Bourgondische Paaslunch; Tarte á L’Epoisses et aux pommes, Taartje met Epoisses kaas en appeltjes.

pasen 2014  lunch

Het is door de jaren heen een traditie geworden; de Paasbrunch met Champagne. Dit jaar moest Paul werken tot tweede Paasdag en we besloten er maar een Paaslunch van te maken zodat Paul eerst nog een paar uurtjes kon slapen. Ik had dit jaar geen puf om allerlei broodjes te bakken of ingewikkelde dingen klaar te maken. Simpel dus, voor negen mensen en niet al teveel werk. Met de wandelaars in gedachten maakten we er een Bourgondische lunch van. Escargots in kruidenboter en voor de twee dames die slakken een beetje eng vinden, champignons, ook in kruidenboter. Daarna een heldere kippenbouillon met verse tuinkruiden gevolgd door gegratineerde asperges. Als slot een taartje met Epoisses kaas, een traditioneel Bourgondisch gerecht. Ik gebruikte het boekje “Recetttes de Bourgogne”, van Gerald Carpentier.

  • Het taartje is voor 6 tot 8 personen.
  • Voor het deeg
  • 250 gram tarwebloem
  • beetje zout
  • 125 gram boter
  • 1 eidooier
  • 50 ml water
  • voor de vulling
  • 3 eieren
  • 5 dl crème fraiche
  • 1 geraffineerde epoisses á 250 gram
  • 2 goudrenetten
  • 100 gram gekookte ham
  • zout, peper en geraspte nootmuskaat

Maak een kuiltje in de gezeefde bloem. Voeg zout, water, eidooier en de klontjesboter toe en kneed er een mooi soepel deeg van. Laat het deeg onder folie een uurtje rusten in de koelkast. (ik maakte, om niet alles tegelijk te hoeven doen, het deeg een dag van tevoren. Dat gaat ook prima)
pasen 2014  lunch
Verwarm de oven voor op 200 graden. Klop voor de vulling de eieren los en roer de crème fraiche erdoor. Snijd de kaas, de appelen en de ham in kleine blokjes en roer ze door het eimengsel. Breng verder op smaak met zout, peper en nootmuskaat. Rol het deeg uit tot een dunne lap en bekleed daarmee een ingevette vlaaivorm, doorsnee 26 cm. Prik wat gaatjes in de deegbodem en schep het kaasmengsel erin.

Bak de taart 5 minuten op 200 graden. Draai dan de temperatuur terug naar 180 graden en bak nog 30 minuten. Serveer de taart warm.

Een heerlijk taartje! Zelfs degenen die niet zo van deze sterk smakende kaas houden vonden het erg lekker. De combinatie met de appeltjes is heel mooi.

Kopje espresso, dat kwam er niet van gisteren. Toe een glaasje advocaat met slagroom.

© ellen.

 

La Vache qui rit…

la vache qui rit

Tegen het einde van de zestiger jaren van de vorige eeuw kwam ik voor het eerst in aanraking met Franse en Franstalige striptijdschriften. En hoewel Kuifje en Robbedoes als weekblad gewoon verschenen in het Nederlands, vond ik ze als de Franstalige uitgaven Tintin en Spirou zoveel aantrekkelijker, zoveel exotischer. Mijn ULO-frans volstond beslist niet om de volle inhoud van de tekst te ontcijferen, maar dat mocht de pret niet drukken. Ik kon af en toe enkele exemplaren aanschaffen. Niet opeenvolgend, ik had maar af te wachten wanneer er zich weer een kansje voordeed om wat losse nummers te scoren. Ik vond het best. Het meest verzot was ik op het blad Pilote. De verhalen daarin leken zoveel meer volwassen. Het waren de verhalen die mondjesmaat ook verschenen in het Nederlandse stripblad Pep.

Het moet in Pilote zijn geweest dat ik voor het eerst kennis maakte met La Vache qui rit. Helemaal in stripstijl gepresenteerd. Ik stelde me er iets waanzinnig lekkers bij voor.

Ik kende wel van die kaasblokjes uit het kerstpakket van mijn vader, en ook op feestjes verschenen ze steeds vaker als voorzichtige borrelsnack. Maar dat waren hele gewone dingen. Ze heetten Gouda of ERU (bestond dat eigenlijk al?). Maar die konden het toch nooit halen bij die Lachende Koe, dat wist ik zeker.

