Kruidige aardappeltjes met saffraan, paprikapasta en tomaat

aardappeltjes met saffraan

Vandaag heb ik voor het eerst sinds veertien dagen weer een stukje gelopen. Naar buiten, samen met Paul en Hond Max! Blij toe, ik was het echt spuugzat om op de bank te zitten. Het ergste van niet-mobiel zijn is wel dat je volkomen afhankelijk bent van wat anderen met alle liefde voor jou bedenken… Eten, drinken, je lievelingsboek dat nèt op de niet bereikbare plaats ligt… grrr.

Dank aan alle lieve vrienden en vriendinnen die net op het goede moment met boeken bloemen en goeie verhalen op bezoek kwamen! En vooral dank aan Paul, voor zoveel geduld… Ik weet het, ik ben géén voorbeeldpatiënt…

Hoog tijd om ook weer zelf iets lekkers klaar te maken; saffraanaardappeltjes, dit keer met een forse lepel paprikapasta, lekker pittig!

  • Voor vier personen:
  • 1 kilo kleine aardappeltjes
  • 1 flinke rodde ui, in dunne ringen gesneden
  • 3 tenen knoflook, fijngehakt
  • 1 eetlepel Biber (paprikapasta in pot, verkrijgbaar bij Turkse winkels)
  • 3 grote rijpe tomaten, in blokjes gehakt
  • een plukje saffraandraadjes
  • 1 glas witte wijn
  • zeezout en peper
  • een handje zwarte olijven
  • olijfolie.
  • versgehakte peterselie

Verwarm de olijfolie en fruit daarin de uienringen en knoflook licht aan. Doe de paprikapasta erbij en smoor nog even zachtjes. Voeg de tomatenstukjes en de saffraandraadjes toe. Schep een paar keer goed om en doe de wijn erbij. Laat het mengsel nu even inkoken. Voeg dan de aardappeltjes bij de saus en giet er zo veel water over dat de aardappeltjes net onderstaan. Breng alles weer aan de kook, zonder deksel, en laat koken tot de saus weer dik en glad is en de aardappeltjes bijna gaar zijn. Voeg de olijven toe en laat nog vijf minuutjes doorsudderen zodat de olijven hun smaak kunnen afgeven. Strooi er tenslotte wat versgehakte peterselie over.

Wij aten er een biefstukje bij en wat gesmoorde bleekselderij.

En , natuurlijk; espresso toe.

© ellen.

De Guinness van Terrence, ‘n beetje Iers, ‘n beetje Vlaams…

Ik lag te slapen, boven. Ellen was nog steeds gekluisterd aan de bank, beneden. Dus toen de voordeurbel overging opende het Kind min of meer namens ons de deur. Op de stoep stond Terrence. Hij had een karton bier in zijn hand, Guinness. Hij dacht al wel dat ik sliep, en nee, hij had geen tijd om binnen te komen… Of het Kind dat bier aan Sleeping Beauty wilde doen toekomen.

Beleefd als ze is nam het Kind de gulle gaven aan. Wel schoot het even door haar brein: Welke Ier, het zij ingeburgerd dan wel authentiek, staat zomaar vrijwillig zijn Guinness af? Is er misschien iets mis mee?

Laat ik er geen misverstand over bestaan: Terrence is een gastvrij man. Ik weet dat, ik heb feesten mee mogen maken in hullie huis, niemand kwam ook maar het geringste tekort…

Nee, het zit anders. Het gaat over het bier. Over de policy van de Guiness brouwerij. Die hebben namelijk al heel lang geleden besloten om elke markt in de wereld op zijn of haar wenken te bedienen. De Indiase markt, de Afrikaanse markt, de Thaise markt, de Chinese markt, en ook de Belgische. Altijd gebrouwen at Saint James’ Gate in Dublin.

