Last-minute-eten: een visschoteltje met een Spaans tintje…

27 apr. 2011

visschoteltje

Onze trouwe lezer had het al begrepen; wij waren er even een paar dagen
tussenuit! Wij vierden de paasdagen op onze vertrouwde stek in Luxemburg! En
natuurlijk waren we niet alleen, het gezelschap kwam met tussenpozen, maar
vrijdagavond waren we met vier kinderen, negen volwassenen en drie honden (en
een zwerfkat uit het dorp). Een prima gezelschap om een prachtig stralend
paasweekend mee door te brengen.

Daarover later meer beste lezer. Probleem blijft voor ons altijd het
thuiskomen; geen boodschappen gedaan, alles opgemaakt want we gingen toch weg…
Kom je laat thuis dan komt er nog even bezoek van de thuisblijvers om te horen
hoe-het-geweest-is…, en dan de volgende nacht/dag meteen weer werken…
Paul zei vanmorgen “Wat zullen we eten vanavond”? …Tja… Dat wordt dan zo’n
last-minute-maaltijd! Vanavond nog even snel na het werk naar de dichtsbijzijnde
winkel en maar zien wat er van te maken valt. Je kunt dan, heel laf en heel
duur, kiezen voor de voorgeprogrammeerde maaltijden uit pakjes-en-zakjes, je
kunt je ook laten inspireren door wat er in het schap aantrekkelijk uitziet;
noem het maar het ‘marktmenu’.

Vandaag zag de vis er prima uit. Ik had nog een paar mooie rijpe tomaatjes.
Ui en knoflook is hier standaard in huis, een glas witte wijn ook. Ik kocht dus
wat vis, kabeljauw uit IJsland, een zakje krielaardappeltjes en een onsje
gerookte ham. Dat moest toch iets worden?

  • Voor twee personen:
  • ongeveer 300 gram kabeljauw
  • 4 tomaatjes, in partjes gesneden
  • 1 kleine ui in snippers gesneden
  • 1 teentje knoflook, geplet en fijngehakt
  • 3 plakjes gerookte/gedroogde ham, liefst Serano
  • 1 glas witte wijn (ik gebruikte vandaag een droge witte Rhone wijn uit de
    buurt van Nimes)
  • een plukje saffraan
  • 250 gram nieuwe aardappeltjes in de schil even gekookt tot ze bijna gaar
    zijn
  • olijfolie
  • peper en zout
  • wat verse basilicum

Verwarm de oven voor op 180 graden. Week de saffraan even in een beetje witte
wijn en vijzel de draadjes fijn. Kook de aardappeltjes bijna gaar en giet ze af.
Smeer een ovenschaal in met een beetje olijfolie en schik daarin de stukjes vis,
de tomaatjes, de aardappeltjes de plakjes ham en wat peper en zout. Meng de
uiensnippers en de gehakte knoflook met wat olie. Giet de wijn met saffraan over
het geheel en meng voorzichtig. Schik er dan de olie met ui en knoflook over en
zet de schotel in de oven. Laat garen in ongeveer 20 minuten. (afhangkelijk hoe
dik de stukken vis zijn, gewoon even testen door voorzichtig te prikken in een
stukje vis) De schotel uit de oven halen en er nog wat verse basilicum over
strooien. Dien op met een groene salade. Wij waren heel tevreden over ons
“marktmenu”!

Kopje espresso toe.

© ellen.

Lauw-warme broccolisalade met mosterd-sinaasappeldressing…

1 apr. 2011

eend broccoli

Vandeweek aten we de preitjes met een dressing en gekruimeld ei. Er bleef van de dressing nog een aardig bakje over. Geen nood, in de koelkast kun je dat goedje een hele tijd bewaren.

Vandaag stond er broccoli op de menulijst. Ik besloot er een lauw-warme salade mee te maken, mét die mosterd-sinaasappeldressing. Ellen leerde me hoe je de broccoli fris-groen kunt houden. Het gaat zo:

Snijdt de bloemrozetjes uit de kool. Breng een pannetje gezouten water aan de kook. Wanneer het water kookt doe je de rozetjes in de pan. Wacht tot het water weer aan de kookt raakt en tel dan drie minuten af (of laat het de kookwekker doen). Schud dan de broccoli in een zeef en spoel even met koud water. Laat even goed uitlekken wn stort de broccoli dan in een schaal. Druppel de dressing erover.

Bij een warme maaltijd dien je de broccoli direct op, anders wordt de groente helemaal koud, en je wilde per slot een lauw-warme salade. Maar je kunt de salade ook als koude groente eten, ik heb vannacht van het restant gesmuld.

