Risotto met kreeft en truffel

risotto met kreeft en truffelGeen Paaswens dit jaar, niet omdat we onze lezers geen fijne Pasen gewenst zouden hebben, maar simpelweg omdat we geen verbinding konden maken… We waren even weg. We brachten de Paasdagen door in ons optrekje op de camping in Luxemburg en, zoals dat daar al vaker gebeurd is, is er weer eens een heftige strijd gaande tussen beheerders van de camping en het besturende Syndicaat d’Initiative. Ach, na al die jaren leert ons de ervaring dat het wel weer goed komt… Maar nu even géén wifi, geen verwarming, koude douches. Dat was minder, maar,  ondanks dat was het een gezellig weekend. Ook Neel, Evert, Petra en Frank waren er en  we brachten een genoeglijke avond samen door. We aten Gemertse asperges, dronken Luxemburgse wijn en bespraken de wereldpolitiek…

Natuurlijk deden we ook weer inkopen in de grote Cactussuper.Zo vlak voor de Pasen pakten ze daar flink uit. Allerlei heerlijkheden die wij in ons Brabantse dorpje zelden of nooit zien. Ik bezweek zelfs voor een zakje. (wij koken eigenlijk bijna nooit uit pakjes en zakjes maar dit zakje leek me wel wat.) Ik kocht een vacumverpakking risottorijst met stukjes gedroogde truffel. De prijs was wel zo dat je mag verwachten ook echt een vleug truffel te vangen. Verder lagen er in de Super stapels al reeds gekookte kreeften, handig, een kreeft killen op een camping heb ik nog niet gedaan en leek me wat lastig. Hopla gekookte kreeft in het wagentje, en zo nog het een en ander. Thuisgekomen werd dit onze Paaszaterdagmaaltijd: risotto met kreeft en truffel, salade, espresso met bijzonder paaseitje toe.

      • Voor 2 personen
      • vacuümverpakte risotto met zomertruffel, 170 gram carnalroli rijst
      • 1 sjalotje
      • scheutje witte wijn
      • flinke klont boter
      • ongeveer 800 ml kreeftenfond of andere goede bouillon, tegen de kook aan houden
      • wat peper en zou
      • een reeds gekookte kreeft, bevrijd uit zijn pantser, stukjes kreeftenvlees mooi verdeeld

 

    kreeft

Verwarm een deel van de boter in een pan en fruit daarin de sjalotjes zachtjes aan. Voeg de rijst met de truffelstukjes toe en laat ze even de boter ‘aanraken’. Schep om en om en blus af met een beetje witte wijn. Schep dan zoveel lepels warme bouillon op de rijst dat alles net onderstaat. Roer en blijf roeren. Voeg eventueel nog wat kokende bouillon toe en laat de rijst koken tot ze nét al dante is. Haal de pan van het vuur een voeg een flinke klont goede boter bij de rijst. roer flink. Proef of zout en peper nodig zijn. Voeg dan de in stukjes verdeelde kreeft toe en schep ze voorzichtig door de rijst. Dien snel op met een mooie groene salade.

Wouw, zo willen wij wel vaker uit een zakje eten! dit was echt lekker. Ik hield met niet helemaal aan de verpakking (die beschrijft geen sjalotje of scheutje wijn, en sprak ook niet van kreeft) maar toch… dit was een prima risotto, met echte truffelgeur én smaak.

We sloten deze smakelijke maaltijd af met een kopje espresso met een bijzonder paaseitje. Maar daarover later meer.

© ellen.

Pappardelle al Sugo di Lepre…

hazenragout met paperdelle

Antonio Carluccio bestempelt dit gerecht als het (waarschijnlijk) meest klassieke en meest geliefde gerecht tijdens het jachtseizoen in Italië. In zijn kookboek Antonio Carluccio goes wild geeft hij een beschrijving van het recept. Sugo di lepre betekent zoveel als saus van hazenvlees. En pappardelle is de naam van de pasta, dat spreekt voor zich.

In het gerecht van Carluccio gaat het over gehakt van hazenvlees. Maar het recept leent er zich ook toe om de resten van een eerdere hazenmaaltijd te verwerken. En precies zo heb ik het gebruikt. Ik had nog een goede 500 gram vlees over van bouten en karkas van een vorige maaltijd. Het recept levert een soort hazenragout (hazenpeper) op, maar wel een heel andere dan men in de Nederlandse keuken gewend is.