Voor onze contreien  betekende het dat ze ergens aan het eind van de negentiende eeuw een speciaal Guinness bier gingen brouwen voor ene meneer Martin, van oorsprong Engelsman, maar ook kleine brouwer en bierhandelaar in Antwerpen. Aangepast aan de smaak van België-fin-de-siécle brouwden ze een zwaar stout. Dat viel in de smaak, en dat doet het nog steeds.

Ik ben gek op dat Stoutbier. Hoog alcoholgehalte (7%), zo bitter dat je wangen onwillekeurig naar binnen puilen en een lange afdronk waarbij de smaak van laurierdrop nog tijdenlang in je mond blijft hangen. Bier dat oogt zo zwart als de nacht…

De meeste Ieren hebben daar niks mee. Zij houden van hun Guinness van de tap. Mild, tikje hop, bittertje, 4,8 % alcohol, niet te overdreven. En vandaar: Terrence heeft niks met dat Belgische Guinness.

Enfin,… de gulle gaven werden natuurlijk in dank geaccepteerd. Ik dronk een paar flessen bij de eerst volgende gelegenheid. Ik diepte er zowaar mijn half-a-pint glas voor op uit de kelder. Enig decorum is me niet vreemd…

En nu ik erover nadenk schiet me een enorme blunder door mijn hoofd. Guinness en Oesters, die moordcombinatie… Ik probeerde dat uit met het Belgisch Guinness en ik vond het niks. Terwijl het hele gedoe natuurlijk gaat over Oesters met het originele Ierse Draft…

Stom, stom, stom…

 

Zondagochtend…

rodenbach 005

Ik mag mijn nachtdienstnachten graag afsluiten met enige alcoholica. Thuis gekomen doe ik mijn notoire rondje met hond Max; het beest moet ook wat. Ik installeer me vervolgens achter de kachel met een krantje, een boek en stemmige muziek. En ik drink wat. Het kan bier zijn of een degelijke borrel. Wijn kan ook, het liefst droge witte. De tijd tussen kwart-over-zeven (dan ben ik afgewerkt) en kwart-voor-tien (dan ga ik naar bed) is me heilig. Ik lees wat, ik luister wat, maar uiteindelijk vind ik mezelf terug, mijmerend. De mooiste dingen bedenk ik, maar ook de beroerdste, elke dag weer.

Onze huiskamer is niet afgeschermd door vitrage, plakstrips of een anderszins obstakels. Je kunt altijd gewoon binnenkijken. Het geeft wel eens verwarring, die rare dagindeling van overdag slapen en ‘s nachts de kost verdienen. Bezorgde passanten spreken Ellen aan (nooit mij!). Of ze wel weet dat haar eega, steun en toeverlaat,des ochtends zich al te buiten zit te gaan aan grote kelken tripel, roemers wijn, bellen cognac, enzoverder enzovoort. En gaat het wel goed met ons? En dat er ook een AA in onze regio actief is…

Een keer ben ik persoonlijk aangesproken door een passant. Maar dat was een gekend discipel van Bacchus, die zoop zijn hele leven al. Hij dacht z’n drinkmaatje voor de ochtenden gevonden te hebben. Ik heb hem vriendelijk, doch straf de deur gewezen. Nooit meer iets van de man gehoord, leeft hij nog wel?

© paul

Van Engelse roos en wondroos…

Kijk ik nu naar buiten dan zie ik slechts een paar fludders aan de struiken. Nog maar een goede week geleden prijkten er op die plaats een paar van de mooiste rozen die onze tuin dit jaar voortbracht. Deze hier heet Gertrude Jekyll. Het is een Engelse roos, ontwikkeld door David Austin en genoemd naar de tuinarchitekte met voornoemde naam.

Het lijkt voor dit jaar een beetje gedaan met onze rozen hoewel sommige driftig nieuw blad ontwikkelen. De Compassion maakt nog verse knoppen, zo ook dat moedige roosje achter in de hoek (we zijn de naam vergeten…). Een paar milde novemberweken en we hebben weer een bloeiende tuin!