Het probleem was evenwel dat ik die Franse kaasjes nooit tegenkwam. Ze waren in ons dorp niet te krijgen, en of ik er nu zo heel veel moeite voor heb gedaan om ze van elders te betrekken betwijfel ik. Het was veel meer een mooie gedachte dat er iets verschrikkelijk lekkers bestond, dat alleen ik kende. Welliswaar niet van smaak, maar toch van naam. Mijn dorpsgenoten lazen geen Pilote! Wisten zij veel… (Wist ik veel?!)

Het heeft nog jaren geduurd voordat ik La Vache qui rit voor het eerst proefde. En dat de blokjes nu zoveel beter smaakten dan het Nederlandse equivalent durf ik niet te beweren. Maar de betovering bleef. Kwestie van een overdosis nostalgie. Ik heb daarna alle kaaspuntjes afgezworen. Ik bezondig me alleen nog aan die Lachende Koeien.

De kaas is ontwikkeld in de Comté, zo rond 1921. Het was de eerste echte smeerkaas ooit! De illustratie op het van oorsprong spanen doosje is van Benjamin Rabier en stamt uit 1922. Intussen wordt de kaas over de hele wereld geproduceerd. En in allerlei vormen. Maar die romige puntjes blijven voor mij toch de enige echte, vooral die met ham.

We hebben ze tegenwoordig nog zelden in huis, die kaasjes. Ik kan er namelijk niet afblijven en het gevaar dat ik me eraan vergrijp en me overeet is niet denkbeeldig. Gelukkig ontdekten de Kids van Eupotours de romige driehoekjes. Ik ga dan maar bij hen op bezoek en laat me mondjesmaat verwennen.

© paul

Venkel met gorgonzola…

venkel met gorgozola

Op een of andere manier beschouw ik venkel, en ik bedoel dan knolvenkel, altijd als vergeten groente, terwijl ik hem toch volop zie liggen op de markt. En ook onze super-om-de-hoek heeft hem eigenlijk altijd in het assortiment. Kennelijk is het bij hele volksstammen een populaire groente, maar onttrekken de eters zich aan mijn gezichtsveld…

Ook beklaagde ik me in het verleden een paar keer over het feit dat ik zo weinig originele recepten kon vinden voor deze, toch overheerlijke, groente. Enfin, intussen dien ik mijn mening daarover ook een beetje bij te stellen. Tik in onze zoekmachine (rechterbovenhoek, aan de kop van deze site, bij search) het woord venkel in en je krijgt er zomaar gratis een stel. En er zal beslist nog een en ander volgen.

Laat er geen misverstand over bestaan, de allerlekkerste, meest goddelijke en zó gemakkelijk te bereiden manier is en blijft de beproefde Gesmoorde Venkel

Het hier beschreven recept is min of meer een bedenksel van Ellen, eenvoudig, smaakvol en voedzaam. Het recept volstaat als hoofdgroente voor twee personen, als voorgerecht voor vier.

  • 2 venkelknollen,
  • 150 gram gorgonzola,
  • scheut room,
  • boter,
  • peper en zout.

Halveer de knollen en snijdt (alleen bij grote knollen) het harde hart aan de onderkant weg. Kook de venkel beetgaar in gezouten water. Beboter een ovenschaal en leg de uitgelekte halve knollen daarin. Giet er de room over en bestrooi de venkel met de in blokjes verdeelde gorgonzolakaas. Peper uit de molen en op elke halve knol een klontje boter. Geen zout, de venkel was al gekookt in zout water, en ook de kaas bevat zout. Schuif de schaal in het midden van de op 180 graden voorverwarmde oven. Na 20 à 25 minuten is het gerecht klaar.

We aten er gegrilde lamskarbonades bij en gekookte aardappeltjes. (Heerlijk prakken in de room-kaas-groente-saus!)

© paul

 

