En epoisses toe…

6 februari 012

Een jaar of wat geleden schreef ik dat je voor Epoisses niet in de supermarkt terecht kunt. Het is een kwetsbaar kaasje, het verdient wat extra verzorging, net als Camembert van rauwe melk of Brie de Meaux. Eergisteren liep ik snel even binnen bij de Plusmarkt in Beek en Donk. Ik kom daar nooit, ik doe mijn boodschappen in mijn eigen dorp. Of ik bezoek speciaalzaken en daar vallen supermarkten in de omgeving van mijn woonplaats niet onder. Maar goed, ik was in Beek en Donk en het kwam zo uit dat ik en passant die Plusmarkt binnen schoot voor iets onbenulligs. Hoefde ik straks thuis de deur niet meer uit. En daar zag ik dan tussen een klein, maar aardig assortiment kazen deze Epoisses liggen. Gewoon de goede: uit Bourgogne, gemaakt van rauwe melk en met AOC keurmerk. Het kaasje woog 250 gram en kostte € 6,–.

Gisteravond aten we de kaas. Hij was al aan de oude kant. Niet dat er enig spoor van bederf te bespeuren was, het tegendeel. Alleen betekent ouder worden bij kaas ook dat er vocht is verdampt. En daarom was deze kaas aanmerkelijk zouter geworden dan de makers oorspronkelijk hadden bedoeld. Verder alleen maar lof. De kaas rook sterk, heel sterk, maar niet penetrant. De zuivel kleurde prachtig goud en was bijna helemaal vloeibaar. Niet iedereen kan dat laatste waarderen, maar wij vonden het heerlijk. We hebben de inhoud met een lepeltje gegeten. De dunne rode korst was erg zout. Het was zaak het restant snel weer te verpakken omwille van de vloeibaarheid. De kaas liep helemaal uit over de plank. Ik verheug me vanavond, dan eten we de rest.

Ellen dronk er een witte wijn bij uit Australië, gemaakt van de Semillion en de Chardonnay druif. Ze vond het geen ideale combinatie. (Mij viel het wel mee.)

© paul

Sukadelappen, bijna Provincaals…

 5 februari 006

Ellen kocht het vlees zaterdag bij onze Turkse slager in Helmond. Prachtige dikke, sappige sukadelappen, rund dus. En wat is er prettiger dan op een verloren maandagmiddag te gaan zitten lezen aan de keukentafel terwijl het vlees langzaam klaar stooft. Het huis hult zich in de heerlijkste geuren en je droomt weg naar een vacantieoord, ergens in Zuid Frankrijk.

Het recept is een beetje Provincaals. (Met dank aan mevrouw Born.) Ik kookte voor ons twee, maar de sukadelappen waren van dien aard dat we er best met z’n vieren van hadden kunnen eten.

500 gram sukadelappen, olijfolie en een klont boter, 2 eetlepels cognac, 1 glas rode wijn, 1 deciliter bouillon, 1 blad laurier, thijm, 1 gedroogd pepertje, 1 theelepel paprikapoeder, 2 tenen knoflook, drie reepjes sinaasappelschil, 2 eetlepels vers gehakte peterselie, 20 olijven, peper en zout.

Ik verwarmde de olie (hitte) en boter (smaak) en bakte de sukadelappen snel op een fors vuur bruin. De cognac deed ik in een metalen opscheplepel en verwarmde die een beetje. Toen de vloeistof brandde goot ik die uit over het vlees. (Flamberen; let op dat je afzuigkap uit staat en zorg dat je de deksel van de braadpan onder handbereik hebt voor het geval dat het mis dreigt te gaan.) Na de gecontrolerde brand gingen de wijn en bouillon bij het vlees. Ik liet het vocht heel kort aan de kook komen. Toen ging de pan op laag vuur en voegde ik de laurier, de thijm, het pepertje en het paprikapoeder erbij. Daarna versnipperde ik de 2 tenen knoflook in de pan en voegde de drie reepjes sinaasappelschil toe. Ook de helft van de peterselie. De deksel kon op de pan en het geheel mocht 2 uren stoven op een zacht vuurtje. Tussendoor moest ik nog wat water toevoegen omdat het vocht iets te snel verdampte. Tien minuten voor het opdienen van het vlees deed ik er de olijven bij. Al met al een hele mooie combinatie van smaken, vooral de sinaasappelschil geeft een hele speciale toets. Ik maakte de schotel af met de rest van de verse peterselie (platte).

