En wat eten we met kerstmis???

hazenrug met kersensaus 003

We hebben dit jaar nog niets geschreven over kerstmis. Ik had er ook niet zo’n zin in. Paul moet beide kerstnachten werken en dus overdag slapen. Daarom houden we het dit jaar maar heel rustig. Geen traditioneel kerstdinner met een groot gezelschap. Jammer maar het is niet anders. Ik zorg dat ik een paar mooie boeken te lezen heb en een goeie film. Natuurlijk ga ik ook wel iets extra lekkers koken maar het zal allemaal heel bescheiden zijn. Paul vroeg me om weer eens bouillon te maken van een duifje. Een mooie dubbelgetrokken consommé van duif wordt dus ons voorgerecht en daarvoor iets met kleine grijze garnalen, daar is het nu het goede seizoen voor. Misschien wel een echte retro garnalencocktail? Dat is weer helemaal “in”! Janneke schreef er vandaag ook al over in haar kolom.

Als hoofdgerecht maak ik hazenrug met een saus met Amarenekersen. Erbij puree van aardappelen en peterseliewortel en spruitjes met kastanjes.

Voor het dessert ijs gemaakt van pruimen en armagnac.

Zo, voor wie nog moet bedenken wat er met de kerst op tafel komt is dit toch een aardig voorbeeldmenu. En voor degene die iets geheel anders zoeken zou ik zeggen kijk op dit weblog ook eens bij de kersttips van vorige jaren. Als je in het zoekmachientje het woord kersttip intypt krijg je hele reeksen met suggesties voor het kerstdiner.

Ik wens jullie allemaal veel plezier bij de voorbereidingen!

© ellen.

 

Andijviestamppotje met runderlapjes

andijviestamppotje met runderlapjes

Deze week ontspon zich spontaan een gesprek hier aan de tafel over de kookgewoontes van diverse moeders. De ene moeder stoofde de spruitjes net zolang tot ze zachtgeel waren, de andere moeder kookte andijvie tot het snot was, bruine bonen en bruine(!) tuinbonen waren ‘eng’ en de rundertong, die ook nog wat taaiig bleef was al helemaal griezelig. Een eng gesprek zo aan de borreltafel. Je begrijpt dat de kinderen van deze moeders pas héél veel later groenten zijn gaan eten voor hun plezier! Ik heb zelf overigens niets te klagen. Mijn moeder kookte goed en ze was er bovendien van overtuigd dat je groenten kort moet koken omdat ‘de vitaminen er anders uit waren’. Knapperige spruitjes dus bij ons thuis en rauwe andijvie door de stamppot. Die andijviestamppot daar kreeg ik spontaan zin in en zo stond dat gerecht dus vanavond bij ons op tafel;

Kook kruimige aardappelen gaar met wat zout. Was de andijvie, laat ze goed uitlekken en snijd het blad heel fijn. Stamp die rauwe andijvie met de aardappelen goed door elkaar. Meng er een flinke klont boter (!) door en wat melk. Maal er wat zwarte peper over en strooi er uitgebakken spekjes over.

Wij aten er een succadelapje bij gestoofd met veel mosterd in een saus van donker bier.

Kopje espresso toe natuurlijk, mét een kerstkoekje!

© ellen.

Kerstkoekjes: zachte amandelkoekjes

kerstkoekjes: zachte amandelkoekjes

Tot mijn verbazing kreeg ik eind december weer recepten van Kerstkoekjes in mijn mailbox. Ik abonneerde me een paar jaar geleden op deze service van Essen und Trinken. (*1) Je kunt je daar abonneren op de receptenmail en dan krijg je elke dag via de mail een recept voor een bijzonder Kerstkoekje, de hele decembermaand lang kerstkoekjes in alle maten en soorten! Ik was alweer glad vergeten dat ik me daarvoor ooit aangemeld had en behalve de kerstkoekjes-recepten wordt ik verder ook niet met mailtjes bestookt door deze service. Ik was dus aangenaam verrast en bedacht dat het vandaag nou net zo’n sombere dag was om maar eens gezellig te knutselen in de keuken. Vorig jaar en het jaar daarvoor bakte ik ook al een paar verschillende koekjes

