Dorade met peterselieolie…

Dorade met peterselieolie

De diepvries, dat is hier al een jaar een probleem. Het ding is oud, vreet stroom en sluit niet goed meer. Met de regelmaat bedenken we dat we snel een nieuwe moeten kopen maar dan blijkt het ding toch weer te vol te zitten, de kelder moet eerst opgeruimd en zo zijn er nog tal van andere smoezen waardoor het er maar niet van komt. Maar nu is toch echt de grens bereikt. Gisteren zijn we begonnen met het opmaken van de voorraad. Vandaag hebben we een goede, energiezuinige diepvries uitgezocht. Nu nog even die kelder…

Goed, deze dorades waren het eerste aan de beurt. Ik maakte ze heel simpel klaar in de oven. Neem per persoon een dorade. Maak de vis schoon en verwijder de schubben. Wrijf de vis in met grof zeezout en leg een schijfje citroen in de buikholte. Snijd de dorade aan de bovenkant op drie plaatsen in tot aan de graat en stop een laurierblad in de inkeping. Kwast wat olijfolie in een ruime ovenschotel en leg de dorades erin. Bak de vissen in een voorverwarmde oven op 180 graden in ongeveer 25 minuten gaar.

Dorade met peterselieolie

De peterselie in de tuin staat er fantastisch bij. Er is al meer dan genoeg voor ons dagelijkse gebruik. Heerlijk is dat als je maar met een schaartje de tuin in hoeft te wandelen en de kruiden kunt plukken die je nodig hebt. Ik maakte bij de vis peterselieolie. Neem een flinke handvol platte, verse peterselie. Verwijder de steeltjes en hak de blaadjes grof. Doe het blad samen met 125 ml van de allerbeste olijfolie en wat zeezout in de keukenmachine en meng tot je een mooie gladde saus hebt. Je kunt deze olie in een afgesloten pot ongeveer een week in de koelkast bewaren.

peterselieolie

Lekker bij vis, maar ook prima bij geroosterd vlees.

© ellen.

 

Schouderkarbonaden met Maitranksaus…

doperwtjes en karbonaadjes in Maitranksaus

We beginnen naar de zomer te verlangen. Zo’n mooie zwoele zomeravond, dat je gewoon de hele avond in de tuin kunt zitten en je, zelfs als het begint te schemeren, geen vestje nodig hebt. Geurende rozen, een mooie fles wijn erbij en goed gezelschap…Het komt eraan lezer! Gisteren was het in ieder geval mooi genoeg om de zaterdagborrel met de Keizer van Monera in de tuin te nuttigen. De zon scheen, de rozen bloeien volop, de peterselie schiet de grond uit. Tijd voor een mooi zomers aperitief; Maitrank! We schreven er al uitgebreid over. Er ontstond zelfs een hele correspodentie over dit bijzondere zomerse drankje. En we maakten het ook al eens zelf. Ans en Hijn waren in de Hemelvaartvakantie in Luxemburg en brachten voor ons een fles mee.

maitrank

Goed gekoeld serveren met een schijfje sinaasappel en je proeft de zomer! En omdat de fles toch open was, gebruikte ik de maitrank, in plaats van witte wijn om de karbonaadjes in te stoven. De Maitrank gaf een mooie kruidige smaak aan het vlees en de saus. Maitrank is hier in Nederland, volgens mij, nergens te koop, maar je kunt het zelf maken. Je zou de Maitrank in dit recept ook kunnen vervangen door een scheut vermout of Noilly Prat.

Schouderkarbonaden gestoofd in Maitrank:

  • 2 biologische schouderkarbonaden
  • 1 ui in dunne ringen gesneden
  • 1 teentje knoflook, geplet en fijngehakt
  • wat olijfolie
  • peper en zout
  • een flinke scheut Maitrank
  • eventueel wat bouillon
  • een scheutje room
  • versgehakte platte peterselie

 

Verhit de olijfolie en bak het vlees snel om en om bruin. Voeg de in ringen gesneden ui toe en de knoflook en laat even meebakken. Blus dan af met een flinke scheut Maitrank. Roer de aanbaksels los. Laat zo 45 minuten stoven. Roer er op het einde van de braadtijd een scheutje room bij en wat vers gehakte platte peterselie.