Rigatoni met kool en fontina uit de oven

ragatoni met kool
Paul schreef deze week over het boek “La cucina della mamma”. Hij maakte een heerlijk schoteltje met bonen en vis uit het boek. Het boek bleef op de keukentafel liggen en toen ik gisteren niet goed wist wat-nu-weer-eens-uit-te-proberen zag ik al bladerend een heleboel mooie recepten die nog wel eens wil maken. Omdat we op zaterdag altijd wel gasten aan tafel hebben zocht ik een recept uit dat makkelijk te vermenigvuldigen is. Zaterdag reken ik meestal op 8 personen; Het Kind en vriend Andy, De Jongste Bediende en Marleen, de Keizer van Monera en wie er zo toevallig langs komt schuiven aan. Ik probeer om iets bijzonders te koken dat we nog niet eerder gegeten hebben, hoewel ik nu en dan ook in herhaling verval. Sommige gerechten zijn nu eenmaal echte Evergreens zoals Nasi goreng met saté of Hachis Parmentier. Dit gerecht leek me een soort Italiaanse Hachis Parmentier; makkelijk te maken, goedkoop, snel en iedereen lust dit. Bovendien nog vegetarisch ook. Wat wil een mens nog meer! Snel naar de markt om kool te halen en Fontinakaas. Helaas was er geen  Fontina te koop op de markt maar de kaashandelaar bood ons een alternatief. We proefden een kaas uit hetzelfde gebied. Fontina komt uit de Valle d ‘Aosta, de kaas die we proefden komt uit het grensgebied Italië Oostenrijk. De smaak was prima, misschien iets zachter, milder, dan Fontina, maar goed te gebruiken als alternatief. Het recept vermeldt dat je als alternatief voor Fontina ook een andere goede smeltkaas kunt gebruiken, bijvoorbeeld Gruyére of Raclette.

Ik geef de hoeveelheden zoals ze in het boek zijn beschreven, ik gebruikte van alles het dubbele. Reken erop dat je, ook voor vier personen, twee grote pannen nodig hebt.
ragatoni met kool

  • 60 ml olijfolie
  • 1 kleine ui, fijngehakt
  • 2 teentjes knoflook, fijngehakt
  • 6 blaadjes salie
  • 300 gram droge korte pasta bijvoorbeeld rigatone of penne
  • 250 gram bloemige aardappelen in kleine blokjes gesneden
  • 400 gram savooie kool in kleine reepjes gesneden
  • 150 gram Fontina in dunne plakjes
  • 75 gram versgeraspte Parmezaanse kaas

Verwarm de olie in een kleine koekenpan en fruit daarin de ui zachtjes aan . Voeg de knoflook en de salieblaadjes toe en bak nog 1 minuut. Zet de pan apart.

Kook de pasta in een grote pan met gezouten water bijna gaar. Giet de pasta af en vang het kookvocht op in een andere pan.Spoel de pasta af met koud water. Breng het kookvocht in de tweede pan weer aan de kook en kook daarin de aardappelblokjes in een minuutje of 7 bijna gaar. Doe de pasta in de pan met de aardappelblokjes en voeg de kool toe. Roer tot de kool begint te slinken. Giet af maar bewaar een klein beetje van het kookvocht. Roer het ui, knoflook en salie door het pastamengsel.

Schep de helft van de massa in een ingevette ovenschaal en beleg met de helft van de plakjes Fontina en de helft van de geraspte Parmezaanse. Dan de rest van de pasta erop scheppen en de beide kazen. Flink peper en zout erover en een beetje van het kookvocht. Dek de schaal af met folie en bak het gerecht 20 minuten in de voorverwarmde oven op 160 graden. Haal de folie eraf en bak nog even onder de gril om de bovenkant een mooi kleurtje te laten krijgen.

De Keizer van Monera moest gisteren vroeg naar huis maar  Het Kind en vriend Andy, de Jongste Bediende en Marleen, Bram en Marja, Paul en ikzelf waren heel tevreden. Dit smaakt naar meer! De carnivoren onder ons misten wel het vlees, maar een keertje zonder kan echt geen kwaad!

Geen espresso toe maar wijn, rood en wit het kan allebei!

© ellen.

 

 

 

Brie de Melun…

Brie de MelunSamen met de Brie de Meaux vormt de Brie de Melun de enige echte. Alle andere Brie is brie. Iedereen mag een briekaasje produceren, wereldwijd. Maar slechts Brie de Meaux en Brie de Melun hebben recht op het AOC keurmerk van de Franse staat. (Plus een paar kaasjes, direct geliëerd aan bovenstaande M & M.)  Die uit Meaux vind je regelmatig bij ons, voor die uit Melun moet je wat dieper speuren. Het is evenwel een van de lekkerste kazen die ik ken. En het is Ellens absolute nummer één.

Ik schreef een goede acht jaar geleden, ook in januari, al eens een artikeltje over échte brie. En daar staat zo ongeveer alles in wat ik kwijt wil over de kaas. Je vindt het artikel HIER…

© paul

Nostalgie op Blue Monday; varkenshaasje met zuurkool en gorgonzolasaus

zuurkool, een varkenshaasje en saus van gorgonzola

Tja, ik heb er persoonlijk niet zo’n last van die Blue Monday, maar het is een gegeven, lees Twitter en Facebook en dan we hebben vandaag een opkikker nodig, dat is wel duidelijk.