Van die andere roos, die wondroos, geef ik je geen foto. Dat geeft geen pas! Gisterenochtend werd de kwaal als zodanig gediagnostiseerd op de huisartsenpost in het Elkerliek te Helmond. Intussen speelt Ellens leven zich af tussen bed en bank. Andere mogelijkheden zijn uit den boze. De ontsteking nestelde zich in haar rechter voet en maakt haar volkomen immobiel, lopen is te pijnlijk. Zelfs een stukje schrijven voor Het Ministerie behoort niet tot de mogelijkheden, het is fysiek gewoon niet te doen. Uitgeschakeld voor een dag of tien, zo luidt de prognose. Je zult het dus voorlopig met mij moeten doen lezer.

Ellen leest het ene boek na het andere, ze wisselt die bezigheid af met een spelletje Wordfeud op het Tablet. Ik drentel er maar wat omheen, wat moet ik anders? Enfin…, ik heb de beste fles wijn uit ons keldertje opgediept. Een Barolo uit 2006. Ik ga dadelijk sucadelappen van het Angusrund stoven. Met een overdaad aan paddenstoelen. Je moet toch wat, en het is waarlijk troosteten…

© paul

 

 

 

 

Tweede jeugd?!

null

De Wintertijd is begonnen. Na een extra lange wacht werken ( de klok werd afgelopen nacht per slot één uur terug gezet) besloot ik om vanochtend de korte ronde te lopen met hond Max. Het had gevroren, alles knisperde. De blaadjes lagen kniehoog in de Gemeentetuin. In schakeringen van geel tot bloedrood. Rijp glinsterde op de gazons.

Hond Max sleepte zich door de afgelopen zomer als de bejaarde die hij zo zoetjes aan begon te worden. Hij vond het niks, hij hoefde niks. Maar nu de temperaturen daalden leek zijn belangstelling voor de dagelijkse wandelingen weer toe te nemen. En toen dan vanochtend de temperatuur onder het vriespunt bleef steken liep het beest zich aan te stellen als een jonge pup. Zo’n ADHD mormel, acterend alsof de wereld van hem is. Zo’n snotneus die het beter weet, zijn eigen weg wel zoekt, die zelf bepaalt waar of er gewandeld wordt. Zo een die vergeten is dat hij het hele jaar door luisterde naar de commando’s van zijn baasjes. Die nu in al zijn vermeende onschuld zijn heer-en-meester drie keer laat roepen, en hem dwingt tot beschamende stemverheffing. (Die loopse teef van enige deuren verder doet geen goed aan het sociaal gedrag van onze Max, het loeder…)

Enfin…, uiteindelijk houden we natuurlijk heel veel van onze Max. En natuurlijk doet het ons groot genoegen dat hij zijn kindsheid hervindt wanneer de klimatologische omstandigheden hem gunstig zijn  gestemd. Maar toch…

Welke hond vindt er nu aardigheid om naar een draaiende wasmaschiene te gaan zit staren? Da’s toch niet normaal, het beest wordt oud…

© paul

 

De kalkoen is gearriveerd…

Begin juli van dit jaar vertelde ik je over die kalkoen die Marleen voor ons reserveerde. Nou, dit is-ie dan. Tikje brutaal, tikje struis. Zeg maar: haantje de voorste. De foto is alweer een paar dagen oud, het beest ligt intussen ontdaan van zijn jasje in de vriezer van  de Witte Brug 5, ten onzent.

