Varkenshaasje in kaassaus (Munster)

Het was allemaal heel gezellig vandaag, het slachtfeest, nog veel bezoek daarna, enz. maar we moeten toch ook gewoon eten. Vanavond een varkenshaasje, gewoon van “onze eigen Sumiran varkens”. (Misschien moeten ze in Heusden ook maar eens slachtfeest houden?)

Recept voor 4 personen: 2 varkenshaasjes, 1 klontje boter, 1 teentje knoflook fijngesnipperd, 1/4 liter room, 150 gram Munsterkaas, peper, zout, nootmuskaat, peterselie, basilicum.

Braad het haasje in een open pan ongeveer 20 minuten (afhankelijk van dikte en grootte) Intussen in een sauspan de knoflook in de boter even smoren, de room erbij en aan de kook brengen. De kaas in kleine flintertjes snijden en bij de room voegen. Blijven roeren tot alle kaas gesmolten is. Kruiden met peper, zout, nootmuskaat en even zachtjes laten pruttelen. Het haasje uit de pan nemen en warmhouden onder folie. De aanbaksels in de braadpan losroeren met een scheutje witte wijn, en de kaassaus erbij doen. Goed roeren en een beetje fijngehakte peterselie / basilicum toevoegen. Het haasje snijden, op een mooie, voorverwarmde, schaal leggen en een beetje van de saus erover scheppen. Snel opdienen.

Wij aten er witlof bij en aardappelen. Espresso toe. Dit recept is “een beetje uit de Elzas, en een beetje van mij”, wil je meer Elzas serveer er dan zuurkool bij!

©  ellen

Slachtfeest…

In ons dorp staat het Boerenbondsmuseum. Altijd een bezoekje waard. Het hele jaar door vinden er allelei evenementen plaats, vandaag is het slachtfeest. November is de Slachtmaand. Het feest wordt al enkele jaren in, en rond het museum gevierd, maar ik was er nog nooit geweest. Vandaag dus met de camera op pad. Onze dochter kwam wat later. De dag begon al vroeg, ik wilde zien hoe het varken “op de leer gehangen werd”. Dat is nog een heel karwei.  Zo’n beest weegt ongeveer 150 kilo. De slager hangt, samen met de vrijwilligers van het museum, de varkens op een brede ladder, of een leer, zoals ze hier zeggen. Er waren 6 varkens. Het vlees wordt in stukken verkocht. Ook wordt er ter plekke worst en gehakt van gemaakt.  De wethouder van onze gemeente maakt de worst en versjouwt af en toe een half varken. De eerste bezoekers komen nu ook. De koffie is klaar en de pannenkoeken met spek verspreiden een heerlijke lucht. Hendrikje lust wel een pannenkoek met spek als ontbijt. We kopen een tong met keelstuk, zult, balkenbrij, en een stuk spek om te koken. In het museum drinken we koffie, en ontkomen er niet aan om “lotjes” te kopen. Het is inmiddels druk en heel gezellig binnen. Er is echte erwtensoep, bonensoep en koffie met vlaai. Een borreltje hoort natuurlijk ook bij de slacht! Wie nog even wil kijken moet zich haasten, het feest duurt nog tot 17.00 uur.

