Aubergines uit de oven, met tapenade van kappers en olijven en restverwerking…

aubergines

Er lagen nog allerlei restjes in onze koelkast; stukje Parmezaanse kaas, stukje Peccorino, een aubergine, een schaaltje gekookte rijst en er waren ook nog een paar tomaten en volop verse kruiden in de tuin. Alles moet zoveel mogelijk op voor we weer vertrekken… Die aubergine bracht me op een recept van Jeroen; Ik zag pas weer eens een paar uitzendingen van “Dagelijkse kost”, een kookprogramma op Net één België met als chefkok Jeroen Meus. Jeroen Meus is zoiets als de ideale schoonzoon; vriendelijk, goed uitziend, vlot, goeie babbel, deskundig… nou ja, ga zo maar door. Alle uitzendingen van Dagelijkse kost zijn terug te zien via deze link naar dagelijkse kost.

Ik maakte de aubergine vandaag klaar naar het recept van Jeroen. En wat zal ik nu zelf een hele receptuur schrijven als Jeroen dat zo smakelijk vertellen kan…

Hieronder de link naar de video met het recept voor de aubergines

Het slaatje van buffelmozzarella liet ik weg; wij hadden ook nog wat tomaatjes en een schaaltje gekookte rijst, dat verwerkte ik in een klein stoofpotje;
  • schaaltje gekookte witte rijst
  • stuk of vier rijpe tomaatjes in stukjes gesneden
  • teentje knoflook
  • een plukje saffraan
  • wat olijfolie
  • vers gehakte platte peterselie
De knoflook met een drupje olie en de saffraan in een vijzel even fijnwrijven. Dan in een kleine pan olijfolie verwarmen,  knoflook/saffraanmengsel even smoren en de tomatenpartjes erbij doen. Kort smoren en de gekookte rijst toevoegen. Alles zachtjes verwarmen. Op smaak brengen met peper, zout en gehakte peterselie.
Prima manier om restjes te verwerken! Kopje espresso toe… en dan vakantie…
© ellen.

 

Terugkomcursus Trappistenbier…

Alvorens mijn Oravalartikel te publiceren schrijf ik nog maar eens een kleine terugkomcursus. Gewoon omwille van de zorgvuldigheid, omwille van mijn frikkerige behoefte om dingen een beetje zuiver te houden.

Het bleek me weer eens bij gesprekken over mijn artikel over de Orvalcrisis. Wij Nederlanders (Vlamingen doen het overigens ook!) gooien de begrippen Trappistenbier, Kloosterbier en Abdijbier vrolijk op een hoop en kiezen voor elk willekeurig bier een willekeurige typenaam, al naar gelang het ons uitkomt. Vreemd toch? Je noemt andijvie toch ook geen kropsla omdat die er kwa uiterlijk op lijkt. Net zo min als je linzen bruine bonen noemt.

Abdijbier is de verzamelnaam voor zwaardere bieren, doorgaans van hoge gisting. Het type bier zoals dat in het verleden in abdijen werd gebrouwen. Het is geen beschermde naam, dus elke brouwer mag het gebruiken om er een bepaald type mee aan te duiden.

Kloosterbieren zijn bieren die oorspronkelijk (en soms nog steeds) in kloosterbrouwerijen werden gebrouwen. In de meeste gevallen is de productie over gegaan naar commerciële brouwerijen.

Trappistenbieren mogen alleen Trappistenbieren heten wanneer ze in een Trappistenklooster zijn gebrouwen. Tot voor kort waren dat er zeven. Zes in België en één in Nederland. Er is nu een achtste brouwerij bij gekomen, en wel in Oostenrijk. Ik link ze voor alle duidelijkheid:

Deze acht kloosters annex brouwerijen mogen zich Trappistenbrouwer noemen. En verder niemand. Je herkent ze aan hun keurmerk.

