Carnavalszondag…

DSC_0009

Het verzamelt zich al weer een beetje. Wat langzaam komt het op gang. Kwestie van een enerverende zaterdagavond, het werd laat. Een avond waarop we ons presenteerden als groep. De Zwarte Kabouter Bende… Enfin, bekijks zat.

In afwachting van de Grote Optocht die straks langs het Ministerie komt getrokken, versieren we de buurt nog een beetje. De eerste alcoholica worden geschonken, ook kopjes thee zijn erg in trek.

Tot straks lezer…

© paul

 

Feest der feesten (Carnaval 2013)…

soep van Anita
Zondag barst het carnaval los las ik in de Volkskrant van gisteren. (Wat zegt ze???) Enfin,.. het was lang geen onaardig artikel, het ging met name over het gedoe in Den Bosch. Het is wel eens anders geweest. Er waren jaren dat de Volkskrant überhaupt niks schreef over het feest terwijl die andere kwaliteitskrant NRCH volstond met een lullige foto van een dronken jeugdprins.

Ik voel me altijd wat tekort gedaan. Wel pagina’s vol over het Suikerfeest (een miljoen deelnemers), niks te melden over Carnaval (vijf miljoen deelnemers!). Té lullig voor de grachtengordel, boertige jolijt uit de Zuidelijke Wingewesten, dom en dronken vermaak voor medelanders die met een té zachte tongval spreken. ( Noordelanders, die lolbroeken met iets te dikke nekken die hun belabberde teksten staan te humpen op het mediapark hebben dus écht niks van doen met carnaval, écht niks!)

Ach, ik moet niet zeveren. Ik dien beter te weten. Al het volk dat zijn beste vermogen inzet om mij te laten lachen, en ook ik, die zijn best doet om het volk te vermaken. Een warm bad, dat is Carnaval….

Niet beginnen wij zondag, we zijn al dágen aan de gang. Sleuteloverdrachten vonden her en der al op woensdag plaats. Op donderdag vierden de Meisjes Ouwewijvenfeest. Vrijdag trokken alle schoolkinderen in optocht door der straten, zo ook hun leerkrachten. ‘s Avonds was het druk in het dorp alsof het carnavalszondag was.
kratjes...
Op deze zaterdag kwam eenieder die ertoe doet even langs op het Ministerie. Deze bracht een krat bier, die dan weer een bokaal drop. De traditionele kerrysoep werd ingevroren ingevlogen, alsmede een struis appeltakken en een bund toverhazelaar. En nog meer bier, en wijnen, en borrels. Zelf werkten we aan een grote pan ossenstaartsoep, we bezochten de zaterdagse Helmondmarkt, we zorgden voor brood en vleeswaar. Een grote schaal varkensworst, en een kleinere met half-om-half vlees, kaas heel oud en jong…

Ach mensen, alles en iedereen is er klaar voor… De eerste gasten stromen binnen! Tot later.

© Paul

Brouwers en het bier…

westvleteren

Jeroen Brouwers is de grootste levende Nederlandstalige schrijver (dat vind ik, ja!).

In zijn bundel Restletsels (Atlas Contact, 2012) lees ik de volgende anekdote:

Daags voor Allerheiligen publiceert de Vlaamse krant De Standaard op haar web site een bericht over Brouwers voorlaatste roman Datumloze dagen. Een literaire jury heeft beslist dat Brouwers in voornoemde roman de “mooiste sterfscène in de wereldliteratuur” heeft beschreven.

Brouwers is trots en aangedaan: Nu kan niet langer worden genegeerd, [ ] dat ik niet alleen een groot, maar ook nog een veel groter schrijver ben!

De dagen daarop wacht hij met spanning op het verschijnen van het artikel in de papieren versie van De Standaard…

Na Allerheiligen en het daarop volgend weekend naar de krantenwinkel om de Standaard te kopen. Blijkt sedert 8 uur ‘s morgens totaal te zijn uitverkocht. Mijn magistrale sterfscène, het hele dorp is er voor dag en dauw op uitgetrokken om… Neen. Omdat er een bon in staat, na vertoon waarvan en betaling van € 25 men in een der winkels van de Colruytketen recht verwerft op een doosje met zes flesjes bier van de trappistenabdij in Westvleteren.

