Druivenoogst en een mooi brood; Schiaccia con l’uva.

Druivenbrood (Schiaccia con l'uva)...

Paul was er even druk mee; het oogsten van onze druiven in ons kleine achtertuintje verrast ons steeds weer. Het lijkt allemaal niks, maar we plukken ieder jaar toch weer kilo’s druiven van die paar struiken. Ik maakte al eens gelei, jam, en sap van de druiven. Dit jaar heb ik al zoveel jam gemaakt dat dat geen optie was. En, eerlijk gezegd, ik had er gewoon even geen zin in. Paul besloot de druiven dan maar te schenken aan Café Ruis, hier in ons dorp. Ze stoken, helemaal legaal overigens, prima drankjes van fruit. Kweeperen, goudrenetten, druiven, pruimen… alles wordt verwerkt tot prima destillaten. Onze druiven zullen samen met nog meer druiven uit het dorp verwerkt worden tot Grappa! Een mooi doel dus. In totaal gingen er 30 kilo druiven naar café Ruis om verstookt te worden tot grappa, ongeveer 5 kilo snoepten we zo op en verwerkte ik in twee grote druivenbroden. Een rijk oogstjaar!

IMG_4550

Schiaccia con l’uva (Druivenbrood):

  • 400 gram bloem 00
  • 7 gram droge gist (1 zakje)
  • 300 ml lauw water
  • 2 eetlepels  + 2 eetlepels olijfolie en een beetje om de vorm in te vetten
  • 1 theelepel zout
  • 800 gram blauwe druiven
  • 100 gram fijne suiker
  • een ronde vlaaivorm, 30 cm doorsnee

Los de gist op in het water. Zeef de bloem, voeg het zout en de olie toe en schep even om. Giet dan het gistmengsel bij de bloem en kneed tot je een mooi samenhangend deeg hebt. Zet het deeg dan, afgedekt met folie of een vochtige doek op een tochtvrije warme plek en laat het ongeveer anderhalf uur rijzen tot je het dubbele volume hebt.

Vet het bakblik goed in en verdeel de helft van het deeg over de bodem. Verdeel de helft van de druiven over het deeg en bestrooi met de helft van de suiker. Leg daarop de tweede helft van het deeg en verdeel de rest van de druiven erover. Bestrooi met de rest van de suiker en druppel er wat olijfolie over. Bak het druivenbrood in een voorverwarmde oven op 180 graden  ongeveer 45 minuten.

Een prima manier om de eerste geoogste druiven te verwerken.

Je kunt het brood warm of koud eten,  lekker met een kopje espresso erbij.

© ellen.

IJs met Guinness, Stout ijs…

IMG_9918

Weer terug van vakantie, de dagen worden weer korter, tijd om met vrienden om de tafel te zitten, vakantieverhalen uit te wisselen en bij te praten over wat er zoal in de wereld gebeurt. De lampen gaan weer eerder aan, de kaarsen kunnen weer op tafel zonder dat ze meteen ombuigen van de hitte… Bijna herfst. Ik moet eerlijk zeggen dat ik alweer een beetje zin heb in een regenachtig seizoen, kou, kachel aan…

Het menu voor ons etentje stond al bijna vast. Wegens wat kaakproblemen van één van de gasten zou het allemaal een beetje ‘zacht’ moeten worden. Niet teveel kauwen, dat is lastig met een gemaltraiteerde kaak. Soep, puree, vis, zachte groente… dat lukt allemaal. Dan nog een dessert, voor een bierliefhebber… Ik vond een mooie foto van ijs met Guinness. Leuk die prachtige foto’s van Instagrammensen. Heel enthousiast tonen ze foto’s van gerechten die ze zelf nog nooit gemaakt hebben. Ze linken gewoon even door en… plemp er nog een paar reclames tussendoor… hup, klaar…

Een mooie foto van ijs met Guinness leverde een speurtocht op naar een niet bestaand recept. Tja, zelf maken dus. Ik nam als basis mijn eigen recept voor chocoladeijs. Ik had ergens gelezen dat melkchocolade en Guinness een ideale combinatie zou zijn. We dronken een glas en proefden er een blokje melkchocolade bij, tja, wel lekker. Combineert goed.

