Aubergines in waaiervorm…

Er lagen nog twee aubergines in de groentela van de koelkast. Ze werden enige dagen geleden aangeschaft met als doel om bij een grillmaaltijd in schijven gesneden op het houtskoolkomfoor te belanden, het was er evenwel niet van gekomen. Ze begonnen intussen duidelijk tekenen van verval te vertonen, nog een enkele dag en de kliko zou hun laatste rustplaats worden. Ik besloot ze dan maar te verwerken, nu kon het nog…

Precies vier jaar geleden bereidde ik het gerecht met die waaiervormige aubergines. We vonden het destijds een prima schoteltje opleveren en we zouden het beslist vaak gaan maken. Ik herinner me dat Marleen en de Jongste Bediende die avond langs kwamen en even later aanschoven aan de keukentafel. Ze staken hun enthousiasme voor de groenteschotel niet onder stoelen of banken.

Enfin, daarna heb ik het gerecht nog één keer gemaakt en vervolgens verdween het in het vergeetputje van mijn gebrekkige geheugen. De hoogste tijd om daar iets aan te doen. Het recept staat netjes beschreven in de archieven van het Ministerie, maar na vier jaar mag het best een keer opnieuw gepubliceerd worden. Het blijft een heerlijk gerecht.

  • 2 flinke uien,
  • 3 teentjes knoflook,
  • 2 aubergines,
  • tomaten naar behoefte,
  • 1 blikje artisjokkenhartjes,
  • olijven naar behoefte,
  • 2 blaadjes laurier,
  • 3 takjes tijm,
  • 1 takje rozemarijn,
  • olijfolie,
  • peper en zout.

Halveer de aubergines in de lengte en snijd vervolgens tot twee centimeter van de onderkant dunne reepjes zodat een waaier ontstaat. Snijd de tomaten in dunne plakjes die tussen de reepjes aubergine passen. Steek de plakjes tomaat in de waaier.

Snijd de uien in ringen en hak de knoflook grof. Bedek de bodem van een ovenschaal met een filmlaagje olijfolie. Strooi hierop de helft van de uien en knoflook. Schik op de uien de auberginewaaiers, maar zodanig dat ze zo strak mogelijk tegen elkaar liggen. Vul de open ruimtes op met de stukjes artisjok en met de olijven. Steek de laurierblaadjes tussen de aubergines, hak de blaadjes van de tijm en de rozemarijn fijn en strooi ze over het gerecht. Dek de aubergines af met de rest van de ui en knoflook. Besprenkel het gerecht gul met olijfolie. Een flinke zwieper met de peper- en zoutmolen en je gerecht is ovenklaar.

Verwarm de oven op 230 graden. Dek de ovenschaal af met aluminiumfolie en plaats die in de oven. Na 10 minuten verlaag je de temperatuur naar 180 graden. Laat het gerecht nu nog één uur in de oven garen. Kontroleer aan het eind van de gaartijd of de aubergines klaar zijn door met een scherp mes in het dikke gedeelte van de waaiers te prikken. Zakt het mes er gemakkelijk in dan is je schotel klaar. Zo niet, verleng dan de oventijd met een paar minuten.

  • Enige opmerkingen:
  • In principe gebruik je per tafelgast één auberginewaaier (een halve aubergine dus). Maak je meer dan is dat geen enkel probleem. Koud smaken de aubergines zeker zo goed. Je kunt ze dus ook best in voren maken.
  • De waaiers dienen stevig tegen elkaar te liggen. De snijvlakken worden zo slechts indirect aan de ovenhitte bloot gesteld. Je hebt dan het voordeel dat de vruchten weinig vocht verliezen en ook zullen de verschillende smaken en aroma’s zich vermengen tot iets geheel nieuws.
  • Je kunt het gerecht ook maken met courgettes. Je gaat op dezelfde manier te werk. Na de tien minuten op 230 graden breng je de gaartijd naar 180 graden terug voor een half uur. Je kunt voor alle zekerheid een scheut witte wijn toevoegen.
  • Afdekken met aluminiumfolie dient ertoe om het vormen van een harde korst op de aubergines en het verbranden van de uien en knoflook tegen te gaan.
  • De foto’s zijn van het artikel van vier jaar geleden.
  • Het recept komt uit Groenten uit de antieke, maar hoogst actuele serie Praktisch Koken van Time/Life.