Trappistenbier zegt niets over het type bier. Dat van Orval is bijvoorbeeld wezenlijk anders dan dat van Westvleteren. En naar ik begrijp is dat bier uit Oostenrijk al helemaal een afwijkend type (ik heb dat nooit gedronken). Trappistenbier zegt dus iets over afkomst. Het zegt ook iets over kwaliteit. De Paterkes houden een ferme standaard aan. (Het logo duidt ook andere producten aan: brood, kaas…)

Trappistenbieren hebben almaar gewonnen aan populariteit. Niet alleen worden ze op grote schaal verspreid over Europa, ook de Verenigde Staten zijn een gewild afzetgebied. De meeste Trappistenbrouwerijen willen evenwel hun capaciteit niet écht uitbreiden. Brouwen is voor hen slechts een bijproduct van het kloosterleven. Dat verklaart de relatieve schaarste aan sommige Trappistenbieren op dit moment. Trappistenkenner en -schrijver Danny Van Tricht liet het Ministerie weten dat de schaarste in Vlaanderen voelbaar wordt, sommige café’s staan al “droog”. Enfin, ik heb een en ander aan den lijve mogen ondervinden.

Evengoed zijn alle Trappistenbieren met enig zoeken wel te vinden, ook in Nederland.  Behalve dan Westvleteren. Dat bier komt niet (hoogst zelden) in de handel. Je kunt dat alleen bekomen via een door de Westvleterse Trappisten ontwikkeld distributiesysteem, en dan nog slechts mondjesmaat. Gevolg is dat het bier soms waanzinnige prijzen doet. Vriend Jan kwam een krat van vierentwintig flessen tegen op internet. Die werd aangeboden voor zeshonderd (600!) dollar.

Westvleteren werd ook dit jaar door (alle) toonaangevende biergenootschappen uitgeroepen tot beste bier van de wereld. Afgaande op de paar flessen die ik in mijn leven dronk kan ik die keuze alleen maar beamen.

Voor de serieuze liefhebber: Danny van Tricht voert al jaren een web site over Trappistenbier. TrappistBier Beleven. Je vindt daar alles, maar dan ook alles wat je maar zou willen weten over de brouwers en het bier.

De foto boven het artikel schoot Ellen vorige week in het Trappistenklooster van Orval. Een primitieve afbeelding van de kruisiging, waarschijnlijk uit het begin van de renaissance. Aandoenlijk in zijn simpelheid…

Zwarte Hoevekip in dragonroomsaus

kip in dragon roomsaus
Toen we met Pasen in Luxemburg waren heb ik op de markt in Arlon een aantal kruidenplantjes gekocht waaronder twee dragon planten. Alle planten zijn aangeslagen, het was daar net zo’n pestweer als hier, maar prima voor de plantjes. De dragon staat er prachtig bij, beter dan hier thuis. Zal wel aan de grondsoort liggen.

Ik gebruikte flink wat van de dragon voor de saus bij deze kippenpoten. Een hele kip was voor ons tweetjes even teveel, dus kocht ik kippenpoten van de Zwarte Hoevekip. Dat is zo fijn aan die grote supermarché’s, je kunt er niet alleen hele kippen in allerlei soorten kopen, maar ook ‘losse’ onderdelen. De Zwarte Hoevekip (Frankrijk) is een scharrelkip (Label rouge) met mooi stevig vlees. Langzaam stoven was een goede bereiding voor deze kip.

  • Voor twee personen
  • 2 kippenpoten van onbesproken gedrag
  • 4 teentjes verse knoflook
  • 1 sjalot, fijngesneden
  • wat boter
  • een scheutje droge witte wijn (ik gebruikte een Pinot blanc Grand Premier Cru, Coteaux de Remerschen. Een prima wijn, daarover later meer)
  • een lepeltje bloem
  • een klein bekertje room
  • 2 eetlepels verse dragon, fijngehakt
  • peper en zout
Wrijf de kip in met peper en zout en wentel ze door de bloem. Bak ze in de boter rondom bruin. Voeg sjalot en knoflook toe en bak die even mee. Blus af met de witte wijn en voeg de room toe. Laat de kip zo zachtjes garen in ongeveer een uur. Voeg er dan de dragon bij en laat nog even meestoven. Wij aten er nieuwe aardappeltjes bij en verse doperwtjes.
Kopje espresso toe.
© ellen.