Verder dus met het experiment, aangepast aan mijn ijsmachientje:

  • voor vier personen:
  • 2 eidooiers
  • 1 heel ei
  • 100 gram bruine basterdsuiker
  • lepeltje honing
  • 200 ml Guinness of andere Stout
  • 150 melkchocolade in fijne stukjes gehakt
  • 200 ml room

Klop de dooiers, het hele ei, de suiker, de honing en het bier in een metalen kom mooi schuimig. Verwarm de vloeistof vervolgens al kloppend au bain marie tot je een mooie cremige, gebonden massa hebt. Zet het vuur uit en roer de stukjes chocolade door de warme creme zodat ze langzaam oplossen. Laat de creme vervolgens afkoelen in een koudwaterbad. Klop de room in een andere kom lobbig. Spatel de room voorzichtig door de afgekoelde creme.

De bekers van het ijsmachientje uit de diepvries halen en de creme in ongeveer 20 minuten tot een mooi ijs draaien. Bewaar het ijs tot gebruik in bakjes in de diepvries. dek het ijs af met folie om cristallen te voorkomen.

Een waarlijk Stout ijsje…

Kopje espresso toe!

© ellen.

Mokkasorbet

IMG_9301

Ik ben niet zo van de ijskoude drankjes bij warm weer. Veel drankjes leveren smaak in door ze te sterk te koelen en, erger nog, verwateren door teveel klonten ijs. Op dit soort snikhete dagen drink ik liever een kopje loeisterke hete espresso. Een paar keer zo’n opkikkertje tussendoor is voor mij prima, vocht aanvullen doe ik wel met koel, niet ijskoud, bronwater of gewoon kraanwater. Niks mis mee.

Natuurlijk is een lekker ijsje ook niet te versmaden en sinds ik vorig jaar het ijsmachientje herontdekte maak ik regelmatig zelf ijs. Je kunt dan ook zelf bepalen hoeveel suiker je gebruikt. Ik vind het ijs uit de winkel meestal veel te zoet. Ik maak graag ijs van verse vruchten met toevoeging van weinig suiker en een beetje honing. Kleinzoon Jop vindt het heerlijk; een ijsje eten bij oma als hij warm uit school komt.

Vandaag had ik zin in grote-mensen-ijs. Sorbetijs gemaakt met loeisterke koffie. Omdat in dit recept ook melk wordt gebruikt noemt men deze ijssoort ook wel sherbet.

  • 250 ml espresso of zéér sterke koffie
  • 65 gram suiker
  • 25 gram ongezoete pure cacaopoeder
  • een snuifje zout
  • 1 eetlepel honing of glucosepoeder
  • 100 ml volle melk

Roer suiker, honing, zout en cacaopoeder door de nog hete koffie. Roer tot alle suiker is opgelost. Koel de vloeistof in een ijskoud waterbad. Als de massa goed koud is de melk erdoor roeren.

Giet de vloeistof in de ijsmachine en draai er ijs van. Dit duur ongeveer 20 tot 30 minuten. Schep het ijs in diepvriesbakjes en zet die in de diepvries. Haal het ijs ongeveer 15 minuten voor het serveren uit de diepvries zodat de smaken zich mooi kunnen ontvouwen. Serveer met een koffieboontje en een blaadje chocolademunt.

© ellen.


Gevulde, gefrituurde courgettebloemen

Gefrituurde courgettebloem met vulling van mozzarella...

Dat wilde ik nu al heel lang eens uitproberen; gefrituurde courgettebloemen! Het kwam er maar niet van. Hier in ons dorpje Gemert is er geen groentenjuwelier die zoiets verkoopt en in Luxemburg waar de bloemen in keurige doosjes in de winkel te koop worden aangeboden heb ik geen tijd, of geen inspiratie of wat voor excuus dan ook. Bij een bezoek aan een tuincentrum hier in de buurt een paar weken geleden stonden er tussen de bakken met kruidenplanten ook wat courgetteplantjes en ik bedacht nu maar eens eindelijk mijn voornemen waar te maken; gefrituurde bloemen, dat moest gebeuren. Ik kocht twee plantjes voor één euro per stuk, dat was te doen. Het waren bovendien niet van die gewone ‘groene’ maar het plaatje bij de plant beloofde gele courgettes, ofwel gele zucchini. Mooi! Thuisgekomen planten we één courgette in de volle grond, tussen de rozen (wij hebben geen moestuin, wel wat kruiden) en één plant in een flinke bloempot.