© paul

Kalfsworstje met tomaatjes uit de oven…

Kalfsworstje met tomaatjes uit de oven...

Het wil er maar niet van komen om uitgebreid te koken. Ellen heeft al dagen haar handen vol aan de verhuizing en herinrichting van haar Pabobiebje en ik heb net weer een week nachtdienst achter de rug. En dan zal het de komende dagen ook nog eens tropisch heet worden. Het is niet prettig om nu achter het fornuis te staan. Onze maaltijden blijven dus beperkt tot makkelijke gerechten; we laten de oven het werk doen en nestelen ons met een koel glas witte wijn in de schaduw achter het huis.

Ach, we eten er niet minder om, alleen wat eenvoudiger. En er is heus niks mis met een gebraden kalfsworstje. En voor dat tomatengerechtje hoef je nauwelijks je hand om te draaien.

Giet wat olijfolie in een ovenschaal. Ontdoe de kleine tomaatjes van hun kroontje en prik er een paar keer in met een vork. Doe de tomaatjes met wat zwarte olijven in de schaal en strooi er gul oregano overheen. Wals de tomaatjes flink om zodat ze allemaal bedekt zijn met een filmlaagje olie. Zet de schaal in een oven die je hebt voorverwarmd op 180 graden en laat de tomaatjes een kwartiertje garen. Da’s alles…

Je kunt eindeloos variëren met toevoegingen, maar dat wist je zelf allang. Wat aardappeltjes erbij kan prima, of rijst, of pasta. Ik prefereer een stuk goed brood. Een mooi glas witte wijn maakt de maaltijd compleet. Stukje kaas en een kop espresso toe.

© paul.

salade van bietjes, bonen en spinazie

salade van bietjes, flagolets en jonge spinazie
Eerlijk gezegd ben ik niet zo van de salades. Op veel plaatsen waar je komt voor een snelle lunch staan tegenwoordig salades op de kaart. Bestel je zo’n lunchsalade dan krijg je steevast een enorme teil met groen blad, versierd met spekjes, of zalm, of van die knoerharde crouttons, bedolven onder een te zoete dressing. Niet mijn ding. Als ik een salade eet wil ik wat meer ‘bite’, niet alleen groen blad met zoete saus. Deze salade ontstond spontaan; er waren nog wat bietjes over, er lag mooie jonge spinazie in de winkel en aangevuld met een potje cannellini boontjes werd het een smakelijke lunch.

  • Voor twee personen:
  • 2 kleine gekookte bietjes
  • een flinke handvol jonge spinazie
  • 1 kleine rode ui, in fijne ringen gesneden
  • 1 blikje cannellini boontjes, gespoeld en uitgelekt
  • twee hardgekookte eieren
  • een dressing van olijfolie, frambozenazijn, wat mosterd en peper en zout.

“Meer hoeft dat niet zijn”, zou Jeroen Meus zeggen! Schik de groenten op een mooie schaal. Vlij er de dressing over en serveer met mooi knapperig brood.

Kopje espresso toe.

© ellen.

zelfgemaakte geweckte tomatensaus

IMG_8737Eigengemaakte tomatensaus in potten geweckt. Ik schreef al eerder over de tomaten die ik kreeg van onze buren. Dag één maakte ik een flinke hoeveelheid jam. De beschrijving staat hier al te lezen. Een heel verrassende smaak, de moeite waard. Maar ik hield nog heel veel tomaten over. De diepvries was nagenoeg vol, dus invriezen was geen optie. Ik besloot van de rest tomatensaus te maken en die saus vervolgens in te wecken in potten. Gelukkig waren de tomaten erg vers een kon ik in alle rust de weckpotten wassen, kijken of ik genoeg ringen en klemmetjes had enzovoorts. Dag twee maakte ik tomatensaus en weckte die vervolgens in. Wecken moet heel zorgvuldig gebeuren; alles moet brandschoon zijn. Gebruik geen aangetaste groenten of fruit. Gebruik steeds nieuwe ringen. Was potten en ringen zorgvuldig en steriliseer de potten in de oven 20 minuten op 80 graden. Zet ze dan omgekeerd op een schone doek. Of was ze op de warmste temperatuur in de vaatwasser en spoel ze vervolgens met schoon, heet water na. Goed, dat zijn de voorbereidingen. Ik had nadat ik de tomatengelei gemaakt had nog 10 kilo tomaten over. Die verwerkte ik in twee keer. Saus voor 5 kilo tomaten:

5 kilo tomaten in blokjes gesneden

  • Sap van twee citroenen
  • 2 flinke uien, fijn gesneden
  • 8 tenen knoflook, geplet en fijngehakt
  • 2 eetlepels gedroogde oregano
  • 2 laurierbladeren 2 eetlepels zout
  • 1 eetlepel gemalen witte peper
  • 1 theelepel gedroogde chilivlokken

 

 tomatengelei

Doe alles in een wijde pan en laat de massa 45 minuten zachtjes inkoken. Schep de saus in de schone potten en sluit de potten af met de deksel met rubberring. Maak de klemmetjes vast en dan kan het wecken beginnen.
Gebruik een weckketel of als je die niet hebt, een grote pan waar de potten inpassen. Leg een rooster op de bodem van de pan en zet de potten daarop. Zorg dat de potten niet tegen elkaar knotsen. (je kunt eventueel een doek om de potten wikkelen om te voorkomen dat ze tegen elkaar botsen) Giet dan warm water op de potten totdat alles onderstaat en breng het water langzaam naar 88 graden. Laat de potten nu 45 minuten op 88 graden sudderen. Laat dan het water wat afkoelen en til de potten uit de pan. Zet ze op een natte doek en laat ze verder afkoelen.
Haal de volgende dag de klemmetjes van de potten en controleer of ze allemaal goed dicht zijn. Plak etiketten op de potten en zet ze koel en donker weg. Op deze manier geconserveerd blijft de saus zeker een jaar houdbaar.
© ellen.

Gestoofde kalfswangetjes met groentesaus…

Stoofpot van kalfswang, aardappelen en groenten...
Kalfswangetjes en varkenswangetjes, ze doen de gemiddelde consument denken aan het restvlees dat bestemd is voor de frikandel. Het zal de bijklank zijn van het beeld dat orgaanvlees doorgaans oproept: lever, nier, hersen, long. Misschien is het ook vanwege de onbekendheid van het vlees en de associatie die het woord wang te weeg brengt met tong, kinnebak en keelstuk.

Niets is echter minder waar: wangvlees is delicaat spierweefsel. Het leent zich bij uitstek om langzaam te garen, en met een beetje zorg klaargemaakt zet je een heel bijzonder stukje vlees op tafel.

Zoiets vertelden ook Martina en Moritz een paar weken geleden in hun kookprogramma dat op de vroege zaterdagavond wordt uitgezonden door de Duitse televisiezender WDR. Zij gebruikten daar varkenswangetjes (Schweinebäckchen), die ze klaarmaakten op Zuid-Franse wijze, alsof het een klassieke stoofschotel betrof (Dobe).

Toen kort daarop de zusjes Ans en Carla bij ons kwamen eten dacht ik terug aan dat televisieprogramma. Ik had nog kalfswangetjes liggen en ik zou die best voor deze gelegenheid kunnen klaarmaken. Ik was ervan overtuigd dat ik er de zusjes een plezier mee zou doen. En dat varkensrecept van Martina en Moritz was beslist ook te gebruiken voor kalfswang. Ik paste het recept een beetje aan en veranderde hier en daar wat aan de werkwijze. Ik schotel je het gerecht voor zoals ik het klaarmaakte, voor 4 personen:

  • 1 kilo kalfswangetjes (ruim),
  • 2 eetlepels olijfolie,
  • zout en peper uit de molen,
  • 3 wortelen,
  • 1 grote ui,
  • 2 tenen knoflook,
  • 3 stelen bleekselderij,
  • 1 prei, 1 bouquet garni,
  • 1/2 liter (kalfs)bouillon,
  • 1/2 liter witte wijn,
  • 1kilo vast kokende aardappelen (niet te groot),
  • een forse scheut van de beste azijn (naar smaak),
  • handvol vers gehakte peterselie.