Oesters met Tabasco Chipotl (smoked)…

Het zal je niet ontgaan zijn, vorige week vierden we een beetje vakantie. Om het feest wat cachet te geven nam ik uit Nederland oesters mee. Niet dat ze in Luxemburg niet te krijgen zijn, maar ik kon vlak bij huis een hele mooie kwaliteit kopen voor niet al teveel geld.

Al eerder liet ik je weten dat Ellen vindt dat je met die beestjes niet moet klungelen. Gewoon besprenkelen met een beetje citroensap en een snuifje peper volstaat.

Ik denk daar ietsje anders over. Ik vind het lekker om de zilte smaak aan te zetten met wat pittigers. De combinatie van een paar druppels gefermenteerde vissaus (Nuoc Man) en een tikkeltje tabasco is een gouden greep.

Intussen leerde ik nog zo’n moordcombinatie kennen. Ik gebruikte Tabasco Chipotl, een paar druppels. Zilt, zuur, peperig en een vleug rooksmaak. Ik vond het geweldig. Over die Tabacso Chipotl zal ik nog schrijven, ik ben aangenaam verrast door die, mij tot dusverre onbekende, loot aan de tabascostamboom.

Maitrank en pirosjki…

Het gaat er al een tijdje over in ons huishouden. Ik wil een espressomasjientje, Ellen heeft haar zinnen gezet op een oventje voor in onze Luxemburgse woonst. Geldelijke middelen zijn even niet toereikend, dus wat doe je dan? Je droomt er een beetje over, je verteld deze en gene van je verlangens…

Wilma klopte vanochtend op ons keukenraam. Ze had gisteravond in het café gehoord hoe Ellen haar plannen voor de toekomst ontvouwde. Dat oventje zou er beslist komen. Wilma had wat gerommeld op haar zolder en vond wat ze zocht. Een spiksplinter nieuw oventje, op elektra. En ze bood het aan, geheel gratis en voor niets.

En toen hadden we dan een oventje. En ineens moest er van alles. Er diende ruimte gemaakt, de stroomvoorziening moest aangepast en bovenal, er diende gebakken te worden.

Ellen maakte Pirosjki naar beproefd recept. In de namiddag hebben we die gegeten met Eupotours, die sinds gisteravond ook weer hier zijn. De Maitrank was intussen klaar, die vormde een prima begeleider bij de pasteitjes. Het merendeel van de pirosjki brachten we naar het café. Voor Wilma en de klanten. De schaal was in een mum leeg…

Het klinkt een beetje lullig, maar het leek alsof het een zaterdag thuis was. Borrellende gasten, snoepend van pasteitjes, druk orerend over alle belangrijke zaken des levens. Ach, de mens is een gewoontedier…

Orvalcrisis…

Sinds jaar en dag zorgt onze Luxemburgse uitbater dat hij Orval bier op voorraad heeft. Voor mij! En heel af en toe voor nog een andere gast, die ik dan meestal nog zelf heb meegebracht.

Vijf uur in de middag is mijn tijd. Ik stiefel op het gemak naar Joops café, lees het Letzeburger Wort (für Wahrheit und Recht), luister wat naar het geleuter van de stamgasten en drink mijn glas Orval. Soms twee, meer nooit (op de middag)… Zo ook afgelopen maandag, eerste dag van onze korte vakantie. Ik bestelde als gewoonlijk mijn bier, maar kreeg er en-passant een besmuikt verhaal bij. Weet jij wat dat is? vroeg Joop. Ik kan op mijn vaste stekken geen Orval meer kopen. Het gerucht gaat dat de brouwerij failliet is…

Ik kon Joop (en mezelf) gerust stellen: Trappistenpaters gaan niet failliet Joop, en ze hebben daar in Orval een paar jaar geleden hun brouwcapasiteit verdubbeld. 64.000 hectoliter komt er elk jaar uit de brouwketels…

De dag daarop probeerde Joop het bij zijn Belgische leverancier. Ook daar kreeg hij nul op rekest. En ik begon zoetjes aan een beetje nattigheid te voelen. Ik ben dan maar zelf op zoek gegaan, de Cora supermarkt beneden Arlon leek me de aangewezen plaats.

