Gefrituurde kippenvleugeltjes, op Indonesische wijze gemarineerd…

28 nov. 2010

gemarineerde kippenvleugeltjes

Ellen heeft nog een hoop te schrijven, zoveel is zeker. En dat allemaal over zaken die zij heeft klaargemaakt, dus ik waag me er niet aan. En ik voel op mijn klompen aan dat er weer een en ander zal blijven liggen, vergeten worden, verdwijnen in de afgrond van de vergetelheid. Laat ik dus, in de plaats van een recept, een prettige maaltijd beschrijven.

Kippenvleugeltjes, je koopt ze bij de kilo en ze kosten helemaal niks. Want fokbatterijkip kost ook nagenoeg niks. En de consument wil fileetjes, liefst ook voor een grijpstuiver. Of anders wel drumsticks. Wat overblijft zijn de vleugeltjes.

Maar je moet het niet willen, die armpjes van die plofkippen. Je moet so-wie-so niks van die plofkippen willen. Niet dat die kippen er iets aan kunnen doen. Zij hebben echt niet gekozen om met honderdduizenden in een eng hok te zitten, nauwelijks te kunnen bewegen en door de opgefokte maaltijden door hun pootjes te zakken. Dierenleed heet zoiets. Je moet het niet willen…

Vorige week zagen we kans om op de zaterdagmarkt in Helmond kippenvleugeltjes aan te schaffen van min of meer onbesproken gedrag. Ze kostten nauwelijks iets meer dan de plofvleugeltjes. Het idee was om ze ouderwets op Indonesische wijze te marineren en daarna te frituren. In lang vervlogen tijden deden we dat vaker. Het Kind was er dol op, en wij ook.

Ellen maakte een marinade van zoete ketjap, ui, knoflook en oosterse specerijen. Daarin lagen de vleugeltjes een hele middag te zwemmen. Het frituren gebeurde ruimschoots voordat de gasten kwamen. Ik deed het buiten, in de tuin. Een minuut of negen bij 180 graden, als ik me goed herinner. Intussen maakte Ellen een reuzenpan nasi. Toen de gasten later op de dag kwamen hoefden we allen het zaakje nog maar op te warmen. We zaten met zevenen aan tafel. Twee kilo vleugeltjes was ruim voldoende voor dit gezelschap.

Hond Max had de dag daarop last van obstipatie. Kwestie van té veel botjes eten, die hem heimelijk onder de tafel werden toegeschoven.

© paul

Boterkip met nootmuskaat, een recept van Klary Koopmans…

kip met nootmuskaat

Het was pestweer, een heel weekend regen, regen en nog meer regen. Als je niets hoeft te doen eigenlijk best lekker. Je kruipt op de bank met een mooi boek en wie doet je wat! Helaas moest ik wél van alles buiten de deur zodat ik vier keer drijfnat van de regen thuiskwam. Brrrr…, dat vraagt om troostrijk eten. Een pannetje op het vuur dat langzaam heerlijke geuren begint te verspreiden…

Gelukkig had ik een Kemper hoen gekocht. (Hier in onze buurt te koop bij de Sligro en een poelier in Uden.) Een voortreffelijke kip van goede komaf. Je kunt haar grillen, bakken, stoven, het maakt niet uit. Ik wilde wel eens iets nieuws met deze kip en zocht wat rond op de diverse weblogs. Bij Klary Koopmans trof ik een recept voor kip met nootmuskaat; “Een oefening in zelfbeheersing” staat er boven haar artikel. Zelfbeheersing om niet hele lijsten ingrediënten te gebruiken.

Klary deed inspiratie op bij het weblog van Jules Clancy, the Stone soup. Een weblog over ‘Minimalist Home Cooking’. Jules Clancy zegt dat de meeste gerechten gewoon lekkerder smaken als je het simpel houd. Zij gebruikt, peper en zout niet meegerekend, in de meeste gerechten slechts vijf ingrediënten en dat zijn dan vaak ook nog gerechten die in een minuut of tien op tafel staan. Een inspiratiebron, beslist de moeite waard om zo af en toe eens door te lezen!