Snijd het overtollig vet van de wangetjes en dep ze droog. Verhit de olijfolie in een degelijke stoofpan met deksel en bak het vlees rondom bruin. Neem de wangetjes dan uit de pan en zet ze weg.

Hak de ui grof en versnijd de wortelen, de prei en de selderijstelen in dobbelstenen van anderhalve centimeter en versnipper de knoflook. Bak de groenten in het achtergebleven vet en laat ze nog een minuut of vijf garen.

Leg de wangetjes nu op de groenten en voeg het bouquet garni toe (laurier, tijm, peterselie). Giet er de bouillon bij en de witte wijn. Kook het geheel even op.

De oven is intussen verhit op 120 graden. Schuif de stoofpan in de oven en laat de inhoud 2 uren stoven. Voeg dan de geschilde aardappelen toe en laat het gerecht nog eens 2 uren gaan.

Stoofpot van kalfswang, aardappelen en groenten...

Voor de saus schep je wat van het stoofvocht in een mixbeker. Voeg er wat van de gegaarde groenten bij en pureer dat tot een gladde saus. De verhouding tussen vocht en groente bepaald hoe dik je saus wordt, ik koos voor een lobbige saus, dus minder vocht. Breng de saus op smaak met peper en zout uit de molen en een scheut azijn. Ik gebruikte een azijn van het merk Maille, een bijzondere sherryazijn: Vinaigre de Xeres Réserve. Geweldig…

Je gerecht is klaar, de wangetjes zijn botermals, zo zacht als zuiglam…  Snijd de wangetjes in plakken en schik die op een schaal. Groentjes aan de ene kant, aardappelen aan de andere. Strooi met gulle hand de gehakte peterselie.

(Vooraf duivenpaté uit Bourgondië en later kazen toe. En dan nog ‘ns lokale aardbeien met slagroom en een kopje espresso. Alles (behalve de koffie) rijkelijk besproeid met witte wijn van de Loire…

© paul

Tomatengelei met limoncello en een vleugje peper…

tomatengeleiTja, hoe kwam ik nou aan zoveel tomaten? Ik zal proberen het uit te leggen…

Facebook eergisteren om 22.53; een berichtje van mijn buurvrouw dat ze in een promotiefilm heeft meegespeeld voor onze Blauwe Grootgrutter. “Alles direct uit de buurt”. Mooi, daar zijn wij wel voor. Buurvrouw Angelique, te zien in een tomatenkas, direct in onze buurt. Prima, mooie shots. Ik reageerde op Facebook: “Zullen jullie de komende dagen wel veel tomaten eten”. Ach,grapjes op Facebook, leuk.

Ik ging onder de douche, poetste mijn tanden en surfte nog even door mijn gedoetje…  De bel ging, hond Jaros blafte de longen uit zijn lijf…Elf uur geweest, al gekleed in mijn badjas, zo laat… dan maak ik de deur niet meer open… Tot ik een pb kreeg van de buren; “Leon en ik belden net bij jou aan. We hebben echt heel veel tomaten die je zo kan hebben als je wil” Goed, broek en t-shirt weer aan en naar de buren. En daar kreeg ik zomaar een enorme krat tomaten! Dank Leon en Angelique!

Maar dan begint het… Wat ga ik er mee doen; Pasasta maken, wecken, invriezen? Invriezen is geen optie, de vriezer zit al ramvol. Wecken dus. Maar dan: Heb ik potten genoeg, deksels, ringen, klemmetjes… Tjaa, natuurlijk moest ik vandaag, eigenlijk mijn vrije dag,  ook nog de hele dag weg, een workshop, een vergadering… De tomaten, overigens in prima verse conditie moesten wachten.

Vanmiddag na thuiskomst diep in de kelder afgedaald en geïnventariseerd wat ik nog aan weckflessen en potten en toebehoren had.  Vervolgens alle potten en flessen in de vaatwasser gezet. Dat was part één. Voor vandaag dus geen tomaatverwerking? Nou ja, die tomaatjes lagen zo mooi rood te lonken, ik bedacht opeens dat tomatenjam ook wel iets zou kunnen zijn. Weer eens wat anders, en jampotjes en geleisuiker zijn hier tegenwoordig altijd op voorraad.   tomatengelei

Ik besloot dus alvast maar wat jam te maken met de tomaatjes in die geweldige pan. Die Pan, die Pan… als ik die Pan toch niet had!

