Het eerste witte goud…

Primeur: asperges jaargang 2016...Ik mocht er gisteren aan de borreltafel graag over stoefen, maar overdrijven deed ik geenszins. We hadden een uurtje daarvoor ons eerste maaltje asperges, jaargang 2016, op de kop getikt, en we waren weer zowat de eersten… Gekocht bij Van Dinter in De Mortel, want die hebben elk jaar gewoonweg de eerste van het jaar. En hoewel de grote tunnels pas afgelopen zaterdag over de bededen werden geplaatst, kon er toch al gestoken worden. Namelijk op het Lange Veld bij de telecomtoren in De Mortel. Daar lagen de bedden al sinds enige tijd onder minikoepeltjes van plastic. Een ingenieus verwarmingssysteem zorgde verder voor het juiste klimaat.Kleine tunnelbedden, van Dinther, De Mortel...

We aten de asperges op de meest simpele en traditionele manier, met ei, ham en goede boter. Dat doen we zo elk jaar met de primeurs. Op de smaak viel niets aan te merken, en op de prijs ook niet. Twaalf euro per kilo voor de top, zes euro voor de minsten. Let wel: het prijsverschil heeft niks van doen met de smaak. Het gaat slechts over het uiterlijk van de stelen.

© paul

De Boston Baked Beans van Loethe Olthuis…

Boston baked beans
Op een dag, toen Ellen nog kleine Elly was, deed ze een ontdekking die haar zeer verwonderde. Bij de buren schepte men het avondmaal op de borden en Elly mocht mee eten. Gewone kost was het; aardappelen, een stukje vlees en een grote schep bonen. Gewone Zuid-Hollandse bonen, geweekt en daarna gekookt, misschien met wat bonenkruid. Het bijzondere zat hem evenwel in de toevoeging: op elke portie peulvruchten kwam een ruime lepel keukenstroop. De buurkinderen gnotterden van plezier, maar Elly vond het eigenlijk maar niks, ze was geen zoetkauw. Terug thuis vertelde ze het voorval aan haar moeder. Die schudde slechts meewarig het hoofd; suiker gebruikte ze alleen in haar voortreffelijk gebak. Andere etenswaar opleuken met zoetigheid was dan wel geen hoofdzonde, een dagelijkse zonde was het zeker, ze had er totaal geen begrip voor.

Ik moest aan het voorval denken toen ik vorige week in de Volkskrant een verhaal en een recept las van Loethe Olthuis in de rubriek de Volkskeuken. Een recept uit de Verenigde Staten, uit Bosten. Ook dat gaat over bonen, en ook daar gaat een fikse hoeveelheid suikerstroop bij. Het is een recept uit de tijd dat suiker nog niet verborgen zat in allerhande etenswaar en dranken. Suiker was gewoon nog een extra koolhydratenleverancier, broodnodig als snelle verbrander voor hardwerkend volk. En Boston, Massachusetts was nu eenmaal begiftigd met een massa rietsuikermelassebedrijftjes (let op scrabbelaar, 27 letters).

Het recept stond me aan dus beloofde ik Ellen om het een keer te maken. Ze had zo haar bedenkingen, maar liet me verder m’n gang gaan. Ach je moet toch ooit wat proberen, nietwaar…

Het recept van Olthuis is geconstrueerd als hoofdgerecht voor vier tot zes personen. Ik  schreef het terug naar ons tweepersoonshuishouden (én scrabbelaar, nog eens 22). Verder volgde ik nagenoeg Olthuis’ werkwijze.

  • 150 gram citroenbonen,
  • 2 middelgrote uien,
  • 1 blik tomaten,
  • 2 blaadjes laurier,
  • 1 1/2 eetlepel scherpe mosterd,
  • 2 kruidnagels.
  • 5 eetlepels Zeeuwse keukenstroop,
  • 150 gram gerookt spek, in kleine blokjes,
  • 150 ml water,
  • zout en peper.

