Druivenoogst…

druivenoogst

De paar druiven die er nu nog hangen laten we achter voor het gevogelte. Het is mooi geweest, we hebben genoeg geoogst. Het was een uitzonderlijk druivenjaar in onze tuin. Zelden smaakten de vruchtjes zo zoet.

Zondag plukten we de laatste lading van het jaar om er de feesttafel mee te versieren. Ellen vierde haar verjaardag. Tussen de schalen pirosjki de kaassoezen, de perentaarten en de kilo’s Hachis Parmentier speelden de druifjes een bescheiden rol, maar strikt decoratief was die niet. Zoals gezegd smaakten ze heerlijk zoet. En dat had de goegemeente snel door.

© paul

Dierendag 2013…

dierendag met Jaros

Dat lullig kluifje, dat was nog wat. Maar het feit dat wij kosten nog moeite spaarden om die hond fashionable te maken ter viering van Werelddierendag deed hem geen zier. Sterker nog, hij vrat onmiddellijk een stuk van het Chanellint weg, nog voordat we hem ordentelijk konden fotograferen… We hebben er dan maar van afgezien hem te bespuiten met de bijbehorende parfum. Hij zou het toch niet waarderen.

Morgen linzensoep lezer!

© ellen-paul

Zomer in Bourgogne…

vakantie zomer 2013 Asquins

Het is augustus en Bourgogne heeft vakantie; men is en route elders of men houdt zijn middagslaapje. Stilte en loomheid alom. En ook jij, buitenlandse gast, deelt in het kabbelende bestaan van de omgeving. De weinige passanten groeten vriendelijk, verder is het stil. Je slentert door het dorpje, zoekt als het kan de koele schaduwkant van de smalle straatjes. Geen monumenten, geen grootse architectuur, slechts eenvoudige bouwwerkjes onderhevig aan een prettige mate van verval: Franse slag…

vakantie zomer 2013 Asquins

De wandeling maakt je wat gevoeliger voor het gewone. Je ziet dingen waaraan je doorgaans achteloos voorbij gaat. Een gat in een muur blijkt een oude broodoven te verbergen. Allang niet meer in gebruik, maar toch… Niet alleen werd daar brood gebakken, ook stonden er kruiken met bonenstoof te garen. Of een winterse daube, met het beste vlees van de slacht.

vakantie zomer 2013 Asquins

Je blijft staan bij de vensterbank van een scheefgezakt onderkomen. Iemand heeft de moeite genomen om ogenschijnlijk nutteloze zaken uit te stallen en te rangschikken, al ontgaat je de logica. Een langwerpige fles uit de Elzas in Bourgogne. Het zal best, maar waarom? Een ijzeren kookpot. Ooit deed-ie dienst, maar de staat van onderhoud maakt hem voor eeuwig ongeschikt om nog te gebruiken. De platte fles bevatte mogelijk rozé uit het zuiden des lands, maar evengoed zat er oorspronkelijk Calvados in, Armagnac misschien?  Dat witte schaaltje is onmiskenbaar een bonsai-pot. Is het bijbehorend boompje overleden? En dan dat spaarvarken. Opgetuigd met de faienceroosjes uit Lunéville. Het zal wel leeg zijn, je wilt er niet aan schudden. Maar voor hetzelfde geld zit het vol met oude franken. Het spaarbeest woont al geruime tijd buiten. Een deel van het glazuur is eraf gevroren.

Ook de rest van het onnut staat daar met reden. Maar welke?…

© paul

Onze Poolse medelanders…

Paddenstoelen nieuwe oogst

Toen ik in Praag studeerde gaf het voortdurend verwarring. Mijn voorkomen was dat van een Oost-Europeaan. Men herkende in mij een stadgenoot, een Hongaar, een Oost-Duitser. Kwestie van de foute spijkerbroek, de shabby jas en het belabberde kapsel. Pas wanneer ik mijn mond open deed kwalificeerde men mij als “vreemdeling”. Enfin, ik geef toe dat het sindsdien nauwelijks beter is geworden…

Vanochtend was het moment om de jacht op de Paddenstoel te openen. Ik had al exemplaren zien staat in de Hoef, een soort parameter. Staan ze hier, dan staan ze ook op mijn eigen stekken.

We liepen ons laantje en werden niet teleurgesteld. Ze stonden er, het Eekhoorntjesbrood, en ook die waardevolle neven en nichten. We plukten een mooi maal en meer.

