BBQ: geroosterde champignons met knoflook en tuinkruiden bijvoorbeeld…

Gegrilde champignons met knoflook en tuinkruiden...
Wij hebben sinds een tijdje een nieuwe slager in ons dorp, ik schreef er al eens over. Prima, met de andere slager is ook niets mis, maar die nieuwe slager heeft een wat meer trendy assortiment; Angus Beef, lamsvlees, Livar varkensvlees, Label Rouge -kippen, noem maar op. Ik ben er blij mee, koop er graag zo af en toe wat bijzonder vlees; bijvoorbeeld een mooie Ribeye van Angus Rund, mmjum.

Afgelopen zaterdag stond ik te wachten in de winkel en het viel me op dat hier opeens wel erg veel mannen inkopen komen doen. Inkopen, en  dan bedoel ik niet een pondje gehakt en drie slavinken… Nee, die mannen komen Vlees Kopen. Grote brokken Vlees! Zeker nu de temperaturen stijgen moet er geroosterd worden. Ha, ook  ons dorp kent Hipsters… Je bent Man en je wilt wat!

Achter mij in de rij stonden twee manen druk te beraadslagen; “Nemen we twee van die Côtes de Boeuf, zou dat genoeg zijn voor ons vieren?”

Terwijl mijn boodschappen werden ingepakt, bediende een van de andere slagersmeisjes de hippe mannen. Twee Côtes de Boeuf wilden ze. Het meisje legde de aangewezen stukken vlees op de weegschaal en tikte de code in… Het te betalen bedrag verscheen: € 47,50. De stoere hipsters werden ter plekke heel bleek… dat was wel erg ver boven hun begroting… Misschien kon één Côte in tweeën gedeeld worden…

Jámmer! Zo’n prachtig stuk vlees doormidden snijden is echt zonde. Koop dan één mooi stuk, rooster het met aandacht, laat het rusten en snijd er plakjes van. Iedereen blij.

Je kunt  heel hip BBQ-en met één mooi stuk vlees of vis, dat met veel aandacht bereid wordt. Maak dan zelf wat salades in plaats van ze voor veel geld kant-en-klaar te kopen en vergeet vooral de groenten niet. Gegrilde aubergines, even bestrijken met wat olijfolie, om en om op het rooster en een lekker sausje erbij. Of gewoon wat champignons, goedkoop, smakelijk, en in ons geval ook nog eens bijna zónder Foodmiles; Champignons de “Vrije Heerlijkheid”, uit ons eigen dorp.

  • bijgerecht voor twee personen
  • 8 grote kastanjechampignons, de steeltjes verwijderd
  • twee tenen knoflook
  • wat citroenrasp
  • verse tuinkruiden; ik gebruikte, wat dragon, bieslook, peterselie en tijm, alles heel fijngehakt
  • grof gemalen peper en zout
  • flink scheut olijfolie

Meng de knoflook, de citroenrasp en de kruiden door de olijfolie en marineer de champignons daarin zeker een uur. Schep de kruiden/knoflookvulling in de ‘hoed’ van de champignons, strooi er wat peper en zout over en rooster de champignons dan aan de zijkant van de BBQ, dáár waar het vuur heel zacht brandt. Verschuif ze af en toe en laat ze zo heel langzaam garen.

Wij aten er een pittig lamsworstje bij van de Turkse slager en we deelden een dikke Livar varkenscarbonade, een groene salade van ruccola met tomaat, en wat brood. Meer moest dat niet zijn!

Kopje espresso toe!

©ellen.

Scottiglia di Cinghiale, Italiaanse stoofpot van wildzwijn met San Marzano tomaten…

Italiaanse wildzwijnstoofpot
Het was een triestige, winderige dag gisteren; de Sinterklazen waaiden uit hun mantels, de Pieten van het dak en de laatste blaadjes van de bomen. Nadat we even met Jop naar de intocht van onze Sinterklaas gekeken hadden besloot ik de dag verder maar lekker binnen te blijven; op de bank met een mooi boek, kaarsjes aan en een heerlijk  geurende stoofpot op een zacht vuurtje.