De plaats waar normaal een goede dertig Orvalkratten staan vertoonde een gapend gat. En de schappen, die normaal ruim een kubieke meter aan bierflesjes bevatten… Enfin, kijk zelf maar. En de mij bekende verkooppunten in Luxemburg stonden al helemaal droog.

Enig lectuuronderzoek leerde me dat het een luxeprobleem betreft. Trappistenbieren, en zeker ook Orval, genieten een teveel aan populariteit. Het is een capasiteitsprobleem, de vraag is groter dan het aanbod. En aangezien de Paters niet meer willen brouwen dan ze nu doen zal het probleem alleen maar groter worden.

Komt nog bij dat in tijden van schaarste de prijzen stijgen. Je betaald snotverdorie in de Super intussen € 8,- (acht euro!) voor vier flesjes Orval. Enfin, ik behoor tot de liefhebbers die Orval in hun top-drie van beste bieren ter wereld hebben staan, ik zal me door de prijs niet laten afschrikken. Scandalig vind ik het wel!

Dus Vriend Jan, in het verre Nederland, koop thuis de schappen leeg, je weet waar je moet wezen. Ik zal je graag van het overschot afhelpen.

Maitrank, jaargang 2012…

Na een enerverende tocht door een groot deel Luxemburg, een stukje Frankrijk en een restje België belandden we uiteindelijk in het café van Madame Betty in Arlon. Op deze Eerste Mei dronken we er Maitrank. Dat moet zo zijn, dat is traditie. En Madame Betty maakt-um zelf.  The best ever…

De dag daarop kaartten we nog wat na over onze trip. We zouden best weer eens zelf Maitrank kunnen maken. We hadden eigenlijk alles gewoon in huis. Behalve dan Lieve-vrouwenbed-stro (Waldmeister). Maar geen nood, ik wist het kruid te staan. Ik had het gezien tijdens een boswandeling met Hond Max. We strikten onze loopschoenen en togen op pad. Het werd een forse wandeling. Aangekomen op het gewraakte bosperceel bleek het Stro toch wat tegen te vallen. Een beetje lullige plantjes waren het. We verzamelden wat, maar het ging niet van harte. Enfin, we hielden er dan toch een mooie wandeling aan over.

Terug thuis liep ik nog even met de Hond. Aan de achterkant van de camping, daar waar het bos begint, zag ik tot mijn verrassing Lieve-vrouwenbed-stro. Niet een beetje, maar een hele plantage. Mooie exemplaren, groot genoeg, sappig en nog nét niet in bloei. Tsja, het kan verkeren…

  • 20 takjes Lieve-vrouwenbed-stro,
  • 1 liter Rivaner,
  • 1 borrel armagnac,
  • 2 eetlepels suiker,
  • 1 sinaasappel,
  • 1 pijpje kaneel.
Snijdt de sinaasappel in schijven. Doe vervolgens alle ingrediënten in een pot en sluit die af. Zet de pot weg op een koele donkere plaats. Over twee dagen zal de drank op smaak zijn. Zeef dan de Maitrank, koel hem en dien hem op met een schijf sinaasappel.
Je gaat er nog van horen…

17 mei, Vlooienmarkt op de camping in Luxemburg

poster

Het affiche is klaar en wordt nu overal in de buurt verspreid. Op 17 mei, vanaf 11 uur is er een Vlooienmarkt op de camping in Septfontaines.