Ook het recept voor deze boterkip is simpel, heel simpel. En ook ik had de neiging om er toch maar wat aan toe te voegen; wat salie, witte wijn, een uitje (ik maak zelden een stoofpotje zonder ui). Ik besloot nu eens gewoon te doen wat er in het recept stond, er niets bij te verzinnen en af te wachten.

En het was de moeite waard; de licht gebruinde boter in combinatie met de versgeraspte nootmuskaat vulde de keuken met een heerlijke geur, de smaak was voortreffelijk, een uitstekend troostrijk gerecht voor regenachtige dagen!

Ik ga hier het recept niet kopiëren, lees het gewoon zelf bij Klary Koopmans!

© ellen.

Kippenpasteitje op zaterdag…

kippenragout
Het blijven prima bijprodukten van de pan kippensoep die je trekt. Het teveel aan vlees verwerk je in een salade, in de kroketten en vooral in pasteivullingen. De foto dateert van vorige week zaterdag en Ellen was al lang niet meer van plan om er nog over te schrijven. Ik doe het dan maar, want ik vind de foto zo mooi…

Het recept hoef ik niet meer te beschrijven, zoek het maar via het archief. De pasteibakjes waren kant-en-klaar gekocht. Het lijkt een heel gedoe, maar in feite is het niet moeilijk om de vulling te maken, en heel veel tijd kost het niet. En het resultaat stelt nooit teleur.

Wij aten de kippenpasteitjes vorige week zaterdagavond. Ook de Keizer van Monera schoof aan. Hij was zeer onder de indruk.

Een glas witte wijn, in dit geval een Rivaner, paste er prima bij. En natuurlijk een kopje espresso toe.

© paul

Kip op de schotel braden…

kip in de braadschotel

 

Al vanaf de eerste presentatie van ons nieuwe keukengereedschap worden we bestookt met obscene praatjes van toeschouwers, óók uit de meest onverdachte hoek. En toegegeven, de braadschotel nodigt ook wel uit tot wilde beschouwingen. Zeker wanneer je hem ziet in de hoedanigheid waarvoor hij bedoeld is.

Intussen hebben we het ding dan daadwerkelijk gebruikt en het resultaat overtrof onze verwachtingen. Het gaat als volgt: steek de kip op de braadschotel. Bestrijk haar met olijfolie en zet de schotel in een voorverwarmde oven bij 200 graden. Na een kwartiertje breng je de temperatuur terug naar 180 graden. Je ziet het vet uit de kip druipen in het onderste gedeelte van de schotel, de lekbak. Elke twintig minuten haal je de schotel even uit de oven om de kip te bedruipen met haar eigen vet. We hielden een braadtijd aan van één uur en twintig minuten. De kip was door-en-door gaar, maar het vlees bleef lekker sappig, ook het borstvlees. Ellen had een tak rozemarijn in het binnenste van de kip gestopt en ook wat schijven citroen. Dat gaf een heerlijke geur en aromatiseerde het braadvet.

Wij gebruikten natuurlijk een kip van onbesproken gedrag. Of je zoiets ook klaar krijgt met een plof-kip is de vraag. Maar dat zou je niet eens moeten willen…

kip in de braadschotel

© paul

Kwartels met groentenpuree…

kwartel met groentenpuree

Het is werkelijk fantastisch wat hier allemaal aan bioproducten in de winkels ligt. Zeker de nieuwe of vernieuwde winkels hebben een enorme sortering bio-groenten en -vlees. In Bertrange is een nieuwe Cora supermarché waar ze naast het voorverpakte vlees ook een poelier, en een slagerij hebben waar alleen biologische producten verkocht worden. Op alle producten staat keurig vermeld waar ze vandaan komen. De poelier verkocht talloze verschillende kippensoorten, onder andere echte Bresse-kip. Ik kocht er een paar biologische kwartels en maakte ze vanavond op de Spaanse manier klaar; gestoofd met veel groenten.