We aten er aardappeltjes uit de oven bij en witlof, gewikkeld in spek.

© paul

Zalmmoot met mierikswortel

6 februari 004

Een snelle maaltijd vandaag. We hadden nog een mooie film op video en wilden die vanavond zien.
Ik ben meestal rond half zes thuis en als Paul dan s’nachts weer moet werken is er niet zoveel tijd over om te koken en te eten. Het hoeft dan toch niet persé een kant-en-klaar-maaltijd uit het schap van de super te worden, het is heel goed mogelijk om in een kwartiertje een smakelijke maaltijd op tafel te zetten.

Wij aten vanavond een mootje zalm, gewoon even gebakken in de pan. Drie minuten aan beide kanten. Erbij een salade van sla, ruccola, tomaatjes, en dungesneden ui, een sausje van zure room en mierikswortel over de zalm en voor mij een paar zelfgebakken frietjes.

Voor de saus raspte ik een flinke eetlepel mierikswortel, ik deed er meteen een theelepel citroensap bij en vervolgens 125 ml zure room, een beetje peper en zeezout. Goed roeren en klaar.
Eenvoudig, snel klaar en simpel, kan niet mislukken!

Een stukje kaas toe, Epoisses ditmaal.
En espresso.

Snoekbaars met mierikswortelsaus

 4 februari 009

Gisteren aten we snoekbaars. Een smakelijke vis, deze kwam uit het IJselmeer. Ik zag deze week een Hongaars recept met mierikswortel en besloot dit recept eens uit te proberen. In de Nederlandse keuken wordt bijna geen mierikswortel gebruikt in tegenstelling tot Duitsland, Oostenrijk, en de Balkanlanden. Echt Oost Europees kun je wel zeggen. Ik houd wel van de smaak; pittig tot scherp en toch ook zoet, moeilijk te omschrijven.
Ik kocht op de markt een hele mierikswortel. Je moet de wortel schillen en dan fijn raspen. Zet een bril op tegen het tranen want dat is meestal nog erger dan bij het snijden van uien!
Het recept sprak van moten snoekbaars, mijn vis was niet zo groot dus besloot ik hem in zijn geheel klaar te maken. Jammer genoeg niet goed nagedacht in welke pan de vis zou passen. Ik had de kop er al afgesneden toen bleek dat hij eigenlijk wel helemaal in de pan kon. Jammer! Zonder kop dus.

Voor vier personen;
ongeveer 1 1/5 kilo snoekbaars
1 grote wortel
peterselie en selderij samengebonden
1 ui in grove stukken
1 eetlepel citroensap
zout
3 dl zure room
2 eetlepels bloem
100 gram geraspte mierikswortel
peper
1 eetlepel boter

Maak de snoekbaars schoon en verwijder de schubben
Maak een courtbouillon van water, de ui, wortel, selderij, peterselie, citroensap en zout. Laat de buoillon 20 minuten trekken en doe er dan de vis in. Pocheer de vis op een zacht vuur in ongeveer 25 minuten gaar.

Maak intussen de saus;
Doe de mierikswortel in een sauspan voeg de zure room erbij en dan de bloem. Roer alles goed door elkaar en giet er wat van de bouillon bij. Kook de saus 10 minuten zachtjes door en breng op smaak met peper en zout.

Schep de vis voorzichtig uit de pan en schik hem op een voorverwarmde schaal. Schenk de saus erover.
Wij aten er gekookte aardappelen bij en wat salade.