Week de bonen in koud water (zolang als soort of ras nodig heeft) en spoel ze daarna af. Verwarm de oven op 150 graden. Breng het water aan de kook en doe er de stroop, de mosterd en zout naar smaak bij. Laat alles goed mengen. Snijd intussen de uien in ringen. Leg de helft van de uien op de boden van een pan of pot met deksel. Drapeer hierop de helft van de geweekte bonen, samen met de kruidnagel en de laurier. Bedek de bonen met de helft van het spek en verdeel daarover de helft van de tomaten. Herhaal dit alles nog een keer. Tot slot gaat er de stroopsaus over. Sluit de pan af en zet hem in de oven. Na één uur draai je de temperatuur terug naar 120 graden. De bonenpot mag nu nog vijf uur stoven. kontroleer regelmatig of er nog voldoende vocht aanwezig is. Vul zo nodig aan met wat water. Het gerecht is klaar wanneer de bonen zacht en gaar zijn.

  • Ik gebruikte citroenboontjes, die hoeven slechts enkele uren te weken. Andere bonensoorten of -rassen dien je 8 uren in het water te laten staan (een nacht).
  • De citroenboontjes zijn ook iets eerder gaar dan de geplande 6 uren.
  • Loethe Olthuis eet bij dit gerecht grof bruin brood en een koolsalade, ik maakte er een lichte salade bij van snijbiet.
  • Een beetje minder stroop had ook best gekund, het hangt van je smaak af.

© paul

Stoofschotel van lam en groenten (restverwerking)…

lamsschenkel artisjok, restverwerking
De maaltijd van gisteren, met de lamsschenkeltjes, was zo overvloedig dat we een ruime portie overhielden. Ellen liet aan het eind van haar stukje weten dat onze maaltijd voor vandaag dan ook al vaststond.

Het kost nauwelijks werk om met het overschot een nieuwe maaltijd te bereiden. Allereerst wordt het vlees van het bot gehaald en in kleine brokjes gesneden. Vervolgens gaat het terug in de pan met groentesaus. Een flinke hand diepvriesdoperwten erbij en een stuk of zes kerstomaatje, in kwarten gesneden. Een  scheut water toegevoegd om aanbakken te voorkomen en de zaak kan worden verwarmd. Dat laatste dient met een beetje zorgvuldigheid te gebeuren om te voorkomen dat de schotel één grote brij wordt.

Enfin, een complete maaltijd werd het, en nog smakelijk ook. Een glas Barbera d’Asti erbij en een stukje Contékaas toe. En natuurlijk het notoire kopje espresso. Prima gegeten…

© paul

Puree van monstransboontjes…

Oogst 2015...

We gingen vandeweek op ziekenbezoek want Marleen zat al enige dagen in de lappenmand. Een gemeen griepje kluisterde haar al die tijd al aan de loveseat in de hoek van de woonkamer, ze zag bleekjes. Evengoed was ze blij met wat bezoek en het duurde dan ook niet lang of we zaten aan de kloostertafel in de keuken; Marleen schonk een goede borrel. Ook had ze intussen de laatste bonenopbrengst van afgelopen jaar uitgezocht. Toen we na enige uren dan ook huiswaarts keerden zeulden we twee tassen bonen mee, het quotum kwam boven op de hoeveelheid die we al in onze kelder hadden opgeslagen. We dienden naarstig te bedenken hoe we ons de komende tijd door die voorraad zouden werken.

Enfin, Ellen begon er voortvarend aan gisteravond. Ze weekte een kook monstransbonen (heilige boontjes) voor twee personen, 200 gram gedroogd gewicht. Twee uren stonden ze in het water, daarna werden ze gekookt, mét een sjalotje, mét een blaadje laurier en mét een paar dobbelsteentjes gerookt spek. Ze had het zo vaker gedaan met heilige boontjes en dat ging best. De bonen zouden na een goede anderhalf uur gaar moeten zijn. Dat waren ze echter niet, de kooktijd nam aanmerkelijk meer tijd in beslag.

