Spelt…

spelt

In het boek “Made in Italy”, van Georgio Locatelli staat een mooi recept voor Borlottibonen met spelt. Het recept stond al een tijdje op mijn lijstje ‘nog eens te maken’. De borlottibonen zijn hier inmiddels zeer geliefd, in de soep of heel simpel met een tomatensaus. Over spelt wist ik niet veel. Locatelli schrijft in zijn boek dat bloem van spelt, Farro in het Italiaans, al door de Romeinen gebruikt werd voor brood en pasta. Daarom heet bloem in het Italliaans ook Farina. In Italie wordt de spelt niet alleen tot bloem gemalen, ook de hele korrel wordt gebruikt. De speltkorrels worden gebruikt in soepen, maar het gekookte graan kan ook worden gebakken en met rozijnen en olijven vermengd bij stoofschotels gegeven worden.

In Wikepedia staat het volgende over Spelt;

Spelt (Triticum spelta) is een soort grove tarwe Het kan gegeten worden in plaats van gewone tarwe. De smaak is iets anders dan die van gewone tarwe. De kafjes van gewone tarwe laten ook heel makkelijk los, terwijl die van de speltkorrel zeer vast zitten. Dit betekent dat ze er met een pelmolen afgepeld moeten worden voordat de speltkorrel gemalen kan worden.

Spelt is ontstaan in het Midden-Oosten, waar de soort al minstens 3000 jaar wordt verbouwd. In de Middeleeuwen werd spelt verbouwd in Europa in Zwitserland en Duitsland en Tirol. Spelt speelde een grote rol in de voedingsleer van de heilige Hildegard van Bingen. In de twinstigste eeuw is spelt bijna geheel verdrongen door gewone tarwe (Triticum aestivum), omdat speltgraan minder opbrengt per hectare, en omdat het pellen in de pelmolen extra tijd en geld kost.Spelt is ontstaan in het Midden-Oosten, waar de soort al minstens 3000 jaar wordt verbouwd. In de Middeleeuwen werd spelt verbouwd in Europa in Zwitserland en Duitsland en Tirol. Spelt speelde een grote rol in de voedingsleer van de heilige Hildegard van Bingen. In de twinstigste eeuw is spelt bijna geheel verdrongen door gewone tarwe (Triticum aestivum), omdat speltgraan minder opbrengt per hectare, en omdat het pellen in de pelmolen extra tijd en geld kost.

Spelt komt nu weer in de belangstelling bij de biologische landbouw omdat het minder bemesting nodig heeft, beter resistent is tegen ziekten, en een zogenaamde harde korrel met een hoog gehalte aan gluten heeft wat gunstig is voor het bakken van brood. Dit hoge gehalte aan gluten zorgt er overigens wel voor, dat spelt niet geschikt is voor mensen met coeliakie (gluten-intolerantie), wel bijzonder geschikt voor mensen met tarweallergie.

Sinds enige jaren wordt spelt ook weer in Nederland verbouwd. Meestal werken telers, molenaars, bakkers en leveranciers binnen één bepaalde streek samen aan de speltproducten. Succesvolle speltprojecten lopen in Ommen, Limburg, rondom Pieterburen en rondom Oss en Boxtel.

Tijdens onze laatste vakantie in Luxemburg zag ik in de supermarkt zakjes met speltrijst (de korrels dus) liggen, geteeld in het Parc Naturel Haute-Sûre (Lux). Onder leiding van het “Speltgenootschap” wordt daar ecologisch spelt geteeld. Deze spelt wordt onder andere gebruikt in de Luxemburgse bierbrouwerij Simon.

Hoog tijd dus om eens te gaan experimenteren met spelt. Ik besloot het Italiaanse recept voor soep met spelt en Borlottibonen te maken. Een grote pan soep op zaterdagavond is hier altijd goed.

De spelt moet eerst 24 uur geweekt worden en de Borlottibonen ook. Dus stonden er vrijdagavond twee grote kommen op het keukenblad; één met speltkorrels en één met Borlottibonen.

borlottibonen

Recept volgt!