Een smakelijk gerecht, wij vonden het beslist voor herhaling vatbaar!
Espresso toe.

@ Ellen

Carnaval?!

 2 februari 014

Je ontkomt er niet aan bij ons. Aan Carnaval…
Het bouwt altijd langzaam op. Je denkt er eens over na, je hebt zo je bezwaren tegen de verplichtingen. Het is een tamelijk slopend feest, vijf dagen is voor de ouder wordende medemens nog nauwelijks vol te houden. Je overweegt hoe je een en ander korter en minder vermoeiend kunt organiseren, je raadpleegt je vrienden en vriendinnen.
En al doende komen de herinneringen aan de mateloze feesten weer boven. Je praat je bezwaren weg, jij, en zij ook.
Gefeest moet er worden, gedronken en geflirt. Gelachen en gejankt, gezongen en gemusiceerd. Zo zit dat…

Maar eerst heb je de praktische problemen: de “pèkskes” moeten bedacht, ontworpen en gemaakt. Want een degelijke verkleedpartij is de helft van het plezier.
Gisteravond was de eerste bijeenkomst ten huize van Eupotours .
Hijn en Ans vonden in een Belgiesche uitdragerij ( bij ons net over de grens) een partij armbandjes uit Zuid-Amerika, zes honderd stuks. Daar moet je wat mee, met Carnaval…
De vergadering verliep tamelijk warrig, en de gemoederen raakten al snel aan de kook toen “Het Nieuwe Leren” zich opdrong als belangrijker gespreksthema. Toch behield één van ons de positieven en ontwierp een Carnavalsorde die uitgedeeld en opgespeld kon worden. De armbandjes worden aan één zijde voorzien van een sluitspeld, en aan de andere van een dubbelgenepen biercapsule. Het klinkt wat flauw, zoals ik het nu schrijf, maar het ziet er prachtig uit. (We zitten nu dus verlegen om zeshonderd biercapsules, maar dat probleem laat zich ook wel oplossen.)
Hoe de kostuums eruit gaan zien is nog niet geheel duidelijk. Legio gedachten, nul overeenstemming. Maar ook daar komen we uit!

De maaltijd gebruikten we thuis op het Ministerie, tussen onze zaterdagmiddagverplichtingen en de vergadering ‘s avonds. De Keizer van Monera mocht aanschuiven aan de dis.
Ellen maakte kalfsschenkels in tomatensaus en een mooie salade met spekjes.

© paul

Crémant d’Alsace…

2 februari 017

Misschien herinner je je nog dat artikel op dit web-log over onze expeditie naar kasteel Croy, die uiteindelijk niet door ging. Het is alweer een jaar geleden. De uitspanning aldaar brandde enkele uren vóór ons bezoek uit. Aangezien wij geen ramptoeristen waren stelden we ons bezoek dan maar uit tot een betere gelegenheid. Vandaag was zo’n gelegenheid. Het weer gedroeg zich lenteachtig zacht en de middag had geen enkele verplichting in petto. Ik was hard toe aan een mooi donker bier en dus togen we naar Croy.
Dat viel tegen; de uitspanning was nog onder constructie. Alles was weer aardig hersteld, behalve de buitenkant van de voormalige hoeve, die moest nog worden bezet en afgewekt. Ook in de omgeving konden we niet doen wat we wilden. De marinoschapen en de gerestaureerde schapenboet waren niet te bereiken. En van de hopplantage was alleen het staketsel te zien.
Op de terugweg naar huis overlegden we waar we de zondagmiddag dan zouden doorbrengen. We kwamen er niet uit. Ellen vond het eigenlijk best, zij verlangde naar haar boek (Hammesfahr), maar ik had dit weekend al effectief negen uren gelezen. Zo kon het wel…
Wat verwezen zat ik aan de keukentafel. Altijd viel er volk “op de klep”, waar waren ze nu?
Ik besloot dan maar vertroosting te zoeken in de fles.
Er lag een mooie bubbelwijn in de kelder. Geschonken door de Jongste Bediende. Troostrijk vocht voor een wat duffe zondagmiddag.

