Doorgaans grillen we kip op een rooster, met een vetvanger of een braadslee eronder. Je vult de kip met een citroen, wat knoflook en rozemarijn en je laat haar lekker haar gang gaan. Af en toe bedruipen en op het laatst bestrijken met een mengsel van olie, zeezout en knoflook. Reken op ruim een uur per kilo bij een temperatuur van 190 graden. Het afbakken kan eventueel onder de gril bij een hogere temperatuur. De dame mag dan buiten de oven onder aluminiumfolie nog even rusten. Komt ze daarna op tafel en wordt ze aangesneden dan waaieren de geuren van citroen, knof en rozemarijn door de ruimte. En het vlees heeft iets van de frisheid van de citroen aangenomen.
Waarom zou je een andere methode gebruiken, wanneer je standaard bereidingswijze zo goed bevalt? Gut, ik weet het niet… Maar eens in de zoveel tijd spies ik een kip op de keramieke braadstandaard. Waarschijnlijk omdat het er wel grappig of bijzonder uitziet.
Er zitten voor- en nadelen aan de methode. Je kunt de kip slechts een beetje vullen met smaakmakers, de lichaamsholte wordt voornamelijk gevuld door het keramiek. En wil je de buitenkant nog even bedekken met wat substantiële ingrediënten dan kom je bedrogen uit, ze rollen eraf en liggen te verpieteren in de lekbak. Wel druipt het vet optimaal uit het beest en krijgt het in de lekbak de smaak mee van wat je met moeite in de kip stopte. Dat mag toch een voordeel heten.
Enfin…, gisterenavond hadden we een voortreffelijke kip. Een Poule Noir, en nog bio ook. Ik spieste haar op de stenen knots. De dame behoefde in het geheel geen smaakmakers. Ze had het allemaal van haarzelf. Wat een geweldig beest…
We aten er een salade van aardappelen en boontjes bij.
Kopje espresso toe…
© paul