© ellen

Eau de vie de Prunelle…

Er zijn er nog 39 in Luxemburg. Eau de vie stokers bedoel ik. Dat past in de tradietie van de regio, want in het zuid-westelijk Rijnland, in het Schwarzwald, in de Vogezen en in de Elzas wordt alles verstookt wat maar gisten wil. Zo ook in Luxemburg. Het principe is simpel. Je laat fruit vergisten, het wordt als het ware wijn. Die wijn verstook je dan in een alcoholketel en je houdt eau de vie over. De finesse zit ‘m in het verfijnen, de foezels uit het stooksel halen, de aromaten optimaliseren en het op de juiste manier laten rijpen. Eau de vie wordt meestal aangeboden met een sterkte van 45% alcohol. Zoals gezegd, in Luxemburg zijn nog 39 stokers actief. Dat wil zeggen: officieel, door de Staat erkend, gecontroleerd en van een nationaal keurmerk voorzien. Uit eigen ervaring weet ik dat er her en der nog thuis wordt gestookt, en lang niet beroerd. Op allerlei plaatsen, in weilanden, langs de openbare weg, in plantsoenen, staan fruitbomen. Kinderen verdienen een zakcent met het rapen van het valfruit. Die onooglijke vruchtjes worden dan door de stoker getransformeerd tot de heerlijkste drank. Ook graan wordt gebruikt als grondstof, zelfs het geheel vergeten spelt. Na buitenlands verblijf behoort het tot onze traditie één of meer flessen in te slaan. Ellen houdt van Poire Williams, ik ben dol op Mirabelle. Dit keer kocht ik een fles Eau de vie de Prunelle, sleedoorn dus. Wilde sleedoorn. De fles is leeg, iedereen wilde wel even proeven en oordeelde lovend. Ik zal nog vaak “Sleedoornjenever” kopen!

© paul

Wild zwijn in 1999…

Ik lees net weer eens in de schriftjes van 1999. Op 4 november waren we ook al in Luxemburg. We deden boodschappen bij de CORA (Belgie). Daar was zojuist de verkoop van wild gestart en we kochten een stukje wild zwijn. Ik wist niet goed hoe ik dat zou moeten klaarmaken, maar in zo’n enorme supermarkt is dat geen enkel probleem; gewoon even naar de boekenafdeling (zie de link) Je kunt daar rustig een uurtje gaan zitten lezen, of, zoals wij deden, eens uitgebreid bekijken hoe je wild zwijn klaarmaakt. (Er zitten in die hoek ook altijd kinderen, met stapels stripverhalen, die geen zin hebben in boodschappen doen.) 4 november 1999 aten wij dus wild zwijn met rode kool, scheutje eau de vie, wijn erbij enz. Eigenlijk zonder dat ik het me kon herinneren, heb ik maandag precies hetzelfde recept gevolgd. Was lekker, en is nog steeds lekker. Waarschuwing; wie deze Cora winkel in Messancy wil bezoeken: je raakt gegarandeerd de weg kwijt! Wij komen al 25 jaar in dit gebied maar verdwalen nog steeds. Een bezoekje aan de Cora betekent voor ons een dagje uit, rijden door het prachtige Belgische-, Luxemburgse-, en bij ernstige verdwaling zelfs Franse landschap.

Mosselen…

Ik schreef het al eerder, zaterdag is bij ons “bezoekdag”. Mosselen dus maar, dat gaat snel en we vinden het allebei lekker. Recept heb ik al eerder opgeschreven. Het is wel zo dat de mosselen op dit moment bijzonder lekker zijn. Ze smaken beter nu het seizoen wat gevorderd is. Eind juli kun je mosselen kopen, maar ze zijn nu op de top. Lekker groot en sappig. Ik zweer nog steeds bij Prins en Dingemans. Ik heb horen vertellen dat mensen mosselen kopen in Frankrijk omdat ze daar goedkoper zijn. Die vriezen ze dan in. Ik snap niet hoe dat werkt, maar het lijkt me een heel gedoe wat niets opleverd.

 We hadden honger! Nauwelijks tijd voor een foto, vandaag dus een foto van wat overbleef! (niets dus) Jongste bediende kwam ook nog even langs en pikte de laatse mossel op. Wat rest….. bijna te mooi om weg te gooien.

Feest op het werk…

Ik schreef al eerder over feestjes op het werk. Ik werk op twee locaties, de kleinste is in Veghel. Maar als er in Veghel iets te vieren is, gebeurt dat ook goed, en met z’n allen. Iedereen levert een bijdrage, de één kookt, de ander dekt de tafels, de volgende doet boodschappen, steekt de kaarsen aan of componeert een lied. Vandaag een feestje ter ere van onze locatie leider Hans. Hij gaat met pensioen. Natuurlijk wordt er ook officieel nog wel iets gedaan, maar dit feestje was voor Hans, zijn vrouw, zijn kinderen en kleinkinderen, én het voltallig personeel van de Pabo in Veghel. Het muzieklokaal is de gezellige ruimte in de school, en er staat een vleugel. De feestruimte dus.