De datum voor onze Thanksgivingday is gekozen, de gasten zijn aangezocht. (Het beest weegt een goede 4 kilo, daar zijn nogal wat monden mee te voeden.) Ergens begin december, je zult er nog van horen…

© paul

Rondje Belgie…

bier uitstapje
Het Kind begint zich wat te vervelen thuis; anderhalve week nietsdoen is niet zo haar ding. De Jongste Bediende heeft er al twee weken vakantie opzitten; ook niet zo zijn ding… Maar net toen de verveling toesloeg bedachten ze dat het Lupulusbier op was en dat er hoognodig nieuwe kratten gehaald moesten worden. “Doen we gezellig een rondje Belgie, ga je mee Driek?”   De afspraak was snel gemaakt, nog even de lege kratten opgehaald bij Meester Jan en op het Ministerie. De juiste flessen weer in de goede kratten gepakt en de tocht kon beginnen…

Vanmorgen om 6 uur (altijd vroeg op die mens) vertrokken ze. Eerst richting Orval; twee dozen Orval voor Jan, Twee voor Paul en twee voor De Jongste Bediende; nou ja, de auto is groot genoeg. Vervolgens ging het om 9.55 uur naar Courtil, naar Brasserie Les 3 Fourquets, daar was niet genoeg bier op de fles, zodat ze even moesten wachten tot de flessen gevuld waren… Maar liefst drie kratten Lupulus Bruin en vijf kratten Lupulus Triple stouwde De Jongste Bediende in de auto (Het Kind mag nog niets tillen).  Vertrek vanuit Courtil 11.58 uur.

Vervolgens ging het via allerlei omwegen weer terug richting Nederland; ze besloten nóg een brouwerij aan te doen: De Abdij van Val Dieu, ook daar maken ze bier. En ook daar werden nog een paar flessen aangeschaft. Vertrek in Val Dieu om 13.32 uur. Ik werd thuis prima op de hoogte gehouden vis SMSjes en wilde nog terug berichten of ze nu ook nog naar Gulpen gingen, maar het leek me wel genoeg.

Om 16.00 uur hoorde ik hond Max opgewonden bewegingen maken; Jawel, daar waren ze weer! Mét een auto vol tinkelende kratten; een hele wintervoorraad voor Jan en Paul en De Jongste Bediende zelf. (Het Kind drinkt nauwelijks bier en nu zeker nog niet) Ze hadden een fijne dag samen; het was prachtig weer en de bossen in Wallonië kleuren véél mooier dan hier…

Tja… Het zijn natuurlijk wel verschrikkelijk veel foodmiles voor een paar kratten bier, maar het was ook een uitstapje… Veel mensen gaan wel verder in hun vakanties…

En als Babysit moet je af en toe iets leuks doen met de kids!

Wij drinken een kopje espresso, (Paul werd spontaan wakker toen de kratten in de gang getild werden) en wachten tot de hazenbouten klaar zijn.

© ellen.

 

 

Zomaar een vrije zaterdag…

appeltaart
Een heel gewone zaterdag: “Wat ben je aan het doen”, vraagt men op Facebook. Ik dacht wat heb ik nou eigenlijk gedaan vandaag…? Nou, eerste vakantiedag:

Om 7 uur opgestaan, Goeiemorgen Hond Max, krant uit de brievenbus, douchen, koffie zetten, Paul komt thuis. Aankleden, Paul assisteren met het ophangen van de Hangop, stukje van de krant lezen, potje Wordfeut, koffie, stukje krant. Vincent en Marleen arriveren; even bijpraten en samen met Vincent en Marleen naar de markt in Helmond. Paul loopt een rondje met Hond Max, drinkt een glas Lupulus bier, en gaat naar bed.

Op de markt koop ik een stuk zalm en ongepelde grijze garnalen bij de vishandelaar uit Scheveningen.  Het is wel even zoeken met al die verbouwingen rond het marktplein naar mijn vaste leveranciers. Ik koop muskaatdruiven, frambozen, aardbeien en dadels (we hebben nog genoeg sinaasappelen en citroenen) al jaren bij dezelfde kraam; betrouwbaar en gezellig! Dan kaas, een flink stuk oude kaas, “die met de zwarte korst”, stukje Jonge voor Marleen. Vervolgens op naar de bloemenkraam; een mooi boeket voor Het Kind met zalmkleurige rozen erin, voor onszelf Monnikskap en blauw kruid, Marleen wil twee kleuren Crysanten en ook blauw kruid. Verder langs de dekbedovertrekken (even kijken of er iets moois bij is) terug naar de kop van de markt; Broodje Kebab, ons ontbijt eten we aan de kraam! Op de terugweg naar de parkeergarage koop ik bij de Turkse groentenhandelaar de groenten voor deze week; kleine zilveruitjes, boontjes, platte peterselie, dille, broccoli, spinazie, pommodore-  en cherrytomaatjes, een venkelknolletje en een mooie pompoen… Zo, wij kunnen weer even vooruit…