Tijdens onze laatste herfstvakantieweek in Luxemburg heb ik flink wat voorraad ingeslagen voor de komende tijd. Bij de Cactus supermarkt verkopen ze wild, onder andere wildzwijn, gefokt in de Ardennen. En geloof me, die beesten hebben een beter leven dan de tamme fokbatterijvarkens hier in ons land. Het vlees is voor verkoop geproportioneerd in mooie, niet te kleine stukken. Ik kocht een aantal vacuüm verpakte porties van ongeveer 400 gram. Ik koop ze op de dag van vertrek en vries ze dan thuis snel in. Goed voor de herfstmaanden. Bij onze andere favoriete super, de Cora, was het Italiaanse week. Pasta’s, tomaten en Italiaanse wijnen waren in de aanbieding. Zo ook blikken tomaten van Mutti, ditmaal zelfs een superreclame voor blikken pomodoro San Marzano. De ‘gewone’ pomodori van Mutti zijn al erg lekker, de speciale pomodoro San Marzano zijn echt super. Ze zijn zoeter dan gewone tomaten, hebben minder zaden en zijn minder waterig. Je hebt echt een blik vol puur tomaat! Ze worden geteeld in de provincie Sarnese en alleen als ze daar vandaan komen krijgen ze een D.O.P. De aanschaf van twaalf halfliterblikken leek me een goed begin voor de herfst.

Dat alles vroeg dus om een Italiaanse stoofpot. Ik vond een recept in “Carluccio goos wild”, van Antinio Carluccio. Ik paste de hoeveelheden wat aan en veranderde een en ander, zoals dat gaat…

  • Voor twee of drie personen ( wij hielden nog een mooie portie over)
  • 425 gram wildzwijn, (van de bout of andere mooie stukken voor ragout) in flinke dobbelstenen gesneden
  • wat bloem
  • olijfolie
  • 1 flinke ui, fijngehakt
  • 1 stengel bleekselderij, in kleine stukjes gesneden
  • 1 wortel in kleine stukjes gesneden
  • 2 tenen knoflook, geplet en gehakt
  • 1 laurierblad
  • 1 kleine Spaanse peper, het zaad verwijderen en in dunne reepjes snijden
  • 1 glas rode wijn
  • 1 blik tomaten, liefst San Marzano,de tomaten fijnhakken
  • 1 takje verse rozemarijn
  • peper en zout
  • wat fijn gehakte platte peterselie

Verhit de olie in een stoofpan met dikke bodem. Haal de stukken vlees door de bloem en schud overtollige bloem eraf. Braad de stukken in de olie rondom mooi bruin aan. Doe er dan vervolgens ui, knoflook en Spaanse peper bij en bak ze even mee. Dan de wortel en selderij toevoegen en even zachtjes laten stoven. Voeg glas wijn toe, roer de aanbaksels los en laat de alcohol even verdampen. Doe er dan de tomatenpulp bij en het laurierblad. Doe de deksel op de pan en laat het vlees een paar uur heel zachtjes stoven. Voeg vlak voordat het vlees klaar is de rozemarijn en peterselie toe en breng verder op smaak met peper en zout. Geef er pasta bij, bijvoorbeeld Papardelle of mooi grof brood of, eet er zoals wij deden, verse Spätzle bij.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Geklaarde boter, kant en klaar…

geklaarde boter
De vaste lezers weten het wel, wij zijn niet zo van reclame maken voor producten. Als je als foodblogger niet oplet stroomt je brievenbus vol met allerlei rare aanbiedingen om dingen uit te testen; van chips tot industrieel vervaardigde koekjes, laat maar, voor mij niet. Als er weer eens zo’n pakket uitgedeeld is kun je op één dag op twintig blogs lezen hoe lekker die verpakte koekjes wel zijn. Natuurlijk zitten er zo af en toe wel lekkere dingen bij maar die vinden we onafhankelijk van de producent dan toch wel. Zo ging het ook met dit product: geklaarde boter. Ik zag opeens een stapel pakjes liggen in de Cactus supermarché in Luxemburg. Nog nooit gezien, ik wist niet dat het bestond! De boter is van het merk Carlsbourg, dat merk kende ik wel. Ik koop de boter van Carlsbourg regelmatig als we in Luxemburg of Belgie boodschappen doen. Op de website van Carlsbourg is te lezen dat:

de boter de enige in Belgie is die een beschermde oorsprongsbenaming (BOB) *)geniet: Ardense roomboter. Hij wordt bereid volgens traditioneel recept, waarin hij de tijd krijgt om te rijpen en te karnen. Deze gekarnde boter  bestaat zowel ongezouten ‘zacht’ als gezouten ‘met zeezout’, is authentiek en rijk van smaak. ”

Aldus de fabrikant. En dat klopt, een lekkere, smakelijke boter. En toen zag ik dus dat pakje geklaarde boter van dezelfde fabrikant. Ik moet zeggen dat ik wat wantrouwig was, ik heb slechte ervaringen met bakboters en dergelijke. Meestal is het vies, voldoet niet aan mijn verwachtingen en ga ik rap weer bakken in olie of zelfgeklaarde boter. Dit merk boezemde mij toch wel vertrouwen in, een fabrikant van goeie boter gaat zijn naam niet zomaar met een flutproduct te grabbel gooien toch?