© ellen

Snijbiet ofwel de Beta vulgaris, variëteit cicla…

snijbiet

Wij hebben niet zo’n grote tuin, 7×15 meter ongeveer. Dat lijkt heel wat, maar de twee terrassen, één in en één uit de zon, en vier vakken met rozenstruiken omrand door buxusheggen nemen een groot deel van de ruimte in beslag. Blijft over smalle stroken langs de muren, daar staat de peterselie, selderie en rozemarijn. Wat lavendel en af en toe een leeg plekje. Zo’n leeg stukje gebruikte ik om snijbiet te zaaien. Ik kocht het zaad afgelopen najaar in Amsterdam op de bloemenmarkt. Daar stond een zaadhandelaar met een rekje bijzondere zaden; onder andere zwarte kool, diverse tomatenrassen, wilde spinazie, en ook deze snijbiet.

Ik kom deze groenten al jaren tegen in mooie recepten maar heb nog nooit ergens snijbiet in de winkel of op de markt gezien. Ik besloot dus maar eens zo’n zakje zaad te kopen en zelf snijbiet te telen. Ik denk dat het kleine plekje in onze tuin niet erg gunstig ligt voor de snijbiet; het duurde nogal lang voor er iets tevoorschijn kwam. En nu, na een paar maanden, zijn de planten nog niet erg groot. De plant heeft waarschijnlijk meer ruimte nodig. Maar goed, vandaag besloot ik toch maar eens te oogsten.

Meer info over snijbiet op Wikipedia.

Marcella Hazan schrijft in haar boek de Italiaanse keuken; Geen groente is zo geschikt voor de Italiaanse keuken als snijbiet. Het brede donkergroene blad, waarvan de smaak zoeter en minder nadrukkellijk is dan spinazie, kan gebruikt worden om pastadeeg groen te kleuren, maar kan ook, in combinatie met kaas dienen als vulling voor allerlei pastasoorten. De bladeren doen het goed in de soep, zijn heerlijk als ze gebakken worden met olijfolie en knoflook of gekookt met olijfolie en citroensap. De brede zoetige stengels zijn heerlijk in gratins of gebakken of gefrituurd.

snijbiet

Mijn oogst van vandaag woog 200 gram, ik besloot er een mooie pan risotto mee te maken.

© ellen.

Soep van Jeruzalem artisjok ofwel aardperensoep…

Jerusalem artisjok

Ik kocht ze op de markt in Helmond. Er stond een bordje bij met de tekst “aardperen“, ofwel Jeruzalem Artisjok. Ik ben gek op artisjokken dus moest ik maar eens gaan proberen wat deze aardperen gemeen hebben met artisjokken. Na wat Googelen kwam ik er snel achter dat men over het algemeen niet zo enthousiast is over de smaak. “Beetje flauw”, “niet erg prominent”, enzovoorts. Wel veel andere lovende kwaliteiten van de aardpeer zag ik voorbijkomen; gezond, veel vitamines, eiwitrijk en nog veel meer… Ik besloot er maar soep van te maken.

soep van aardperen

Voor vier personen:

  • 500 gram aardpeer ofwel Jeruzalem artisjok, geschild en in kleine stukjes gesneden
  • 2 aardappels, geschild en in kleine blokjes gesneden
  • 1 sjalotje en een teentje knoflook fijn gesneden
  • 1 eetlepel boter
  • 1 1/5 liter bouillon
  • 1 eetlepel versgehakte koreander
  • 1 eetlepel versgehakte basilicum
  • peper en zout
  • eventueel wat krokant gebakken spekjes

Verwarm de boter en smoor daarin zachtjes de aardpeer, de sjalotjes en knoflook. Voeg de bouillon en de aardappelstukjes erbij en laat het geheel ongeveer 25 minuten zachtjes garen. Voeg de koreander en basilicum toe, kook nog zachtjes even mee en pureer dan alles met de staafmixer tot een gladde soep. Breng op smaak met peper en zout. Strooi er voor het opdienen nog wat verse gehakte basilicum en koreander over. Schep de soep op voorverwarmde borden, schenk er een lepeltje verse room over en eventueel wat uitgebakken stukjes spek.

Geef er grof boerenbrood bij met gezouten boter.