Nu is het wel link om op zondag aan zoiets te beginnen, je mist dan natuurlijk nét één ingrediënt dat onmisbaar is… Ook wel handig want ik vind het moeilijk om uit al die mooie recepten te kiezen. De inhoud van de keukenkast bepaalde vandaag dus welke koekjes ik zou kunnen maken. Dat werden de zachte amandelhartjes, jammer genoeg is nu net dat hartvormpje kwijt, vreemd, nergens meer te vinden. Dan maar sterretjes en kerstboompjes, ook mooi. Bovendien leek het me wel slim om niet met het moeilijkste recept te beginnen.

  • 200 gram zachte boter
  • 100 gram basterdsuiker
  • 2 eigeel
  • 100 gram gemalen amandelen
  • 350 gram bloem
  • garneeramandelen
  • 1 losgeklopt ei

Laat de boter heel zacht worden en meng er de eigelen en de suiker door. Klop met een mixer of in de keukenmachine tot een schuimige massa. Voeg het amandelmeel en de bloem toe en meng tot je een mooie deegbal hebt. Pak het deeg in folie en laat het in de koelkast zeker 1 uur opstijven.

Rol het deeg dan uit op een met bloem bestoven werkvlak. De deegplak  moet ongeveer 5 mm dik zijn. Steek er met een vormpje (liefst hartjes) figuurtjes uit. Druk een garneeramandel in het midden en bestrijk met losgeklopt ei. Bak de koekjse in een voorverwarmde oven op 180 graden in 12 minutten goudbruin.

Deze hoeveelheid is genoeg voor ongeveer 70 koekjes. Pak de koekjes in vetvrij papier en bewaar ze in een goed sluitende trommel.

Prima gelukt, het zijn heerlijk zacht-brosse koekjes geworden. Ik betwijffel of ze de kerstdagen halen. Op mijn nog-te-bakken-lijstje staan in ieder geval de Rozemarijn zandkoekjes en de koekjes met saffraan en rozebottelconfiture. Wordt vervolgd dus!

* 1 :  De recepten van deze site zijn uiteraard in het Duits!

Terug naar de eerste Flickr foto…

Afgelopen weekend publiceerde ik mijn 10.000 foto op Flickr. Ik probeerde vooraf  nog een beetje te bepalen wat daarop zou staan; Hond Max met zijn kop in mijn tas op zoek naar overgebleven boterhammen, of een mooie gedekte tafel met uitgelezen gerechten en romantisch kaarslicht, of een gezellige zaterdagbijeenkomst met vrienden om de borreltafel, of misschien wel culinair nieuws… Het kwam er allemaal niet van; Hond Max liet zich persé niet fotograferen met zijn kop in mijn tas ( terwijl hij dat toch iedere werkdag doet), romantisch kaarslicht was dit weekend geen tijd voor, de zaterdagse borreltafel was zó gezellig dat er van foto’s maken niets terecht kwam… en zo werd de “Jan in den Zak” , foto nummer 10.000 op Flickr…