Ik kocht een pakje en bakte een mooie biefstuk met de geklaarde boter. Resultaat, prima! Geen gespetter, geen verbrande froezels, uitstekende botersmaak. Kijk, daar word ik nou blij van! Er zitten geen vreemde ingrediënten of toevoegingen in deze boter, alleen boterconcentraat en beta-caroteen voor de kleur.

Natuurlijk kan je gewoon zelf je boter blijven klaren maar dit is toch wel heel handig. Van harte aanbevolen, maar… ik weet niet of deze geklaarde boter in Nederland al te koop is. Ik zag dat internet AH wel boter van Carlsbourg verkoopt maar of ze ook geklaarde boter verkopen kon ik zo gauw niet vinden. Ik neem zelf een paar pakjes mee als we weer eens in ons Luxemburgse stekje verblijven. Misschien moeten we massaal gaan zeuren bij onze supers dat ze dit product in hun assortiment moeten gaan opnemen.

Wie nog even wil kijken naar hoe de boter geproduceerd wordt kan dat zien op dit filmpje van Radio Canada.

*) ook wel Appelation dórigine protegee AOP.

© ellen.

Jop’s eerste kookboek: “Puur natuur” van Alain Ducasse

puur natuur
Vele jaren geleden toen ons Kind nog een baby was waren we al overtuigd van het belang van gezonde verse voeding, ook voor baby’s. Toen ze na borstvoeding en fles toe was aan haar eerste echte hapjes besloten alles zoveel mogelijk zelf, vers klaar te maken. Dat was nog niet zo simpel; we hadden nog geen staafmixer of blender of keukenmachine. Pureren deden we via de passe-vite, ofwel een ijzeren roerzeef. Een moeizaam klusje waar je ook nog een berg afwas aan overhield, maar goed, met liefde gedaan. Eén keer besloten we toch maar eens zo’n potje Olvarit te kopen. We moesten ergens op bezoek en het leek ons voor een keer wel handig. Na één hap trok het Kind een vies gezicht en weigerde verder te eten. Het restant kreeg de hond, een altijd hongerige Mechelse herder. Toen die na wat gesnuffel ook weigerde het hapje op te eten besloten we ons voortaan maar verre te houden van dit kant-en-klaarspul.

Het Kind heeft nu inmiddels haar eigen baby Jop, en Jop is toe aan echt eten. Het Kind maakt ook zoveel mogelijk zelf, Paul schreef er hier al over. Dat gaat allemaal prima, Jop vind alles lekker en groeit als kool, maar zijn moeder vindt het soms lastig om te bedenken wat ze hem nu weer eens voor zal zetten. Zo gevarieerd mogelijk, we willen geen kniesknauwer. Maar toch best lastig om steeds weer iets nieuws, gezonds en voedzaams te bedenken.

De oplossing zag ik in de boekwinkel in de vorm van dit boek van de Franse sterrenkok Alain Ducasse, “Puur Natuur, baby en peuter”.  Deze sterrenchef is vooral beroemd om zijn liefde voor verse, liefst biologische groenten en hij besefte dat veel vaders en moeders moeite hebben om steeds weer een gezonde en eenvoudige maaltijd klaar te maken voor hun kroost. Hij vindt het belangrijk dat de kleintjes stap voor stap verschillende smaken leren kennen aan de hand van lekkere producten en niet uit potjes kant-en-klare babyvoeding. Hij wil met dit boek de smaak van baby’s en peuters vormen. “Smaak”, aldus Ducasse, “ontwikkelt zich al in de eerste maanden. Smaak zet zich dan vast in onze hersenen en blijft daar voor de rest van ons leven.” De smaken van potjesvoeding vindt Ducasse te eenzijdig. Ze houden ook geen rekening met de seizoenen. In dit boek geeft Ducasse recepten voor smakelijke babyhapjes voor kinderen van 6  tot 18 maanden. Het boek is ingedeeld in de hoofdstukken: Moestuin, Akker, Zee, Weiland en Boomgaard. In elk hoofdstuk vind je recepten voor de verschillende leeftijdsgroepen. De recepten zijn dan ook weer gerangschikt in seizoenen. Pompoen in de herfst, asperges en jonge erwtjes in het voorjaar enzovoorts.