Voor ons was het vandaag nèt genoeg voor vier personen. Hond Max kreeg gewoon zijn eigen brokken. Honden houden niet van soep.

© ellen.

en de groeten van de varkens!!!

sumiran 004

Ik weet niet hoe het onze lezers vergaat, maar als het mooi weer is zijn wij buiten en “vergeten” het weblog wel eens even. De zon lokt en er moet van alles gebeuren in dit weekend. De nieuwe tuinmuur is nu helemaal klaar en we zijn druk bezig de tuin weer op orde te brengen. De rozen knallen uit de knoppen en hebben hier en daar wat ondersteuning nodig. Het biologische vlees in de diepvries is helemaal op dus is een ritje naar de Sumiranboederij in Heusden noodzakelijk. Op weg naar Heusden is een bezoekje aan de Helmondse weekmarkt een logische tussenstop en als we dan toch in Helmond zijn kopen we ook meteen wat lamsvlees bij Slagerij Sabir.
Je snapt het al lezer, het is een rommelig weekend geworden.
Al vroeg waren we op de markt in Helmond, een genot voor alle liefhebbers van lekker eten. Een prachtige verzameling groenten- en fruitkramen, verse vis en kruiden uit alle denkbare culturen. Wij kopen altijd meer dan we van plan waren. Bij Slagerij Sabir kochten we een stuk zuiglam, dat ga ik vanavond klaarmaken, waarschijnlijk gebruik ik daarvoor een recept uit mijn nieuwe kookboek; “Made in Italy” van Guido Locatelli. Maar daarover later meer, eerst nog naar de Sumiranboerderij. We kochten vlees van de biologische varkens en genoten in het zonnetje van een lekker biologisch ijsje op het terras van de boerderij.

sumiran 001

Ook de kippen genoten van het terras, gezellig samen onder de tafel!
Het varken op de foto heet Ankie.  Ankie is drachtig en zal naar verwachting op 9 juni haar biggetjes werpen.
© ellen.

Tamarinde…

 

tamarinde

De afdeling Productinformatie van het Ministerie had even geen eigen plaatje beschikbaar en stal dus het bovenstaande van het internet. Niet origineel, maar wél mooi. Zowel het plaatje als dit artikel gaan over Tamarinde.

Hoewel oorspronkelijk afkomstig van Oost-Afrika wordt de boom al sinds mensenheugenis gecultiveerd in tropisch Azië en sinds een paar honderd jaar ook in Zuid-Amerika. De boom levert hout, schors, vruchten en bladeren die allen hun toepassing kennen, vooral medicinaal. Waar het in dit stukje over gaat zijn de peulen. Die leveren namelijk de grondstof waarvan het keukengoedje wordt gemaakt dat we kennen onder dezelfde naam als de boom: Tamarinde.

De peulen van de Tamarindeboom bevatten vruchten. Het pulp van die vruchten wordt samengeperst, met of zonder pit. De klonters pulp worden gedroogd en verdeeld in plakken. Je kent het mogelijk uit de Indonesische keuken. Het heet dan Asam (ook wel assam) en is in veel Indonesische gerechten onontbeerlijk. De tamarinde zoals Ellen die gebruikt heeft een iets andere bewerking ondergaan en komt in de handel als een dikke pasteuze siroop. Zo wordt het verwerkt in de keukens van Midden-Azië en India. Ook in het Midden-Oosten vindt je het terug. Het recept waarin Ellen de Tamarinde verwerkt komt uit de Joods-Perzische keuken.

De smaak van Tamarinde is zurig-fris en mild, soms rins met een klein zoetje. Je gebruikt het voornamelijk als smaakmaker. Maar ook maakt Tamarinde het vlees malser en heeft het een licht conserverende werking.

Wij kochten onze Tamarindepasta bij een toko in Helmond. We betaalden voor een potje van 300 cc € 1,50. De prijs van asem weet ik zo niet, maar asem is niet duur. Ook te bekomen bij de toko.

Wil je nog wat Tamarindeplaatjes zien, klik dan HIER.

