Treurig of boos?…

Quote

“Bach jat van Bach”, zei een ex-collega iedere keer, wanneer hij hoorde dat Johann Sebastian zijn Hoofd vol bloed en wonden, thema uit de Matheus Passion, weer eens gebruikt had in een door-de-weekse Cantate. Hij gaf daarmee aan dat Bach zichzelf op slinkse wijze recycelde.

Zoiets dergelijks doe ik nu ook. Bij de duizende foto’s die op onze foto-provider staan kan ik wel komen, ik krijg ze echter met geen mogelijkheid op de nieuwe web-site geplaatst. Dus ga ik maar surfen op het intetrnet, jat één van onze eigen foto’s die daar ergens rondzweft en plaats die bij mijn documenten. En dan kan ik er wél mee werken.  

Ik weet nog waar de foto gemaakt is, ik weet nog met wie we de artisjokken gegeten hebben. Ik herinner me zelfs (min of meer) de inhoud van het artikel op het web-log waar de foto bij hoorde. En dat is maar goed ook, want ik zal mijn geheugen de komende tijd nodig hebben. Naar het zich nu laat aanzien heeft men om en nabij twee duizend vijfhonderd en dertig artikelen van het Ministerie zoek gemaakt. Ons resten nog een schamele zeventig blogstukken, en zelfs daar kunnen we niet bij. Die staan gemutileerd en gemaltraiteerd, een beetje lelijk te zijn bij weblog.nl.

Het heeft allemaal te maken met bedrijfsovernamen, van de ene provider naar de andere, en de misverstanden die daaruit kunnen voortvloeien. En de botte ruzies die daaruit voortkomen (over onze kop en die van 390.000 ander web-loggers). Uiteindelijk gaat het om de poen. Gewoon spijkerhard Angelsaksisch kapitalisme…

Voor ons lijkt het in concreto te gaan betekenen dat ons hele archief naar de vaantjes is. Weg zijn de duizend recepten die Ellen schreef. Weg is mijn artikel over meneer Fisch, over de Keijzer van Monera, over de mirabellen van Fons. Weg zijn de vakantieherinneringen, de verhalen over de mooie wijnen, de mooie dingen, de mooie dagen. Weg de bespiegelingen van zondagochtend.

Zijn we boos? Ja natuurlijk zijn we boos! Dat levert ons op dit moment namelijk meer op dan wanneer we bedroefd of treurig zouden zijn. Boosheid levert stijdbaarheid op. Wat denkt men wel niet: dat we bij de pakken neer gaan zitten? Dat we in zak en as liggen treuren voor de buis, met een pijpje pils? Dat we het voor gezien houden en ons voor de rest voederen met friettent of afhaalchinees? Wat denkt men wel niet…

Ellen had al een mopper-artikel geschreven. Ik kon dus niet achterblijven. Enfin,… dat is dan gebeurd, nu moet het afgelopen zijn. We gaan iets heel moois van deze web-site maken. Ellen heeft de site eigenhandig gebouwd. (Applaus, hoedje af, driewerf hoera!) Er zitten nog een hoop onvolmaaktheden in, er zijn nog tal van mogelijkheden niet benut. Ellen werkt noest door, ze komt er wel uit. En zo niet dan zijn er aardige mannen en vrouwen die ons verder helpen. (Van mij valt weinig te verwachten, ik ben en blijf een digibeet…)

© paul

 

Snaaien in de pannen…

Tsjaa, je hebt nog veel verhalen en recepten tegoed lezer. Er is hier in die vier weken weer van alles gebeurd en omdat ik nog wat moet oefenen in deze nieuwe site nog één verhaaltje voor het slapengaan.