Bloeiende courgette...

Ik moet zeggen het spul groeide als kool (sic) en vandaag kon ik dan ook een zestal bloemen oogsten. Ik zocht allerlei recepten maar eigenlijk komt het allemaal zo’n beetje op hetzelfde neer; vullen met mozzarella en ansjovis, in een papje dopen en dan frituren. Klinkt simpel maar het was nog een heel gefriemel. De stampertjes moeten eruit, die zijn bitter schrijft men. Dat is nog een lastig klusje, je moet de bloem niet beschadigen. Een advies uit het boek van Frans en Karin Munsters, “Fratello & Sorella”, is om in de bloem te blazen zodat hij helemaal opengaat. Eigenlijk moet ik ‘zij’ zeggen, er zitten aan één struik mannelijke en vrouwelijke bloemen. De vrouwelijke bloemen daar groeien de courgettes uit, ik plukte ze met al een mooie aanzet tot een piepkleine vrucht. De mannetjesbloemen verdorren… Door mijn onhandig gepruts met de eerste bloemen kwam ik er één te kort en gebruikte dan maar één mannetjesbloem. Dat gaat ook.

Gefrituurde courgettebloem met vulling van mozzarella...
  • Voorgerecht voor twee personen:
  • 6 courgettebloemen, de stampertjes verwijderen
  • 3 ansjovisfilets, een halve per bloem
  • 6 stukjes mozzarella
  • zonnenbloemolie om te frituren
  • 6 eetlepels bloem
  • koud bier (pils)

Verhit de olie in een pan. Blaas voorzichtig in de bloem en vul ze met een stukje mozzarella en een halve ansjovisfilet. Sluit de bloem door de punt voorzichtig dicht te draaien. Maak een mooi beslag, niet te dik en ook niet te dun. Doop de gevulde bloemen daarin en frituur ze in de hete olie tot ze aan alle kanten goudbruin zijn. Laat ze uitlekken op keukenpapier en serveer ze warm.

Wij vonden het een succes! Een verrassende smaak, prima voorgerecht! Ook de piepkleine courgettes smaakten prima. Een oplossing voor moestuinbezitters; Je krijgt altijd véél teveel courgetttes, dus een goeie manier om er eens iets anders mee te doen. Ik denk dat wij van deze twee planten nog wel een paar keer de bloemen kunnen oogsten en ook nog wel een paar kleine courgettes kunnen eten.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Abrikozen-lavendel sorbetijs

Abrikozen-lavendelsorbet...

Het is hier op dit moment 37 graden in de schaduw *), je begrijpt lezer dat dit geen temperaturen zijn om ingewikkelde recepten uit te proberen. Wij hangen de hele dag een beetje lui in de schaduw met een mooi boek en drinken sloten water. Toen ik de weersvoorspellingen voor de komende dagen hoorde besloot ik in ieder geval alvast wat ijs te gaan maken. Ik maakte onder andere sorbetijs, dus zonder room en eieren. Sorbet van abrikozen met lavendel en sorbet met aardbeien *). De vruchten worden niet gekookt dus je eet echt puur vers fruit, met toevoeging van wat suiker en honing.

Ik maakte het ijs met behulp van een eenvoudig ijsmachientje. Het kan ook zonder. Schep de sorbet dan in een ruime vriesdoos, zet die in de vriezer en schep regelmatig om.

  • Voor ongeveer 1 liter sorbetijs:
  • 500 gram mooie rijpe abrikozen
  • 150 gram fijne suiker
  • 150 ml water
  • 2 eetlepels honing
  • wat citroensap
  • 5 druppels lavendelolie

Was de abrikozen, halveer ze en verwijder de pit. Maal ze samen met 50 gram van de suiker in de blender tot een gladde pulp.