  • 500 gram gegaard restvlees van bout en karkas,
  • flinke klont boter,
  • 1 middelgrote ui, gesnipperd
  • 1 stengel bleekselderij, in kleine blokjes,
  • 1 winterwortel, in kleine blokjes,
  • 2 tenen knoflook, gesnipperd
  • 400 gram tomaten (blik), in blokjes
  • 2 blaadjes salie, gehakt
  • 2 kruidnagels,
  • 1 glas rode wijn,
  • 1 eetlepel geconcentreerde tomatenpuree,
  • 1 eetlepel cacaopoeder,
  • vers geraspte nootmuskaat,
  • peper en zout.

Snijd het vlees in kleine stukjes. Verhit boter in een braadpan en bak hierin op een middelhoog vuur de gesnipperde ui en de gehakte knoflook glazig. Voeg dan de in kleine blokjes gesneden wortel en idem bleekselderij toe, samen met de gehakte salieblaadjes en de kruidnagels. Laat de groenten een paar minuten zweten en voeg dan het vlees erbij. Laat het geheel een goede tien minuten bakken op een niet te hoog vuur. Daarna de tomaten erbij, de rode wijn, de tomatenpuree en de cacao. Laat de pot nu rustig stoven. Na drie kwartier is je potje klaar, maar op een heel laag pitje mag het stoven ook aanmerkelijk langer duren, het wordt er almaar lekkerder van… Breng uiteindelijk alles op smaak met peper. zout en een snuifje vers geraspte nootmuskaat.

  • Ik doe het veel te weinig, cacao gebruiken als specerij. En dat terwijl het met name stoofpotten zo’n bijzondere extra smaak geeft. Fluwelig, exotisch, vol, intens. Probeer het uit, je zult versteld staan…

© paul

Milanese Ossobuco zónder tomaat, dus…

Milanese ossobuco
Eten, recepten, authentieke recepten, het blijft allemaal heel discutabel; de één zweert bij spek, de ander verwerkt ham. De één wil persé tomaten in de saus, de ander zegt dat dat echt niet kan. Ach wij nemen dat allemaal met een korreltje zout en zien wel wat lekker is! Maandag weer thuis in mijn eigen vertrouwde keuken en bij normale temperaturen had ik wel zin in om iets lekkers klaar te maken. Schenkels van het kalf,met een botje met merg; Ossobuco Milanese

Tijdens de vakantieweken heb ik nauwelijks gekookt; het was te warm, ik had pijn in mijn rug, er lagen allerlei lekkere hapjes in de koelkast en onderweg van A naar B lunchen we liever ergens onderweg in een restaurant…

Weer thuis was alles op er moesten vooral eerst boodschappen gedaan worden. We besloten naar de Hanos te rijden om eens even wat nieuwe voorraad te verzamelen en ik had zin in kalfsschenkels, Ossobuco, die zijn hier zowiezo niet te koop. Natuurlijk liepen we ons uren te vergapen in deze groothandel; prachtig vlees, vis en gevogelte, handige hebbedingentjes en lollige aanbiedingen… voor we het wisten was het al te laat om de schenkels nog fatsoenlijk te garen. De schenkels waren dus gisteren aan de beurt en maandag maakte ik supersnelle pasta Putanesca. Ook lekker.

Maar nu over die schenkels; ik schreef er hier al vaker over, maar altijd recepten met tomaten in de saus terwijl een echte Milanees mij bezwoer dat dat niet hoort! “Tomaten zijn voor die Italianen in Napels enzo, wij maken hier andere sauzen! En wij gebruiken boter in plaats van olijfolie, en doe eens een ansjovisje bij die saus, smaakt prima bij kalfsvlees!”

En dan nog de Gremolata. Sommigen noemen het garnering, sommigen stoven het even mee, sommigen willen er helemaal niets van weten omdat ze vinden dat de gremolata de smaak van de ossobuco geen goed doet. Wij vinden het wel een lekkere frisse toets geven. Ik stoof het niet mee maar serveer het apart.

Koop mooie kalsschenkels van zo’n 2 1/2 á 3 centimeter dik gesneden uit het middelste deel van de kalfspoot., met een mooi klein botje erin.