© paul

Zuurkool maken…

Enfin, er was door omstandigeheden allerhand schrijfsel blijven liggen. Zo ongeveer mijn laatste bezigheid, voordat ik me in het Grote Grogavontuur stortte, was de bereiding van een vaatje zuurkool.

Ellen gaf me de vrije hand en Vriend Jan werd verzocht om een en ander op video vast te leggen, Jan filmt goed!

Intussen staat de inhoud van dat stenen vat al weer bijna een week te fermenteren op een stil plaatsje in de keuken. Vanaf morgen mag het verhuizen naar de kelder.  Nog een week of vijf en we eten verse zuurkool.

De opnamen die Jan maakte zijn van prima kwaliteit. De komende dagen moet er gemonteerd worden, want ik liet nogal wat steekjes vallen. Taalkundig, maar ook in spel en gebaar. Zodra het filmpje klaar is zetten we het op de site. Ik ga je daarom niks vertellen over dat zuurkool maken, heb nog even geduld.

Ach, misschien over de foto. Ik ben daar doende de verse kool te kneuzen met een houten stamper. Dat breekt de structuur en het zorgt mede voor het uittreden van de sappen. Allebeide bevorderlijk voor het fermentatieproces.

We gaan vaker fimpjes maken (mits Vriend Jan enz…).

© paul

Zomaar een zaterdag…

onthulling van het bordje

Ik zit nu al tien minuten naar het scherm te turen en ik weet nog steeds niet wat ik vertellen wil.

Niet dat er vandaag (zaterdag) niets gebeurde… We bezochten de markt in Helmond. We waren laat voor onze doen, we lazen thuis eerst twee ochtendbladen en slurpten een grote pot sterke koffie weg. Erbij toast en een drie-minuten-eitje.

Onze Turkse slager deed een soort quiz met Ellen, waarbij hij haar testte op haar kennis van linzensoep uit het Noord-Westen van Turkije.; ze slaagde met vlag en wimpel. Vervolgens maakte de dochter van onze Citrusboer seksistische grapjes over mannen (heel bijzonder om de ellende ook eens van de andere kant te horen);en ook bleef de dochter van onze Groenteboer, ondanks alle koude, liefdevol wachten tot wij onze keuze gemaakt hadden; onze Visboer beloofde ons een snoekbaars, af te halen aanstaande donderdag op het Pastoor Poelplein te onzent. Onze Bloemenboer maakte zich oprecht zorgen over de handelswaar van vorige week. Had niemand vorstschade opgelopen? Onze Shoarmaboer had het koud, daar stokte voor vandaag de conversatie. En onze Kaasboer lieten we links liggen, we hadden nog voldoende op voorraad.

Ik zou nu verder moeten schrijven over de House Warming Party van Bert, maar ik kan geen bruggetje maken… Misschien moet het Ministerie voor de rest van de avond haar burelen maar sluiten. Over al die speciale bieren die Bert te bieden had moeten we misschien een andere keer schrijven…

lezer, het ga je goed, welterusten!

 

Het misterie van de Plofslak…

huisnaambordje

Tijdens het Naambordfeestje presenteerden we voor de liefhebbers ook wijngaardslakken. De schoteltjes kwamen gloeiend uit de oven, ieder was gewaarschuwd. Met een prikkertje of een vorkje viste je voorzichtig een slakje uit de pan en de kruidenboter sopte je daarna met een stukje stokbrood op. De animo van de gasten was groot.

Vriend Jan koos zijn slakje uit en bracht zijn vorkje vervaarlijk dicht bij het prooidier. Toen er dan sprake was van écht fysiek contact liet het slakje een gemene plof horen en vloog in een prachtige boog, als een ouderwetse mortiergranaat, in het bierglas van Vriend Jan. Verschrikte reacties, maar ook hilariteit. Hoe was het mogelijk!

En natuurlijk was er iemand met een pyro-technische achtergrond, die onmiddellijk de baan van het projectiel begon te berekenen om zodoende de kracht van de explosie te achterhalen. Het lukte haar niet.