Verwarm de rest van de suiker met de honing en het water en laat dit inkoken tot een mooie suikerstroop. Laat de suikerstroop afkoelen. Meng dan met de staafmixer de suikerstroop door de abrikozenpulp. Voeg naar smaak wat citroensap toe en de lavendelolie.

Laat de massa nu in de ijsmachine draaien tot het bevroren is en schep het ijs in vriesdozen. Haal het ijs even vóór het gebruik uit de diepvries. Ik hield een beetje ijs apart om voor Jop ijslollies te maken. Je kunt daarvoor allerlei handige vormpjes kopen.

Abrikozenijsje van oma...

Smakelijk, en wij zijn wel toe aan een kopje espresso, héérlijk met dit warme weer.

*) dat was vanmiddag, de temperatuur is nu nog maar 33 graden…

*) je kunt de aardbeiensorbet op dezelfde manier maken, vervang de abrikozen door aardbeien.

© ellen.

Kip Marengo

IMG_9187

Vriend Jan zou komen eten en ik besloot dat ik kip wilde klaarmaken. Kip is altijd goed, je kunt er alle kanten mee op, mits je een fatsoenlijke kip hebt natuurlijk. En dat is in ons dorp niet zo simpel. Onze grootgrutter heeft alleen tijdens feestdagen biokip, de rest van het jaar verkopen ze alleen biologische kipdelen maar die vind ik niet zo smakelijk. De Sligro biedt dan uitkomst, wel een paar Foodmiles extra maar goed. Paul had intussen andere plannen, hij wilde nog een keer langoustineolie maken maar kon geen langoustines vinden. Onze vaste vishandelaar op de markt heeft ze bijna nooit, zoeken op de site van de Sligro en Hanos leverde ook niets op. Onder het mom van ‘Ik zál ze vinden’ zocht Paul dus heel het internet af en ja hoor, een vishandel in Waalre bood langoustines te koop aan. Nog even gebeld voor alle zekerheid of ze echt… Ja meneer, die hebben we op voorraad. Dus wij hup in de auto naar Waalre, gelukkig ontsnapten we nét aan de enorme file rond Eindhoven en vonden rap de mooie viswinkel. Prachtige waar, dat moet gezegd, maar duur, dat wel. Paul betaalde voor een kilo langoustines € 42,-. Phoe, niet niks, maar ‘Als je die olie koopt is het ook duur‘, aldus Paul. Konden we meteen even bij de Sligro in Eindhoven een Kemperkip kopen. Tja, en wat lag daar in het schap? Juist, dozen vol langoustines, prima kwaliteit en voor minder dan de helft van het bedrag dat we bij de sjieke vishandel betaald hadden. Auww! Ook dozen vol rivierkreeftjes voor een paar euro… Nou ja, de kip was in de reclame, dat dan weer wel. We kochten nog maar een doos rivierkreeftjes, allemaal extra voor de olie.

IMG_9154

Thuis kookte Paul de langoustine zoals voor zijn recept nodig was en lagen de beestjes op de aanrecht af te koelen om verder verwerkt te worden. Wat doe je met het vruchtvlees van de langoustines? Oh, dat gebruik ik verder niet, het gaat om de schaal. Nou ja, gekker moet het niet worden… Natuurlijk kan je ze lekker oppeuzelen, met een kloddertje zelfgemaakte mayonaise maar ik zocht naar een deftiger toepassing voor de dure schaaldiertjes en opeens schoot me een gerecht te binnen waarin zowel kip als langoustines of rivierkreeftjes verwerkt worden; Kip Marengo, dat zou het worden! Over het verhaal achter de Kip Marengo zal ik nu maar even niet verder uitweiden,
iets met Napoleon en eten na een veldslag… Paul schrijft er nog wel over als zijn olie klaar is.