Het feest begon met een gezamenlijke lunch. Tafels mooi gedekt, een bloem een kaarsje. De conciërge had een lekker lunchbuffet klaargemaakt; salades, brood, kruidenboter, kipfilets, saté, hamburgers en natuurlijk de beroemde satésaus. Na de lunch hebben we onder de muzikale leiding en begeleiding van Peter een lied voor Hans gezongen. Volgden nog wat toespraken en cadeautjes over en weer. Daarna in rap tempo naar Den Bosch voor een rondwandeling door de stad en een rondvaart over de Bossche wateren. Jammer dat we niet op de Binnen-Dieze konden varen. Na de rondvaart met z’n allen naar een echt Bosch café in de binnenstad om nog gezellig wat te “buurten”, zoals we hier zeggen. Daarna hebben we Hans en zijn familie uitgezwaaid. Twee Bossche collega’s ronden deze dag af, bij Liesbeth nog wat naborrelen en daarna bij Gerda een maaltijd. Ik moest helaas al eerder naar huis. Maar ik ben ervan overtuigd dat het heel gezellig zal zijn. Ik was toch nog laat thuis en had geen zin meer in koken, we hebben een gebakken eitje gegeten. Ook lekker, met ham, tomaat, augurkjes, mayonaise, stukje zult enz enz. Espresso toe.

© ellen

Afval op de vloer…

Al vanaf de start van het weblog heeft het Ministerie een categorie KUNST EN ETEN. Er is voldoende over te vertellen, en nog veel meer te laten zien. Alleen kwam het er op een of andere manier niet van. Vandaar nu de belofte van het Ministerie aan de lezer, en nog meer aan zichzelf, om er eindelijk serieus werk van te maken. Eén artikel per week zou al een hele aardige start zijn, niet waar?

In het Museo Gregoriano Profano in Vatikaanstad bevinden zich de resten van een mozaïekvloer uit het eetgedeelte van een Romeinse villa van rond het begin van onze jaartelling. In de vloer zijn afbeeldingen van etensafval ingelegd, en dat met een kunstzinnigheid die gelijk is aan de beste schildertraditie uit die tijd. (Let op de schaduwen van de voorwerpen.)

Wonderschoon en natuurgetrouw. De eenvoud van het onderwerp en het ongelooflijke vakmanschap van de kunstenaar maken deze vloer tot een eenmalig hoogtepunt. Het zou een veel vaker voorkomend motief betreffen, maar het enige andere afvalmozaïek, mij bekend, is de ruïne van een vloer in Ravenna, aldaar te bezichtigen in het stadsmuseum. De diepere achtergrond van het motief heeft van doen met het feit dat er onder de vloer van de eetzaal geesten huisden, de Lemures. Alles wat tijdens de maaltijd op de grond viel werd eigendom van die bewoners en mocht dus door noch gast noch huisheer worden opgeraapt. De afbeeldingen in de vloer dienden om de geesten te bedotten, zodat de échte rommel na de maaltijd toch kon worden opgeruimd. Opportunisme kun je Romeinen nu eenmaal niet ontzeggen.

© paul

Dorade op z’n Grieks…

Vanavond Dorade op z’n Grieks, erbij spinazie en voor mij een paar frieten.

1 dorade per persoon, flinke scheut olijfolie, 1 citroen ( even schoonboenen, halveren en de helften in heel dunne plakjes snijden), 1 grote ui of 2 kleine, 1 bosje korriander, 3 kleine tomaatjes peper, zout.

De Dorade schoonmaken, een ovenschotel invetten met een beetje van de olie. Daarop een laagje in ringen gesneden ui en citroen. De korriander fijhakken en over het citroen/ui mengsel strooien. De tomaatjes in kleine partjes erbij doen, en hierop de vis leggen. Schik de rest van de ui / citroen / tomaat rondom en op de vis. Strooi er peper en zout over en de rest van de olie. Zet de vis ongeveer 25 minuten (afhankelijk van de dikte vd vis) in een voorverwarmde oven op 200 graden

© ellen.