  • Voor twee personen
  • 2 kalfsschenkels
  • wat bloem
  • een eetlepel boter
  • 1 teentje knoflook, geplet en fijngehakt
  • 1 ui, fijngesneden
  • 2 wortels, heel fijngehakt
  • 2 stengels bleekselderij, ook heel fijngehakt
  • 3ansjovisfilets uit een potje, fijngehakt
  • 1 glas witte wijn
  • wat kalfsbouillon
  • peper en zout

 

Voor de Gremolata;

  • de geraspte schil van een hele (liefst biologische) citroen
  • 1 teen geraspte knoflook
  • 1 klein bosje fijngehakte verse platte peterselie.
  • alles heel fijnsnijden en goed mengen.

Wentel de schenkels door de bloem en bak ze in wat boter rondom lichtbruin. Haal de schenkels uit de pan en bewaar ze op een bord.

Bak dan de uien, knoflook en de rest van groenten even in dezelfde pan zachtjes aan. Giet er een glas witte wijn over en roer de aanbaksels goed los. Doe de ansjovisjes erbij en stoof even mee. Voeg bouillon toe en verwarm de saus. Doe de schenkels weer in de pan. Schep wat groeten over de schenkels en zorg dat ze nét onder de saus staan. (belangrijk om een goed passende pan te gebruiken, bij een te grote pan heb je erg veel vloeistof nodig!)  Zet de pan mét deksel erop in een voorverwarmde oven. Gaar nu 2 uur op 180 graden. Het laatste halfuur mag de deksel van de pan zodat de saus nog wat in kan koken. Kijk af en toe of er eventueel wat vocht, bouillon bij moet.
De gaartijd is natuurlijk geheel afhankelijk van de dikte van de schenkels. Gewoon even testen, de schenkels moeten  boterzacht zijn!

Schep de schenkels nu voorzichtig uit de pan en serveer ze op de borden met wat saus en een schepje van de gremolata erover.
Wij aten er wat rijst bij en een salade vooraf.

En natuurlijk lepelden we de merg op een stukje brood: een delicatesse! Hond Jaros kreeg het botje!

En, natuurlijk een kopje espresso toe!

Zelfgemaakte ravioli met een vulling van ossenstaart en groenten

ravioli met ossenstaartvulling
Voor de lunch met Marian en Marcel maakte ik als hoofdgerecht zelf ravioli met een vulling van ossenstaart en groenten. Marian wilde graag het recept hebben en ik begon dezelfde dag nog ijverig te schrijven maar op de één of andere manier kwam het artikel maar niet af. Nu we hier weer op onze vaste stek zitten met een grote tafel om aan te werken, heb ik me voorgenomen om al die half-affe artikelen maar eens af te maken en te publiceren. Ravioli dus, zelfgemaakt natuurlijk, met een vulling van ossenstaart en groenten.

  • 500 gram ossenstaart in stukken van 5 cm
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 2 grote sjalotten, fijngesnehttp://ministerieetenendrinken.nl/wp-admin/admin.php?page=WordfenceTwoFactorden
  • 2 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • 2 middelgrote wortels, in kleine blokjes gesneden
  • 2 eetlepels tomatenpuree
  • 1 glas droge witte wijn
  • een bosje salie en een paar takjesrozemarijn, samengebonden
  • ongeveer 1 liter water
  • wat gehakte platte peterselie
  • 50 gram geraspte Parmezaanse kaas
  • 1 ei
  • peper en zout

Verhit de helft van de olijfolie en smoor daarin de ui, wortel en knoflook 10 minuten. Neem een andere pan en verhit de rest van de olijfolie. Bak daarin de stukken ossenstaart rondom bruin. Voeg de groenten erbij en smoor nog even mee. Giet er de witte wijn bij en laat alles even inkoken. Dan de tomatenpuree erbij en het bosje rozemarijn en salie. Giet er water over tot alles bijna onderstaat en laat de stukken staart zo in ongeveer 1 1/2 uur gaar stoven.

Maak intussen pasta van 400 gram pastameel 00, drie eieren en een eidooier. (bewaar het wit om de ravioli mee dicht te plakken). Rol de pasta in platte plakken uit en bewaar ze onder een droge doek.

De vulling:

Haal de stukken staart uit de saus en pluk het vlees van de botjes. Velletjes en drelletjes verwijderen (hond is er blij mee). Vis de kruiden uit de saus en gooi ze weg. Schep de helft van de groenten uit de pan en mix ze samen met de stukjes vlees in de foodprocessor tot een grove massa. Doe er een ei bij en de Parmezaanse kaas. Breng verder op smaak met peper en zout. De vulling is nu klaar.