Paul O schrijft op mijn oproep om sugesties  te doen voor die 10.000 foto: “De (gezellige?) afwas na al dat koken en consumeren?” Was een goed idee, ware het niet dat er of héél veel afwas is die regelrecht de vaatwasser ingaat hier thuis, of één van ons twee doet zo’n afwasje even tussendoor. Mooie, wat zeg ik, prachtige afwasfoto’s maakte ik al in Luxemburg. Daar is zo’n afwasje na een maaltijd voor 16 personen, in de openlucht, een ware belevenis. Zeker als de afwasploeg dan ook nog het nummer  “Sirens”, zingt uit de film “Brother Where Art Thou”. Dat is het ware afwaswerk! Maar daar stond al een foto van op Flickr en de zangeressen van de afwasploeg worden groter en ik ga  hun afwaszangkunst niet zomaar op het world wide web plaatsen. (dat is overigens ook de reden dat voor de kijkers op Flickr nog géén 10.000 foto’s te zien zijn. Ik heb 10.000 foto’s geplaatst maar er staan een aantal foto’s “dicht”, alleen te bekijken voor familie of vrienden. Een beetje privacy is soms nodig. Maar luister en kijk toch maar even naar een stukje uit die prachtige film en stel je die berg afwas voor die al zingend weggewerkt wordt…

Frans deed me een ander idee aan de hand om de 10.000 foto te vieren; hij schreef: “Misschien de allereerste als je die nog kunt terugvinden? Om de cirkel rond te maken! Maar hopelijk niet af te sluiten”.

Dat was nog even zoeken, maar de champagnetoren was de eerste foto die ik op mijn toen kersverse Flickr account plaatste. De foto was al iets ouder dan de datum van plaatsing maar toch goed genoeg bevonden voor de feestelijke opening van het eerste weblog… En de Luxemburgse Cremants van Poll Fabaire zijn nog steeds prima om iets feestelijke te vieren. Ze doen zeker niet onder voor de ‘echte Champagnes’! Tip alvast voor de komende feestdagen; probeer ook eens de Specials van Poll Fabaire.

© ellen.

Op naar de 20.000…

 

 

 

Koken in een zakje: Jan in de zak…

antipakjesavond

Koken zonder pakjes of zakjes… Gaat natuurlijk helemaal goed, wij doen dat dagelijks. Maar speciaal voor deze prime-time aflevering van “zonder-pakjes-en-zakjes” , heb ik vandaag iets gekookt ín een zakje; “Jan in den zak” zoals het recept plechtig vermeldt. Een gestoomd krentenbrood eigenlijk.

Je hebt dus een zakje nodig om de Jan in te stomen. Een lapje linnen of katoen is best. Spoel het stofje in ieder geval goed uit in koud stromend water (om zeepresten of impregneermiddel en geurtjes te verbannen) en laat het vervolgens goed drogen.

Jan in den ZakNou ja, het recept spreekt voor zich…

De stroopsaus maak je door een flinke hoeveelheid gewone Zeeuwse keukenstroop in een sauspan op een zacht vuurtje te vermengen met een flinke klont boter (wel echte boter natuurlijk!)

Jan in den zak

Vooraf soep van Noord Hollandse Krombekbonen, kopje espresso toe!

© ellen

Antipakjes en zakjes… “Jan in den zak”.

antipakjesavond

Die Antipakjesavond spookt me nog steeds door mijn hoofd. Alleen al dat  het nodig is om zoiets te organiseren. Een prima initiatief van Karin, daar niet van, maar eigenlijk schandalig toch dat we de voorbeelden uit de winkel erbij moeten nemen om uit te leggen dat dit eigenlijk recepten zijn die je eigenlijk heel goed zelf kunt maken, zónder pakjes en zakjes…

Al mijmerend in de bus, op de terugweg van mijn werk, bedacht ik opeens dat er toch wél een recept is mét een zakje dat ik graag nog eens zou maken; “Jan in den zak”. Een soort gestoomd krentenbrood. Gestoomd, juist ja, in een linnen zakje! Mijn moeder maakte het af en toe. Ze naaide dan zelf een zakje van katoen of linnen en daar ging “Jan” in. Mijn Tante Marie, een zusje van mijn moeder maakte ook zoiets, zij woonde in Warmehuizen en daar heette Jan in de zak, “Broeder”. Het recept van de zussen was hetzelfde alleen maakte Tante Marie de “Broeder” voor echt véél personen. (zij had veel kinderen en kookte ook voor het  personeel van hun schilderbedrijf) In Warmehuizen was dat dus een gigantische “Broeder”. In een speciale ketel werd die Broeder gekookt. Op maandag,  want dan was het toch wasdag, stond er naast de enorme wasketels een speciale supergrote pan met daarin de Broeder.