Een opkikkertje dus vandaag en tegelijk nou maar eens een recept uit de ‘oude doos’. Een leuk initiatief van Els, van website ‘Eetlust’; zij was haar oude kookboeken aan het doorlezen en besloot een aantal van de hele ‘oude recepten’ nog eens uit te voeren. Dat sprak mij wel aan, goed idee, ga ik ook doen… Vervolgens ontbrak me de tijd om nou weer eens echt in die oude boeken te duiken en was ik het hele plan alweer bijna vergeten… tot ik vandaag besloot dat de diepvries ook weer eens wat leeggemaakt moest worden. Ha, daar lag nog een prima biologisch varkenshaasje van de Sumiranboerderij. Eigenlijk heel nostalgisch zo’n varkenshaas; wie eet dat nog gewoon gebraden? Er was een tijd dat dit stukje varken als heel sjiek werd benoemd, dat at je met Kerst of andere bijzondere feestdagen. Een beetje saai ook zo’n varkenshaas; weinig vet, dus weinig smaak. Smaak moet je zelf toevoegen. Varkenshaas heeft, wat mij betreft, altijd een flinke saus nodig, room, pikant, veel peper…

In de koelkast lag ook nog een mooi stuk Gorgonzola en ik was te lui om verse groenten te gaan kopen, dus resultaat; varkenshaas met gorgonzolasaus en zuurkool, want zuurkool hebben we gewoon zelf in de kelder, handig! Beetje vreemd, maar bijzonder lekker.
zuurkool, een varkenshaasje en saus van gorgonzola

Braad de varkenshaas langzaam rondom bruin en laat even zachtjes doorgaren. (tijd is afhankelijk van dikte grootte enzovoorts, voel of het vlees nog meegeeft… en bedenkt welke garing je wilt. Ik houd niet van helemaal gaar, een beetje rosé mag wel.) haal het vlees uit de pan en laat het onder folie even rusten.

  • Saus:
  • 1 sjalot, heel fijngesneden
  • lepel boter
  • klein lepeltje bloem
  • wat bouillon
  • scheutje room
  • 75 gram gorgonzola in kleine stukjes gebrokkeld
  • peper, zout en wat vers gehakte peterselie

Verwarm de boter en smoor de sjalot snippers daarin lichtbruin. Voeg de bloem toe en smoor even zachtjes mee. Voeg een paar lepels bouillon toe, een scheut room en de gorgonzolastukjes. Laat alles langzaam aan de kook komen en maak de saus af met peper, zout en wat vers gehakte peterselie.

Samen met de eigengemaakte zuurkool en een paar gekookte aardappelen was dit een mooie maaltijd!

Kopje espresso toe!

© ellen

Pompoensoep met Bleu d’ Auvergne

pompoensoep

Een donkere, druilerige dag was het vandaag, ik had weinig zin om na de zaterdagboodschappen nog iets te ondernemen dus besloot ik maar een simpele pan soep te maken. Herfstsoep, heet, pittig, goed tegen een opkomende verkoudheid. Gemaakt met zo’n echt Herfstding… De Pompoen.

Voor een flinke pan soep:

  • 1 pompoen
  • 3 tenen knoflook
  • 1 theelepel vers geraspte gember
  • 1 theelepel komijn
  • 1 rode peper, zaadjes verwijderen en in hele fijne reepjes snijden
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 2 aardappelen in kleine blokjes gesneden
  • 1 rijpe soeptomaat, het vel eraf en in kleine blokjes snijden
  • 100 gram Bleu d ‘Auvergne in kleine blokjes gesneden
  • 1500 ml bouillon
  • voor de decoratie nog wat verbrokkelde stukjes van de kaas
  • verse basilicum

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Hak de pompoen in parten en verwijder de  zaden en het vezelige gedeelte van het vruchtvlees. Snijd de pompoen in stukken van ongeveer 2×2 cm.

Meng de knoflook, chilipepers, gember en komijn door de olijfolie. Schik de stukken pompoen en de blokjes tomaat in een ovenschaal en schep er het olijfolie-mengsel over. Zet de schaal in de voorverwarmde oven en laat de pompoen in ongeveer 20 minuten garen. Schep af en toe een keer om.

pompoensoep

Verwarm intussen de bouillon en kook daarin de aardappelblokjes gaar. Doe nu de pompoenstukken bij de bouillon en laat ze nog even zachtjes garen. Pureer dan alles met de staafmixer tot een gladde massa. Voeg de blokjes kaas toe en wat basilicum. Verwarm tot de kaas gesmolten is.