  • Tomatengelei dus:
  • 1300 gram tomaten in stukjes gesneden
  • rasp van een citroen
  • 500 gram geleisuiker
  • 1 borrelglas lemoncello
  • halve theelepel chilivlokken

Doe de stukjes tomaat en de citroenrasp in een wijde pan en breng aan de kook. Laat de massa rustig zo’n 20 minuten inkoken. Giet dan alles door een fijne zeef en voeg 500 gram geleisuiker toe. Roer goed om en om en breng de massa weer aan de kook. Voeg de limoncello en de chilivlokken toe en laat de massa nog drie minuten op hoog vuur inkoken.

Schep de gelei in schone warme potten en schroef er een deksel op. Zet de potten een minuutje op de kop en keer ze dan.
tomatengelei
Wij waren blij verrast door de smaak van deze jam; heerlijk! (en zo komt die limoncello ook eens op)

Kopje espresso en op naar de volgende lading tomaten!

© ellen.

 

BBQ: geroosterde champignons met knoflook en tuinkruiden bijvoorbeeld…

Gegrilde champignons met knoflook en tuinkruiden...
Wij hebben sinds een tijdje een nieuwe slager in ons dorp, ik schreef er al eens over. Prima, met de andere slager is ook niets mis, maar die nieuwe slager heeft een wat meer trendy assortiment; Angus Beef, lamsvlees, Livar varkensvlees, Label Rouge -kippen, noem maar op. Ik ben er blij mee, koop er graag zo af en toe wat bijzonder vlees; bijvoorbeeld een mooie Ribeye van Angus Rund, mmjum.

Afgelopen zaterdag stond ik te wachten in de winkel en het viel me op dat hier opeens wel erg veel mannen inkopen komen doen. Inkopen, en  dan bedoel ik niet een pondje gehakt en drie slavinken… Nee, die mannen komen Vlees Kopen. Grote brokken Vlees! Zeker nu de temperaturen stijgen moet er geroosterd worden. Ha, ook  ons dorp kent Hipsters… Je bent Man en je wilt wat!

Achter mij in de rij stonden twee manen druk te beraadslagen; “Nemen we twee van die Côtes de Boeuf, zou dat genoeg zijn voor ons vieren?”

Terwijl mijn boodschappen werden ingepakt, bediende een van de andere slagersmeisjes de hippe mannen. Twee Côtes de Boeuf wilden ze. Het meisje legde de aangewezen stukken vlees op de weegschaal en tikte de code in… Het te betalen bedrag verscheen: € 47,50. De stoere hipsters werden ter plekke heel bleek… dat was wel erg ver boven hun begroting… Misschien kon één Côte in tweeën gedeeld worden…

Jámmer! Zo’n prachtig stuk vlees doormidden snijden is echt zonde. Koop dan één mooi stuk, rooster het met aandacht, laat het rusten en snijd er plakjes van. Iedereen blij.

Je kunt  heel hip BBQ-en met één mooi stuk vlees of vis, dat met veel aandacht bereid wordt. Maak dan zelf wat salades in plaats van ze voor veel geld kant-en-klaar te kopen en vergeet vooral de groenten niet. Gegrilde aubergines, even bestrijken met wat olijfolie, om en om op het rooster en een lekker sausje erbij. Of gewoon wat champignons, goedkoop, smakelijk, en in ons geval ook nog eens bijna zónder Foodmiles; Champignons de “Vrije Heerlijkheid”, uit ons eigen dorp.

  • bijgerecht voor twee personen
  • 8 grote kastanjechampignons, de steeltjes verwijderd
  • twee tenen knoflook
  • wat citroenrasp
  • verse tuinkruiden; ik gebruikte, wat dragon, bieslook, peterselie en tijm, alles heel fijngehakt
  • grof gemalen peper en zout
  • flink scheut olijfolie

Meng de knoflook, de citroenrasp en de kruiden door de olijfolie en marineer de champignons daarin zeker een uur. Schep de kruiden/knoflookvulling in de ‘hoed’ van de champignons, strooi er wat peper en zout over en rooster de champignons dan aan de zijkant van de BBQ, dáár waar het vuur heel zacht brandt. Verschuif ze af en toe en laat ze zo heel langzaam garen.