Speurend langs de eikendreef werden we achterop gereden door een klein Volkswagentje. Pools nummerbord, Poolse vrouwtjes achter het stuur. Ze zagen ons doende en snapten meteen waar het over ging. Paddenstoelen! Ze toeterden en staken haar duim omhoog. Veel geluk bij de jacht.! Kennelijk zagen ze landgenoten bezig met hun nationale sport. We groetten terug.

Bij ons volgende laantje was een Nederlands bedrijf doende een nieuwe stal te plaatsen. Kennelijk waren de drie dakdekkers van Poolse origine. Ze zagen ons bezig en begonnen enthousiast naar ons te schreeuwen.

Ik verstond er natuurlijk niks van, maar ze hebben ongetwijfeld bedoeld dat ze ons voorbeeld zouden volgen, zo gauw het weekend daar was. Ze lachten er uitbundig bij.

Onze medelanders weten hoe het moet met die paddenstoelen. En ze weten ook waar ze staan. Polen zijn er meesters in. Ze doen dat thuis al duizenden jaren. En we gunnen ‘t ze het van harte. We zijn alleen zo benieuwd wat ze er mee doen, met onze paddenstoelen…

c paul

Nazomer…

compassion
Overdag haalt het kwik nog waarden van twintig graden of meer. Maar valt de avond dan begin je te voelen dat september op z’n eind loopt. Ik sluit de ramen en draai aan de thermostaatknop. Op tafel tover ik een stoofschotel, ik schenk een glas fonkelende Medoc.

Evengoed staat buiten, in de tuin, vanalles z’n best te doen. Het IJzerhart trekt nog insecten, de laatste digitalis ook. De salie is mooier en voller dan ooit, de rozemarijn heeft nieuw schot. Nagenoeg elke roos heeft een paar nieuwe knoppen, sommige dragen zoals in het voorjaar.

De Rosa Compassion, die geweldige klimmer, bloeit, geurt en pronkt. Voor haar lijkt de zomer nog lang niet voorbij. Ze vergist zich, maar voorlopig laten wij haar doen. Zolang het duurt.

C paul

Wat rest…

... wat rest

Wat rest… schreef Ellen onder de foto. Het is niet meer en niet minder.
Wat rest van een maaltijd is een partij vuile vaat met daarop ondefiniëerbare stukjes voedsel, rijp voor de kliko. In het gunstigste geval heeft de hond er nog enig plezier van… 
Een enkel keer levert het afval echter een aardig beelhouwwerk op waar je nog enige tijd van zit na te genieten. Afgekloven botjes van de ossenstaartschotel, mosselschelpjes, sprietdunne beentjes van de gerookte kwartel. Het is een beetje een kwestie van kunstig schikken en het wordt weer wat…
Het skelet van zeetong leent zich altijd voor een artistieke pose. Kijk toch eens hoe mooi die graten zich in een kurve laten draaien. Toefje ui erop en in de achtergrond de reuze-peterselie van de Witte Brug!
Ja, wij mogen graag met ons eten spelen.Ook na de maaltijd…
© paul  

Hond Jaros…

Jaros

Dit is een stukje over Hond Jaros. Niet over eten en drinken dus. Ik beschrijf een en ander wat uitgebreid, ik heb die meiden van het asiel beloofd hen een beetje op de hoogte te houden. Houd je niet van honden, scroll dan snel door!

Enfin, Nieta Br. liet ons weten dat ze via Facebook op het spoor van een hond was gekomen. En of dat niks voor ons was… En ja, het beest zag er aardig uit, dus zochten we maar wat extra info.

Van huis uit zwerfhond , ergens in Spanje. Mee naar Nederland genomen door een jong stel. Toen dan de relatie van het stel op de klippen liep, was het ook uit met de relatie met de hond. Hond werd geschonken aan het asiel. Het beest had daarna een aantal bazen, steeds was er wel een reden om hem terug te brengen naar het asiel. (Kon niet mee op hotelvakantie, gedroeg zich in de auto niet zoals men wenste enz…) De hond zou erg schrikachtig zijn, goed met dieren, minder met mensen. Géén angstbijter! En zo waren er nog een aantal bedenkingen.

We ontmoetten hem op de speelweide van Dierenopvangcentrum ‘t Noordbroek in Almelo. En ja, het beest was schrikachtig. Maar toch niet zo bang dat hij de aangeboden hondenkoekjes voorbij liet schieten. Even later konden we hem aaien. Dat komt goed, dachten wij…

Na enig vijven-en-zessen adopteerden we het beest, werden de papieren in orde gemaakt en kon de terugreis aanvangen. Eenmaal in de auto barstte de hond van de schrik, dat was te verwachten. Ellen wist hem echter gerust te stellen en een goede tien kilometer verder viel hij in slaap.