Steek rondjes uit de pastavellen van ongeveer 6 cm doorsnee en leg daarop een volle theelepel vulling. Sluit af met een tweede rondje waarvan je de randen met eiwit bestreken hebt en druk ze goed dicht. Dit is wel een tijdje werken. Zet mooie muziek op en priegel geduldig.

De saus:

De bouillon goed ontvetten. Dat gaat het beste door met vellen keukenpapier het vet op het oppervlak van de bouillon op te deppen. Neem een paar keer schoon keukenpapier en laat het vet opzuigen. Pureer de groenten die nog in de bouillon drijven samen met de bouillon. Laat de overgebleven saus inkoken tot de gewenste dikte. Breng op smaak met peper en zout en wat peterselie.

Gaar de ravioli in ruim kokend, gezouten water in 4 à 5 minuten. Schep ze op de borden en giet er wat saus over.

Ik geef toe, het is een hoop werk maar het resultaat is erg lekker.

© ellen.

Pesto en pasta, natuurlijk zelfgemaakte pesto met basilicum uit eigen tuin…

pasta met eigengemaakte pesto Het was zo’n dag vandaag… brr, niks leuks te melden… allemaal ellende… en het regende ook weer… Tijd voor troosteten! De moed ontbrak mij om nog boodschappen te doen maar gelukkig waren alle ingrediënten voor troostrijk eten voor handen; basilicum, knoflook en goede olijfolie. Fatsoenlijke pasta, pijnpitjes en lekkere kaas. Alles wat je nodig hebt om een mooie pesto zelf te maken.

Vriendin Marleen zaait voor haar enorme tuin van alles in bakken, potjes en bakjes om zo iets minder kwetsbare plantjes uit te kunnen planten in de grote tuin. Soms is dat teveel, veel teveel. In het geval van de basilicum was het véél teveel! Ik kreeg dus een aantal zaailingen. Nog piepkleine basilicumplantjes. Onze tuin is te klein, veel te klein om rijtjes basilicum uit te zetten dus besloten we ze in een grote bloempot te plaatsen. En toen werd het tropisch warm… Daar is basilicum dol op! We zagen de planten met de dag groeien en vandaag al waren we aan oogsten toe. Precies op het goede moment was er de prachtige, krachtige geur van de planten om mijn humeur weer wat op pijl te brengen… Zelf pesto maken, dat is iets heel anders dan zo’n potje uit de winkel! Eigenlijk helemaal niet veel moeite, resultaat, geweldig.

Zorg dat je verse basilicum hebt. Gebruik alleen de mooie verse blaadjes. Een blender of keukenmachine is handig, stampen in een vijzel kan ook maar kost wat meer moeite.
basilicum in volle groei
Neem

  • 100 gram basilicumblaadjes
  • 3 eetlepels pijnpitten
  • 8 eetlepels goede olijfolie
  • 3 teentjes knoflook
  • een beetje zeezout
  • 50 gram Parmezaanse kaas en ongeveer twee eetlepels Pecorino
  • een flinke klont boter

Doe alle ingrediënten, behalve de kaas  en boter, in de keukenmachine en mix tot het een homogene massa is. Als je geen keukenmachine hebt kun je ook de staafmixer gebruiken.

Als je ook geen staafmixer hebt wordt het even flink werken. Snijd dan de blaadjes zo fijn mogelijk en doe alle ingrediënten in een diepe vijzel. Stamp dan tot alles mooi gemengd is. Met de hand duurt dat wel even maar het ruikt heerlijk!

eigengemaakte pesto

Schep de saus over in een kom en meng er nog 150 gram versgeraspte Parmezaanse kaas en twee eetlepels Peccorino door. In de buurt van Genua waar dit recept vandaan komt roeren ze er ook nog een flinke klont zachte boter door.

Kook intussen de pasta al dente en giet ze af. Voeg een lepel van het kookvocht aan de pesto toe en schep de pesto door de pasta. Bestrooi met nog wat Parmezaanse kaas.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Spaghetti met cantharellen in room….