Gebruik je de stronken, dan moet je die langer koken, anders heb je een hard-zacht gerecht. Ik vind dat uitermate vervelend. Wij bewaarden de stronken voor een groentensoepje. Het ziet er ook veel mooier uit, alleen die bloemrozetjes.

We aten de salade met een eendenpootje en aardappelpuree en een behoorlijk glas Bordeaux. Koffie en bittere chocolade toe.

© paul

Prei met mosterd/sinaasappeldressing…

28 mrt. 2011

prei met mosterd/sinaasappeldressing

De Jongste Bediende kwam even langs en bracht een volle zak met mooie dunne preien mee; Van de moeder van Marleen. De prei was niet echt goed tot volle winterprei gewassen, ze bleven eigenlijk te dun, maar moeder van Zeeland had het recept gezien met de dunne prei en besloot dat deze preitjes prima waren om zo nog maar eens klaar te maken. “Misschien mogen jullie (de Jongst Bediende en Marleen) er dan ook wel van mee-eten”. Ik maakte nu alvast voor ons twee nog eens de preitjes met een vinegrette, de rest bewaar ik nog maar even…Deze preitjes waren veel minder mals dan de dunne voorjaarsprei. Ze moesten iets langer pocheren en bleven wat ‘stugger’. Niettemin, prima van smaak.

Voor twee personen:

  • 8 dunne preien
  • 1 eetlepels gladde dijonmosterd
  • 1 theelepl appelazijn
  • 1 eetlepel sinaasappelsap
  • 200 ml ml arachideolie
  • 1 hardgekookte eieren, fijngehakt
  • 1 eetlepel fijngehakte bieslook
  • zout en peper

Was de preien zorgvuldig. Snijd de wortelaanzet en de toppen van de prei. Breng een flinke pan water aan de kook, doe er zout bij en kook de preitjes hierin beetgaar. Giet ze af boven een vergiet en laat ze goed uitlekken en afkoelen. Doe mosterd, azijn, sinaasapelsap, bieslook, zout en peper in de keukenmachine of blender. Schenk er, terwijl de motor draait, geleidelijk olie bij tot je een mooie gebonden saus hebt. Leg de preien op een schaal. Besprenkel met de vinaigrette en strooi er de eikruimels over.

Wij aten er vandaag aardappeltjes uit de oven bij. De aardappeltjes gekookt in de schil. Pellen en met wat room en geraspte kaas ( gewoon oude Goudse) gratineren.

Kopje espresso toe.

@ ellen.

De eerste asperges van dit jaar!

24 mrt. 2011

asperges 009

 

 

Op het vraag-en-antwoord-spelletje van Ellen in het vorige artikel kwam onmiddellijk een reactie. Bingo Nieta Br., en meteen goed…

Het begon ook een beetje genant te worden. Op eetlogs kwam je al dagen berichten tegen van Randstedelingen die hun eerste asperges aten, terwijl hier in het hart van het Productieland nog geen stengeltje te krijgen was. En dat, terwijl dat Piccolootje me al tijdens carnaval had beloofd dat het nog slechts enkele dagen zou duren en dan…

Vanochtend wist onze regio-krant te melden dat de eerste asperges van de koude grond waren gestoken in Mierlo. Gekker moet het niet worden, dacht ik, als hullie ze hebben dan hebben wij zo ook. Dus bezocht ik in alle vroegte onze vaste leverancier. Mevrouw van Dinter zat nog aan haar ontbijt en ik stoorde haar zichtbaar in haar ochtendritueel. Geen probleem mevrouw van Dinter, ik kom over een uur wel terug…

Toen ik op gepaste tijd wederom het erf van de aspergeboerderij opreed werd me de weg versperd door een gigantische oplegger van de veilig van Mierlo. Even vreesde ik dat ik weer achter het net zou vissen, maar gelukkig was niet de hele opbrengst bestemd voor de horeca. Vanaf vandaag bediende men ook weer de partculier. En met gepaste trots mag ik vermelden dat ik de eerste was. De allereerste particulier van dit seizoen…

Ik kocht mooie dunne stengels. Acht euro betaalde ik voor een kilo. Ik schilde ze zelf, want dat hoort bij het ritueel. Net als garnalen pellen of bonen lezen. Van die meditatieve handelingen waar je een beetje gelukkig van wordt.

Ellen at ze zo klassiek als maar mogelijk is. Met een eitje, goede ham en een kwakje boter. Ik prefereer ze met geraspte Goudse en een snuif nootmuskaat.

