Verse dophertjes (op Florentijnse wijze)…

doperwten met pancetta
Verse dophertjes. Flora was de uitvindster van het woord. Ze zal een jaar of vier zijn geweest. Het was de poging van een kind om vat te krijgen op weer een nieuw element in haar leven. Verse doperwtjes moesten nog een plaats krijgen in haar wereldbeeld en die plaats kregen ze door woorden die ze al wel kende aaneen te rijgen. Taligheid is een manier om het onbekende te bezweren, om de wereld te bevatten.

Het woord bleef in mijn hoofd hangen, ik dacht er regelmatig aan terug. Pas veel later besefte ik dat het eigenlijk pure poëzie was. Dophertjes… Het heeft iets dartels, iets lenteachtigs, iets onschuldigs. Kleine jonge groene bolletjes, vers uit de dop, geverfd met het teerste groen. Wanneer je ze opschept wippen ze over je bord.

Ik moest eraan denken toen we de eerste exemplaren van dit jaar zagen liggen op de Zaterdagmarkt in Helmond. Ze kwamen uit Portugal en we vonden het niet noodzakelijk om te wachten op de inheemse erwten. Dus kochten we een maaltje…

Nu behoeft dat verse spul geen toeters en bellen, maar een beetje versieren mag…

voor vier personen, vrij naar Marcella Hazan:

  • 1 kilo ongedopte erwtjes
  • 2 teentjes knoflook, geschild en in kleine stukjes gesneden
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 2 eetlepels proscuitto of pancetta, fijngesneden
  • 2 eetlepels zeer fijngehakte peterselie
  • zwarte peper uit de molen, zout

Verwarm de olijfolie en fruit daarin de knoflook lichtbruin. Voeg de proscuitto toe. Roer even goed om en doe er de gedopte erwtjes bij. Schep alles een paar keer goed om en voeg peterselie en peper toe. Doe er dan ongeveer 4 eetlepels water bij. Temper het vuur en leg een deksel op de pan. Laat de erwtjes zo 15 tot 20 minuten sudderen, afhankelijk hoe oud en hoe vers ze zijn (eventueel wat water toevoegen). Het water moet verdampt zijn als de erwtjes gaar zijn. Stoof eventueel even zonder deksel zodat het vocht kan verdampen. Serveer de erwtjes op een mooie schaal.

Wij aten de dophertjes bij een lamskarbonaadje en kleine gebakken aardappeltjes. Een glas hele jonge, tintelende en o zo frisse witte Portugese wijn erbij en natuurlijk een kop espresso toe…

© paul

Florentijnse boontjes…

IMG_2869
Bij een eerdere beschrijving van dit gerecht kwam er vrijwel onmiddellijk een reactie vanaf de website Cucinone. In het kort werd verteld dat de oorsprong van het koken van bonen in een fles of glazen pot met name gezocht moet worden bij de Toscaners, boneneters bij uitstek. In vroeger tijden gebruikte men Giantiflessen, tegenwoordig zijn er speciale kookflessen op de markt. Kijk even op de site van Cucinone voor een afbeelding van zo’n speciale fles en pik meteen een bonenrecept met tonijnvis mee.

Het recept opnieuw beschrijven doe ik niet, je vindt het gemakkelijk terug door hier te klikken: Fagiolio al fiasco

Ik was intussen vergeten hoe heerlijk dit gerecht is. Ik volgde vandaag exact mijn eigen recept, maar al kokend stond ik te bedenken dat deze manier van bereiden noopt tot smaakexperimenten. Enfin, ik bedenk wel wat…
Het kostte me overigens nog moeite om wat salie uit eigen tuin te scooren. Het lag niet aan de struikjes, want die waren al druk bezig om verse, overweldigend geurende nieuwe blaadjes te maken. Het lag meer aan Ellen die in haar snoeiwoede de salieplanten had gekopt. Zeker, een noodzakelijke daad, wil je over enkele maanden weer overvloedig salie kunnen oogsten. Maar daar had ik vandaag niks aan…

Welhaast overbodig om te vermelden dat de citroenboontjes van de Witte Brug komen, waar anders van?!

© paul