Reken per persoon één kwartel. Het recept is voor twee personen:

  • 2 biologische kwartels
  • wat olijfolie
  • 1 flinke ui
  • 2 tenen knoflook
  • 1 wortel
  • 1 stengel bleekselderij
  • 1/2 blik tomaten of 3 verse tomaten
  • 1 middelgrote aardappel
  • 1 laurierblad
  • tijm, rozemarijn, een plukje saffraan en een handje vers gehakte peterselie
  • peper en zout
  • 1 glas witte wijn
  • eventueel wat bouillon

Verwarm de olie en bak de kwartels aan alle kanten lichtbruin. Doe de uien en de knoflook erbij en bak ze even mee. Dan de rest van de groenten, allemaal in kleine blokjes gesneden, ook even meebakken. Blus af met de witte wijn, voeg de kruiden toe en laat de kwartels zo in ongeveer 45 minuten heel zachtjes gaarstoven. Haal ze uit de pan en houd ze warm. Verwijder het laurierblad en pureer de groenten met een staafmixer. Warm de saus nog even goed door en breng die verder op smaak met peper en zout. Schep een flinke lepel saus op de borden en serveer de kwartel erop. Geef er knapperig brood bij en een salade.

En natuurlijk espresso toe.

© ellen

Kip met citroensaus…

kip met citroensaus

Het was hier vandaag superwarm, de temperatuur steeg ruim boven de dertig graden. Ik ga morgen maar eens een thermometer kopen. In de caravan in Luxemburg hebben we twee meetpunten, waarvan één zo’n mooie, die ook de hoogste en laagste temperatuur onthoudt. Zoiets ga ik me voor hier ook maar eens aanschaffen.

Maar ja, warm of niet, er moet toch gegeten worden. We willen nu allemaal met zo weinig mogelijk moeite een zo smakelijk mogelijke maaltijd op tafel zetten. Veel mensen grillen iets op de barbecue maar ik vond dat het eigenlijk te warm was om het ding aan te steken. Toch maar even de keuken in dan. Drumsticks van biologische kip met citroensaus dat leek me wel wat voor een warme dag.

Kip met citroensaus. Van oorsprong een gerecht uit Marche, de oostkant van Italie. Een zondags feestelijk gerecht. Neem een goede kip, met een plofkip is dit eigenlijk niet te maken. Je kunt een hele kip kopen en zelf in stukken verdelen of koop bijvoorbeeld drumsticks of poten.

Voor 2 personen:

4 drumsticks van kip

boter, peper zout
1 heel fijngehakte teen knoflook
2 1/2 dl bouillon

voor de saus 2 eidooiers en 4 eetlepels citroensap

Braad de stukken kip in de boter aan alle kanten mooi lichtbruin, voeg de knoflook toe en smoor even mee. Blus dan af met de bouillon en laat de drumsticks nu ongeveer 30 minuten zachtjes garen. De gaartijd is heel afhankelijk van het soort kip dat je gebruikt. Een biologische kip heeft een langere gaartijd nodig.
Als de kip gaar is moet het vocht bijna helemaal verdampt zijn. Is er nog veel vocht in de pan laat het dan verdampen door even zonder deksel door te stoven.

Klop in een kom de dooiers los en voeg er beetje voor beetje het citroensap bij. Klopt dat nog even tot je een mooi zalvig mengsel hebt. Neem de pan van het vuur en giet de saus over de kip.
Roer snel alles goed door zodat de kip omhult wordt met de saus. Leg de stukken op een voorverwarmde schaal en giet de rest van saus erover. Strooi er wat gehakte peterselie over.
© ellen