Even Googlen bracht dit oude recept in vele vormen tevoorschijn, maar tot mijn grote afschuw zag ik ook van dit grappige oude recept al een kant-en-klaar-versie: Neem broodmix…enzovoorts. Brrr…

Zowel mijn Moeder als mijn Tante Marie volgden het recept uit het boek “Eenvoudige recepten”, van Martine Witttop Koning.

 Martine Wittop Koning

Zaterdag lijkt me een prima dag om nog eens “Jan in den zak” te maken. Maar dan wel zonder pakjes… ‘n Zakje moet wel. Je hebt een katoenen of linnen zakje nodig voor dit recept. Zoek dus alvast een lapje katoen of linnen. Naai er een keurig zakje van. De omtrek moet ongeveer 35×50 cm zijn. Zorg ook voor een lintje om de zak dicht te knopen.

  • Verder heb je nodig: meel, melk, gist,rozijnen, succade, krenten, sinaasapelschilfers, beetje zout, stroop en boter.

En véél hongerige gasten!!! Geef vooraf soep en daarna “Jan in den Zak”

 Morgen het recept!

© ellen.

Alweer tomaten? Nee, foto’s…

tomaten 002

Het zijn misschien niet allemaal Bjoeties, het zijn niet allemaal Toppers, maar inmiddels hebben we wél 9990 foto’s geplaatst op Flickr. Naar verwachting publiceren we dus deze week nog de 10.000ste foto. 10.000 is wel een memorabel getal, wie of wat komt er op de 10.000ste  foto?  Nog Tien foto’s te gaan…

Wie of Wat is het onderwerp van de 10.000 ste? Heb jij een idée?

 

Mijn bijdrage aan de Anti-pakjesavond; Eigengemaakte, ingeweckte tomatensaus!

antipakjesavond

Ik kreeg een mailtje van Karin http://www.kokenmetkarin.nl/, of ik meedeed met de Anti Pakjesavond. Natuurlijk, maar wat zal ik schrijven. Ik kook eigenlijk zelden met pakjes of zakjes dus wat te verbeteren?

Tot Maja belde; Of ik een kistje tomaten wilde. Ze had twee kistjes rijpe tomaten gekregen enuh, één is leuk, maar twee… Graag dus!

tomaten

Ik besloot dat mijn bijdrage voor de anti pakjesavond zou bestaan uit zelfgemaakte, zelfgeconserveerde tomatensaus. Wij hebben net de kelder opgeruimd en opnieuw ingedeeld. Daarbij kwam een hoop bergruimte vrij, én stapels verloren gewaande weckpottten, een weckthermometer en klemmetjes voor op de potten. Het was dus een kwestie van nieuwe rubber sluitringen kopen en het grote inmaak-avontuur kon beginnen…

Ik raadpleegde het boek Conserveren uit de serie Praktisch koken van Time Life. Wecken/inmaken moet vooral zorgvuldig gebeuren. Alle materialen moeten heel schoon zijn. De groenten en/of fruit moeten gaaf en gewassen zijn. De potten dus in de vaatwasser en daarna gespoeld met heet water en omgekeerd op een schone theedoek gezet.

Ik maakte een flinke pan tomatensaus om puur te gebruiken en een paar potten met stukjes tomaat en basilicum. Die potten vulde ik af met af met de tomatensaus. Later te gebruiken voor tomatensoep en bij pastasauzen.

Ik had in totaal 7,5 kilo tomaten gekregen. Er viel een klein beetje af omdat deze tomaten te rijp waren.