Wij aten er nieuwe aardappeltjes bij en ‘verse’doperwtjes. Over die doperwtjes later meer!

Een kopje espresso toe!

© ellen.

Boemboe Roedjak met boontjes en kip…

boemboe roedjak

Een sambal is een pasta op basis van Spaanse pepers (lombok, rawit) en krijgt door kleine toevoegingen zijn eigen specifieke smaak (sambal petis, sambal trassi, sambal djeroek enz.). Sambal goreng is een samengesteld gerecht waarin óók sambal is verwerkt (sambal goreng boontjes, tomaat, prei, ei, tempé enzoverderenzovoorts…).
En dan is er nog boemboe roedjak. Dat is dan weer een kruiden- en specerijenmengsel, al dan niet gebakken. En ook daar zitten meestal pepers in. Over die boemboe roedjak schreef ik al eens op 19 maart 2007.
Sambals, sambal gorengs en boemboes zijn niet zo moeilijk te maken, het is alleen wat werk.
Toen we onlangs weer eens vlees insloegen bij Samuran stonden er tussen de olijven, worstjes en oliën kleine potjes kant-en-klare Boemboe roedjak. Van gecontroleerde biologische teelt, dat wel…
Natuurlijk schafte ik me zo’n potje aan. Dan maar een keer pre-fab, dan maar een keer makkelijk.
Gisteren maakte ik met de boemboe een Indonesisch aandoend gerecht. Het recept is voor twee personen.
  • 1 potje (of portie) Boemboe roedjak,
  • 200 gram kipfilé,
  • 2 kippen drumsticks,
  • 300 gram prinsessenboontjes,
  • olie,
  • paar druppels citroensap,
  • 1 kop bouillon.
Snijd de kipfilé in forse dobbelstenen. Bak die in wat olie samen met de drumsticks gaar. (Let op: de drumsticks moeten aanmerkelijk langer). Kook de boontjes beetgaar, spoel ze daarna even onder koud water, en laat ze uitlekken.
Doe dan in een stoofpan twee eetlepels plantaardige olie. Bak hierin de Boemboe roedjak even aan en voeg dan de kip, de boontjes en een kop bouillon toe. Laat het geheel pruttelen zonder deksel zodat de saus weer kan inkoken tot een mooi papje. Vind je de consistentie van de boemboe goed, dan is je gerecht klaar.
Nu is het maar de vraag of je hetzelfde potje boemboe roedjak kunt vinden als ik gebruikte. Maar ik heb intussen geleerd dat boemboes volop te koop worden aangeboden. Talloze aanbieders van oosterse producten voeren ze in hun assortiment. Ik ken die verder niet en kan niks zeggen over smaak of bereidingswijze. Die van ons smaakte heel behoorlijk. Wel een tikje te zoet…
We aten er pandanrijst bij. Kopje espresso toe.
© paul

Schouderkarbonaden met tomatensaus en tuinboontjes…

schouderkarbonade en tuinboontjesVandaag eindelijk weer eens een lekker karbonaadje van biologisch varkensvlees. We kochten gisteren vlees bij de Sumiranboerderij. Dit vlees smaakt stukken beter dan het biologische vlees dat bij de super verkocht wordt. Kennelijk wordt het vlees uit de super toch anders behandeld? Het vlees uit de super lijkt meer vocht te bevatten. Ik weet niet wat ze ermee doen. Dit Sumiranvlees was in ieder geval prima en ik vind de prijs ook heel redelijk. Paul eet nog zeker niet zo’n hele karbonade maar een piepklein stukje om te proeven gaat al prima. Ik stoofde de karbonaden dit keer met tomaten en verse knoflook.