Spaghetti met cantharellen...
Het aanbod bij de plaatselijke super blijft gestaag doorgaan. Dien ten gevolge eten wij dezer dagen minstens één keer per week cantharellen. En hoewel gebakken met aardappeltjes en spek favoriet blijft, zijn er nog andere toepassingen genoeg te bedenken. Je kunt een mooie saus met de paddenstoelen maken voor bij je vlees, je verwerkt ze in een stoofschotel of soepje. Of je maakt een luxe saus voor je pasta…

Voor de meeste pastasauzen geldt dat ze eenvoudig mogen zijn, hoe simpeler hoe beter. Maar dat wil niet zeggen dat ze niet luxe kunnen zijn. Spaghetti met een likje olijfolie en wat geschaafde truffel, hoe eenvoudig kan het wezen. Maar de grandeur van de smaak vertegenwoordigt een luxe die in geen enkel driesterren restaurant misstaat. Zoiets is er ook met deze saus: eenvoudig, zeg maar simpel. Maar een luxe…

Als voorgerecht voor vier, als hoofdgerecht voor twee.

  • 1 doosje cantharellen,
  • 1 sjalot,
  • 2 tenen knoflook,
  • wat bouillon (of droge witte wijn, desnoods water),
  • flinke scheut room,
  • vers gehakte peterselie,
  • olijfolie,
  • peper en zout.

Poets de cantharellen met een klein borsteltje. Liever niet met water, de paddenstoelen slobberen dat op. Versnijd ze; de grote exemplaren in helften of kwarten, de kleintjes mogen heel blijven. Verhit de olie in een stoofpannetje of koekenpan met dikke bodem. Stoof op een niet te hoog vuur de gesnipperde sjalot en de gehakte knoflook tot ze aankleuren en mooi glazig zijn. Voeg nu de cantharellen toe en bak ze mee op een middelhoog vuur. De paddenstoelen zullen vocht afgeven. Wanneer dat nagenoeg is verdampt voeg dan een scheutje bouillon toe. Laat nu de paddenstoelen vijf à tien minuten stoven op laag vuur. Houd het vocht in de gaten. Giet vervolgens de room bij en zet het vuur wat hoger. Wanner de saus gebonden raakt is ze klaar. (Je bepaalt zelf welke consistentie je saus zal hebben, wel moet het vet in de room even de kans krijgen om alle smaak op te nemen.) Kook intussen de spaghetti en giet af. Schep de saus over de spaghetti en dien op.

Simpel, simpeler, simpelst, maar zo verschrikkelijk lekker…

© paul

 

Spaghetti met geitenkaas en ricotta.

spaghetti met geitenkaas en ricotta
Ik heb een nieuw kookboek! Nou ja, dat gebeurt vaker… maar dit is wel heel speciaal. Het boek is voor mij gloednieuw maar werd al in 1989 voor de eerste keer uitgegeven; ik heb het over “De smaken van Italië”, van Claudia Roden. In deze nieuwe, bijgewerkte editie zijn er nieuwe recepten toegevoegd en oude recepten zijn, waar nodig, bijgewerkt. Hoe dan ook, het blijft bovendien een schat aan verhalen. Claudia Roden voert ons door heel Italië. Ze vertelt verhalen over de eenvoudige plattelandskeukens, de boerenkeukens en de grote gerechten van de adel. Het boek leest als een roman en de gerechten zijn als een Italiaanse droom…

Ik ben dus even helemaal in de ban van dit geweldige boek en kook al een aantal dagen Italiaans volgens mevrouw Roden. Geen straf vinden wij, alleen zijn de omstandigheden nu even niet zo gunstig om uitgebreid te koken.

Ik had een heftig griepje waarvan de naweeën nog rondwaren, maar het is ook vakantie dus we zijn, griep of geen griep, toch maar afgereisd naar ons Luxemburgse huisje. Al veel eerder besloten we dat het lelijke keukenblok nu toch echt geverfd moest worden… Tja, daar zitten we dan met dat mooie kookboek in de verflucht…

Na de zoveelste laag schuren, verven enzovoorts vluchtten we vanmiddag even naar Arlon(B). Daar was een soort boerenmarkt met streekproducten, lammetjes en geitjes om te aaien, een sympathieke politieke partij, en wat er zoal meer op zo’n markt te vinden is; alles bio. Gezellig! Een lekker, huisgemaakt ijsje gegeten en natuurlijk wat mooie streekproducten gekocht. We vonden onder andere biologische, verse geitenkaas uit Barnich, een plaatsje onder de rook van Arlon. Paul scoorde een prachtige, zeer smakelijke bloedworst gemaakt van eend en varkensvlees, geproduceerd op de boerderij, ook in de buurt van Arlon. En natuurlijk was er Maitrank. Hoe kan het ook anders in de Hoofdstad van deze smakelijke wijn. Maar dat geitenkaasje gaf de inspiratie om toch even een snelle maaltijd klaar te maken. Troostrijk, snel, comfortfood! Recept uit “De smaken van Italië”, van Mevrouw Roden:

Ik heb het recept aangepast voor twee personen, verdubbel de hoeveelheden en je hebt genoeg voor vier.