Wat ik vooral heel aardig vind in de recepten zijn de toevoegingen die je zelf zo gauw niet zou bedenken voor babyvoeding.  Pompoen met wat geraspte gember en geelwortel (vanaf12 maanden) of Rodebietensoep met kwark en bieslook (vanaf 10 maanden) of Artisjok met verse doperwtjes met een blaadje munt en verse schapenkaas vanaf 7 maanden). Toevoegingen van wat verse koriander, wat tijm, een blaadje basilicum maakt dat baby’s al vroeg in contact komen met verschillende echte smaken.

Ducasse schreef het boek samen met voedingsdeskundige Paule Neyrat. Zij gaf advies op welke leeftijd baby’s bepaald voedsel kunnen en mogen eten en zorgde voor het nodige evenwicht in de recepten.

Op de foto’s zien de gerechten er zo smakelijk uit dat ik zelf nog wel zo’n babyhapje zou lusten. Wat te denken van Gepocheerde clementines met steranijs? Lijkt me heerlijk! En de Elleboogjes macaroni met ham en truffel is ook niet mis, hoewel ik denk dat dit in weinig Nederlandse gezinnen  voor baby op tafel zal worden gezet! De recepten zijn echt niet allemaal zo luxueus. Prei, knolselderij en raapjes is voor iedereen bereikbaar, maar knip er dan om baby’s smaak optimaal te ontwikkelen wat kervel door!

Kortom, een fijn boek voor ouders van jonge kinderen om inspiratie op te doen voor de babyhapjes.

Alain Ducasse, Puur natuur, 100 recepten voor gezonde en lekkere gerechten voor baby en peuter. DE Nederlandstalige uitgave: 2015  Fontaine Uitgevers bv. Hilversum. ISBN 9789077902141. € 17,95.

Van harte aanbevolen! Ik hoop dat Jop gaat genieten van deze lekkere hapjes en zijn vader en moeder veel plezier beleven aan het klaarmaken daarvan!

© ellen.

Marmelade van bloedsinaasappels uit Sevilla.

IMG_2238
Een tijdje geleden werd er een vraag gesteld op deze website over bittere sinaasappels uit Sevilla; “of ik wist waar die te koop zijn?”  Ik vroeg het na op de Helmondse markt, maar daar verkocht men ze niet.. Goed, jammer. Tot ik vorige week op de markt bloedsinaasappels kocht, met een stickertje erop; uit Sevilla! Verhip, hoe zit dat nou? Ik ben aan het zoeken gegaan in boeken, op websites maar echt duidelijk is het me nog niet. Eén ding is zeker, het seizoen voor de sinaasappels uit Sevilla is heel kort. Eigenlijk alleen de eerste twee maanden van het jaar worden ze verkocht. Volgens allerlei bronnen worden zowel de bloedsinaasappel als de gewone oranje sinaasappel uit Sevilla gebruikt om marmelade van te maken. Ik vond het wel een uitdaging om dat vandaag nu maar eens te gaan doen, marmelade maken met bloedsinaasappels uit Sevilla. Gewoon in Helmond gekocht op de markt bij de fruitkraam op de hoek van de Koninginnewal.
IMG_2223
Goed, de sinaasappels had ik, dan nog een recept. Ik las her en der wat tips en recepten en besloot voor het grootste deel de receptuur van Florine Boucher te volgen. Zij maakt gebruik van de natuurlijke pectine die in de schillen en pitten zitten. Het recept is wel wat bewerkelijk maar het resultaat is werkelijk heerlijk.

Voor de hoeveelheid potjes die je hierboven ziet:

  • 1 kilo bloedsinaasappels
  • sap van 2 citroenen
  • 800 gram suiker
  • handjevol frambozen (ik weet het, daar is het helemaal geen tijd voor, maar ik had er nog een paar in de diepvries liggen en het leek me mooi om ook echt rode marmelade te maken) de hoeveelheid was te verwaarlozen en heeft verder geen invloed op het recept.

Was de sinaasappels en laat ze dan in ruim water zachtjes ongeveer 2 uur koken op een laag vuurtje. Laat de vruchten in het kookwater afkoelen. Haal de vruchten uit het kookvocht en halveer ze. Bewaar het kookvocht.