Het is met bonen altijd wat. Hoe ouder ze zijn, hoe langer de kooktijd. Sommige rassen dienen een nacht geweekt om in een redelijke tijd te worden gekookt, andere kunnen toe met een weektijd van enkele uren. Er bestaan zelfs rassen die je helemaal niet vooraf in het water zet. Bedenk wel dat bonen die ongeweekt in de kookpot gaan anders van consistentie zijn dan voorgeweekte bonen In dit geval denkt Ellen dat de weektijd te kort was. Maar goed, die bonen wilden niet gaar worden en het werd al maar later, we barstten intussen van de honger. Ellen maakte dan maar een snel-klaar-alternatief met reuzenbonen uit blik. Het leverde een smakelijk gerecht op, daar niet van, maar we hadden ons een en ander anders voorgesteld. Toen we dan na de maaltijd aan ons kopje espresso zaten bleken de monstransboontje alsnog gaar. Nou ja…
bonenpasta

Enfin, die monstransbonen werden uiteraard niet aan het varken gevoerd. En zo zat ik dus vandaag met een kook koude bonen. Ik verzon een eenvoudige bonenpuree voor onze avondmaaltijd en ik ben heel tevreden met het resultaat. (Ellen wijst me er fijntjes op dat dit soort bonenpasta’s te vinden zijn bij Mevrouw Roden, bij Mevrouw Boon, en in elk kookboek dat de keukens van het Midden-Oosten behandeld. Ik geef het deemoedig toe. Je zult ze ook wel vinden in al die veggi-kookboeken die de laatste jaren zo populair zijn. Enfin…)

  • 200 gram gedroogde bonen,
  • 1/2 rode ui, gehakt,
  • 2 eetlepels aci biber salcasi of een andere peperpasta,
  • 2 tenen knoflook, gehakt,
  • 15 gram verse koriander, gehakt,
  • 2 eetlepels olijfolie.

Kook de bonen zoals hierboven beschreven en giet ze af als ze gaar zijn. Doe de bonen in een blender of keukenmachine, samen met de halve ui, de knoflook, de pepersaus, tien gram verse koriander en twee lepels olijfolie. Draai alles tot een mooie pasta. Je puree is nu klaar, je strooit er de resterende gehakte koriander over en dient hem warm op. Het is een prima bijgerecht bij een vlees- of vismaaltijd. Laat je bij het koken van de bonen het spek weg dan heb je een smakelijk vegetarisch gerecht. Koud is de puree ook lekker, bijvoorbeeld als dip op een stuk goed brood.

Ach, met zo’n maaltje voor twee komen wij natuurlijk nooit door onze voorraad, dat moge duidelijk wezen. Maar de Carnaval zit eraan te komen (en de after party!). En zo zijn er nog wel een paar gelegenheden waar grote potten bonensoep worden vereist. Nee, dat komt wel goed met die bonen…

© paul

Komkommersalade met fetakaas…

Komkommersalade met fetakaas...

Door de jaren heen hebben we nogal wat feta verbruikt, doorgaans om er salades mee te verrijken. Op enig moment raakte het gebruik van de kaas, die voorkeur, wat op de achtergrond om vervolgens voor een tijdje geheel uit onze keuken te verdwijnen. Dankzij een culinaire reis van de Britse televisiekok Rick Stein, een reis die zijn aanvang nam in Venetië en vervolgens via de Balkan naar Griekenland en Turkije voerde, werden wij herinnerd aan de wonderen die feta in een maaltijd kan betekenen. (De BBC zond de de reis afgelopen najaar uit onder de titel From Venice to Istanbul.)

Het duurde even voordat we weer de juiste kaas te pakken hadden, want er is een hoop te kiezen in de winkelschappen en smaak en kwaliteit willen nogal eens verschillen. De feta waar we nu voor kiezen komt uit Griekenland en wordt geproduceerd door een bedrijf dat luistert naar de naam Dodoni. De kaas smaakt zacht en mild maar doet tegelijkertijd vol aan. En hij is beslist niet te zout. Een gangbare verpakking weegt 150 gram en je betaalt er € 2,20 voor. Onder andere Albert H. heeft hem in het assortiment.

Bij ons verdwijnt de feta eigenlijk altijd in salades hoewel er nu en dan ook uit het vuistje van wordt gesnoept. De salade die we gisteravond aten is doodsimpel, supersnel te bereiden, erg lekker en breed inzetbaar. Het gaat als volgt: Schil een komkommer en verwijder eventueel de zaadlijsten. Snijdt de komkommer in blokjes en doe die in een kom of schaal. Halveer wat kleine tomaatjes, snijd een uitje in ringen en hak flink wat platte peterselie fijn. Voeg dat bij de komkommer. Maak een vinaigrette van goede olie en azijn en breng op smaak met peper en zout uit de molen. Giet de vinaigrette over de salade en schep goed om. Kruimel vervolgens de fetakaas over de salade en je bent klaar.