Ter hoogte van Arnhem kotste hij de snoepjes uit die hij bij onze kennismaking had verorberd, draaide zich om en sliep verder. Bij het binnenrijden van Brabant kreeg hij een nieuwe naam toebedeeld. De hond maakte het geloof ik niks uit, ons wél.

Vanaf het moment dat hij in huis kwam stond nieuwsgierigheid op de voorgrond. Alles moest ontdekt worden, besnuffeld, bekeken. Onze vrees over hoe de hond zou reageren op het vele bezoek op het Ministerie was ongegrond.

Komt er volk over de vloer dan houdt Jaros even afstand en vervolgens benadert hij het bezoek zelf. Zitten er vijf mensen aan de keukentafel, de hond gaat er op z’n gemak onder liggen. Ten aanzien van Het Kind heeft Jaros so-wie-so geen enkel voorbehoud.

Aan de lijn gedraagt Jaros zich nagenoeg voorbeeldig en in gezelschap buitenshuis idem dito. We zaten op terras bij de Engelenburght en bij Dientje Wijn, de hond vond het prima. Het bevredigde zijn nieuwsgierigheid en eenmaal uitgekeken stekte hij zich uit en viel in slaap.

Onze tuin is zijn nieuwe speelweide, Berts tuintafel zijn nieuwe klimrek.

Eerder zei ik iets over een zindelijkheidsprobleem. Ook dat is zich progressief aan het oplossen, hoewel er nog aan gewerkt moet worden.

Loslopen in het buitengebied kan pas wanneer we Jaros helemaal onder controle hebben en hij onvoorwaardelijk naar ons en zijn nieuwe naam luistert. Dat gaat tijd kosten.

Die maffe aap met dat lullige petje komt uit de erfenis van Hond Max. Het is intussen Jaros’ trouwste speeltje…Jaros

Het gaat helemaal goed komen met Jaros en ons. Dat vindt die hond ook!

© paul

 

Hond Jaros (voorheen Kylian) en andere genoegens…

Jaros

Sinds gisteren maakt het beest deel uit van ons gezinnetje. Ik had je een uitgebreide inleiding willen vertellen aangaande dit hoofdstuk in de geschiedenis van het Ministerie. Ik ben echter te moe, te laat, het is te warm…

Dat-ie z’n kop verstopt achter een paaltje zou typisch moeten zijn voor zijn doen en laten, werd ons verteld. Niets is minder waar.

Het beest is sociaal, nieuwsgierig, onderzoekend, lief en aanhankelijk. En het staat open voor contact met elke bezoeker van het Ministerie. Er is een klein probleem. Zindelijkheid heet dat…

Enfin, morgen meer…

Paul

De Argonne… (vakantieherinneringen).

vakantie zomer2013 St Menehould

We zwierven een paar dagen over de slagvelden van de Argonne, die vriendelijke Franse graanschuur tussen de Champagne en de Bourgogne. Nagenoeg de hele Eerste Wereldoorlog lag het front daar stil. Er liep een scheidslijn door de Argonne, men groef zich in. Vier jaar frontlinie, vier jaar loopgraven. Duitse loopgraven, Franse loopgraven… Soms slechts enkele tientallen meters van elkaar verwijderd.

We sjokten door de mansdiepe greppels. Het was er vredig, het was er warm. Maar het was er ook lemig. En je hoefde geen ziener te zijn om je voor te kunnen stellen hoe, bij de minste regenval, de hele zaak veranderde in een dikke brijige ondergrond waarin je wegzakte tot je enkels. Waar je geen tien stappen kon zetten zonder uit te glijden en met je snufferd in de pap te vallen.

En dan die onderkomens. Te klein om in te leven, maar nét te ruim om definitief in te creperen. Gestrekt slapen was niet mogelijk. Met geluk was er een houten brits waarop je in foetushouding even kon liggen. Meestal sliep je zittend. Het eten werd van achter het front aangevoerd. Zelf koken was geen optie; geen plaats, geen voorraad.  En stokte de aanvoer dan at je maar niet, soms dágen niet… Hemelwater verziekte je leven, drinkwater moest je vaak ontberen. Jezelf of je kleding wassen, jezelf scheren, je kon het vergeten. Je verspilde geen drinkwater…