Schep met een lepel het vruchtvlees en de pitten eruit. schraap ook wat van de witte laag van de schil af. Dat wit en de pitten bevatten de meeste pectine die ervoor zorgt dat de marmelade straks gaat stollen. Bewaar de schillen. Doe het vruchtvlees met het wit van de schil en de pitten samen in een steelpan en voeg 3 dl water toe. Laat dit 7 minuten in een gesloten pan zachtjes koken.

Giet dan de inhoud van de steelpan door een fijnmazige zeef die je op een kom gezet hebt. Druk het vruchtvlees met een houten stamper of lepel door de zeef tot er alleen nog taaie vezels en pitten overblijven. Dat is een langdurig klusje, maar toch volhouden, je hebt zoveel mogelijk van deze massa nodig om te marmelade te laten geleren.
IMG_2226

Snijd dan de schillen in fijne reepjes. Weeg het vruchtvlees samen met de schilletjes en voeg zoveel kookvocht toe tot het totaalgewicht 1350 gram is.

IMG_2233

Doe dit alles in een ruime, niet te hoge pan en voeg suiker en citroensap toe. Breng dit al roerend snel aan de kook zodat de suiker smelt. Draai als de massa goed kookt het vuur lager en kook de marmelade al roerend 15 minuten.

IMG_2234

Schep dan de jam in goed schoongemaakte potten. Sluit ze meteen met een deksel af en zet de pot even ondersteboven.

Het was een langdurig, plakkerig karweitje, met heel veel afwas, maar die marmelade… Lekker!

Overigens las ik dat de Schotten er helemaal op het laatst  nog een flinke scheut Whisky aan toevoegen maar die had ik even niet in huis.

© ellen.

Eendenpootjes met zuurkool, een snelle maaltijd.

eend met zuurkool
Soms snap ik niet hoe al die Foodbloggers het doen; bloggen én presentaties van boeken bezoeken én Foodevents bezoeken én Goody Bags ontvangen én erover schrijven… én, én, én… Ik heb daar gewoon geen tijd voor. Jammer soms, ik zou vandaag graag bij de uitreiking van het “Kookboek van het jaar” zijn geweest. Ennuh het komende “Foodbloggers Kerstevent”; meerijden en meeroken met Paul Oosten leek me wel wat… Of, nou ja noem maar op. Het lijkt me gewoon heel leuk om een aantal bloggers die ik volg ook eens in ‘levende lijven’ te ontmoeten. Maar dat is moeilijk te regelen. Wij wonen in het ‘Zuiden des Lands’ en dan verplaats je je na werktijd niet zomaar even naar de Randstad waar al deze bruisende activiteiten plaatsvinden. Na een werkdag ben ik al blij als er een fatsoenlijke maaltijd op tafel staat en we samen de dag rustig door kunnen nemen onder het genot van een glas wijn. Zeker op dagen/nachten dat wij allebei werken is dat nog een hele kunst. Ik mag dan graag op eenvoudige recepten terugvallen of met wat-er-nog-over-is-gebleven iets nieuws verzinnen.

Onze maaltijd van vandaag sluit mooi aan bij het verzoek van een andere ‘eenzame’ foodblogger Sonja Vanderhaege. Sonja woont in het Zuiden van Luxemburg en van daaruit is het nóg moeilijker om even over te wippen naar een of ander Foodevent. Toch levert Sonja altijd zinvolle bijdragen aan de Foodbloggers Benelux groep op Facebook. Ook vandaag verscheen er een goed voorstel van Sonja in de Foodbloggers Benelux groep. Sonja schrijft:

ik ben altijd op zoek naar uitdagingen en nieuwe (makkelijk,goedkoop, lekker) recepten dus leek het me leuk om hier elke maand de seizoensgroenten van de maand te posten en dan kan iedereen zijn (deze maand gemaakte) recepten met één (of meerdere) van deze groenten in de hoofdrol hier posten. Lijkt het jullie wat ?

Vervolgens een hele lijst met seizoensgroenten voor de maand november. Ik ga hier niet die hele lijst opnoemen, zoek zelf maar even op Facebook of bij Sonja Vanderhaegen blog: Ona Pona kookt. We gaan dus bloggen over herfstgroenten en omdat wij nou toevallig voor vandaag al bedacht hadden om het simpel te houden sluit dit gerecht wel mooi aan bij de gedachte van Sonja. Let wel, dit was toevallig! Binnenkort ook aandacht voor de andere groenten voor deze maand, Sonja, ik heb mijn oog al laten vallen op een mooie savooie kool!