Het betrof een fles Crémant d’Alsace 2003 van het wijnhuis Beck uit Dambach-la-Ville. De tiende generatie wijnmakers alweer van dat huis. Het werd gesticht in 1596 en bleef daarna altijd in de familie.
Ter opfrissing van het geheugen: de naam Crémant betekent altijd dat het gaat over iets anders dan bubbeltjeswijn. Crémant mag de wijn alleen heten wanneer hij de kwaliteiten van een Champagne bezit. Champagne mag hij niet heten, omdat hij uit een andere streek dan Champagne komt.

Ik kende al Crémant de Bourgogne en natuurlijk Crémant de Luxemburg. Die laatste komt dan wel niet uit Frankrijk, maar de kwaliteitseisen in Luxemburg doen niet onder voor die in Frankrijk.
Verder is het een goede gewoonte om een Crémant te drinken wanneer je er zin in hebt, en niet om die te bewaren tot Nieuwjaar.
Op Oudejaarsavond eet je oliebollen en andere hapjes. En je drinkt zo eens het een en ander. Het gevolg is dan ook steevast dat tegen de tijd dat de “bubbels” worden open getrokken je gewoon niks meer proeft.
Zonde van de Champagne, zonde van de Crémant.

In Luxemburg, maar ook aan de Duitse Moezel en in Noord Frankrijk is het een goede gewoonte een glas Crémant te drinken in het café. De kastelijn heeft altijd wel wat lekkers onder de kurk, en terecht.

Deze Crémant d’Alsace voldeed wat ons betreft aan de verwachting. Lekker fris, sprankelend, mooi droog met toch een heel onschuldig zoetje op de achtergrond. Het rook een beetje naar limoen. En dan die typische gewaarwording die bij Champagne of Crémant hoort: het drinkt lekker weg, nooit is het zwaar of koppig. Maar na je tweede glas nestelt er zich zo’n rare lichtheid in je hoofd die de hele wereld tot een feestje maakt. Ben ik duidelijk?
Bedankt Jongste Bediende…

© paul

Portabello met geitenkaas

2 februari 007
Een voorgerechtje gisteren; portabello met geitenkaas. er lagen mooie portabello’s in de winkel, ik had nog een mooi geitenkaasje en dan is dit voorgerecht snel gemaakt.
Voor twee personen; twee portabello’s
1 plak gekookte ham
75 gram geitenkaas
olijfolie, peper, zout en wat gehakte peterselie.
Hak de eventuele steeltjes van de paddenstoel in kleine stukjes. Snijd de kaas en ham in stukjes en meng het geheel met wat peterselie, peper en zout. Leg de paddenstoel met de bolle kant naar beneden in een ingevette ovenschaal, vul ze met het kaas/hammengsel en druppel er wat olijfolie over. Zet ze zo 20 minuten in een voorverwarmde oven op 180 graden.

Kip met citroensaus

2 februari 015

Ik had gisteren geen tijd om te schrijven en soms slaan we dan maar een dagje over, dit gerecht was zo lekker dat het beslist op dit weblog moet staan. Kip met citroensaus. Van oorsprong een gerecht uit Marche, de oostkant van Italie. Een zondags feestelijk gerecht. Neem een goede kip, met een plofkip is dit eigenlijk niet te maken. Je kunt een hele kip kopen en zelf in 8 stukken verdelen of koop bijvoorbeeld drumsticks of poten.

Voor vier personen 1 1/2 kilo kip.
boter, peper zout
1 heel fijngehakte ui
2 1/2 dl bouillon

voor de saus 3 eidooiers en 4 eetlepels citroensap

Braad de stukken kip in de boter aan alle kanten mooi lichtbruin, voeg de ui toe en smoor even mee. Blus dan af met de bouillon en laat de kip nu ongeveer 45 minuten zachtjes garen. De gaartijd is heel afhankelijk van het soort kip dat je gebruikt. Een biologische kip heeft een langere gaartijd nodig.
Als de kip gaar is moet het vocht bijna helemaal verdampt zijn. Is er nog veel vocht in de pan laat het dan verdampen door even zonder deksel door te stoven.