  • 175 gram droge spaghetti
  • zout
  • 1 eetlepel boter
  • 125 gram ricotta
  • 125 gram verse geitenkaas
  • 4 eetlepels geraspte parmezaanse kaas
  • zwarte peper
  • flink wat geraspte nootmuskaat
  • citroenrasp.

Kook de spaghetti met zout in kokend water beetgaar. Smelt intussen in een andere pan de boter en voeg ricotta, geitenkaas en parmezaanse kaas toe. Voeg een beetje kookvocht van de pasta toe en roer alles goed door elkaar tot de kazen gesmolten zijn en je een mooie romige saus hebt. Voeg dan de citroenrasp toe en wat vers gehakte platte peterselie.

Giet de spaghetti af en doe hem in de pan met de kaassaus. Meng goed en breng verder op smaak met flink wat versgeraspte nootmuskaat en zwarte peper.

Geef er een tomatensalade bij van bijvoorbeeld zo’n mooie Coeur de boeuf tomaat met wat olijfolie en verse blaadjes basilicum.

Kopje espresso toe.

© ellen.

Spaghetti bottarga…

Spaghetti bottarga...
Ook ditmaal kwamen de gulle gaven via Ans en Alex tot ons; het gebeurde alweer enige tijd geleden,maar ik had er nog niet  over geschreven. En ook ditmaal betrof het Bottarga di Muggine, uit het zuidelijke deel van Italië. Zowel een blok van de geperste kuit brachten ze mee, alsook een potje met gedroogde en geraspte bottarga. Die laatste verschijningsvorm kom je het meest tegen in Nederland, geperste blokken zie je zelden.

Het blok bottarga is allang op. Voornamelijk aten we het, geschaafd in dunne plakjes, beprenkeld met wat goede olie. Gewoon uit het vuistje of op een dun sneetje stokbrood.Bottarga di Muggine...

En al die tijd stond dat potje bottarga ongeopend te wachten in de kelder. Het stond koel en donker, het zou er nog jaren kunnen staan, goed geconserveerd als het was…

Maar enfin, dat was niet de bedoeling. Vandeweek haalde ik het potje dus naar boven met als uiteindelijk doel de inhoud te consumeren. Het werd de eenvoudige spaghettischotel van de foto.

Kook goede spaghetti beetgaar, giet af en stort in een schaal. Een ferme scheut olijfolie gaat er nu over. Schep flink om zodat er zich een filmlaagje olie vormt op de pasta. Schep nu een portie spaghetti op een voorverwarmd bord. Strooi naar behoefte geraspte bottarga over de pasta en daarop een toefje vers geraspte Parmezaanse kaas. Schep om en je maaltje is klaar. Ziltig, mild, vol, een tikkeltje bitter en een tikkeltje zoet. Man-o-man…

Het is slechts één van de toepassingen die mogelijk zijn met bottarga. Je kunt het spul verwerken in risotto, je kunt er sauzen mee maken, je fleurt er een vissoep mee op. Enfin, bedenk maar.

*De blokken bottarga zijn altijd te prefereren boven de inhoud van een potje. Vergelijk het met vers geraspte kaas en kaas die al vantevoren fabrieksgeraspt is. De laatste zal altijd smaak verloren hebben. Zo is het ook met bottarga gesteld.

*Overigens voldoet een klein potje geraspte bottarga voor een aantal keren toepassen. Gebruik je namelijk teveel in een keer dan zal het bitter in de smaak zal de boventoon gaan voeren en al de andere fijne smaken wegdrukken.

© paul

 

 

Verse sushi in de super…

Verse sushi van de Cora in het Concordecomplex...
De Corasupermarkt in het Concordecomplex bezijden Stad Luxemburg biedt naast een keur aan betere snacks en sandwiches van uiteenlopende aard, sinds enige tijd een Sushibar. Een Japanse sushichef en een koksmaatje staan er aan de lopende band hapjes te maken, twee verkoopsters venten de verse waar uit. Ik mag er graag aanschuiven. Ik vind die hapjes heerlijk, een perfecte lunch.