Wij aten de salade bij kip uit de oven. De salade vormde een heerlijke frisvolle begeleider van het gegrilde gevogelte. Erbij nog wat aardappelpuree en een glas fonkelende Rhônewijn. Wat wil een mens meer? Oh ja, een kopje espresso toe…

© paul

Guazetto di pesce e fagioli…

Guazetto di pesce e fagioli…
Het woord guazzetto vertalen valt me niet mee, ik kan er geen Nederlands woord voor vinden. Wat Italianen bedoelen met het woord is een sausachtige vloeistof waarin vlees, dan wel vis wordt gegaard. De basis van de saus is doorgaans tomaat en bouillon. Ik maakte op die manier gisteravond snoekbaars klaar. Met de hoeveelheden zoals ik ze geef bereid je het gerecht voor 3 personen.

  • 500 gram visfilet,
  • 2 tenen knoflook,
  • 1/4 theelepel chilivlokken,
  • 400 gram kerstomaatjes, gehalveerd,
  • 250 ml. witte wijn,
  • 250 gram cannellinibonen (uit blik, gespoeld en uitgelekt),
  • olijfolie,
  • handvol gehakte peterselie,
  • peper en zout.

Verhit de olie in een stevige pan. Laat de gesnipperde knoflooktenen op een matig vuur glazig worden. Doe de chilivlokken, de gehalveerde kerstomaatjes en de witte wijn erbij en laat het geheel zachtjes een klein kwartier pruttelen. Voeg nu de bonen toe en de peterselie en laat die op een zacht vuurtje een minuut of vijf meegaan. Maak de saus af met peper en zout.

Leg dan de visstukken op de saus en sluit de pan af met het deksel. Afhankelijk van de dikte van de filets moet de vis 10 à 15 minuten garen.

Serveer de vis, samen met de tomaten/bonensaus in een diep bord. Goed brood erbij maakt het gerecht compleet. Het gaat snel, is eenvoudig en geeft een superresultaat.

© paul

Scottiglia di Cinghiale, Italiaanse stoofpot van wildzwijn met San Marzano tomaten…

Italiaanse wildzwijnstoofpot
Het was een triestige, winderige dag gisteren; de Sinterklazen waaiden uit hun mantels, de Pieten van het dak en de laatste blaadjes van de bomen. Nadat we even met Jop naar de intocht van onze Sinterklaas gekeken hadden besloot ik de dag verder maar lekker binnen te blijven; op de bank met een mooi boek, kaarsjes aan en een heerlijk  geurende stoofpot op een zacht vuurtje.

Tijdens onze laatste herfstvakantieweek in Luxemburg heb ik flink wat voorraad ingeslagen voor de komende tijd. Bij de Cactus supermarkt verkopen ze wild, onder andere wildzwijn, gefokt in de Ardennen. En geloof me, die beesten hebben een beter leven dan de tamme fokbatterijvarkens hier in ons land. Het vlees is voor verkoop geproportioneerd in mooie, niet te kleine stukken. Ik kocht een aantal vacuüm verpakte porties van ongeveer 400 gram. Ik koop ze op de dag van vertrek en vries ze dan thuis snel in. Goed voor de herfstmaanden. Bij onze andere favoriete super, de Cora, was het Italiaanse week. Pasta’s, tomaten en Italiaanse wijnen waren in de aanbieding. Zo ook blikken tomaten van Mutti, ditmaal zelfs een superreclame voor blikken pomodoro San Marzano. De ‘gewone’ pomodori van Mutti zijn al erg lekker, de speciale pomodoro San Marzano zijn echt super. Ze zijn zoeter dan gewone tomaten, hebben minder zaden en zijn minder waterig. Je hebt echt een blik vol puur tomaat! Ze worden geteeld in de provincie Sarnese en alleen als ze daar vandaan komen krijgen ze een D.O.P. De aanschaf van twaalf halfliterblikken leek me een goed begin voor de herfst.