  • Voor vier personen
  • 1 flinke biologische kip, in 8 delen gesneden (als je dat moeilijk vind, vraag de poulier)
  • boter
  • 3 uien, fijngesneden
  • 2 tenen knoflook, fijngesneden
  • 1 doosje champions, in vieren gesneden
  • 2 á 3 flinke, rijpe tomaten, in blokjes gesneden
  • 1 lepel bloem
  • 1 glas cognac
  • 1 glas witte wijn
  • 250 ml room
  • peper, zout, nootmuskaat
  • Het vlees van 1 kilo rivierkreeftjes of langoustines

Wrijf de kip in met peper, zout en wat nootmuskaat. Verhit de boter en braad daarin de kipdelen mooi bruin aan. Haal ze uit de pan en leg ze even apart. Bak dan in dezelfde pan de champignons bruin en voeg daarna de uien en knoflook toe en dan de tomatenstukjes. Roer de bloem door het mengsel. Flambeer met de cognac en blus af met de witte wijn. Voeg dan de room toe en wat kleine stukjes van de schaaldieren. Bewaar de grotere stukken voor de garnering. Laat de kip dan op een laag vuur langzaam garen in ongeveer 1 tot 1 1/2 uur. Serveer de kip met flink wat saus en garneer met de kreeftenstaartjes of langoustines. Geef er gewoon simpel brood bij en eventueel een salade.

Kopje espresso toe.

*) de foto boven dit artikel maakte ik vandaag met de rest van de kip en wat vlees van rivierkreeftjes.

© ellen.


Bearnaisesaus

Entrecote met bearnaisersaus...

Er zijn van die dingen die je altijd nog eens zou willen maar om de één of andere reden komt het er maar niet van. Zo ben ik gek op bearnaisesaus maar ik had deze saus nog nooit zelf gemaakt. Bij onze zuiderburen is een flinke biefstuk of entrecôte met bearnaise een echt ‘zondags’ gerecht. In veel restaurants staat de steak bearnaise op de kaart en meestal is die saus dan ook zelfgemaakt. Natuurlijk kan je de saus in potjes kopen maar dat lijkt er niet echt op. Zelf maken dus en al lijkt het ingewikkeld, het valt allemaal best mee. Je begint met het maken van de zogenaamde gastrique, een mengsel van wijn, azijn en kruiden. In Belgie was\ is de gastrique zelfs gewoon in flesjes te koop. Ik herinner me flesjes met een prachtig ouderwets etiket. Maar zelf maken is niet moeilijk en wat je over hebt kun je in de koelkast of vriezer bewaren.

  • gastrique:
  • 300 ml droge witte wijn
  • 150 ml natuurazijn of dragonazijn
  • een flinke bos verse dragon
  • 2 sjalotten, fijngesneden
  • 10 zwarte peperkorrels, geplet

Doe alle ingrediënten in een pan en laat dit tot de helft inkoken. Zeef het mengsel en bewaar het in een fles.

Bearnaisesaus...
  • Voor de bearnaisesaus:
  • 4 eidooiers
  • 3 á 4 eetlepels gastrique
  • snuifje zout
  • lepeltje water
  • 250 gram geklaarde, gezouten boter
  • 2 eetlepels verse dragon, fijngehakt
  • 1 eetlepel verse kervel, fijngehakt
  • wat citroensap, eventueel nog wat gastrique

Neem een sauspan en klop daarin de eidooiers los met de gastrique een snuifje zout en een beetje water. Klop op een laag vuur tot je een schuimige massa hebt zodat het ei langzaam gaart zonder dat het klontert. Haal de pan van het vuur en voeg er met kleine beetjes de geklaarde boter bij terwijl je blijft kloppen. Als alle boter opgenomen is roer je de kervel en de dragon door de saus. Breng verder op smaak met wat citroensap of wat gastrique. Serveer de saus lauwwarm.

Een waarlijk hemelse saus, alsof er een engeltje over je tong piest… Met een heel pakje boter, jawel Boter!

Kopje espresso toe!

© ellen.

Gravad lax of Gravlax met mierikswortelsaus

Gravad lax of Gravlax...