Al jaren brengen wij de dagen rond hemelvaart door op de camping in Septfontaines in Luxemburg. Meestal met het voltallige Sientje van Loon gezelschap. Eén van de vaste bronnen van vermaak voor ons gezelschap was altijd de grote vlooienmarkt in het naburige dorpje Tuntange. In het plaatselijke schoolgebouw lag daar de koopwaar keurig uitgesorteerd; één lokaal voor huisraad, één voor boeken, de kelder vol met ijzerwaar en in de hal een stand met zelfgebakken taarten en de prijzen voor de loterij. Buiten in de tent vóór de school de bar. Natuurlijk was er ook een grote gril voor de karbonaadjes en worsten en een kraam met wafels met aardbeien en slagroom. Opbrengst van dit alles was altijd voor een goed doel, een school of een ziekenhuis ergens in Afrika. Was, zeg ik want helaas is er in Tuntange niet meer genoeg animo om de organisatie van dit jaarlijkse festijn te dragen.

Toen we hier vorig jaar in de herfst herinneringen ophaalden kwam spontaan het idee op om dan maar hier op de camping iets te organiseren. Joop en Wilma, de beheerders van de camping vonden het een goed idee, een aantal dorpsbewoners waren ook enthousiast en zo nam het plan vaste vorm aan. Joop zorgt voor eten en drinken, ieder die wil bouwt een kraampje op en er zal beslist ook nog ander vermaak zijn. Het museum 40 – 45 op de zolder van het campingcafé is zeker een bezoekje waard.

Camping An der Ho, Mierscherstroos 65 Septfontaines Luxembourg. Tel +352 26300666. email: anderho@pt.lu

Als je wilt camperen is reserveren aanbevolen.

Zo, ik stop met mijn reclamecampagne anders wordt het hier veel te druk! Wij gaan vandaag naar het museum Villa Vauban in Luxemburg stad. Daar loopt tot oktober een tentoonstelling met werken van Brueghel, Cranach, Titien, en Van Eyck.

© ellen.

Stoofpotje van jonge artisjokken en aardappelen

artisjokken
In Luxemburg wonen veel Italianen. Ze zijn hier zo’n drie generaties terug naar toe gekomen als gastarbeiders om het zware werk te doen in de mijnen, de staalindustrie en de wegenbouw. Ze maakten al snel promotie en begonnen hun eigen bedrijfjes. Het zware werk bleef liggen en de Luxemburgers moesten nieuwe arbeiders zoeken. Die vonden ze in Portugal en later kwamen er ook nog vluchtelingen bij uit het voormalige Joegoslavië. Gevolg is dat de Luxemburgse bevolking nog maar uit 55% ‘echte’ Luxemburgers bestaat. De gemeente Larochette staat zelfs bekend als de gemeente met het hoogste percentage buitenlanders van heel Europa. Als je op een mooie zonnige dag door Larochette wandelt waan je je in Portugal, bijna alle café’s, restaurants en winkels worden uitgebaat door Portugezen. Wat vooral leuk is aan deze diversiteit is het enorme aanbod in de winkels van Portugese en Italiaanse producten; pasta’s en gedroogde vis, maar ook verse groenten. We kennen hier een Portugese vrouw die af en toe heimwee krijgt naar haar geboorteland. Ze stapt dan in haar Porche en komt een paar dagen later terug met een kratje verse citroenen, doperwtjes en tuinboontjes. Niet iedereen is zo bemiddelt dat even op en neer rijden tot de mogelijkheden behoort, maar de eerste voorjaarsgroenten liggen hier te lonken in de winkels. Verse erwtjes, tuinboontjes, pisenlit, zwarte kool, ronde aubergines en tomaten in alle maten en soorten. Op de markt gisteren verkocht de groentenkoopman zelfs dubbelgedopte tuinboontjes weliswaar tegen fabelachtige prijzen, maar goed, dan heb je ook wat! (Pisenlit was € 19,- de kilo, de gedopte tuinboontjes ook zoiets) Wij hielden het op een bosje verse artisjokken uit Sicilië á € 2,95, dat vond ik een hele schappelijke prijs. Ik maakte er een stoofpotje van met nieuwe aardappeltjes. Het was eigenlijk genoeg voor vier personen, maar wij vonden het zo lekker dat bijna alles opging.