 

  • voor twee personen
  • 2 schouderkarbonaden
  • een beetje olijfolie
  • 1 ui, in ringen gesneden
  • 2 tenen verse knoflook, heel fijn gesneden
  • een scheutje witte wijn
  • eventueel wat bouillon
  • 2 grote tomaten, in partjes gesneden
  • wat gedroogde oregano
  • een takje verse rozemarijn
  • een handje zwarte olijven
  • peper en zout
  • wat versgehakte platte peterselie

Verwarm de olie en bak daarin het vlees aan beide kanten snel bruin. Voeg ui en knoflook toe en bak ze even mee. Dan de tomatenpartjes erbij en ook nog even meebakken. Blus af met de witte wijn. Doe er de oregano, rozemarijn en olijven bij en eventueel wat bouillon en laat het geheel een uurtje zachtjes stoven. Breng verder op smaak met peper en zout en strooi er op het laatst met gulle hand peterselie over.

Wij aten er vandaag jonge tuinboontjes bij. Vandaag onder de zaterdagborrel met de Keizer van Monera dopte ik de boontjes. Een gezellig karweitje vind ik dat eigenlijk; wat ‘buurten’ en toch iets doen. toen de boontjes allemaal gedopt waren dopte ik er een paar ‘dubbel’ zoals dat heet. Een vreselijk friemelklusje en eigenlijk bleek het helemaal niet nodig. Misschien beter als je wat oudere tuinbonen hebt, maar voor deze jonge boontjes vind ik het eigenlijk gedoe.

schouderkarbonade en tuinboontjes 

 

Aubergines met ei/citroensaus…

 Wil ik eindelijk weer eens een stukje schrijven op dit weblog, blijkt web-log alle instellingen veranderd te hebben. Gevolg; een hoop geklungel en gepruts. Na veel zoeken heb ik nu een tijdelijke (hoop ik) oplossing gevonden en ziet alles er weer min of meer uit zoals jullie gewend zijn. Ik probeer maar net te doen of het gewoon weer werkt.

De laatste dagen waren hier al behoorlijk rommelig, Paul schreef er al over. Vergeten foto’s te maken van het eten. Vergeten erover te schrijven. Ik ga dus maar een inhaalslag maken voor zover dat nog haalbaar is. Te beginnen met de aubergines die we in Luxemburg aten. Een mooi groentengerrecht, vegetarisch ook nog. Ik maakte ze min of meer naar een recept uit de Zilveren Lepel, maar gaf er toch een eigen draai aan. Wij vonden het buitengewoon smakelijk!

  • Twee aubergines, in plakken gesneden
  • een blikje tomaten, of verse tomaten
  • 1 flinke ui, in stukjes gesneden
  • 2 teentjes knoflook, zeer fijn gesneden
  • olijfolie
  • zout, peper
  • 2 eieren
  • sap van 1 citroen
  • vers gehakte platte peterselie.

Snijd de aubergines en bestrooi ze met zout. Laat ze zo een half uurtje staan. Spoel ze dan af en dep ze goed droog. Verwarm de olijfolie en bak daarin de aubergineplakken snel aan beide kanten bruin. Haal ze uit de pan en bak nu de ui en knoflook lichtbruin. Voeg de tomaten toe en smoor tot je een mooie tomatensaus hebt. Doe de aubergines er weer bij en smoor tot ze beetgaar zijn.

Klop de eieren los met het citroensap en giet dit over het aubergine/tomaatmengsel. Draai het gas uit en roer heel alles voorzichtig om. Het ei moet net niet gestold zijn maar een mooie dik-vloeibare saus vormen. Bestrooien met verse peterselie en snel opdienen. Geef er mooi knapperig brood bij of serveer de aubergines als bijgerecht bij geroosterd vlees.

© ellen

Schouderkarbonaden met Noilly Prat…

schouderkarbonaden met Noully Prat-saus

Mode kenmerkt zich door veranderlijkheid. Het ene jaar zijn de rokken kort, het jaar daarop vallen ze over de knie. Auto’s hebben een silver-matalic kleur, tot de mode besluit dat er weer meer opzichtiger kleurtjes in het straatbeeld moeten. Wat eens als een absolute “must” gold kan even daarop bij het grof vuil. Mode bedilt zo’n beetje alles wat we zien en zijn, en het is voortdurend oppassen dat we ons niet knettergek laten maken door deze of gene modepaus of smaakmaker. En natuurlijk door al die schrapers die grof geld aan mode, en dus aan ons willen verdienen.