En in weerwil van alle modegrillen om eens “iets anders” te drinken bij je asperges kozen wij gewoon voor het meest voor de hand liggende: een glas Pinot Blanc. Uit het gehucht Beblenheim in de Elzas.

We namen espresso toe, met een paaseitje. En daarna keken we naar Inspector Lindley. Onze eerste televisie sinds één week.

© paul

Gegrilde aubergine met yoghurtsaus…

gegrilde aubergines...

Beetje uit de krant (NRC zaterdag), beetje van mezelf (recepten gaan gelukkig toch altijd een eigen leven leiden).

  • Gegrilde aubergines met yoghurtsaffraansaus voor twee personen
  • 1 flinke aubergine, in de lengte in dunne plakken gesneden
  • olijfolie
  • Voor de saus:
  • wat saffraandraadjes twee eetlepels warm water
  • 1 teentje knoflook
  • sap van 1/2 citroen
  • 1 bakje Griekse yoghurt
  • voor de garnering
  • 2 takjes munt
  • 4 takjes majoraan
  • 6 takjes koriander
  • 1/2 citroen in hele dunne schijfjes

Wrijf de saffraan in een vijzel met het warme water tot de draadjes opgelost zijn. Doe de yoghurt in een schaaltje en meng de knoflook uit de knijper erdoor. Voeg het citroensap toe en doe er wat zout en peper bij. Roer het saffraanwater erdoor, klop tot je een mooie saus hebt en laat die zeker een uurtje staan zodat de smaken kunnen mengen.

Verwarmde oven voor op 220 graden. Kwast de aubergineplakken in met olijfolie en rooster ze kort in een grilpan of tussen een elektrische gril.Een keer draaien en je krijgt een mooi gril-ruitje Leg de plakken aubergine daarna op een bakblik, bestrooi ze met peper en zout en bak ze nog tien minuten in de hete oven. Hak de kruiden fijn en leg de aubergineplakken op een schaal. Strooi de kruiden erover en schep de yoghurtsaus in het midden. Schik er dunne plakjes citroen over en dien op met wat brood. (De citroen was uit eigen tuin/keuken, heerlijk geurende citroenen plukken wij van ons citroenboompje.)

Wij aten er een paar lamskarbonaadjes bij, zie volgend recept.

Kopje espresso toe.

@ ellen.

In de bonen…

17 feb. 2011

noord hollandse krombekbonen

Al jaren schrijf ik dat wanneer je bonen, linzen of andere peulvruchten kookt, het zout pas toegevoegd mag worden als de peulvruchten gaar zijn… Overal lees ik dat en dus nam ik dat altijd maar voor waar over… Ik heb het eerlijk gezegd ook nooit anders geprobeerd… Tot ik deze week een artikel op het weblog van Klary Koopmans las over ‘bonen en zout’. Zij schreef al eerder over haar manier van gedroogde bonen koken Iemand vroeg haar onlangs of ze dat ook echt serieus getest had; “Side by side”. Dat had Klary niet, en ze bedacht dat dat eindelijk maar eens moest gebeuren. Klary bracht maar liefst vier pannen bonen aan de kook; twee pannen ongeweekte bonen, één mét zout, één zonder en twee pannen voorgeweekte bonen, waarvan één met en één zonder zout. Lees haar verslag van de Side By Side Test.

Conclusie; het maakt niet zoveel uit of je de bonen eerst weekt. Ze moeten dan natuurlijk wel langer koken. Maar goed, mocht je zin hebben in lekkere zelfgekookte boontjes, maar je vergat 10 uur tevoren de bonen in de week te zetten…, geen nood. De ongeweekte bonen moeten dan wel zo’n 2 uur zachtjes garen, maar dan heb je ook wat! Ook het verschil van zout toevoegen vóór of ná het garen maakte volgens Klary niets uit, lees maar terug in haar verslag. Zij heeft er veel moeite op gedaan om een keurige test uit te voeren. Ze heeft hapje voor hapje de bonen in diverse stadia geproefd… Wij mogen haar wel heel dankbaar zijn. Alweer een vooroordeel uit de wereld geholpen!

Door het mooie bonen-test-verhaal kregen wij hier op Het Ministerie ook zin in zelfgekookte boontjes. Ik had bij de Gezonde Apotheker onlangs een zakje Krombekken gekocht, een mooie grote, witte bonensoort. Omdat ik gisteren al zin had in de boontjes en wist dat ik er vandaag geen twee uur kooktijd aan wilde besteden, heb ik ze toch maar voorgeweekt. De boontjes hoefden nu maar een krap uur te garen.