  • saus van 5 kilo tomaten
  • 5 kilo rijpe tomaten, in blokjes gesneden
  • sap van twee citroenen
  • 2 uien, fijn gehakt
  • 8 tenen knoflook, geplet en fijngehakt
  • 2 eetlepels gedroogde oregano
  • 2 laurierbladeren
  • 2 eetlepels zout
  • 1 eetlepel gemalen witte peper

Doe dit alles in een grote pan en breng aan de kook. Laat deze massa 45 minuten zachtjes inkoken.

tomaten geweckt met basilicum

Zet intussen een andere pan op en breng daarin ruim water aan de kook. Snijd de rest van de tomaten kruislings in en dompel ze een paar tellen in het kokende water. Verwijder de vellen. Snijd de tomaten en verwijder ook de zaadlijsten. ( die kunnen bij de rest van de tomatenpulp). Schik de partjes tomaat in de schone weckpotten en leg er wat blaadjes basilicum bij. Giet de tomatensaus door een zeef en pers de pulp wat uit.

tomaten geweckt met basilicum

Giet nu de saus over de stukjes tomaat en tik tegen de potten om de luchtbellen eruit te laten. Vul de rest van de flessen/potten met de tomatensaus. Sluit ze af met deksel en  rubbering. Maak de klemmetjes vast en dan kan het eigenlijke wecken/inmaken beginnen.

Neem daarvoor een grote diepe pan waar de potten ruim in passen. Leg een rooster op de bodem van de pan en zet daarop de potten. Giet er warm water op totdat alles onderstaat en breng het water langzaam tot 88 graden. Laat de potten zo 45 minuten op 88 graden sudderen. Laat het water even afkoelen en til dan de potten voorzichtig uit het water. Zet ze op een natte doek en laat  afkoelen. Haal de volgende dag de klemmetjes van de potten en controleer of ze goed dicht zijn. Plak er een mooi etiket op; Eigengemaakte tomatensaus; gemaakt op 28 novmber 2011. Bevat… enzovoorts

Zet de eigengemaakte tomatensaus dan koel en donker weg. Op deze manier geconserveerd is de saus zeker een jaar houdbaar.

tomaten geweckt met basilicum

Tsja, het is wel even werk, maar dan heb je ook wat!

© ellen.

Gemarineerde rosbief

rosbief

Ik loop al dagen achter met schrijven, het lijkt bijna of hier niet meer gekookt en gegeten wordt. Het tegendeel is waar, maar steeds als ik wil gaan schrijven op deze nieuwe website, dienen er zich ‘belangrijker’ zaken aan. Ik moet Back-ups maken, de RSS is nog niet ingesteld, er moet nu eindelijk een fatsoenlijk profiel komen mét  een e-mail adres waarop lezers kunnen reageren, Hond Max is een beetje ziek, bezoek van vrienden, cadeautjes kopen voor mijn Zonnenbloempakketje, boek is zo spannend… en ga zo maar door…

Allemaal heel best, maar er glippen zo een aantal recepten/gerechten tussendoor die ik toch niet zomaar voorbij wil laten gaan; zoals deze rosbief bijvoorbeeld.

De slager had mooie rosbief in de reclame en ik kocht  zo’n mooi bol stukje van dit sappige vlees. Zo’n stuk rosbief kan je gewoon braden, laten rusten in dunne plakken snijden, serveren met een sausje en klaar. Lekker, maar een beetje anders kan ook: Gemarineerde Rosbief. Het marineren geeft dit vlees een bijna ‘wildsmaak’ en houdt het vlees toch mooi sappig en mals. (Misschien zelfs een goed alternatief voor ‘wild’ bij het kerstmenu?)