Ook het kookgedoe en het restaurantwezen ontkomen niet aan mode. En ook daar geldt dat wanneer iets eenmaal uit de mode raakt, je ook dient te doen alsof het nooit heeft bestaan, alsof het besmet en te levensgevaarlijk is om nog mee om te gaan.

In de jaren zestig en zeventig werd er veel en graag met sherry gekookt. En dat gebeurde tot het niet meer gebeurde. Ineens was het uit, op, over. Waarom zou ik niet weten. Sindsdien verdwijnen ook de recepten waarin sherry wordt verwerkt uit de kooklectuur. Verdwenen, foetsie, weg. En niet omdat sherry ineens niet meer te gebruiken zou zijn, want dat is het gewoonweg wel. Maar het is kennelijk niet meer in de mode.

Zoiets gebeurde ook met Noilly Prat. Noilly Prat is een Franse vermouth, uit de buurt van Marseille. Het is een drank met een rijk smaakgamma, en in de basis zit zoet en een tikkeltje zuur. Bij ons is de drank nooit zo populair geweest, maar veertig jaar geleden kon je in elk Frans of Belgisch restaurant wel een gerecht eten waar de vermouth in verwerkt was. En terecht, want Noilly Prat leent zich prima in de keuken. Maar goed, dat is dus nu verleden tijd…

In de prehistorie van het Ministerie stond de vermouthfles ook in onze keuken te prijken. We gebruikten er naar hartelust van, en niet alleen bij het koken. Tot het dus ook bij ons op enig moment ophield. Een verklaring heb ik daar niet voor, misschien waren we toch modegevoeliger dan we wel wilden toegeven.

Enfin, hoog tijd voor een opwaardering. Bij Noilly Prat hebben ze er al wat aan gedaan door de drank in een moderne, kekke, en wat mij betreft lelijke fles te stoppen. De smaak is gelukkig hetzelfde gebleven. Het recept is voor twee personen.

  • 1 ui,
  • 2 schouderkarbonaden,
  • 2 tenen knoflook,
  • 1 sherryglas Noilly Prat,
  • 1 sherryglas bouillon,
  • room,
  • olijfolie,
  • vers gehakte peterselie,
  • scheutje tabasco,
  • peper en zout.

Wrijf het vlees in met peper en zout. Bak de schouderkarbonaden in olijfolie aan alle twee de kanten tot ze mooi bruin zijn. Haal ze uit de pan en houd ze warm. Bak in dezelfde pan de gesnipperde ui en de fijn gehakte knoflook aan tot het goudgeel glazig wordt. De karbonaden terug in de pan, de bouillon en de Noilly Prat erbij, deksel op de pan en op een heel zacht vuurtje laten stoven. Na een goed uur haal je het vlees weer uit de pan. Meng de room door het stoofvocht en maak het gerecht af met een scheutje tabasco en de vers gehakte peterselie.

Let tijdens het stoven op dat het vlees niet droog komt te staan. Een klein scheutje water toevoegen volstaat.

¢ paul

Kalfniertjes in whiskysaus

kalfsnier in whiskeysaus

Natuurlijk was het niet alleen maar kommer en kwel in Luxemburg. we hebben ook weer heerlijk rondgewinkeld in het enorme Belle Etoille shoppingcentre. Het blijft fantastisch wat ze daar allemaal te koop aanbieden. Dit keer hebben we ons maar eens verdiept in wat er zoal op de afdeling ‘abats’ te koop was. Slachtafval, het klinkt niet zo smakelijk maar toch vind je hier de meest heerlijke stukjes vlees. In Nederland meestal niet te koop of je moet een superverhouding met een superslager hebben. Nier en lever van een biologisch kalf, kom daar in Nederland maar eens om. Kalfszwezerik, varkenspootjes, lamsniertjes en zelf hersens lagen gewoon in het schap. Nu is zwezerik klaarmaken op een camping me iets teveel gedoe. Het blijft tenslotte een beperkt klein keukentje. Paul had wel zin in de kalfsnier en we haddden ook een mooie fles Single Malt Scotch Whisky gekocht. De combinatie lag voor de hand; Kalfsnier in Whiskysaus.