Er was eens een Jongste Bediende die het maar niet kon laten met zijn vingers in de pannen te zitten…

Het was op een mooie, Nederlands druilerige zaterdagavond, een goeie dag om gezellig aan de tafel van Het Ministerie wat te kletsen, wat te roddelen en wat achterklap te spuien onder het genot van een drankje…

Ik zag al snel dat er van de geplande maaltijd niet veel terecht zou komen en besloot voor de eventuele hongerige borrelaars maar een mooie tortilla te maken. Gekookte aardappelen waren er al. Wat eieren geklutst, peper, zout en vers gehakte peterselie erdoor, dan de in stukjes gesneden aardappelen, voorzichtig door het ei-mengsel scheppen. Een koekenpan op het vuur met wat olijfolie en daar het aardappel-ei-mengsel in doen. Zachtjes laten bakken en dan omkeren. Met dat omkeren begon de ellende…

Ik bedacht dat het niet zo handig zou zijn om de tortilla om te draaien in een keuken vol gezelschap en besloot de pan gewoon in de hete oven te zetten en dan zo de bovenkant te bakken.

De oven dus snel naar  200 graden gebracht, de pan (roestvrij staal met idem steel) erin gezet en de tortilla afgebakken. Dat ging prima, aan te bevelen! De pan even op de aanrecht gezet om een beetje af te koelen…en toen gebeurde het…

De Jongste Bediende stond even op van de borreltafel, liep langs de pan, wilde vast een hapje sneukelen, greep de gloeiende steel van de pan vast…

Koelen helpt echt! We hebben meteen de gootsteenbak vol koud water laten lopen en de verbrande hand erin laten koelen. Toen een emmer gepakt met koud water om het wat comfortabeler te maken voor de patient. Na een half uur koelen bleek de pijn nog steeds heftig. Broer Alex reed de Jongste Bediende, mét de emmer koud water,  naar de Eerste Hulppost van het ziekenhuis waar de brandwonden vakkundig werden gezalfd en ingepakt.

Gelukkig is de schade beperkt gebleven. De blaren vielen mee en de genezing is bijna wonderbaarlijk. De Jongste Bediende kan zijn hand gelukkig weer gewoon gebruiken…Maar voorlopig zal hij niet snel meer in de pannen snaaien…

Hoewel…

In ieder geval: bij brandwonden; blijven koelen met koud water, voorkomt erger!

© ellen.

 

 

Lamsschenkels met kweeperen

Tijd voor het eerste echte recept op deze nieuwe website! Dat valt meteen ook mooi samen met het begin van een nieuw seizoen voor een bijzondere vrucht: de kweepeer. Meestal zo ongeveer vanaf begin oktober, dit jaar is het fruit wat vroeger (én overvloediger) dan andere jaren. Wij ‘oogstten’ (eigenlijk Wildgeplukt, ofwel gestolen) deze morgen de eerste kweeperen van dit seizoen. Een  ideale combinatie met  lamsschenkeltjes leek me zo. Ik zocht in de boeken van Claudia Roden en vond twee recepten als leidraad. Ik combineerde, en het resultaat was prima! Een mooie verhouding van zacht smeltend lamsvlees en een pittig zuurtje van de peren.

  • Voor twee personen
  • 2 lamsschenkels
  • olijfolie
  • 1 flinke ui, in stukjes gesneden
  • 2 tenen knoflook, geplet en grof gehakt
  • pimentpoeder
  • gemberpoeder
  • zout en flink wat peper
  • 1 grote vleestomaat, in stukjes gesneden
  • wat water
  • 2 kweeperen
  • sap van een halve citroen
  • kaneel
  • honing

Wrijf de schenkels in met pimentpoeder, gemberpoeder, peper en zout. Verwarm de olie in een pan, mét deksel,  die ook in de oven kan. Braad daarin de schenkels rondom bruin, voeg ui en knoflook toe en bak even mee. Doe er dan de tomatenstukjes bij en bak ze ook even. Voeg dan water toe zodat de schenkels half bedekt zijn. Zet de pan, met de deksel erop in de voorverwarmde oven en laat ze, op 160 graden, in ongeveer 1 1/2 uur zachtjes stoven.

Zet intussen een pan water op en voeg daarbij het sap van een halve citroen. (het citroensap voorkomt dat de peren bruin kleuren) Snijd met een scherp mes de kweeperen in vieren en doe ze snel in het kokende water. Laat ze zachtjes ongeveer 10 tot 30 minuten pruttelen tot de peren zacht zijn. De kooktijd varieert nogal. Mijn peren waren in 10 minuten mooi gaar. Giet de peren af en laat ze afkoelen tot je de klokhuizen eruit kunt snijden. Doe ze dan in de pan met de lamsschenkels, met de vlezige kant omhoog. Strooi er wat kaneel over en druppel er wat honing op. Laat zo nog even stoven. Keer na vijf minuten de stukjes peer om en stoof nog een paar minuutjes.