Het bleef gelukkig bij dit ene accident met de wijngaardslakken. Wel gaf het nog geruime tijd stof tot overdenken. Hoe was het bijvoorbeeld mogelijk dat het bier van Jan (Lupulus dubbel) zijn mooie bruine schuimkraag behield, nadat het vette slakje uit het glas was gevist? En waarom sprongen al die andere slakjes niet net zo uit de pannetjes? Enfin, once-in-a-lifetime

© paul

 

Feestje…

huisnaambordje
We moesten het feestje voor het Huisnaambordje in alle haasten organiseren; snel dit, snel dat, en toen we zaterdagavond laat nog even controleerden of er van alles genoeg zou zijn bedacht ik dat het wel misschien wel wat ‘zuinigjes’ was. De Jongste Bediende bood aan nog eens in hun kelder te duiken en diepte een paar flessen Cremant op én een hele krat Lupulus Tripel; een zeer genereuze schenking! Het Kind en Maja zorgden voor het uitschenken van de drankjes en zo kon het hele gezelschap meteen na het onthullen van het bordje proosten met een glas Cremant. Paul had een toespraak voorbereid voor bij de onthulling maar het was buiten zo verschrikkelijk koud dat we de toespraak maar naar binnen verplaatst hebben.

Bubbels horen bij een feestje. We hadden geen echte Champagne, wij drinken net zo lief een goede Cremant. Als je tijd genoeg hebt om een feest te organiseren, koop je een doos Cremant van één merk, nu was daar bij dit  haastig bedachte feestje geen tijd voor. Dan maar van alles wat! En dat was eigenlijk wel zo leuk. Het leek op een heuse proeverij waarbij iedereen zo zijn of haar eigen voorkeur had; Het Kind vond de Asti Spumante het lekkerst, Ans en Ans en ikzelf hadden een voorkeur voor de Poll Fabaire Cremant, Paul hield het bij de Cremant D’Alsace van Wolfberger en Marleen dronk de Cremant van Bernard Massard met een scheutje Cassis. Zoveel mensen, zoveel smaken. Zoveel verschillende glazen ook. Als ik de foto nu bekijk is het wel een ratjetoe; maar goed, wie heeft er voor een heel gezelschap champagneglazen van één model? Wij hebben al jaren een doosje met 12 champagneglazen; als dát doosje kon vertellen… Maar ik dwaal af, over dat doosje schrijf ik nog wel eens!

Er waren ook gasten die na het toosten met de bubbels snel overschakelden op iets anders. We kunnen wel zeggen dat voor hen de Lupulus Trippel favoriet was; niet zo vreemd als je bedenkt dat dit bier bij mijn weten nog steeds niet verkocht wordt in Nederland. Je moet er een flink eind voor rijden, maar dan heb je ook het lekkerste bier van België volgens kenners. De Hele krat ging met gemak op en ook de laatste flessen Lupulus bruin uit de krat van Paul waren zo geleegd.

huisnaambordje

Wie ermee begon weet ik niet maar iemand kwam op het idee om de lege flessen in de vensterbank te etaleren. Het was vanmorgen donker van de lege flessen…

Vandaag maar een kopje espresso!

@ ellen.

 

 

Ministerie ontstijgt virtuele wereld…

onthulling van het bordje

Het gonsde al enige tijd op Facebook: er stond op die zondag in januari iets te gebeuren op het Ministerie van Eten en Drinken… Mondjesmaat werd er informatie gelekt, elke dag een beetje. Volop reageerden lezers op de berichtjes en men gokte naar alle kanten. Maar uiteindelijk bleef het aanstaande gebeuren geheim. Nu is de tijd daar om het hele verhaal te vertellen, maar daarvoor moeten we eerst een zijsprong maken, een beetje grasduinen in het wel en wee van ons dorpje.

Gemert heeft een rijk cultureel leven, zowel in de breedte als in de diepte. Het verenigingsleven bedient eenieder op zijn of haar wenken, je kunt het zo gek niet bedenken of je kunt wel ergens terecht om jouw hobby, passie of levensbehoefte uit te oefenen. En het is met meer dan gepaste trots dat wij beseffen dat de kwaliteit van dat alles ver uitsteekt boven dat wat je verwacht van een middelgrote plattelandsgemeente.

En dan is er de Heemkundekring. Een bloeiende vereniging met tal van leden. Niet een belegen dorpsklup van enkele notabelen, maar een breed gedragen vereniging. Er wordt aan wetenschappelijk onderzoek gedaan, men geeft boeken uit, men verzamelt en archiveert. En nog veel meer, maar daarvoor ga je zelf maar op bezoek bij de Heemkundekring.