© paul

Anti-geurtjes ei…

 

anti-geurei 008

Edith maakte gemarineerde uien en klaagde over de uienlucht die aan haar handen bleef hangen. Een heel herkenbaar verhaal; Edith las een recept van Janneke Philippi en besloot meteen aan de slag te gaan. Het leverde een prachtig potje gemarineerde uien op maar ook een hardnekkige geur van de uien. Niet zo aangenaam als je bedenkt dat ze het recept laat in de avond maakte en dus met de uienlucht naar bed moest.

Met dit mooie ei heb je daar geen last meer van. Het is gemaakt van roestvrij staal en werkt heel simpel. Gewoon flink over je handen wrijven (met water), alsof je het een zeepje is en de geur is weg! Ik heb het ding al heel lang en weet niet meer waar ik het gekocht heb. Ik weet ook niet meer wat het gekost heeft, maar buitensporig veel was het in ieder geval niet. Een prima hebbeding voor in de keuken! Het wordt geleverd met een zwart houdertje zodat je het ei op kunt hangen in de keuken.

En die uien ga ik binnenkort ook maken, ze zien er prachtig uit!

Bijpraten…

kappertjes, kruiden en ansjovis

Het ontbreekt me vannacht aan tijd om iets substantieels te schrijven. Toch moet er iets op het log. Laat ik beginnen met gisterenavond. We aten restjes uit de diepvries. Ik had alweer een tijdje geledenstoofvlees en een zuurkoolschoteltje ingevroren. Wij hebben geen magnetron, dus het is altijd wat gedoe met snel ontdooien. Ik zette de bevroren schaaltjes eerst een half uurtje in warm water, zodat de ergste vorst er af was. Het verwarmen daarna gaf geen problemen. Prima maaltijd, kaas toe…

Geen plaatje van de opwarm-maaltijd. Daarvoor in de plaats een foto van de ingrediënten voor Ellens stoofschotel van lamsvlees en kappertjes.

De grote pot kappers kochten we in een Italiaanse groothandel in de buurt van Maasmechelen (B). Ze zijn ingelegd in zout. Je neemt de portie die je wilt gebruiken uit de pot en spoelt het zaakje duchtig met koud water. Zo niet, dan loop je kans je gerecht te verpesten. Doe je het goed, dan heb je een heerlijk zilte toevoeging aan je maaltijd. De rest van de foto spreekt voor zichzelf. De basilicum komt niet uit een “ver” land. Die plukten we gewoon van de struik die in onze vensterbank staat te pronken.

© paul

Sobrassada de Mallorca…

kip en spaanse worst 006

Jan en Ans kochten de worst bij een specialiteitenslager in Barcelona. De worst heet Sobrassada de Mallorca, maar kan afkomstig zijn van elk ander eiland van de Balearen, die eilandengroep in de Middellandse Zee, voor de kust van Andalusië. De worst is geliefd in Spanje, je kunt hem in het oostelijk deel van het land volop krijgen. De beschermde status van de worst maakt echter dat hij allen geproduceerd mag worden op de eilanden, en onder vast omschreven condities. Er komen elders in Spanje echter wel worsten voor die enige gelijkenis vertonen met Sobrassada.

Vanaf de 17e eeuw duikt de naam van de worst regelmatig op in de gastronomische lectuur en neemt hij een steeds beduidender plaats in in de lokale keukens. In de twintigste eeuw verbetert men het productieproces zonder het traditionele karakter van de Sobrassada te schaden. Vanaf 1996 krijgt de worst zijn door de EU gesanctioneerde beschermde status.

Sobrassada is een worst die bij het slachtfeest hoort, je kunt er je resten vlees in kwijt, maar ook het “teveel” aan spek. Verder gaat er zout bij, en peper, rozemarijn en tijm. De belangrijkste smaakmaker is evenwel de scherpe paprika van de eilanden. Maar liefst vijf tot zeven procent van de farce betaat uit dit goedje. De paprika zorgt samen met het zout voor de conservering van de worst. Sobrassada rijpt bij een temperatuur van 15 graden en een luchtvochtigheid van 85 %. De farce blijft daardoor zacht en smeerbaar en krijgt zijn typische aroma.