Dien op met rijst of couscous of gewoon wat knapperig stokbrood.

Kopje espresso toe! (lekker, we malen de bonen tegenwoordig zelf, dat proef je! Maar daarover later meer)

© ellen.

 

Een geheel vernieuwd Ministerie!

De meeste lezers hebben inmiddels wel begrepen dat er iets goed mis is met ons weblog.  Al weken zijn we niet te bereiken.  Met ons zijn nog zo’n 380.000 weblogs de dupe geworden van een té grote migratie bij weblog.nl. Men dacht de zaak daar in een paar dagen te klaren, maar tegenslag (of zelfoverschatting?) maakt dat er keer op keer dingen fout gaan. Nog steeds zijn de weblogs niet te bereiken en bestanden lijken, voor zover we ze kunnen zien, zwaar beschadigd.  Al met al een weinig hoopgevende situatie.

In het begin van de migratie hebben we nog rustig afgewacht, dan maar even geen schrijfsels, maar na drie weken kregen we toch echt de kriebels. Op Google zijn we bijna niet meer terug te vinden, onze mooie eerste plaats in de Foodrank is gekelderd en we krijgen steeds meer vragen wat er toch aan de hand is…

We besloten dat er twee mogelijkheden zijn; stoppen, of op een ander weblog doorgaan! Na lang beraad besloten we deze .nl site te openen. (met dank aan Meneer wat eet ons voor de tip en Paul Jongsma voor de praktische uitvoering)

Het ziet er nog niet allemaal perfect uit zoals wij ons wensen, en het zal wel even duren voordat onze lezers hun weg hiernaartoe gevonden hebben, maar wij doen ons best. Kijk niet vreemd op als de lay-out verandert, we moeten onze draai nog een beetje vinden in het werken met Word Press.

Als het oude weblog hersteld is zullen we alle artikelen (zo’n 2900, waarvan er op dit moment nog 71 te vinden zijn!) overzetten naar deze site.

Vanaf vandaag kun hier je in ieder geval weer elke dag lezen over Eten, Drinken en andere genoegens!

Ennuh; maak je een beetje reclame voor ons? http://ministerieetenendrinken.nl, dat kunnen we goed gebruiken!

 

© ellen

 

Welkom bij het Ministerie.

Image

Vanaf hier proberen we de oude posts terug te plaatsen. Een beetje primitief tot nu toe. Kopiëren, plakken enzovoorts. Meer techniek  zit er bij ons niet in, helaas. We hebben nu wel veel artikelen teruggevonden via de Google Reader. Je kunt dus al een klein beetje in het archief rondneuzen. De linken naar andere artikelen werken niet, helaas. Die zullen we allemaal aan moeten passen en dat gaat nog wel een tijdje duren…

De links naar andere websites of foto’s werken wel. Onze excuses voor dit ongemak!

Fromage de tête persillé…

 

21 augustus 2007 002 

Niets is leuker dan een Franse markt bezoeken. Het aandeel van streekproducten is er altijd groot en de geboden waar heeft vaak een zeldzame kwaliteit. Altijd tref je er biologische spulletjes, en niet zelden vind je er zaken die je gewoonweg nergens kunt krijgen dan in dié omgeving. Letterlijk en figuurlijk Kaasje voor het Ministerie…

In Saint-Pourcain-sur-Sioule bezochten we de weekmarkt op zaterdagochtend. Saint-Pourcain is een piepklein stadje, maar als zoveel van die plaatsjes in Frankrijk fuctioneert het als regionaal centrum voor de dorpjes in de verre omtrek. Van heinde en verre komen mensen op de weekmarkt af. De markt wordt voor een belangrijk deel bevolkt door kleine boeren die hun eigen producten verkopen. Het aandeel van biologisch en traditioneel geteeld of vervaardigd voedsel is opmerkelijk hoog. Het kost allemaal iets meer, maar het publiek heeft het er graag voor over.