Schenk de soep op de borden en bestrooi met nog wat blokjes kaas en basilicum. Geef er knapperig stokbrood bij.

Kopje espresso toe!

© ellen.

 

Zelfgemaakte ravioli met ossenstaartvulling

ravioli

Ik zat wat te bladeren in “Made in Italy” van Giorgio Locatelli en kwam terecht bij zijn recept voor ravioli met ossenstaartvulling. Dit recept staat al heel lang op mijn lijstje van ‘nog eens te maken gerechten’. Toen ik het recept van Locatelli nog eens goed doorlas stuitte ik op een aantal onbegrijpelijke handelingen. Het is in het boek ook meer een verhaal dan een duidelijk recept. Ik besloot er mijn eigen versie van te maken, met dank aan het idee van Locatelli!
Dit is wel een recept voor als je veel tijd hebt; het is even werken maar dan heb je ook iets heel lekkers op je bordje!

  • 500 gram ossenstaart in stukken van 5 cm
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 2 grote sjalotten, fijngesneden
  • 3 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • 2 middelgrote wortels, in kleine blokjes gesneden
  • 2 eetlepels tomatenpuree
  • 1 glas droge witte wijn
  • een bosje salie en een paar takjesrozemarijn, samengebonden
  • ongeveer 1 liter ontvette bouillon
  • wat gehakte platte peterselie
  • 50 gram geraspte Parmezaanse kaas
  • 1 ei
  • peper en zout

Verhit de helft van de olijfolie en smoor daarin de ui, wortel en knoflook 10 minuten. Neem een andere pan en verhit de rest van de olijfolie. Bak daarin de stukken ossenstaart rondom bruin. Voeg de groenten erbij en smoor nog even mee. Giet er de witte wijn bij en laat alles even inkoken. Dan de tomatenpuree erbij en het bosje rozemarijn en salie. Giet er bouillon over tot alles bijna onderstaat en laat de stukken staart zo in ongeveer 1 1/2 uur gaar stoven.

Maak intussen pasta van 400 gram pastameel 00, drie eieren en een eidooier. (bewaar het wit om de ravioli mee dicht te plakken).

pasta

Haal de stukken staart uit de saus en pluk het vlees van de botjes. Velletjes en drelletjes verwijderen (hond is er blij mee). Vis de kruiden uit de saus en gooi ze weg. Schep de helft van de groenten uit de pan en mix ze samen met de stukjes vlees in de foodprocessor tot een grove massa. Doe er een ei bij en de Parmezaanse kaas. Breng verder op smaak met peper en zout. De vulling is nu klaar.

Steek rondjes uit de pastavellen van ongeveer 6 cm doorsnee en leg daarop een volle theelepel vulling. Sluit af met een tweede rondje waarvan je de randen met eiwit bestreken hebt en druk ze goed dicht. (kortste zin in dit recept maar hiermee ben je dus wel even bezig. Aanbevolen; een goed programma op de radio of een luisterboek. Ik luisterde naar Harmke Pijpers die het boek ‘Ontregelde geesten’ van Douwe Draaisma voorlas. Ideaal zo’n luisterboek bij dit soort klusjes!)

De saus goed ontvetten. Dat gaat het beste door met vellen keukenpapier het vet op te deppen. Neem een paar keer schoon keukenpapier en laat het vet opzuigen. Voeg dan nog wat bouillon toe en laat de saus even inkoken tot sausdikte. Breng op smaak met peper en zout en wat peterselie. (Gebruik hiervoor goed dik keukenpapier, niet die dunne van de aanbieding. dun keukenpapier neemt bijna geen vet op en scheurt snel).

Gaar de ravioli in ruim kokend, gezouten water in 5 minuten. Schep ze op de borden en giet er wat saus over. (Eigenlijk zou je de saus in een ruime pan moeten doen de ravioli erbij, even omscheppen en opdienen maar mijn pan was niet groot genoeg)

Heerlijk! De moeite waard!
Toe espresso met een stuk pruimentaart.
© ellen.