  • mooi bol stukje rosbief van ongeveer 500 gram
  • halve fles rode wijn (ik gebruikte een  Julienas)
  • 1 ui, in grove stukken gesneden
  • 2 tenen knoflook, geplet en gehakt
  • 1 wortel in blokjes gesneden
  • 2 stengels bladselderij
  • peperkorrels
  • 1 laurierblad
  • 4 jeneverbessen
  • 4 kruidnagelen
  • takje tijm en takje rozemarijn
  • scheutje olijfolie
  • geklaarde boter of olijfolie om te braden
  • beure manié om de saus te binden
  • peper en zout

Meng alle kruiden en groenten met de wijn en een scheutje olijfolie in een kleine schaal en laat  het vlees daar zeker 12 uur in marineren. Haal het vlees uit de marinade en dep het goed droog. Laat het op kamer temperatuur komen. Verwarm de oven voor op 170 graden. Verhit een passende braadpan en bak het vlees snel aan alle kanten bruin in wat geklaarde boter of olijfolie. Leg het vlees dan in een ovenschaaltje en laat het in de oven nog even nagaren. Voor een mooi rosé resultaat is het handig om een kernthemometer te gebruiken, heb je die niet probeer dan door middel van een lichte druk op het vlees te voelen hoe gaar het is.

Laat de marinade in een kleine sauspan even zachtjes doorkoken. Zeef de marinade en giet de overgebleven vloeistof bij de aanbaksels in de pan, laat even doorkoken en klop er wat Beurre manié door.

Haal het vlees uit de oven en laat het rusten onder folie. Snijd de rosbief in dunne plakken en giet er de saus over.  Wij aten er gebakken appeltjes bij. (De appelschijfjes even bakken met wat ui, knoflook en ragfijn gesneden rode peper en een scheutje balsamicoazijn.) en lekker smeuige aardappelpuree met knolselderij.

Kopje espresso toe!

© ellen.

 

 

Gevulde speculaas.

Ik weet niet hoe het in de rest van Nederland is, maar hier is het zo’n typische druilerige zondag. Het regent een beetje, het waait een beetje; echt Sinterklaas-weer. Op zo’n dag kun je natuurlijk van alles ter vermaak verzinnen; met de hond door de natte bossen hollen, met de kinderen naar een druilerige film, noem maar op. Je kunt ook de kaarsjes aansteken, de verwarming een beetje hoger draaien, of beter nog, een groot blok hout in de open haard leggen en een mooi boek lezen…Noem maar op, bedenk het maar, maar één ding hoort voor mij onlosmakelijk bij deze druilerige dagen; De geur van zelfgebakken speculaas! Gevulde speculaas liefst.  Gewoon even zelf maken. Het is simpeler dan je denkt.

gevulde speculaas

  • 300 gram bloem
  • 125 gram donkere basterdsuiker
  • 2 eetlepels speculaaskruiden
  • 150 gram koude boter
  • 1/2 zakje bakpoeder
  • snufje zout
  • 2 eetlepels melk
  • 300 gram amandelspijs ( te koop bij een goede banketbakker, of zelf maken)
  • garneeramandelen
  • 1 losgeklopt ei

Meng bloem, zout, bakpoeder, suiker en speculaaskruiden. Hak de boter met twee messen door het mengsel tot piepkleine stukjes. Voeg de melk toe en kneed er een mooie deegbal van. Zet het deeg een uur in de koelkast.

gevulde speculaas

Verdeel de deegbal in twee gelijke stukken. Rol elke stuk deeg met de deegroller uit tot een lap van ongeveer 20 x 30 cm. Leg 1 lap op de bakplaat. Kneed de helft van het losgeklopte ei door de amandelspijs en rol de spijs op een met bloem bestoven werkvlak uit tot een lap van ongeveer 20×30 cm. Leg de spijs op de lap deeg en leg de tweede deeglap erop. Druk de zijkanten goed op elkaar.
Bestrijk de bovenkant van het deeg met de rest van het ei. Druk de amandelen in het deeg als versiering. Schuif de bakplaat in het midden van de voorverwarmde oven. Bak de gevulde speculaas op 160 graden in 40-45 minuten gaar.

Het huis ruikt heerlijk, nu de kaarsjes aan en een mooi boek!

© ellen.