Boemboe Roedjak met boontjes en kip…

boemboe roedjak

Een sambal is een pasta op basis van Spaanse pepers (lombok, rawit) en krijgt door kleine toevoegingen zijn eigen specifieke smaak (sambal petis, sambal trassi, sambal djeroek enz.). Sambal goreng is een samengesteld gerecht waarin óók sambal is verwerkt (sambal goreng boontjes, tomaat, prei, ei, tempé enzoverderenzovoorts…).
En dan is er nog boemboe roedjak. Dat is dan weer een kruiden- en specerijenmengsel, al dan niet gebakken. En ook daar zitten meestal pepers in. Over die boemboe roedjak schreef ik al eens op 19 maart 2007.
Sambals, sambal gorengs en boemboes zijn niet zo moeilijk te maken, het is alleen wat werk.
Toen we onlangs weer eens vlees insloegen bij Samuran stonden er tussen de olijven, worstjes en oliën kleine potjes kant-en-klare Boemboe roedjak. Van gecontroleerde biologische teelt, dat wel…
Natuurlijk schafte ik me zo’n potje aan. Dan maar een keer pre-fab, dan maar een keer makkelijk.
Gisteren maakte ik met de boemboe een Indonesisch aandoend gerecht. Het recept is voor twee personen.
  • 1 potje (of portie) Boemboe roedjak,
  • 200 gram kipfilé,
  • 2 kippen drumsticks,
  • 300 gram prinsessenboontjes,
  • olie,
  • paar druppels citroensap,
  • 1 kop bouillon.
Snijd de kipfilé in forse dobbelstenen. Bak die in wat olie samen met de drumsticks gaar. (Let op: de drumsticks moeten aanmerkelijk langer). Kook de boontjes beetgaar, spoel ze daarna even onder koud water, en laat ze uitlekken.
Doe dan in een stoofpan twee eetlepels plantaardige olie. Bak hierin de Boemboe roedjak even aan en voeg dan de kip, de boontjes en een kop bouillon toe. Laat het geheel pruttelen zonder deksel zodat de saus weer kan inkoken tot een mooi papje. Vind je de consistentie van de boemboe goed, dan is je gerecht klaar.
Nu is het maar de vraag of je hetzelfde potje boemboe roedjak kunt vinden als ik gebruikte. Maar ik heb intussen geleerd dat boemboes volop te koop worden aangeboden. Talloze aanbieders van oosterse producten voeren ze in hun assortiment. Ik ken die verder niet en kan niks zeggen over smaak of bereidingswijze. Die van ons smaakte heel behoorlijk. Wel een tikje te zoet…
We aten er pandanrijst bij. Kopje espresso toe.
© paul

Kleine kippetjes en linzen…

linzen en kleine kipetjes

Ik kon hier geen verse tuinboontjes kopen dus het recept van Mr. Ooier stel ik nog even uit. Gisteren aten we de poussins dus maar volgens eigen recept. Ik had zin om ze eens , met iets anders te vullen dan gehakt. Er lag nog een bosje mooie lente-ui een een Boursinkaasje. Dat leek me een goede combinatie.

  • Per persoon één poussin of piepkuiken
  • rasp van een biologische citroen
  • een klontje boursin
  • een fijngehakte lente-ui
  • wat olijfolie
  • peper en zout.

Meng de boursin met de lente-ui en citroenrasp en vul daar de kippetjes mee. Bind ze dicht en kwast ze rondom in met olijfolie. Braad ze in de voorverwarmde oven, op 200 graden in 45 minuten gaar en goudbruin. Even laten rusten en dan opdienen met bijvoorbeeld linzen

Kopje espresso toe.

© ellen.

Cassoulet au confit de canard…

stormschade Septfontaines 2010

We waren er even niet, kwestie van een lang weekend Luxemburg. We deden ons best om vanuit onze woonst aldaar een berichtje op dit web-log achter te laten, het lukte niet. We hebben iedereen de schuld gegeven van het debacle, behalve onszelf. Weer thuis bleek evenwel dat ik aan een verkeerd knopje had gezeten! Enfin…

Heuse rampen hadden er tijdens onze maandenlange afwezigheid plaats gevonden. Met als apotheose een storm op orkaankracht die de helft van het bos boven de camping wegvaagde. Het geschiedde op de laatste dag van februari. Je zult er de komende tijd nog over lezen.