Wij aten er een pittig lamsworstje bij van de Turkse slager en we deelden een dikke Livar varkenscarbonade, een groene salade van ruccola met tomaat, en wat brood. Meer moest dat niet zijn!

Kopje espresso toe!

©ellen.

Verse dophertjes (op Florentijnse wijze)…

doperwten met pancetta
Verse dophertjes. Flora was de uitvindster van het woord. Ze zal een jaar of vier zijn geweest. Het was de poging van een kind om vat te krijgen op weer een nieuw element in haar leven. Verse doperwtjes moesten nog een plaats krijgen in haar wereldbeeld en die plaats kregen ze door woorden die ze al wel kende aaneen te rijgen. Taligheid is een manier om het onbekende te bezweren, om de wereld te bevatten.

Het woord bleef in mijn hoofd hangen, ik dacht er regelmatig aan terug. Pas veel later besefte ik dat het eigenlijk pure poëzie was. Dophertjes… Het heeft iets dartels, iets lenteachtigs, iets onschuldigs. Kleine jonge groene bolletjes, vers uit de dop, geverfd met het teerste groen. Wanneer je ze opschept wippen ze over je bord.

Ik moest eraan denken toen we de eerste exemplaren van dit jaar zagen liggen op de Zaterdagmarkt in Helmond. Ze kwamen uit Portugal en we vonden het niet noodzakelijk om te wachten op de inheemse erwten. Dus kochten we een maaltje…

Nu behoeft dat verse spul geen toeters en bellen, maar een beetje versieren mag…

voor vier personen, vrij naar Marcella Hazan:

  • 1 kilo ongedopte erwtjes
  • 2 teentjes knoflook, geschild en in kleine stukjes gesneden
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 2 eetlepels proscuitto of pancetta, fijngesneden
  • 2 eetlepels zeer fijngehakte peterselie
  • zwarte peper uit de molen, zout

Verwarm de olijfolie en fruit daarin de knoflook lichtbruin. Voeg de proscuitto toe. Roer even goed om en doe er de gedopte erwtjes bij. Schep alles een paar keer goed om en voeg peterselie en peper toe. Doe er dan ongeveer 4 eetlepels water bij. Temper het vuur en leg een deksel op de pan. Laat de erwtjes zo 15 tot 20 minuten sudderen, afhankelijk hoe oud en hoe vers ze zijn (eventueel wat water toevoegen). Het water moet verdampt zijn als de erwtjes gaar zijn. Stoof eventueel even zonder deksel zodat het vocht kan verdampen. Serveer de erwtjes op een mooie schaal.

Wij aten de dophertjes bij een lamskarbonaadje en kleine gebakken aardappeltjes. Een glas hele jonge, tintelende en o zo frisse witte Portugese wijn erbij en natuurlijk een kop espresso toe…

© paul

Zomer op tafel; gefrituurde artisjokken en mediterane kappertjesmayonaise…

gefrituurde artisjokkenWij zaten letterlijk hoog en droog in de Bourgogne, een weekje extra vakantie. Natuurlijk stonden we dagelijks in verbinding met het thuisfront; Het Kind, Andy en kleine Jop bewaakten huis en haard. De laatste dagen kwamen er allarmerende berichten, ons Kind meldde: ” Het sneeuwde, het stormde, alle tuinstoelen zijn door de tuin verspreid, de grote laurier in pot is omgewaaid, een aantal  klimrozen liggen plat”. Ook in Bourgogne was het koud voor de tijd van het jaar. Vriendelijke winkeliers verontschuldigden zich voor het weer: “Sorry Madam, het is hier anders nooit zo koud.”

Tja, wij waren eigenlijk heel tevreden; we liepen ‘s ochtends een flink stuk met Hond Jaros en na de wandeling gingen we op pad met de auto, verkenden kleine stadjes en genoten van een meestal goede lunch. De zon scheen, het was koud maar droog, geen regen of sneeuw. Wij hadden dus niets te klagen…

Nu kan je met pestweer in Nederland twee dingen doen: óf balen en erwtensoep brouwen, óf gewoon de verwarming hoog zetten en een mooi zomers gerecht maken… Net voor we uit Nederland vertrokken was het lekker warm, we konden buiten eten en ik maakte een lunchgerecht voor mooi weer.