Vandaag was gewoon restverwerking en gemakseten. Jaha, de gekonfijte eendenbouten uit een pak! Niets op tegen! Zelf eenden pootjes conserveren kan ook, maar daar is niet altijd tijd voor en dit soort kant-en-klaar is heel acceptabel als je even geen tijd hebt. Tweede ingrediënt was lastiger; wij hebben nu twee jaar zelf zuurkool gemaakt. Met succes moet ik zeggen, de eigengemaakte zuurkool was prima van smaak en structuur, wij waren heel tevreden, natuurlijk zien we nog wel wat verbeterpunten, maar… nog even geen tijd gehad om nieuwe zuurkool te maken. Dus toch maar zo’n pakje bij de grootgrutter gekocht. Jammer, was minder dan de zelfgemaakte. Zoeter, minder kruidig en slapper, zachter van structuur. Van mij mag de zuurkool wel een beetje ‘bite’ hebben. Derde ingrediënt was aardappelpuree, die was prima. Een rest van, dinsdag, expres teveel gemaakt.

  • Dus een snelle maaltijd genieten voor twee personen met novembergroenten:
  • aardappelpuree, maken of een rest van
  • 400 gram zuurkool
  • 2 gekonfijte eendenbouten, kant en klaar of zelf ingemaakt

Verwarm de oven voor op 180 graden. Haal de eendenbouten uit het vet en verwijder ook het omringende vet. Leg ze in een ovenschaal. Schep de zuurkool in een andere ovenschaal. Sprenkel er een klein beetje van het eendenvet over en schep de aardappelpuree erop. Zet de schaal 20 minuten in de oven. Plaats dan ook de schaal met de eendenbouten in de oven en laat alles nog zo’n 20 minuten verwarmen. Geniet intussen van een mooi glas witte wijn, uit de Elzas bijvoorbeeld, en praat de dag door.

Dien op, eet, en geniet! Neem een kopje espresso toe!

© ellen.

 

 

Gewone heksenboleet…

paddenstoelen, augustus 2014
Ze zijn er vroeg dit jaar, maar dat is niet exceptioneel. Het gebeurt vaker, wanneer temperatuur en vocht goed op elkaar zijn afgestemd. De afgelopen natte weken zorgden voor een explosie aan paddenstoelen. Ook de late soorten zijn nu al te vinden.

Ik zal het je nog sterker vertellen, toen ik vorige week mijn vaste plukstekken controleerde vond ik eekhoorntjesbrood in overvloed. De paddenstoelen waren echter al té ver heen; slap, sponzig, verschimmeld, aangeknaagd of gebroken.

Gelukkig stonden de heksenboleten te pronken in al hun schoonheid. Kakelvers en stevig van vlees. En de gewone heksenboleet mag dan de mindere zijn van het eekhoorntjesbrood, het vormde voor mij geen beletsel om een maaltje te plukken. Ik maakte er die avond een maaltijd mee in combinatie met vis en garnaaltjes. Ik beschrijf het recept later op de dag.

En ook afgelopen weekend in Luxemburg was het raak. Ans, Neel, Evert en Hijn waren er op bezoek. Terwijl Ellen en ik op zaterdag onze inkopen deden, maakten zij een lange wandeling in de omgeving van Septfontaines. Ze kwamen terug met een goedgevulde rugzak. Echt eekhoorntjesbrood zat er niet bij, maar wel een paar bruikbare neefjes. De exemplaren van het specimen kastanjeboleet waren ronduit prachtig (en het lekkerst…).

Ik maakte de paddenstoelen grondig schoon. Het leverde veel afval op, want ook hier waren een hoop exemplaren al over hun hoogtepunt. Maar evengoed hield ik voldoende over om een voorgerecht voor zes personen te maken.

Ik ben benieuwd hoe de paddenstoelengroei zich verder ontwikkelt dit jaar. Mijn inschatting is dat ik nog vaak zal kunnen plukken.

© paul

 

Langzaam gegaard buikspek

buikspek
Ik denk dat veel mensen in gedachten zo’n lijstje hebben met “dingen die ooit eens moeten gebeuren”. Dat kan variëren van “eindelijk de zolder opruimen, of één keer van die berg abseilen”, tot hele simpele dingen die je al heel lang eens wil doen maar wat er maar niet van komt. Ik heb een enorme waslijst van nog te doen dingen, ik ga die hier niet allemaal opnoemen er moet nog iets te wensen overblijven nietwaar? Maar dat ene recept wat er maar nooit van kwam… Juist! Langzaam gegaard buikspek, dat wilde ik nou al heel lang eens klaarmaken. Simpel, zou je zeggen, doe je toch gewoon even! Maar zo eenvoudig ligt dat niet.