Dat alles vroeg dus om een Italiaanse stoofpot. Ik vond een recept in “Carluccio goos wild”, van Antinio Carluccio. Ik paste de hoeveelheden wat aan en veranderde een en ander, zoals dat gaat…

  • Voor twee of drie personen ( wij hielden nog een mooie portie over)
  • 425 gram wildzwijn, (van de bout of andere mooie stukken voor ragout) in flinke dobbelstenen gesneden
  • wat bloem
  • olijfolie
  • 1 flinke ui, fijngehakt
  • 1 stengel bleekselderij, in kleine stukjes gesneden
  • 1 wortel in kleine stukjes gesneden
  • 2 tenen knoflook, geplet en gehakt
  • 1 laurierblad
  • 1 kleine Spaanse peper, het zaad verwijderen en in dunne reepjes snijden
  • 1 glas rode wijn
  • 1 blik tomaten, liefst San Marzano,de tomaten fijnhakken
  • 1 takje verse rozemarijn
  • peper en zout
  • wat fijn gehakte platte peterselie

Verhit de olie in een stoofpan met dikke bodem. Haal de stukken vlees door de bloem en schud overtollige bloem eraf. Braad de stukken in de olie rondom mooi bruin aan. Doe er dan vervolgens ui, knoflook en Spaanse peper bij en bak ze even mee. Dan de wortel en selderij toevoegen en even zachtjes laten stoven. Voeg glas wijn toe, roer de aanbaksels los en laat de alcohol even verdampen. Doe er dan de tomatenpulp bij en het laurierblad. Doe de deksel op de pan en laat het vlees een paar uur heel zachtjes stoven. Voeg vlak voordat het vlees klaar is de rozemarijn en peterselie toe en breng verder op smaak met peper en zout. Geef er pasta bij, bijvoorbeeld Papardelle of mooi grof brood of, eet er zoals wij deden, verse Spätzle bij.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Boerenkool in de Morvan…

Boerenkool in de Morvan...
Het zal je niet ontgaan zijn dat Boerenkool helemaal hip is. Er wordt over gepraat, gefacebookt, getwitterd en geblogd dat het een aard heeft. Wetenschappelijk onderzoek naar de helende effecten van de groente en een paar aanbevelingen van de Raad voor de Gezondheid hebben er zeker toe bijgedragen dat iedereen het er nu over heeft, maar populair was de groente in ons land altijd al; ieder van ons is er mee groot geworden…

Ook in de Verenigde Staten en in Canada wint de groente snel aan populariteit naar het schijnt. En in delen van Europa wordt de Boerenkool (opnieuw) geïntroduceerd.

In Frankrijk was Boerenkool nooit zo bijzonder populair, maar de liefhebber kon hem altijd wel vinden. Chou frisé noemden ze hem van oudsher. Maar wie schetst onze verbazing: in het land dat zich erop laat voorstaan dat ze hun taal puur houden, dat ze anglicismen actief verwijderen en germanismen uitbannen, in dat land nu troffen we Boerenkool aan. Ergens in de groentekist lag ook nog een prijskaartje met Chou frisé erop, maar Boerenkool moest het zijn…

Toen Ellen bijgekomen was van haar verbazing en snel een foto van het fenomeen maakte schoot het mevrouwtje van de marktkraam toe. Ze kon het woord weliswaar niet uitspreken, maar wel probeerde ze ons te overtuigen van de gezondheidskwaliteiten, de smaak en andere bijzondere eigenschappen van de groente. (Alsof wij overtuigd dienden te worden, maar ach, dat kon zij dan weer niet weten…)

Enfin, het blijft intrigerend: hoe komt dat woord in Frankrijk verzeild geraakt. En vooral ook: waarom is men het gaan gebruiken. Men had toch zelf allang een naam voor de groente. We zullen er wel nooit achter komen…

Een en ander speelde zich af in de overdekte markthallen van de stad Autun, hartje Bourgondië. Of de Chou frisé op veel Franse plaatsen Boerenkool heet hebben we niet kunnen controleren. Indien je iets weet over het raadsel horen we dat graag van je…

© paul

 

Pittige burgers van borlottibonen…

pittige bonenbugers
Bonen, bonen, bonen… Ik had teveel bonen gekookt en zocht recepten voor de restverwerking maar kon eigenlijk niets vinden waar ik blij van werd. Er wordt opvallend weinig geschreven over bonen. Hoog tijd dat het nieuwe boek “Bonen”, van Joke Boon in de winkels komt.