In rap tempo naar Gemert, nog even bij Action een nieuwe vaas en kaarsen bij Blokker (per auto wel handig en droog, normaal loop ik naar deze winkels, maar het regent inmiddels pijpenstelen). Vincent en Marleen zetten mij thuis af en ik ruim de boodschappen op, zet de bloemen in het water en gooi de oude bloemen weg. Zoek mijn wandelschoenen om naar de Witte Brug te wandelen met Hond Max, Boven, op zoek naar mijn schoenen, even alvast de handdoeken uit de berg gewassen was uitgezocht en gevouwen. Hond Max kwispelt blij; wandelschoenen! Het regent inmiddels zo hard dat ik de wandeling maar even uitstel. Ik maak alvast deeg voor een appeltaartje, verpak het deeg in folie, leg het in de koelkast en ga door de regen met mijn boodschappenkarretje naar de super. Spa, koffie, boter, blikjes voor Max, eieren, melk, en nog het een en ander. Blij met mijn karretje, alles past erin dit keer. Thuis boodschappen uitpakken.  Nog een stukje krant lezen en Max vertellen dat we écht pas uitgaan als het droog is…

Dan, is het eindelijk droog, met Max naar de Witte Brug, ik zie onderweg mooie paddenstoelen… Thee bij Marleen en de tuin bewonderd. Kruiden uitgezocht en weer terug gewandeld naar huis. Deeg uit de koelkast gehaald; Ding-Dong; Neel, Lotte en Hond Spot. Kopje thee voor Neel en Cola voor Lotte. Spot en Max krijgen een hondensnoepje. Even bijpraten en intussen de appels (mooie Goudreinetten uit de tuin van Jeanne en Ryan), schillen voor de taart. Lotte helpt mij met de taart en verwerkt het restant van het deeg tot mooie koekjes. (ik houd van dit recept altijd wat deeg over, prima te gebruiken om er een stuk of 6  kleine koekjes van te bakken) Koekjes 10 minuutjes in de oven, even afkoelen… We pakken de nog lauwwarme koekjes in een lege eierdoos zodat Lotte ze mee kan nemen naar Eupotours.

Ding-Dong; Hendrikje, lopend patiënt, wil wel een glaasje Slimpie. Ik maak intussen de mise en place voor een grote pan soep: aardappelen schillen/broccoli wassen en snijden/spinazie wassen/zalm ontvellen en in blokjes verdelen. Klaarzetten: mosterd, room, peper en zout. Ding-Dong: Andy. Paul is nu ook wakker; koffie voor Andy en Paul, mét verse appeltaart. .Ding-Dong; Vincent en Marleen, borreltje voor Vincent, glas Port voor Marleen… Borreltafel! Ik mis de Keizer van Monera, maar die heeft, naar zeggen,  vandaag iets anders belangrijks te doen…

Soep afgemaakt, stokbrood en boter erbij. Een deel van de soep nog eens extra gepureerd voor het kind. Samen eten. Appeltaart toe, en espresso. Wat soep en hangop voor Het Kind en Andy ingepakt, schaaltje met frambozen en aardbeien erbij… doei doei.

Opruimen, vaatwasser laden, Paul loopt een rondje met Max, fijn… ik doe niks meer; schrijf dit stukje en ga mijn boek uitlezen…

© ellen.

