïge ragout.

pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood

De pastarol maken; Vis de pastaplakken één voor één uit het water. Beleg het deeg met plakken gekookte ham en leg in het midden een streep van het paddenstoelenmengsel. Vouw de pasta dicht door de korte zijranden naar elkaar toe te klappen, en rol de pastaslurf op als een slakkenhuis.
Vul zo een hele ovenschaal met rollen gevulde pasta.
Giet er nog wat room over en strooi op de toppen wat klontjes boter en geraspte Parmezaanse kaas.
Zet de schaal 20 minuten in een voorverwarmde oven op 200 graden.

pastarol gevuld met eekhoorntjesbrood
Dien op met wat Parmezaanse kaas en de saus uit de ovenschaal.

*) Ik verwerkte in dit gerecht gekookte ham omdat ik nog uitstekende gekookte ham in huis had. Je kunt deze pastarol ook heel goed gewoon helemaal vegetarisch houden en er geen vlees in verwerken. De paddenstoelen zijn al zo heerlijk dat er verder weinig smaakmakers bij nodig zijn. Veel peper, dat wel, paddenstoelen combineren geweldig goed met veel peper!

Kopje espresso toe.

© ellen.