Wij eten al jaren geen varkensvlees meer van varkens uit fokbatterijen. Er komt hier alleen nog biologisch, diervriendelijk gefokt varken op tafel. We kopen het vlees meestal bij de Sumiranboerderij een enkele keer ook bij een goede bioslager. Ik zou zo’n stuk buikspek natuurlijk best bij de dames van de Sumiranboerderij kunnen bestellen maar dat komt er gewoon maar niet van. Toen we deze week wat winkelden bij de Hanos groothandel zag ik daar in het schap een prachtig stuk buikspek liggen, biologisch, van het Zweeds Landvarken. Eindelijk! Natuurlijk een veel te groot stuk voor ons tweetjes maar voor de zaterdagdis met veel mensen was het precies een mooie hoeveelheid. Ik las zo hier en daar wat recepten en gaf er mijn eigen draai aan; een beetje ‘Chinees’.

  • Voor 8 personen:
  • 1500 gram buikspek uit één stuk, de zwoerd was eraf gesneden, de vetrand niet.
  • voor de marinade;
  • 4 teentjes knoflook, fijngeknepen
  • een stukje gember, ongeveer 5 cm, fijn geraspt
  • 2 eetlepels honing
  • 1 eetlepel hoisingsaus
  • 3 eetlepels sojasaus
  • 1 eetlepel rijstazijn
  • 1 theelepel vijfkruidenpoeder
  • 1 theelepel sesamolie

Kerf met een scherp mes een ruitpatroon in de vetrand van het vlees. Roer alle ingrediënten door elkaar tot een mooie marinade en laat het vlees daarin minstens 8 uur marineren. Af en toe een keer omdraaien en inwrijven.

Verwarm de oven voor op 220 graden. Leg het vlees op een rooster en plaats dat op een lekbak. Laat het vlees 20 minuten braden op 220 graden. Schakel de thermostaat terug naar 90 graden en laat het vlees zo nog 2 uur garen. Haal het spek dan uit de oven en laat het even rusten op een plank. Snijd het dan in dunne plakken en geniet!

Werkelijk overheerlijk vond ons gezelschap! En dat was het ook; smeltend zacht, prima van smaak! We aten er nasi goreng bij, wat komkommer en boontjes met pepertjes en wat kokos.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Bacalhau met eiersaus

bacalao
Wij zijn nog steeds in Luxemburg, het land waar zoveel Portugezen wonen dat alle winkels ruim voorzien zijn in Portugese etenswaren; olie, olijven, brood, groenten, ‘platte kippen’ voor op de gril en natuurlijk veel vis. Allerlei soorten vis, octopus, garnalen en schelpen, je vind ze in elke supermarkt. Heel speciaal is de gedroogde kabeljauw, genaamd Bacalhau, ik schreef er al eerder over, ik maakte visballetjes met deze gedroogde kabeljauw: bolinhos de bacalao (Spaanse spelling). Voor de Bolinos gebruikte ik gedroogde bacalhau. Die moet je 48 uur weken in water, het water af en toe verversen. Een tijdje geleden ontdekte ik dat hier in de supermarkten en gespecialiseerde winkels, ook bacalhau uit de diepvries te koop is. Deze vis is al geweekt en ontzout. Na ontdooien dus meteen klaar voor gebruik. Tja,wij hadden wel zin in deze vis maar om nu op de camping gedroogde vis 48 uur in water te weken… Mooie oplossing dus, diepvries bacalhau!

Ik maakte er vandaag een gerecht mee met aardappelen en saffraan en een eiersaus erbij. Voor de eiersaus had ik eigenlijk 5 eetlepels peterselie nodig, helaas, zoveel groeit er nog niet in ons tuintje. Ik gebruikte een paar grote bladeren wilde spinazie die nog over waren van gisteren, dat smaakte prima.

Ik geef je dus het recept voor diepvries bacalao. Als je die niet kunt krijgen gebruik je gewoon gedroogde bacalhau. Die moet je dan wel 48 uur in schoon water weken. Het water af en toe verversen.

  • Voor vier personen
  • De Vis
  • 500 gram bacalao in vier stukken
  • 1 flinke ui, in grove stukken
  • wat peperkorrels, een laurierblad, wat verse tijm.

