De wijnstokken kleurden aan in Bourgondië. Ze werden nu op hun mooist, al hing er nog slechts hier en daar een verwaaide druif aan te bengelen. Vooral tegen de avond, wanneer het harde zomerlicht veranderde in herfstig strijklicht, toonden de stokken zich briljant. En wij zagen het.
We waren daar; ongeveer twee weken verbleven we in het middeleeuws stadje Saint-Gengoux-le-National, ergens verstopt tussen de Wijnhoofdsteden Beaune en Macon. We huurden er een huisje.
Na het Pensionadofeest en de nasleep daarvan konden we op donderdag afreizen. Huis en haard wisten we beschermd door Jop en z’n ouders en Hond Jaros vond een onderkomen bij Petra en Maikel. Via een meerdaagse stop bij ons hutje in Luxemburg trokken we naar Bourgondië. En hoewel ik vond dat de zomer allang afgelopen had moeten zijn, was het toch wel fijn om de avonden op een eigen terras door te brengen. Het weer was er zoals het ook in Nederland was, warme dagen, milde nachten.
We waren verstoken van internet. Dat betekende geen stukjes schrijven voor deze website, enfin, je hebt het wel gemerkt. Maar verder kan ik het eenieder aanraden, een tijdje zonder de World-Wide-Web. Het geeft een rust, je hebt er geen weet van. Veel eerder dan andere keren (wanneer er wel gegoogled kon worden) hadden we een ontspannen ritme te pakken.
‘s Ochtends om 08.00 uur op. Vers stokbrood of croissants, een licht ontbijt en een sloot koffie en dan op pad. Bezoek aan een kasteel, een kerkje, een geitenboerderij, een supermarkt of wat kleine neringdoenden, een museum, een stadje of een dorp. Dan een uitgebreide lunch in een van de vele restaurants die Bourgondië rijk is; we namen er elke dag ruim de tijd voor. In de vroege middag volgde dan meestal nog een bezoek aan een romaans kerkje (ik verzamel die dingen zoals anderen luciferrendoosjes verzamelen) en daarna terug naar ons huisje. Loopschoenen uit en espadrilles aan, een uurtje lezen op het terras en tegen aperitieftijd zoetjesaan richting plaatselijk café. Een kopje espresso en twee glazen Saint-Veran, doorgaans op het terras, zoals het weer dicteerde. Weer thuis gekomen was er alle tijd voor de lectuur, de literatuur of het plaatjesboek, voor een borrel of een glas wijn. Tegen19.30 uur richtten we een lichte avondmaaltijd in; Bourgondische slakjes, kazen, worstjes of andere charcuterie, salade. Altijd met vers brood en overheerlijke boter. Nog een paar uur lezen en een bevredigende dag zat er alweer op. En soms, soms deden we een dag helemaal niks…
Enfin, intussen zijn we alweer een paar dagen thuis. Het leven rommelt over ons heen als een rollende donder. Marleen was jarig, we waren er. Hendrikje was jarig, we waren er. Jop kwam logeren, hij was er. Teut en Tonica dienden gevoederd, Hond Jaros eiste zijn plek op en de bijbehorende uitlaatservice. We zijn nu even kas-kapot…
En dan viel er ook nog dit weekend een culinair-historische boek op de mat. Zeer de moeite waard, maar je hoort er nog wel over van ons. Ellen, zo blij met haar keukentje thuis (eigen keuken eerst) ging spontaan aan het nakoken.
Maar daarover morgen meer. Wel te rusten lezer…
© paul