Er stond die bewuste zaterdag, onder anderen, een mevrouw met allerlei charcuterie, gemaakt van haar eigen varkens, op haar eigen boerderij. Met trots vertelde ze dat haar varkens los liepen, alleen gevoederd werden met aardappelen en graan uit de streek en dat ze aanmerkelijk langer leefden dan gebruikelijk. We kochten twee gedroogde worstjes bij haar en verder een paar potjes met ingemaakt vlees. Gisteravond openden we de weckpot met Fromage de tête persillé, zeg maar hoofdkaas met peterselie.

We verwachtten iets zult-achtigs, maar het was eerder zoiets als wat de Fransen “rilettes” noemen. Alleen het beste van de kop was gebruikt, eigenlijk was het alleen maar vlees, nauwelijks gelei. Een prachtige structuur. Heel subtiel gekruid, met een duidelijke hoofdrol voor de peterselie. Zalvig zacht was het vlees, het smolt bijna in je mond. Varkensvlees op z’n aller-allerbest. 

En dat allemaal op een doordeweekse dinsdagavond…

21 augustus 2007 003

© paul

Beurre d’Isigny au sel de Guérande

beurre d'Insigny

Dachten wij altijd dat die boter van ons zo’n beetje de beste was op de wereld. En laten we wel wezen, onze Beurre d’Isigny komt ook aardig in die richting. Maar het kan nog beter…

Jan en Ans hebben er een gewoonte van gemaakt om het Ministerie te verrassen met culinaire zaken die ze aantreffen tijdens hun reizen door Europa, ze doen dat elk jaar weer. Met grote zorg kiezen ze het lekkers bij elkaar. Ik schreef al eens over hun Duitslandreis, en de schone zaken die die reis opleverde.

Dit keer trokken ze nar het Noord-Westen van Frankrijk, Normandië en Bretagne. Bij terugkomst overstelpten ze ons letterlijk met eet- en drinkbaars. Al dat lekkers wordt hier heus nog wel beschreven, ik beperk me nu tot de boter.

Sel de Guérande staat er op het wikkel. En dat is een begrip in Frankrijk. Het plaatsje Guérande aan de Bretonse zuidkust is omgeven door zoutpannen, ruim 2000 hectare. Bekkens waarin zout oceaanwater wordt gepompt dat dan weer in zon en wind mag verdampen. De pannen leveren zo het traditioneel gewonnen zout en als bijproduct het heerlijke Fleur de Sel. Dat zout nu werd aan deze boter toegevoegd. Het zout is niet scherp van smaak, eerder mild.

Verder staat er op het wikkel: fabriqué en baratte. Ik vertaal het maar als: traditioneel gekarnd.

De boter geurt verfijnd en het zout maakt dat het pittig smaakt. In deze boter wordt niet gebakken of gebraden, oh nee! Een stukje van het beste brood en een klodder beurre en je hebt niks anders nodig. Een beter snack bestaat niet…

© paul

Pörkölt van rundvlees

pörkölt van rundsvlees

Ik ben nu al weer een paar dagen thuis maar ik kan nog steeds mijn draai niet goed vinden; het huis lijkt zo groot vergeleken bij de caravan. En wat is onze keuken toch super! Bijna alles wat een graag-kokend-mens zich kan wensen is aanwezig! Ook de caravan is voorzien van alle benodigdheden om een goeie maaltijd klaar te maken; een paar degelijke messen, grote en kleine pannen, schalen en borden, glazen in overvloed… Het enige wat ik daar altijd erg mis is mijn oven. Ik had me dan ook voorgenomen om meteen als ik thuiskwam iets in die oven te maken…

Het komt er maar niet van want ik mis ook een beetje het overdadige aanbod in de Super-supermarché. Daar was zoveel moois te koop om prachtige ovenschotels mee te maken, zoveel geweldige producten. Inspiratie genoeg! En dat mis ik nu een beetje. We moeten gewoon weer terug naar ‘alledag’, gewoon sucadelapjes. Nou ja, gewoon? Toch ook heel mooi vlees om te stoven op een herfstige zomerdag…

Ik maakte pörkölt, geen goulasch, dat is soep!