 

Jambonneau met mosterdsaus

jambonneau au moutarde

Het is hier al een paar dagen wat rommelig met het eten; geen tijd, te laat, druk, druk, druk… en bovenal waren we bezorgd hoe het zou aflopen met de operatie van onze dochter Hendrikje. Pfft; dat is in ieder geval prima verlopen: Ze vond zelf dat het allemaal geweldig meegevallen was. Vandaag mocht ze het ziekenhuis alweer verlaten; “Voorbeeldpatient”  had men in het ziekenhuis gezegd, en daar is ze wel trots op, onze dochter. Nou, wij zijn trots op haar! Goed gedaan Hendrikje,!

Na een bezoekje aan ons Kind in haar eigen huisje waren we overtuigd dat alles echt goed verlopen was en gingen we gerustgesteld en hongerig naar huis; “nog even eten” . Voor één keertje een beetje prefab, maar dan wel van een goede slager…  Meegebracht uit Belgie; een gepekeld, en daarna gekookt hammetje.

(Ik weet niet of er iets dergelijks in Nederland te koop is) Maar toch;

  • 1 jambonneau
  • 1 eetlepel boter
  • 1 lepel bloem
  • 1 kleine sjalot, zéér fijngehakt
  • 1 eetlepel mosterd met pitjes
  • 1 eetlepel gewone mosterd
  • wat bouillon
  • een scheutje room
  • peper, zout, wat versgehakte peterselie
De Saus:
Smoor de sjalot even zachtjes in de boter. Voeg de bloem erbij en smoor die even mee. Dan de mosterd erbij en alles goed roeren zodat alle klontjes weg zijn. De bouillon erbij en roeren tot je een mooie gladde saus hebt. Scheutje room erbij en verder op smaak brengen met peper en zout en wat versgehakte peterselie.
Verwarm het hammetje 25 minuten in de oven en dien het op met de saus.
Wij aten er aardappelpuree bij en een groene salade.
Kopje espresso toe!
© ellen.

Alles gaat goed…

Vandaag, vroeg in de middag, ging Het Kind onder het chirurgenmes. Een ingrijpende operatie. Was ze in de ochtend nog wat nerveus, in de middag merkte je daar niks meer van. Ze belde me om vijf uur, ze klonk niet dizzy, eerder een beetje blazé. Ze had met Ellen al om een uur of drie getelefoneerd. Ik dacht: Hoe is het mogelijk, om één uur buiten westen gespoten door de anesthesist, vervolgens een niet flauwe chirurgische ingreep ondergaan, en nu alweer doen alsof de wereld van jouw is. (Onvoorstelbaar wat ze tegenwoordig kunnen in zo’n ziekenhuis…)

Ik spoedde me naar Eindhoven, naar het Catharien. In de foyer van het ziekenhuis zag ik Andy zitten. Met een groot bord schnitzel en frieten. Ook bij hem was er zichtbaar de spanning vanaf. Ik pikte een paar frietjes van zijn bord en liet hem daarna met rust. Ik ging op zoek naar de patiënt. 

Ik vond haar in blakend welbevinden op de vierde verdieping. (Ellen was er al, rechtstreeks van het werk.) Het Kind sabbelde aan een kop bouillon, ze had flink water gedronken en was al uit bed geweest. Als het aan haar lag zou ze naar huis zijn gegaan, ze begon zich al wat te vervelen. (Gelukkig lag het niet aan haar, overmoed levert zelden iets op in dit soort omstandigheden.)

We bespraken de nabije en wat verdere toekomst, we babbelden nog wat. Daarna namen afscheid. Ellen en ik liepen al op de gang toen het Kind ons nariep: Houd er maar rekening mee, morgen komen we eten… 

En ik dacht: Jaja Hendrikje, het duurt nog wel even voordat jij je toetje van ijs met aardbeien-pepersaus zult eten. Maar die tijd komt beslist. Geduld…

(Indien het Kind meer kwijt wil over al het gedoe dan lees je dat later op deze site…)