De krombekken dus gisteren om 23.00 uur in ruim koud water te weken gezet. Vandaag om 18.00 het weekwater weggegoten en

  • 300 gram boontjes (droog gewogen)
  • wat zout
  • een laurierblad
  • een sjalot
  • twee teentjes knoflook
  • een flinke tak rozemarijn
  • een scheutje olijfolie
  • koud water

De boontjes opzetten in ruim koud water en met alle ingredienten aan de kook brengen. Dan zachtjes op een klein pitje laten garen. Deze krombekken waren in 50 minuten gaar en boterzacht.

Een deel verwerkte ik in een stoofschoteltje met tomatensaus, van de rest maak ik een bonensalade.

© ellen.

Stoofpot met kip…

13 feb. 2011

pot au feu met kip

Evert en Neel van Eupotours waren ook hier in Luxemburg. Zij zijn al een paar weekenden bezig om hun nieuwe optrekje hier op de camping te schilderen en te verbouwen. Ik had beloofd dat ik voor ons vieren zou koken, dan konden zij doorwerken. Nu is het in de winter zaak om alles wat kan bevriezen in de caravan, weg te doen. Blikjes frisdrank knallen spontaan uit elkaar bij min zoveel en zelfs bier bevriest. Aardappelen en uien kunnen ook niet tegen de vorst. Als ik wil koken in de winter moet ik dus steeds van alles inkopen om een maaltijd klaar te maken. Ik was dan ook heel blij met de actieaanbieding in de supermarché. Zij voeren elke week een ander thema en verkopen daarbij behorende producten dan tegen actieprijzen. Deze week was “de stoofpot” het thema en bij de actieaanbiedingen lagen mooie pot-au-feu groentenpakketten voor slechts € 2,49. Het pakket bevatte: een ui, een teen knoflook, vier stukken prei, flink wat wortelen, 1/4 witte kool, 1/4 knolselderij, 1/4 meiraap, vier aardappelen en wat peterselie.

groentenpakket

Ik besloot zo’n pakket te kopen en het te verwerken in een stoofpot met kip. Alles in één pot, bespaard nog afwas ook! Een stokbrood en een fles wijn erbij en je hebt een prachtige maaltijd voor vier hongerige personen.

  • een flinke biologische kip
  • wat olijfolie
  • een ui, een teen knoflook
  • vier stukken prei, flink wat wortelen, 1/4 witte kool, 1/4 knolselderij, 1/4 meiraap alles in grove stukken gesneden
  • vier aardappelen in blokjes gesneden
  • een bosje dragon, fijn gehakt
  • een flink glas witte wijn
  • water of bouillon
  • een scheut room
  • peper en zout

Snijd de kip in 8 stukken en braad die in een flinke pan even aan in de olijfolie. Neem de kipdelen uit de pan en bak de ui met de knoflook lichtbruin. Doe dan de kip weer terug in de pan, voeg de groenten erbij en de wijn. Doe er eventueel nog wat water of bouillon bij. Laat zo een uurtje zachtjes stoven. Doe er dan de aardappelen bij, de room en de dragon. Breng op smaak met peper en zout en laat nog even stoven tot de aardappelen gaar zijn. Dien op in de pan en geef er knapperig stokbrood bij.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Bloemkool met roquefortsaus…

bloemkool met roquefortsaus

Gisteren aten we bloemkool. Ik moet zeggen dat dat al lang geleden was. Bloemkool begint hier in huis bijna een ‘vergeten’ groente te worden, terwijl we het allebei best lekker vinden. Vaak zijn die bloemkolen ook wel erg groot voor twee personen. Ik kocht een mooi klein exemplaar en maakte er in plaats van het gewone ‘papje’, een saus bij met roquefortkaas.

  • voor twee personen:
  • een klein bloemkooltje
  • een krappe lepel boter
  • een krappe lepel bloem
  • wat kookvocht van de bloemkool
  • 75 gram roquefortkaas
  • wat versgehakte platte peterselie

Kook het bloemkooltje in gezouten water beetgaar. Maak intussen de saus; Smelt de boter en laat daarin de bloem even aanzweten. Voeg er een paar lepels van het bloemkoolkookvocht bij tot de saus mooi vloeiend is. Doe er dan de roquefort bij in kleine stukjes en laat het geheel even zachtjes doorkoken. Maak af met wat verse peterselie.

Wij aten er aardappelpuree bij en een biologisch schouderkarbonaadje.

Kopje espresso toe.

© ellen.

Puree van Pastinaak…

2 feb. 2011

puree van pastinaak met aardappel en runderstoofvlees

Zoveel is zeker: ik maak vanavond weer puree van pastinaak. Net als vorige week, en net als de week daarvoor.