Er zijn twee soorten Sobrassada: de S. de Mallorca en de S. de Mallorca de Cerdo Negro. In die laatste worst wordt uitsluitend vlees gebruikt van het zwarte varken van de eilanden. Verder zijn er allerhande ondersoorten, afhankelijk van welke darm men gebruikt. Ook wordt varkensblaas gebruikt om de worst te stoppen en er bestaat een variant die in terrines komt. De worsten kunnen er dien ten gevolge ook heel verschillend en zeer onregelmatig uitzien.

De worst wordt gebruikt om op brood te smeren, maar ook wordt hij in hompjes geserveerd als plaatselijke tapas. Verder bestaan er talrijke recepten waarin de worst wordt verwerkt. Ik gebruikte hem om een kip mee te versieren. Onvergetelijk lekker. Ook aten we de worst zo uit het vuistje en op brood. Scherp en zacht tegelijk. Een vreemde sensatie, maar zo smaakte het.

Kom je in de buurt van Mallorca, breng dan zo’n worst voor ons mee. We zullen je vorstelijk belonen…

© paul

Zeewolf…

 

zeewolf

Gisteravond aten we zeewolf. Ellen zal haar recept straks beschrijven. Aangezien ze er een hekel aanheeft dat ik foto’s van internet pik, geef ik je hier maar een plaatje van een postzegel. Daarmee doe je in ieder geval geen fotograaf tekort. De postzegel komt van de Faeröer, die kleine eilandengroep precies tussen Schotland en IJsland. De afbeelding van de vis is op zich duidelijk genoeg.

Zeewolf wordt regelmatig, maar niet in groten getale aangeboden in Nederland. Er wordt niet speciaal op gevist, het is bijvangst van de schelvisvisserij. De vis komt voor in de noordelijke wateren van de Atlantische Oceaan, zo ongeveer vanaf de Noordpool tot aan Frankrijk. De gewone zeewolf wordt ruim één meter, de gevlekte zeewolf zelfs een halve meter langer. Zo’n beest weegt dan ruim twintig kilo. Zijn naam dankt de vis aan zijn kop en enorm kakement. Hij leeft voornamelijk van schelpdieren en krabben, de schelpen verbrijzelt hij gemakkelijk met zij maaltanden.

De vis wordt op onze markten doorgaans gefileerd aangeboden. Moten heb ik nog nooit gezien. Wij kopen onze zeewolf op de zaterdagmarkt in Helmond. De vis levert heel smakelijk vlees. Volgens de “visbijbel” van Davidson kun je de mosseltjes en jacobsschelpen terug proeven in het vlees. Ik geef hem daar gelijk in.

De Viswijzer bestempelt de vis als tweede keuze (dus een heel klein beetje verdacht) wanneer hij uit de buurt van IJsland komt, ze doen daar aan behoorlijk beheer van de visstand. In andere gevallen heeft de Viswijzer liever niet dat je zeewolf eet. Wij kwamen met onze visboer overeen dat onze zeewolf uit IJsland kwam.

© paul

Spitskool…

spitskool

Is het geen bjoetie? En nog biologisch geteeld ook…

De foto stond al weer een week of zo op onze foto-provider. Nog even en hij zou zijn weggezakt in het archief. En dan is het maar de vraag of-ie er nog ooit uit komt. Vandaar dat ik hem nu maar plaats.

Er was overigens via Flickr (de foto-provider) al wel een reactie gekomen op de kool. Een Amerikaan vond het zo’n mooi ding. Wat was het en waar kon hij het krijgen? Tsja, we kennen het groenteaanbod van V.S. niet. Geen idee of er spitskool te koop is. (Hoewel, je zou toch zeggen…)

Bij ons worden de kooltjes nu in ieder geval volop aangeboden, ook al hoort de groente eigenlijk meer in de zomer thuis. Het is een wittekool-ras. De smaak is mild en aangenaam. Hij is goedkoop en je kunt er van alles mee doen. Saldes maken, roerbakken, koken, stoven, bedenk het maar. Ellen gebruikte dit exemplaar voor haar koolpastei. Enfin.., het is een smakelijk en gezond ding, dit kegeltje.