Wij hebben genoten van heerlijke, zonnig Paasdagen. Eerste Paasdag verstopten en zochten we Paaseieren met kleinzoon Jop en lunchten we daarna met Frambozenbroodjes en Flammenkuechen. Tweede Paasdag genoten we van de bijna traditionele Champagnebrunch met vrienden. We aten asperges en ham, Bourgondische slakjes en champignons met kruidenboten, ik bakte een taartje met Epoisses kaas en appel en Gravlax met mierikswortelsaus. De Gravlax maakte ik al eerder maar ik heb het recept nog nooit beschreven. Een mooi gerecht voor feestdagen, je maakt het twee dagen van te voren klaar en hebt er weinig werk aan. Je kunt de gravlax eten als voorgerecht maar ook als hoofdgerecht, geserveerd met gekookte nieuwe aardappeltjes. Vraag de vishandelaar om twee mooie, gelijke stukken gefileerde zalm met vel.

  • voor 6 tot 8 personen
  • 2 zalmfilets van ongeveer 600 gram, met huid
  • een flinke bos verse dille, fijngehakt
  • 100 gram grof zeezout
  • 75 gram witte suiker
  • 2 eetlepels gestampte witte peperkorrels

Leg één van de zalmfilets op de huid op een stuk huishoudfolie. Meng de dille met het zout, de gestampte peperkorrels en de suiker en schep het mengsel over de zalm. Leg de tweede filet er bovenop met de huid naar boven. Wikkel de folie strak om de vis en leg hem in een passende schaal. Leg een iets kleinere schaal op de vis met een gewicht erop. Zet de vis nu twee dagen in de koelkast en draai de vis elke 12 uur om. Serveer de vis bijvoorbeeld met mierikswortelsaus:

  • 2 theelepels geraspte mierikswortel
  • 2 theelepels geraspte ui
  • 1 theelepel dijonmosterd
  • 1 theelepel fijne suiker
  • 2 eetlepels wittewijnazijn
  • een beetje zout en peper
  • 200 ml room.
Vijzel, peper, dille, mierikswortel...

Klop de room lobbig. Roer de rest van de ingrediënten door elkaar en schep het mengsel vervolgens door de room. Proef en breng verder op smaak met peper en zout.
Roer alle ingrediënten behalve de room door elkaar. Haal de vis uit de marinade en snijd hem in dunne plakken. Schik de plakken op de borden en serveer met de saus.

© ellen.

Dorade met peterselieolie…

Dorade met peterselieolie...

De zus van Vriend Jan is haar keuken aan het verbouwen en een keuken verbouwen geeft altijd een hoop ongemak. Ze kan een aantal dagen in ieder geval niet koken en Vriend Jan besloot zijn zus en zwager dan maar eens te verwennen en hen tijdens de verbouwing uit te nodigen om bij hem thuis te komen eten.

Aan de vrijdagmiddagborreltafel hadden we het er over; “Wat zal ik eens klaarmaken? Ik wil iets bijzonders bereiden maar het moet niet al te ingewikkeld zijn en het moet iets zijn met vis”, aldus Vriend Jan. Nou, simpeler dan een dorade uit de oven kan het eigenlijk niet. En dus kregen zus en zwager dorade voorgeschoteld naar recept van het Ministerie. Vriend Jan stuurde ons een foto en appte dat het gerecht prima gelukt was. Fijn! En zo kregen wij ook zin om weer eens dorade te eten en stond er gisteren dus dorade op ons menu.

De vissen van Ans en Jan...

Ik koop dorades op de markt, ik koop altijd de hele vis, dus niet gefileerd. Dorades zijn vrij makkelijk op het bord te fileren en zo’n hele vis ziet er mooi uit op tafel. Reken voor flinke eters op een kleine dorade per persoon. Wij zijn niet zo’n grote eters en hebben aan één flinke dorade samen genoeg. Ik geef je het recept voor vier personen.

  • voor vier personen
  • 4 kleine dorades, schoongemaakt en geschubd, met kop
  • olijfolie
  • peper en grof zout
  • 8 schijfjes citroen
  • 12 blaadjes laurier
  • en voor de peterselie-olie
  • een flinke bos platte peterselie
  • 120 ml olijfolie
  • een kneepje citroensap
  • peper en grof zout.