Ondanks de hartverscheurende aanblik van de kaalslag, aten en dronken we goed. Ellen maakte kalfsnieren in whiskysaus, een geweldige biefstuk en kakelverse (jaja) forelletjes. We dronken oude volle Bourgogne en jonge frisse Rivaner. Eén dag hielden we het simpel. (Hoewel, simpel?)

Bij elk bezoek aan Luxemburg schaffen we ons wel een paar potten kant-en-klaar-maaltijd aan. Doorgaans nemen we die mee naar huis, maar soms worden ze ter plekke genuttigd. Je komt ze vaak tegen, die potten en blikken. In Frankrijk, in Luxemburg, in Belgie. Hoogwaardig voedsel, artisinaal bereid met de beste ingredienten. Er zit her en der ook wel kaf tussen het aanbod, maar met een beetje zoekwerk en goed opletten vind je de juiste kwaliteit heus wel. Slechts opwarmen volstaat om van een heerlijke maaltijd te genieten.

Favoriet bij ons is de Cassoulet met gekonfijte eendenpootjes. In zo´n pot zitten twee, soms drie eendenpootjes, drie Toulouseworstjes en drie plakken Morbier-achtige worst. Het vlees drijft in een bad van witte bonen en aardappelen, aangmaakt met een tomatensaus en middels kruiden en specerijen op smaak gebracht. Het enige eigen toevoegsel is dan een flinke hand vers gehakte peterselie.

De inhoud van de pot is anderhalve liter en kost twaalf euro.

¢ paul

penne met kip, broccoli en tomaat

pasta met kip en broccoli

Ik had dit weekende van alles voor het eten gepland maar die plannen vielen een beetje in duigen. Ik bezeerde vrijdag mijn linkerhand bij het werken in de tuin en kon even helemaal niets meer. (ik ben linkshandig) Snijden, knippen, het gas aansteken of een pan met kokend water afgieten werd me iets te gevaarlijk. Geen ingewikkelde recepten dus. Gisteren aten we kaasfondue. Paul kan dat prima klaarmaken en het eet makkelijk met één hand. Vandaag ging het al iets beter en ik bedacht dat ik dan maar een simpele pasta zou maken; weinig werk en toch een smakelijk zonnig gerecht, dat zou wel passen bij zo’n bijna zomerse dag als vandaag.

Af en toe koop ik weleens een kipfilet, om zo maar eens een snelle maaltijd te maken. Een beetje saai vlees vind ik eigenlijk zo’n kipfilet, maar vandaag een goede oplossing. Je hoeft dit vlees maar even snel te bakken. Het behoeft wel wat smaakmakers vind ik. Dus met wat kort geblancheerde broccoli, een lente-uitje, wat knoflook en een tomaatje maakte ik een basis voor de saus. Een paar stukjes spek meebakken met de in stukjes gesneden kipfilet geeft al wat meer diepte aan de saaie kip.

  • Voor vier personen (wij hebben morgen nog een restje over)
  • 2 biologische kipfilets in stukjes gesneden
  • olijfolie
  • 2 lenteuien grof gesneden
  • 2 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • 4 tomaten in stukjes gesneden
  • 300 gram broccoli
  • peper zout en oregano
  • penne

Verwarm de olijfolie en bak daarin de stukjes spek even aan. Voeg de kipfilet erbij en bak ze rondom mooi bruin. Voeg ui en knoflook toe en bak ze even mee. Doe er dan de stukjes tomaat, peper zout en oregano bij en een scheutje witte wijn. Roer alle aanbaksels los en laat het geheel even garen. Blancheer intusssen de broccoliroosjes drie minuten in kokend water. Giet ze af en laat ze even ‘schrikken’ in koud water. Kook de penne wat korter dan op de verpakking staat en giet ze af.

Meng de saus door de penne, schep alles in een ovenschaal en schik de broccoliroosjes er over. Strooi er met gulle hand Parmezaanse kaas over en zet de schotel 10 minuten op 200 graden in de oven. Snel opdienen, glas wijn erbij en je hebt een snelle zonnige maaltijd!

Kopje espresso toe.

© ellen.