Een van de voortvloeisels van de Vereniging is de Stichting Gemert Vrijstaat. Die stichting omschrijft haar activiteiten als volgt : De Stichting Gemert Vrijstaat is opgericht met het doel om de historische identiteit van Gemert te versterken. Dat doet zij door het aanbrengen of stimuleren tot het plaatsen van beelden, naamborden, gevelstenen, huisnamen, wapens e.d. die gerelateerd zijn aan historische feiten van de betreffende plek.

In de traditie van de Heemkundekring (en dus ook in die van de Stichting Gemert Vrijstaat) is moderne geschiedenis óók geschiedenis. En in hun opvatting betekent het dat je met geschiedkunde ook heel dicht bij de actualiteit kunt zitten. In dat kader bedacht men dat het Ministerie min of meer officieel opgenomen diende te worden in de analen van ons dorp. We kregen een naambord aangeboden.

Gisterenmiddag onthulde Ellen het bordje, onder toeziend oog van de Staatssecretaris van de Vrijstaat, Ad Otten, en een klein select gezelschap van Ministerievolgers. De gebeurtenis was uiteraard aanleiding tot een feestje. Daarover later meer.

Het grafisch ontwerp én de letters zijn van de hand van Harry Huybers

huisnaambordje huisnaambordje

De toverhazelaar bloeit…

Een dag na Kerstmis liep ik, laat op de avond, nog even mijn vaste ommetje met hond Max. Een stief kwartiertje duurt die wandeling, het is maar dat baas en hond nog even een frisse neus halen. De bulk aan beweging heeft eerder op de dag plaats gevonden.

In de Gemeentetuin ( een klein park met prachtige oude kastanjes en eiken) staat sinds enige jaren een laantje toverhazelaars. Ik houd ze rond deze tijd goed in de gaten; half januari verschijnen daar de eerste bloemetjes van het jaar, dat is altijd zo, ijs en weder dienende.  

Mogelijk was het een gevolg van het relatief zachte weer, maar één struik was op die decemberdag helemaal in bloem geschoten. De anderen hielden hun knoppen nog strak gesloten. Nog nooit gezien, zo vroeg in het seizoen…

Ik wist uit ervaring dat het weinig zin heeft om bloeiende takken van de toverhazelaar op vaas te zetten, na een paar dagen zijn de boesems verwelkt. Ik sneed dan maar een tak van een van de andere, niet bloeiende toverstruiken, in de hoop dat ik die op bloem kon trekken.

Ik zette die tak op een niet al te warme plaats en vandeweek kwamen de bloemetjes daadwerkelijk uit. Als een sprookje zo mooi…

Ellen verplaatste de bloemen gisteren naar een prominentere plaats in huis. Ze staan nu te pronken in de nis van de boekenkast. En bovenal, hoe is het mogelijk dat zulke kleine bloemetjes zo overdadig kunnen geuren. Het lijkt een beetje op mimosa, maar dan veel minder amandelig.

Voorjaar?! Ik ben er nog helemaal niet aan toe…

© paul

Oude prent…

Bij eerdere gelegenheid schreef ik:

Neel is al jaren onze steun en toeverlaat, daar waar het gaat over het verbeelden van bijzondere gebeurtenissen in onze kring. De menukaarten voor onze Kerstdiners, de geboorte van een mensje, het jubileum van de veertig-, vijftig- of zestigjarigen. Neel levert een kaart. (Het is haar vak, ze kan het goed, ze doet het graag…)

Dit maal viel mij de eer te beurt onderwerp te zijn van haar kunnen. Ik had een verjaardag te vieren.

Neel houdt me middels deze prent een spiegel voor. Eindelijk zie ik mezelf als de oude heer die ik volgens mijn kalenderleeftijd dien te zijn.

De foto is genomen op het Engelse platteland. In het Graafschap Midsomer. We schrijven begin augustus van het jaar 1914. Op het Continent is een dag of twee geleden een gewapend conflict uitgebroken. Een gewapend conflict dat later de naam zal krijgen van Wereldoorlog Een.

Maar dat wisten we toen nog niet…

© paul