Klop in een kom de dooiers los en voeg beetje voor beetje het citroensap erbij. Klopt dat nog even tot je een mooi zalvig mengsel hebt. Neem de pan van het vuur en giet de saus over de kip.
Roer snel alles goed door zodat de kip omhult wordt met de saus. Leg de stukken op een voorverwarmde schaal en giet de rest van saus erover. Strooi er wat gehakte peterselie over.
Een prachtige frisse, zalvige saus!
wij aten er gebakken aardappeltjes bij en een gemengde salade.
Espresso toe.

Achterstallig onderhoud: vrijdag…

17  februari 023

De vrijdag stond eigenlijk geheel in het teken van het voltooien van de costuums. Het idee hoefden we niet zo heel ver van huis te zoeken. In onze ruime vriendenkring hebben we een Keizer (van Monera), een Koningin (van de Gruun Skut) en een Prinses (van de Drumknawers). Het lag dan ook voor de hand dat de rest zich koninklijk zou presenteren. En majesteitelijke pakken zijn het geworden.
Vanaf vroeg in de middag tot in het nachtelijk uur was het een drukte van belang. Vier snorrende naaimachines, het hele huis onder de troep.
Ellen maakte tussendoor een maaltijd voor veertien mensen: spaghetti met een saus van tomaten en vlees. En daarbij twee grote borden sla. Voor de liefhebber nog een stukje kaas en daarna koffie.
Het drankgebruik beperkte zich voornamelijk tot bier, hoewel er ook de nodige flessen rood en wit gingen schuiven.
De pèkskes zijn intussen klaar, ze zijn voor een deel al gepresenteerd en goed bevonden door het gros van onze dorpsgenoten.
De Keizer van Monera is zo trots als een pauw op zijn nieuwe mantel. Met gepaste eerbied toont het Ministerie hem op dit web-log. Het lijkt wel een statieportret…
De hele bent gaat vandeweek nog op de foto, je zult het zien.

© paul

Schouderkarbonaden en tomatenroomsaus

1 februari 021
Gisteren aten we schouderkarbonaden. Wij vinden deze varkenskarbonaden allebei heel smakelijk en eten dit vlees dus ook vaak. De variatie is dan niet het vlees, maar de saus die ik erbij maak. Schouderkarbonaden moeten even stoven en door het beetje vet blijven deze karbonaden ook mals, in tegenstelling tot bijvoorbeeld ribkarbonaden, die moet je kort bakken anders worden ze droog. Soms stoof ik het vlees in een saus, gisteren maakte ik de saus apart:
Braad de karbonaden in wat boter aan beide kanten bruin. Voeg 4 hele teentjes knoflook toe en bak die mee tot ze heel lichtbruin zijn. Blus dan af met een scheutje witte wijn en laat het vlees zo 45 minuten zachtjes stoven.
Doe in een sauspan een kopje bouillon en laat dat wat inkoken. Voeg er 1/8 room bij en laat even inkoken. Voeg een kleine eetlepel tomatenpuree toe (ik gebruik triplo van Mutti, die is flink geconcentreerd), een drupje tabasco, wat versgemalen zwarte peper, een paar blaadjes gehakte basilicum, wat geraspte citroenschil en een scheutje van het stoofvocht van het vlees. Schep de knoflookteentjes uit de pan en druk ze fijn in de saus. Laat de saus nog even inkoken en serveer dan met het vlees. De saus bindt prachtig zónder bloem toe te voegen. Dat komt door het gebruik van goede gelatineuse bouillon.

We aten er broccoli bij en aardappelpuree. Een kopje espresso toe.
@ ellen