Goed, dan maar zelf iets bedacht. Ik maakte een bonenpasta en besloot daar een soort koekjes, burgers van te vormen en die te frituren. Alleen bonen is een beetje saai dus ik gaf ze flink wat pit en om er wat structuur aan te geven, ik verwerkte er kleine blokjes chorizo door. Het resultaat was een smakelijk lunchgerecht.

  • voor 6 burgers
  • 450 gram gare borlottibonen
  • 2 sjalotten fijngesneden
  • 1 teen knoflook fijngesneden
  • 1 flinke koffielepel biber (verkrijgbaar in Turkse winkels, of anders harissa of sambal, pas dan de hoeveelheid aan)
  • 60 gram chorizo in piepkleine blokjes gesneden
  • wat citroenrasp
  • 1 eidooer
  • om te frituren
  • 1 losgeklopt ei
  • bloem
  • paneermeel
  • olie

Doe de bonen met de sjalotten, de knoflook en de biber in de blender en draai er een gladde pasta van. Roer eidooier, citroenrasp en de blokjes chorizo erdoor. Vorm snel platte burgers en haal die door bloem, ei en paneermeel. Bak de burgers ongeveer 3 minuten in de hete olie. Wat augurkjes erbij, kopje espresso toe. Een prima lunch!

© ellen

Ovenschoteltje met borlottibonen

ovenschoteltje met borlottibonen
Paul schreef het al; wij zijn helemaal in de bonen! Groninger pronkbonen, Soldaatjes, Citroenboontjes, Heilige boontjes, Borlottibonen en de exotische Hidatsa bonen. Dit weekend maar eens begonnen met een eenvoudig ovenschoteltje met Borlottibonen en chorizo. Ik wist even niet meer precies hoelang de bonen moesten koken dus zocht ik recepten in o.a. De Zilveren lepel. Dat viel tegen, de aanbevolen kooktijden variëren zo dat ik er niets wijzer van werd. Het ene boek adviseert 2 uur koken, het andere 3 uur en weer en ander volstaat met 1 uur. Zoek het maar uit dus. Ik besloot gewoon maar zelf te testen en af te wachten wanneer de bonen gaar zouden zijn. Ik zette de bonen een nacht in de week in koud water. Ik gebruikte 250 gram droge bonen, veel te veel voor ons tweetjes, maar goed, de rest komt wel op. Ik wilde de bonen eten met gegrilde kwartelpootjes, maar de bonen waren zo snel gaar dat het vlees nog niet klaar was en de bonen koud werden. Een ovenschoteltje was dus de oplossing.

  • 250 gram gedroogde Borlottibonen, een nacht laten weken in koud water
  • 2 sjalotten
  • 3 blaadjes salie
  • een scheutje olijfolie

Zet de bonen op met de salie, sjalotten en olijfolie. Breng ze aan de kook en breng de temperatuur terug zodat de bonen heel zachtjes garen. Onze bonen waren in precies één uur gaar. Deze bonen waren wel heel vers, net geoogst en gedroogd. Dat zal ongetwijfeld uitwerking hebben op de kooktijd. Zeer waarschijnlijk moeten ‘oudere’ bonen langer koken. Ik gebruikte geen zout tijdens het garen. De meningen zijn hierover verdeeld. Er zijn mensen die beweren dat de bonen stug worden als je zout gebruikt tijdens het garen. Er zijn ook mensen die zeggen dat het niets uitmaakt. Ik weet het  niet maar nam het zekere voor het onzeker, er zijn nog bonen genoeg over om dat eens uitgebreid te testen.

Goed, na dat uur waren de bonen al gaar en de rest van het eten nog niet, dus maakte ik een ovenschoteltje.

  • 400 gram gare borlottibonen
  • 100 gram chorizoworst in blokjes gesneden
  • 2 sjalotjes, in fijne ringetjes gesneden
  • 2 tomaten, in blokjes
  • een handje zwarte olijven
  • 1 pepertje, fijn gesneden, zonder zaad
  • olijfolie, peper en zout.

Schik alles in een mooie schaal. breng op smaak met peper en zout. Besprenkel met wat olijfolie en zet de schotel 20 minuten in een voorverwarmde oven op 180 graden.

Erbij gegrilde kwartelpootjes en een mooi glas rode wijn. Kopje espresso toe.

© ellen.