Zelfgemaakte spinazieravioli

zelfgemaakte spinaziepasta
Het was een rommelig weekje, ik moest werken op mijn vrije dagen en had vrij op een dag dat ik normaal werk. Ik werkte ook een halve dag en dan blijven er van die rare tussenuren over, te kort om echt iets te ondernemen, te lang om helemaal niets te doen. Meestal experimenteer ik dan maar wat in de keuken. Zo maakte ik woensdag maar weer eens zelf pasta. Ik vind dat altijd een prettig klusje waar je lekker bij kan wegdromen. Heel onthaastend! Ik wilde dit keer ook groene pasta en gebruikte spinazie om de pasta te kleuren en extra smaak te geven. Met de vulling van ravioli kun je eindeloos variëren; verschillende soorten kaas, vlees of vis. alles is mogelijk. Dit keer maakte ik een vegetarische vulling  met spinazie, ricotta en Parmezaanse kaas. Erbij een saus met pittige gorgonzola.

Voor de pasta;

  • 300 gram pastameel
  • een snuifje zout
  • drie eieren (bewaar één eiwit om de ravioli mee vast te plakken).
  • 2 eetlepels spinazie, even geblancheerd. Heel goed uit laten lekken  en dan heel fijn hakken.

Kneed eierdooiers, zout, spinazie  en pastameel door elkaar tot je een mooie deegbal hebt en laat die even rusten onder folie. Verwerk/kneed het deeg dan verder in de pastamachine of rol het met de hand uit tot een mooie dunne lap.

  • Maak de vulling van:
  • 250 gram spinazie
  • 200 gram ricotta
  • 2 eidooiers
  • 150 gram vers geraspte Parmezaanse kaas
  • wat zout, peper en nootmuskaat

De spinazie even blancheren in kokend water en goed uit laten lekken. Druk het vocht er zoveel mogelijk uit en hak de spinazie fijn. Meng dan alle ingrediënten tot een zalvige massa.

  • en voor de saus;
  • 1 sjalot zeer fijngesnipperd
  • 1 klein klontje boter
  • scheutje witte wijn
  • 100 gram gorgonzola
  • een flinke scheut room
  • vers gehakte platte peterselie
Verwarm de boter en laat daarin de sjalotjes even uitzweten. Blus af met de witte wijn en laat inkoken. Giet er de room bij en breng langzaam aan de kook. Brokkel de gorgonzola in de room en laat de kaas smelten. Breng de saus verder op smaak met peper, en eventueel wat zout. Kook de saus nog even wat in en strooi er wat vers gehakte platte peterselie over.

Maak pastadeeg en steek er rondjes uit met een doorsnee van 7 centimeter. Leg op ieder plakje deeg een lepeltje van de vulling. Bestrijk de randen met losgeklopt eiwit, en leg er een rondje deeg op. Druk de randen goed aan en leg de ravioli op een schone doek.

zelfgemaakte spinaziepasta

Kook de ravioli in ruim water ongeveer 5 minuten. Ze zijn gaar als ze boven drijven! Schep ze met een schuimspaan uit de pan en leg ze op voorverwarmde borden. Giet er wat van de saus over en dien snel op.

Geef vooraf een mooie groene salade met tomaatjes.

Kopje espresso toe.

© ellen.

kaasje in wijnblad…

roosteren

Wanneer je te weinig brandstof gebruikt heb je een probleem. Dus gooi je maar wat extra briketten, hout of houtskool op het stookrooster van je grilpot. Het zou zonde zijn wanneer je kostbare vlees hitte en tijd moest ontberen door je zuinigheid. 

Toch jammer denk ik dan altijd weer aan het eind van de maaltijd. Staat die pot daar te gloeien alsof het niks is. Er zou nog best een maaltje op geroosterd kunnen worden.

De laatste jaren lossen we een en ander op door te zorgen dat er altijd een paar rode uien klaarliggen. Of knoflook in een jasje van aluminiumfolie. Of een paar bananen. Zo heb je toch nog lol van dat nagloeien. En een aantal van die zaken zijn ook later, of de dag daarop, prima als bijgerecht of toegerecht. Nu de druivenstokken weer volop in blad staan is het de moeite waard om het kunstje met de verpakte kaas weer uit de kast te rukken.

Het vergt enige oefening, maar dan heb je ook wat. Zo’n gesmolten kaasje uit het blad lepelen is een genotvolle bezigheid. Een geweldig toetje, dat is het. In dit geval gebruikten we stukjes Comté, maar bijna alle andere kaas van kwaliteit is te verwerken. Als je ze maar goed verpakt…

Ellen beschreef de vouwkunst al eerder: klik hier en ook hier

© paul