De Eerste Wereldoorlog was ondanks de moderne methoden om grootschalig te vernietigen nog steeds een standenoorlog. Aan het oostelijk front, maar nauwelijks minder aan het westelijke. Je had het kanonnenvoer, het Duitse, het Engelse, het Belgische, het Franse proletariaat. Én je had de elite. Dat waren de Pruisische Junkers, de Britse Opperclass, de Franse Noblesse. Zij bepaalden voor een belangrijk deel het verloop van de oorlog, vaak tegen beter weten in. Je ziet het nu, honderd jaar na de wereldramp, nog terug.

vakantie zomer2013 St MenehouldKroonprins Wilhelm van Duitsland (niet de Keizer dus..) had de leiding over het 5e leger. En dat corps lag in de Argonne. En aangezien het front stabiel was (lees: onbeweeglijk vast lag!) werd er een commandopost gebouwd. Niet een loopgraaf, zelf niet een luxe. Nee, men bouwde een betonnen onderkomen, omringd door nog een aantal van die bunkers voor staf en gasten. Ver genoeg van het directe geweld, dat dan weer wel. En aangezien het om een Troonpretendent ging maakte men er iets moois van. Mét erkertje, mét open haardje; verschil moest er blijven! Wilhelm heeft er nauwelijks gebruik van gemaakt, hij was op andere plaatsen met andere zaken bezig. Maar niet met oorlog.

Het was Clausewitz (een Pruisische militair en wetenschapper) die het duidelijk verwoordde: Oorlog is een voortzetting van politiek met andere middelen. Het resultaat lezer, zal  altijd hetzelfde zijn…vakantie zomer2013 St Menehould

© Ellen-Paul

 

 

Eten en geweten… Dilemma op je bordje

AGV, maar toch...
Ik stond vandaag in de super voor het rek met eieren en ik wist het echt niet meer… Welk ei komt nou van een kip die echt een fatsoenlijk leven gehad heeft? Vrije uitloop, Scharrel, Rondeel, Maisscharrel, Polderkip… en ga zo maar door. Ik weet het echt niet meer! Ik probeer zo goed mogelijk inkopen te doen. Let op afstanden, Foodmiles, diervriendelijke teelt; maar wat is juist? De sperzieboontjes uit Nederland smaakten vorige week niet echt. Slap, flauw. Ik las dat de boontjes uit Kenia, ja juist: kilometers foodmiles, heel milieuvriendelijk geteeld worden én dat de telers in Kenia er ook een goed bestaan aan over houden…

Nou dan maar eens boontjes uit Kenia gekocht. Ze zagen er bovendien prachtig uit. Erbij biologische krieltjes (uit Nederland). Ik zou ze in de schil even voorkoken en dan bakken. Om de maaltijd compleet te maken een karbonaadje van de Sumiranboerderij, dan weet ik in ieder geval zeker dat het varken een goed leven heeft gehad en fatsoenlijk voer gegeten heeft! Zelf gezien!

Conclusie van deze weldoordachte maaltijd: het vlees was prima (overigens gebakken in geklaarde Belgische boerderijboter), de boontjes waren flauw van smaak en de aardappeltjes smaakten nergens naar.

Hoe kan het toch dat smaken steeds meer vervlakken? Tomaten smaken waterig, perziken zijn knoer-hard en zurig, peren zijn vooral melig… ga zo maar door!

Ja natuurlijk, het is wel mogelijk om fatsoenlijk eten te bemachtigen maar dan ben je echt een dag bezig om de noodzakelijke boodschappen bij elkaar te zoeken.

Ik ben de afgelopen weken misschien wel erg verwend; in Luxemburg vind ik, gewoon in de Supermarché, precies wat ik wens: mooi rijp fruit, biologisch vlees, alle soorten kip ( met een fatsoenlijke achtergrond, d.w.z. een vrij leven, goed voer enzovoorts), eieren waarvan ik zeker weet dat de kippen een goed leven hebben gehad en goed voer aten (hoe-en-wat staat duidelijk op de verpakking).  Duur? Ja, dat dan weer wel. Maar dat wisten we al, als je echt lekker en verantwoord wilt eten hangt daar doorgaans ook een prijskaartje aan!

Soms denk ik wel eens “Waarom pikken we dit, waarom zeggen we niet met z’n allen dat onze Supermarkten de boom in kunnen met hun slechte, smakeloze producten.

En de specialisten? In ons dorp Gemert is nog één echte slager, één bakkerij en twee bakkers die hun brood aangeleverd krijgen, en één groentehandelaar. De kleine middenstand is al jaren geleden ‘genekt’ door de vijf grote supermarkten,  Vreemd genoeg zijn er zeker 8 kappers in ons dorp! Het is maar waar je je prioriteiten legt!

© ellen