  • 1 bosje kleine artisjokken
  • 1/2 citroen
  • 500 gram nieuwe aardappelen, geschild
  • 2 sjalotten fijn gesneden
  • 4 teentjes verse knoflook, geplet
  • 2 eetlepels vers gehakte platte  petersellie
  • zwarte peper en zout
  • 4 eetlepels olijfolie

bosje artisjokken

Pers de citroen uit en giet het sap met water in een schaal. Maak de artisjokjes schoon. Verwijder de buitenste blaadjes. Snijd ze dan in vieren en knip de bovenste randjes eraf. Leg de partjes meteen in het citroenwater anders verkleuren ze. Schil de steeltjes en snijd die in stukjes. Gebruik een stoofpan met een dikke bodem en verhit daarin de olijfolie. Smoor de uitjes op een zacht vuurtje glazig. Doe de knoflook erbij en smoor die ook even mee.Doe er dan de aardappels, de artisjokkenpartjes, de steeltjes, zout peper en peterselie bij en bak alles zachtjes aan. Schep een aantal keren om en om. Voeg dan wat water toe en zet het vuur zo dat alles zachtjes pruttelt en leg de deksel op de pan. Reken op ongeveer 40 minuten stooftijd. Voeg eventueel wat extra water toe.
Lekker met gegrilde lamskarbonaadjes.
Kopje espresso toe, mét een glas armagnac, het was per slot een feestdag gisteren!
© ellen.

‘n Ricard kannetje op 1 mei…

We zijn er even niet. Wij vieren 1 mei in Luxemburg. Huis en haard zijn bij het Kind in goede handen, wij kunnen gerust een week wegblijven. (Dat doen dan we ook!)

De Eerste Mei is in nagenoeg heel Europa een feestdag, niet in Nederland. Van oudsher neemt het Ministerie dan maar zelf een vrije dag. Wij vierden 1 mei en we doen dat nog steeds. Vroeger waren dat strijdbare dagen. Een feest ter verheffing van de werkvrouw c.q. werkman, een feest ter verheffing van onszelf en onze kinderen. We vierden het in politieke kring, we vierden het in huiselijke kring. Maar we vierden het altijd… (Waar is het Jongvolk dat de fakkel overneemt?)

Tegenwoordig zijn onze 1 mei feesten veel gezapiger. We doen het met wat Luxemburg te bieden heeft. Overal wordt gegrild. De fanfares trekken door de dorpen, meikransen worden aangeboden en om een uur of elf in de ochtend zit eenieder al aan bier, wijn of champus. De gesprekken zijn geanimeerd, de politieke lading ontbreekt ten enen male. Wij hebben er vrede mee…

In de late ochtend ontvluchtten we Septfontaines, het werd ons té gezellig. Zwervend door Zuid-West Luxemburg kwamen we terecht in Differdange, een stadje op de grens met Frankrijk. Ach, ook daar vrijblijvende jolijt, maar tegelijk ook een gigantische vlooienmarkt. En aanpalend een groentenmarkt van topkwaliteit. Bovenstaand kannetje kon ik er scoren, met dank aan Ellen… Ik zag een dergelijk exemplaar al in een andere kraam, maar die uitbater hanteerde Franse prijzen. Onze koopvrouw rekende een normale prijs. Dat kannetje namen we dan ook mee…

De groentenmarkt bood ook spectaculaire zaken. We kochten er verse jonge knoflook. En bovenal hele jonge artisjokken. Die zijn er maar heel kort, nu dus! Ellen is op dit moment bezig ze te stoven. Het geurt dat het een aard heeft, het recept mag je vanavond verwachten…