Schik de vis met in een pan en leg er de ui en kruiden omheen. Giet er zoveel water op dat de vis net onderstaat. Breng aan de kook en schep het schuim af. Laat de vis zo in ongeveer 15 minuten gaar koken. Schep de stukken vis uit de bouillon en houd ze apart.

  • De aardappelen
  • 4 grote of 8 kleine vastkokende aardappelen, geschild en in blokjes gesneden
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 2 sjalotten, grof gesneden
  • 2 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • 4 gedroogde chilipepers
  • 1 laurierblad
  • een plukje saffraandraadjes, in de vijzel met wat van de visbouillon fijn geroerd
  • een paar zwarte olijven, Portugese uiteraard…

Verwarm de olie en smoor daarin de ui,de knoflook en de pepertjes. Voeg dan de aardappelstukjes erbij, de saffraan, de olijven en het laurierblad. Giet er zoveel bouillon van de vis bij dat alles net onderstaat. Smoor de aardappels zo in ongeveer 15 minuten gaar.

  • De eiersaus
  • 2 eetlepels olijolie
  • 100 gram gerookt spek in fijne blokjes
  • 1 flinke ui in ringen gesneden
  • 2 gedroogde pepers
  • 2 hardgekookte eieren, fijngeprakt
  • 5 bladeren van wilde spinazie, fijngesneden

viscain
Doe de olijfolie in een sauspan en smoor daarin het spek, de uien en de pepers even aan. Voeg de spinazie toe en de kruimeltjes ei en doe er wat bouillon bij. Smoor nog even tot je een mooie dikke saus hebt.

Leg, als de aardappels bijna gaar zijn de stukken vis op de aardappelen en laat ze zo nog even goed doorwarmen.

Dien het gerecht op in diepe borden en serveer er de saus apart bij.

Kopje Bica toe!

© ellen.

 

 

 

Verse kapucijners met gerookt spek

kapucijners
Het asperge seizoen is afgelopen, jammer, we hebben zoals ieder jaar genoten van “Het witte goud” zoals deze groente hier in de buurt genoemd wordt. Wij wonen hier in Brabant midden tussen de aspergetelers en speciaal in ons dorp worden de beste asperges van Brabant geteeld. We kopen ze bij de teler ‘aan huis’. Supervers, prima kwaliteit, in de vroege ochtend gestoken s’avonds in de pan! De eerste eten we dan simpel met boter, ham en een eitje, later in het seizoen mag ik graag eens experimenteren met andere bereidingswijzen. Op de feestdag van Sint Jan, 24 juni, eindigt het aspergeseizoen. Met een mooie schotel pasta met aspergekopjes en gerookte zalm namen we afscheid van dit aspergejaar. Tijd voor een nieuwe seizoens-groente!
Kapucijners, wij zijn er allebei gek op! Niet die melige dingen uit een blik of potje, maar verse kapucijners! Het seizoen is maar heel kort. Je moet ze kopen als ze nog heel jong zijn. (of je bent zo’n geluksmens die ze gewoon zelf in eigen tuin teelt, maar die zijn er maar weinig)
Het is ieder jaar weer gokken wanneer de piepjonge kapucijners te koop zijn. Het seizoen is kort en soms, als je even een weekje niet oplet, mis je de boot. Afgelopen zaterdag lagen ze op de markt, vers, piepjong, met stralende paarse omhulsels…

Ik kocht, voor twee personen 750 gram. Dat bleek voor ons precies genoeg. Deze verse kapucijners hoeven nauwelijks enige toevoeging. Eet ze puur zoals ze zijn! Een ‘Captainsdiner’ zoals dat wel wordt genoemd vind ik niks met deze verse tere erwtjes. Een Captainsdiner is goed voor kapucijners uit de diepvries of als je op een trektocht door onherbergzame gebieden zo maar eens een blik opentrekt. Dán mogen er augurken bij en een gebakken ei en piccalilly en chili en weet ik wat nog meer…
kapucijners
Met verse kapucijners gaan we niks doen, geen geklooi met dit tere erwtje! Doppen, met een klein beetje water opzetten en hooguit 5 minuten koken. Op het laatst een klein beetje zout erbij. Intussen wat superspek zachtjes uitbakken (ik gebruikte biologisch gerookt spek van de Sumiranboerderij).
De erwtjes afgieten, de spekjes mét het uitgebakken vet en eventueel wat vers gehakte peterselie over de kapucijners scheppen en genieten!

Een stukje kaas toe en natuurlijk een kopje espresso!

© ellen.