Voorafje of lunchgerecht, prima om donkere dagen te verdrijven…gefrituurde artisjokken, lunch voor twee personen

    • een half literblik artisjokkenharten
    • een losgeklopt eibloem, vermengd met wat zout en peper
    • olie om te frituren

 

Laat de artisjokkenharten goed uitlekken en wentel ze door de bloem, dan door het ei en vervolgens nog eens door de bloem. De artisjokken worden dan lekker knapperig. Frituur ze ongeveer vier minuten in de hete olie tot ze warm en lichtbruin zijn. Schep ze uit de olie en laat ze uitlekken op keukenpapier.  mayonaise met kappers en dragon

Maak vooraf een portie mayonaise

Meng door de mayonaise een eetlepel kappertjes.

Stamp in een vijzel twee ansjovisjes met een teen knoflook en wat zout tot pulp. Meng dat door de mayonaise. Voeg de fijngehakte platte peterselie en de kappertjes toe en roer tot je een mooie dikke saus hebt.

Serveer de gefrituurde artisjokken op wat salade met deze heerlijke saus, een goed stuk stokbrood en drink er een glas koele witte wijn bij.

Kopje espresso toe en de zon schijnt!

@ ellen.

Gekarameliseerde witlof met boerenham…

Gekarameliseerde witlof met boerenham...Witlof omwikkelen met goede ham, een snuifje kaas erover en dan in de oven. Het is een beproefd recept, en ach, het gerecht komt in elk huishouden wel eens voorbij. En daar is niks mis mee, het is lekker en voedzaam en het combineert prima met andere grootheden uit de Lage Landenkeuken. Hooguit wordt het op den duur een beetje saai misschien. Dat moet toch ook anders kunnen, dacht ik, en ik ging dan maar eens rommelen in onze kookbibliotheek. In Ottolenghi, Het Kookboek vond ik een luxe variant op het witlofrecept. Of eigenlijk kun je niet spreken van een variant, het is een heel ander recept geworden. Wel komen de ingrediënten witlof, ham en kaas erin terug, maar dan anders. Het oorspronkelijk recept is geschreven als voorgerecht voor zes personen, ik bracht het terug tot een groentegerecht voor twee.

  • 20 gram boter,
  • 2 eetlepels fijne kristalsuiker,
  • 25 gram broodkruim,
  • 35 gram Parmezaanse kaas,
  • 1 eetlepel tijmblaadjes,
  • 60 ml slagroom,
  • 6 plakken rauwe boerenham,
  • peper en zout uit de molen.
  • 3 stronkjes witlof.

Gekarameliseerde witlof met boerenham...

Halveer de stronken in de lengte. Doe de boter in een stevige koekenpan en voeg de suiker erbij. Bak nu de stronkjes witlof op een middelhoog vuur met de snijkant naar onder. Na een minuut of vier zijn die onderkanten goudbruin. Verwarm de oven op 200 graden. Meng in een kom het broodkruim, de Parmezaanse kaas, de tijm en de slagroom. Een flinke zwieper met de pepermolen, wat zuiniger met zout.

Leg de halve stronkjes, met de gekarameliseerde kant boven, in een ovenschaal. Verdeel het kaasmengsel over de stronkjes en dek ze af met een plak rauwe ham. Na 15 à 20 minuten in de oven is je gerecht klaar.

  • Je kunt de stronkjes van te voren klaarmaken, zodat je ze alleen maar kort voor etenstijd in de oven hoeft te schuiven.
  • Je eet dit gerecht heet, warm, lauw of koud, het smaakt altijd. (Warm heeft mijn voorkeur…)
  • In het oorspronkelijk recept is sprake van serranoham. Ik gebruikte de (heel) licht gerookte boerenham van Slagerij Snijders in het dorp (hullie sjieke ham…). Wel even wat dikker laten snijden, maar dat doen ze graag.
  • Natuurlijk kun je ook in dit recept met de hoeveelheden spelen. Je past ze gewoon aan aan je smaak.
  • Rest me je nog eens op het hart te drukken dat je deze witlof moet uitproberen. Het is doodsimpel en het resultaat verrassend lekker. Bij ons gaat het een blijvertje worden…

© paul