Het is en blijft een prima wintergroente, hoewel sommige liefhebbers vinden dat je hem juist in het najaar moet eten. En de groente wordt steeds vaker aangeboden. Schreef ik een jaar of vijf geleden nog dat je op de markt of in bij de bio-groenteboer moest zijn, vandaagdedag ligt-ie al gewoon bij mijn eigen super…

Toch blijft het een tamelijke onbekende. En dat terwijl er een tijd was, nog niet zo heel lang geleden, dat de aardappel nog niet bestond in onze contreien, en eenieder voor zijn winterkost deels afhankelijk was van deze wortelknollen.

Wij gebruiken de pastinaak voornamelijk om er puree van te maken, als begeleiding van vlees en groente. Maar je kunt er veel meer mee doen, met die pastinaak. Grosso modo kun je stellen dat je hem kunt gebruiken zoals je rapen gebruikt, of winterwortel, of knolselder. Houd er wel rekenig mee dat hij zoet smaakt.

Wij gebruiken hem dus voornamelijk om puree van te maken. Bij twee delen pastinaak komt één deel aardappel. De binding van de puree is dan beter en de smaak ook. De pastinaak is iets eerder gaar dan de aardappel. Voeg de pastinaak dan ook wat later toe aan de kokende aardappelen en het komt helemaal goed (gaartijd aardappelen 15 à 20 minuten, gaartijd pastinaak 10 à 15 minuten) .Aardappelen en pastinaak moeten wel helemaal gaar zijn. Druk de groenten door de knijper en klop ze luchtig om met wat boter of olijfolie. De smaak kun je verfijnen door verse peterselie mee te mengen, fijngehakte knoflook, een snuifje peper, nootmuskaat, room, of wat je zo verder verzint…

Wij aten er vorige week gestoofd Angusrundvlees en boontjes bij. En een degelijke slok Bourgogne.

Klik even door om meer te lezen over pastinaak.

© paul

Parelhoen met gekarameliseerde witlof…

20 jan. 2011

Parelhoen met gekaramelliseerde witlof

“Over het parelhoen moet nodig eens geschreven worden, het is een bijzonder beestje.” zei ik in het voorjaar van 2008 op dit log. Het is nog steeds niet gebeurd. Ik beloof beterschap. Binnenkort…

Vanavond aten we parelhoenbouten. En dat is voortreffelijk vlees, want parelhoenders lopen veel en hebben dien ten gevolge ontwikkelde beenspieren. Ook de parelhoenders uit de intensieve gevogeltehouderij. (Want wanneer je die beesten niet de kans geeft om te lopen worden ze gek en maken elkaar af.) Beter is het om te kiezen voor vlees met een Label Rouge of ander eco-keurmerk. De vogels hebben veel meer ruimte in hun hokken en er is strenge controle op wat ze te eten krijgen. Bovendien worden ze pas op aanmerkelijk latere leeftijd geslacht. Gezonder en diervriendelijker.

Het recept is geschreven voor 2 personen, maar met een beetje fantasie tover je het om naar de hoeveelheid die voor jou wenselijk is.

  • 2 parelhoenbouten,
  • boter,
  • flinke scheut bouillon,
  • flinke scheut witte wijn,
  • klein scheutje citroensap,
  • vers gemalen peper en zout,
  • 3 gekeusde jeneverbessen.

Strooi peper en zout op de bouten en bak ze in de boter aan weerszijden mooi bruin, alles bij elkaar een goede vijf minuten. Leg ze in een ovenschaal en zet die in een op 140 graden voorverwarmde oven. Nagenoeg alle braadboter in je pan mag weg. Bij het beetje boter dat nog in de pan zit gaat de bouillon, de witte wijn, het citroensap en de gekneusde jeneverbessen. Roer met een pollepel de aanbaksels van de bodem en laat het vocht even doorkoken. Het vocht gaat nu bij de bouten en de oven wordt op 180 graden gezet. De bouten mogen nu een goede drie kwartier stoven. Dek de ovenschaal af met aluminiumfolie om te voorkomen dat de bouten te hard gaan en het vocht te snel verdampt. Na 25 minuten mag het folie eraf. Leg wanneer de gaartijd verstreken is bouten op verwarmde borden. Indien de saus te dun is laat je hem even inkoken. Zeef de saus en schep die over de bouten.

We aten er gebakken aardappeltjes bij en gekarameliseerde witlof bij. Een glas witte wijn had niet misstaan, maar er stond nog rode Bordeaux open. En die deed het er ook prima bij.

© paul