De verpakking van de verswaar bestaat uit plastic bakjes, niks schaaltjes, niks kommetjes. De sauzen zijn gewone fabriekssauzen, en de sausbakjes zijn uit aluminium gestanst. Het schijnt ook in Japan de gewoonste praktijk te zijn; en zo worden die prachtige hapjes toch ook weer fast-food.

Er zijn een aantal verschillend samengestelde menu’s, je haalt ze af bij de verkoopmeisjes. Je kunt ze mee naar huis nemen of je kiest een plaatsje op een plastic barkruk aan een plastic tafeltje met vrij uitzicht op de sushiwerkplaats en nuttigt daar je maaltje. De prijs voor het bakje van de foto bedraagt achttien euro. Dat is vele malen meer dan het bedrag dat je voor eenzelfde hoeveelheid fabriekssushi betaalt bij bijvoorbeeld Albert H., maar dan heb je ook wat.

Overigens hoorde ik van Ellen dat met name Albert Heijn een nieuwe lijn heeft geopend met ambachtelijke gefabriceerde sushi. Ik geef ze voorlopig maar even het voordeel van de twijfel, maar écht vers zal het spul niet zijn. En laten we wel wezen, die versheid van de ingrediënten, de onberispelijke kwaliteit van het spul en de verfijndheid van samenstelling, daar gaat het toch om bij sushi…

© paul

Pasta met truffel

IMG_1136
Paul schreef er gisteren al over; we kochten zomaar een truffel! In de supermarkt nog wel! We moeten ‘Weg van de Supermarkt’, maar de Supermarché hier in Luxemburg overstijgt onze Nederlandse supers zodanig in hun aanbod dat wij er een beetje verslaafd aan zijn geraakt. Prachtige kazen, ook van kleine producenten, superieur vlees, mooie groenten, en een schitterend aanbod van biologische producten. Ik kijk iedere keer mijn ogen uit. Tja, en dan nu die truffel. Niet goedkoop nee, een truffel kost nu eenmaal wat. Het is geen alledaags product en je eet ook niet alle dagen truffel. Maar een keer uit de band springen mag wel eens. Maar wat nu te doen met deze kostbare aanwinst? We zochten wat rond op internet en besloten de truffel alle eer te geven en de maaltijd zo simpel mogelijk te houden; pasta, wat mooie ham, een beetje vers geraspte Parmezaanse kaas een klontje goede boter en dan die truffel, heel dun geschaafd.

Nu bezitten wij al jaren een truffelschaafje, ooit in een dolle bui in Wenen gekocht. Normaal hangt dat schaafje thuis in onze keuken maar toevallig had ik dat schaafje de vorige keer dat we naar ons huisje in Luxemburg gingen meegenomen. Vlak voor ons vertrek kwam Alex langs, ja alweer een cadeautje, met een mooi stukje Bottarga. We besloten de Bottarga mee te nemen en in Luxemburg klaar te maken en dus namen we ook het truffelschaafje mee want die Bottarga kan je prima in dunne plakjes schaven met dat ding. Natuurlijk vergaten we het schaafje weer mee terug naar huis te nemen… Dat kwam nu dus prima uit!
image

Bij Eetschrijven las ik dat hij de truffel even in gesmolten boter legde, dat leek me een goed idee. Vetstoffen nemen prima smaak op. Het mooiste is natuurlijk om zelf pasta te maken, dat verdient zo’n truffel. Maar ik heb hier geen pastamachine (er zijn grenzen aan een campingkeukeninrichting) en helemaal met de hand pasta maken ging me te ver. Ik kocht, alweer bij die Super, mooie verse tagliatelle, ook goed.

Pasta met truffel voor twee personen:
• verse tagliatelle
• truffel
• een flinke klont boter
• 2 flinke plakken Parmezaanse ham, in stukjes gesneden
• een handvol verse geraspte Parmezaanse kaas
• wat peterselie
Smelt de boter in een pannetje. Schaaf de truffel héél dun en voeg dat bij de boter. Laat een half uurtje staan. Kook de pasta in ruim gezouten water al dente, giet af, voeg de boter met het truffelschaafsel erbij en de ham en de kaas. Strooi er een beetje fijngehakte peterselie over en geniet van de bijzondere ervaring!
Vooraf een eenvoudige tomatensalade en een kopje espresso toe!
© ellen.