pörkölt voor vier personen (of twee dagen voor twee personen)

  • 1 kilo rundersucade in blokken gesneden
  • 2 grote uien, in kleine stukjes gesneden
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 3 tenen knoflook, geplet en fijngehakt
  • 1 eetlepel paprikapoeder (edelsüs)
  • 1 eetlepel gerookt paprikapoeder
  • 1 theeleple komijnzaadjes
  • 1 theelepel oregano
  • 1 laurierblad
  • een kop bouillon
  • zout en peper

Verhit de olijolie en bak daarin de uien met de knoflook zachtjes lichtbruin. Schep ze uit de pan en bak dan het vlees in dezelfde pan rondom bruin. Doe de uien er weer bij en voeg de paprikapulp toe en alle kruiden. Bak alles nog even en roer goed om en om. Voeg de bouillon toe en laat het vlees zo ongeveer 2 1/2 uur zachtjes stoven. Voeg zo nodig af en toe wat bouillon toe. Het moet een mooie smeuige stoofpot worden.

Wij aten er gekookte nieuwe aardappelen bij en Dutchman’s Coleslaw.

Kopje espresso toe natuurlijk en Rick Stein (maar daarover later meer)

Morgen maar iets uit de oven. Ik heb lekkeren appelen gekregen uit de boomgaard van Marleen…

© ellen.

De zonnenbloemen van Marion

zonnebloemen van marion

Ik zag het stalletje de afgelopen dagen niet meer staan, maar dat kan aan mij liggen, ik slaap overdag. In de weken daarvoor was het er in ieder geval wel. Aan de Kapelaanstraat in het centrum van ons dorp. Een piepklein kraampje, met daarin twee bakken zonnebloemen en een geldkistje. En een tekst erbij die verzocht om in ruil voor drie euro een bos van het vlammend goud mee te nemen. Het geldkistje zat wel verankerd aan een houten stellage, dat wel. (Ik heb er natuurlijk even aan gevoeld.)

Versgeneden bloemen uit de hof van de broer van Marion (geloof ik). Ze stonden lang en ze stonden mooi. Zomaar langs de kant van de weg kocht ik ze. Zelfbediening… Mooi toch, dat zoiets nog kan in ons dorp!

© paul

Mosselen met witte wijn.

 mosselen

Vanavond aten we mosselen, voor ons de eerste van dit seizoen. Vóór ik naar Luxemburg vertrok waren ze al te koop, maar de berichten over “te klein, nog niet zo goed”, hielden ons tegen. En om nu in Luxemburg Nederlandse mosselen te eten vond ik ook zo’n vreemd idee.

Met de eerste mosselen doen wij het net zo als met de eerste asperges: gewoon eerst maar eens heel klassiek klaarmaken en dan, gaande het seizoen, allerlei vernieuwende recepten uitproberen. Vandaag mosselen met groenten en witte wijn.

  • voor twee personen
  • 2 kilo mosselen
  • 1 flinke prei
  • 1 wortel
  • 1 teentje knoflook
  • 2 stengels bleekselderij
  • een flinke klont gezouten boter (vanzelfsprekend wel échte boter gebruiken!)
  • peper
  • 1 glas witte wijn (ik gebruikte een Luxemburgse Rivaner vandaag)

groenten voor de mosselen

Snijd alle groenten in kleine stukjes. Verwarm de boter in de mosselpan en smoor daarin de groenten ongeveer 5 minuutjes. De groenten geven dan meer smaak en de soep/saus wordt lekker romig. Kijk intussen de mosselen na op slechte exemplaren en gooi die weg. Voeg de mosselen bij de groenten, strooi er gul peper over en schep even om. Giet er een flink glas witte wijn over en breng de mosselen aan de kook. Schep ze nog een keer om en dien ze meteen op als de schelpen open zijn. Laat de mosselen vooral niet te lang doorkoken, dan krimpen ze en ze worden taai!

Geef er zelfgebakken frieten bij of knapperig brood en zelfgemaakte knoflookmayonaise.

Kopje espresso toe, met een glas Calvados (een vakantiegeschenk van JanAns uit Normandië) maar daarover later meer!

© ellen.