Verwarm de oven vóór op 180 graden. Strooi peper en zout in de buikholte van de vissen en stop er twee schijfjes citroen in. Maak drie inkepingen in elke dorade en stop daarin een laurierblad. Wrijf een ovenschaal in met wat olijfolie en schik daarop de vissen. Druppel nog wat olie over de vis en zet ze zo 25 minuten in de voorverwarmde oven.

Neem een flinke handvol platte, verse peterselie. Verwijder de steeltjes en hak de blaadjes grof. Doe het blad samen met 125 ml van de allerbeste olijfolie en wat zeezout en peper in de keukenmachine en meng tot je een mooie gladde saus hebt. Voeg eventueel wat citroensap toe. Je kunt deze olie in een afgesloten pot ongeveer een week in de koelkast bewaren.

Wij aten er aardappelpuree bij en een groene salade.

Kopje espresso toe.

*) foto 2, © Vriend Jan

© ellen.

Zoetzure sardientjes

Zoetzure sadientjes...

Op Facebook kwam deze week een oude herinnering voorbij van een mooi gerecht dat ik eigenlijk alweer vergeten was; zoetzure sardientjes. Er werd vrijwel meteen op gereageerd door Piet. Hij schrijft “De combinatie van zoet-zuur-sardientjes lijkt mij helemaal niet kunnen, maar ik wacht met spanning op het recept.”

Nou Piet, je bracht me op een idee! Nog maar eens die sardientjes! Wij vinden deze combinatie heerlijk en aten er nog maar eens smakelijk van. Het is wel even werken maar dan héb je ook wat…

Gebruik voor dit recept niet al te kleine, mooie verse sardientjes. Serveer ze als antipasti, tapas of als voorgerecht.

  • 1 kilo sardines, geschubd, schoongemaakt en  in ‘vleugeltjes gesneden’ *)
  • wat bloem
  • 2 eetlepels olijfolie om de sardines te bakken
  • 1 eetlepel olijfolie om de uien in te bakken
  • 500 gram rode uien, in dunne schijfjes gesneden
  • 60 gram fijne suiker
  • 60 gram geschaafde amandelen
  • 75 gram rozijnen
  • 60 ml witte wijnazijn

Bestrooi de sardines met peper en zout, bestuif ze met bloem. Verhit de olie in een grote koekenpan en bak de sardines in porties goudbruin aan beide kanten. Laat ze uitlekken op keukenpapier en schik ze dan op een grote schaal.

Verwarmde olie en fruit daarin de uien ongeveer 8 minuten op een laag vuur. Roer de suiker, amandelen en de rozijnen erdoor. Roer tot de suiker opgelost is. Voeg dan de azijn erbij en roer nog een minuut. Schep het mengsel over de sardines en laat ze afkoelen. Zet ze minstens 24 uur in de koelkast. Bestrooi voor het opdienen royaal met grof gemalen zout en peper.

sardines


Tot dusver niet moeilijk, lijkt allemaal een fluitje van een cent, maar… het schoonmaken, schubben en in vleugeltjes snijden is een lastig klusje. Je zou het aan de vishandelaar kunnen vragen, maar ik weet niet of die bereid is om zo’n pietepeuterig werkje te doen voor een kilo sardientjes. Gewoon even de kiezen op elkaar en werken dus! Na het vijfde sardientje ga je er al handigheid in krijgen!

*) Verwijder met een schelp of met een mesje zoveel mogelijk van de schubben, voorzichtig om de huid niet te beschadigen. Snijd met een scherp mes de buikholte open van de aars tot de kieuwen en verwijder de ingewanden. Snijd de kop eraf.Leg de visjes plat op de snijplank met het vel naar boven. Masseer de ruggengraat door de huid (daardoor komen de graten los van het vlees. Snijd de rugkant in en neem de ruggengraat en de graten die eraan vastzitten eruit. Even werk, maar dan héb je ook iets lekkers!

© ellen.