  • Voor 2 personen
  • 1 nier van een biologisch kalf, goed schoongemaakt en in stukjes gesneden
  • 2 kleine sjalotten, 1 teentje knoflook, fijngesneden
  • wat bloem
  • peper en zout
  • boter
  • whisky
  • witte wijn
  • wat room
  • eventueel bouillon
  • versgehakte platte peterselie

Kruid de stukjes nier met zout en peper en stuif er een klein beetje bloem over. Verhit de boter en bak daarin de sjalotjes en knoflook even aan. Schep ze uit de pan en bak in dezeflde pan de stukjes nier rondom goudbruin. Voeg ui en knoflook weer toe en giet een een scheutje whisky over. Blus af met wat witte wijn en laat het geheel even sudderen. Voeg een scheutje room toe en laat nog even zachtjes inkoken. Niet te lang anders worden de niertjes taai. Ze moeten mooi rosé zijn. Schep er nog wat platte peterselie over en dien snel op. Wij aten er wat spätzle bij en een salade.

Stukje Camembert d ‘Isigny toe maakte de maaltijd helemaal af. En natuurlijk een kopje espresso.

© ellen.

Nog eens pasta met een saus van Trompet de Mort…

zelfgemaakte pasta met een saus van trompet de mort

Ik had wat teveel deeg gemaakt voor de ravioli, (of te weinig vulling zou je ook kunnen zeggen). ik hield in ieder geval gewoon wat over. Op mijn pastamachine zit de mogelijkheid om het deeg in platte vellen te verdelen of te versnijden in dunne spaghetti of tagliatelle. Ik koos om het deegrestant in tagliatelle te snijden.

Je kunt de pasta dan wel een dagje bewaren. Leg ze na het snijden losjes op een droge doek. En laat ze zo langzaam drogen. Gewoon in kokend water met wat zout, dan zijn ze in drie minuten mooi beetgaar.

tagliatelle

Ik maakte een saus met gedroogde trompet de mort, een zeer smakelijke paddestoel een catharellensoort. Ik ken ze eigenlijk alleen gedroogd. Je moet deze gedroogde paddenstoelen dus een half uurtje weken in warm water. Gooi het weekwater niet weg. Het is een uitstekende smaakmaker.

  • 15 gram gedroogde trompet de mort
  • 1 sjalot, heel fijngehakt
  • 1 teentje knoflook, fijngehakt
  • een klontje boter
  • een klein lepeltje bloem
  • wat room

Fruit het sjalotje en de knoflook in de boter even zachtjes aan. Voeg de bloem er bij en roer goed. voeg de room toe en roer tot je een gladded saus hebt. Misschien is de saus wat te dik. Doe er dan wat bouillon bij. Hak de geweekte paddestoelen en doe die in de saus. Laat alles 10 minuutjes heel zachtjes pruttelen.Breng verder op smaak met peper en eventueel wat zout.

Kook de pasta beetgaar, giet ze af en giet er een klein beetje olijfolie over. Serveer op borden en schep er een flinke lepel saus over. Versier met wat verse basilicum.

Een salade vooraf en een stukje kaas toe. Een prima zondagse maaltijd!

En natuurlijk een kopje espresso!

© ellen.

Prei in vinaigrette…

prei

Zjak had een fles bijzondere wijn die hij met ons wilde delen, De Jongste Bediende en Marleen gaan op vakantie en de prei moest geoogst worden; reden genoeg voor een etentje!

Een paar weken geleden las ik op het weblog van Janneke Vreugdenhil een recept voor prei in vinaigrette dat me meteen aansprak. Die week besprak Janneke kookboeken van haar favoriete kookboekenschrijvers en ik moet zeggen dat onze smaak aardig overeen komt. Naast Marcella Hazan, één van mijn favorieten, besprak ze het boek van Hopkinson; “Roast chicken and other stories”. Uit dat boek komt dit recept, prei in vinaigrette. Je hebt er duimdikke prei voor nodig en dan is het natuurlijk fantastisch als je gasten een groententuintje hebben waar de prei net geoogst moet worden en je precies die duimdikke exemplaren kunt oogsten. Ik besloot het gerecht als voorgerecht te serveren maaar je kunt het ook met wat gekookte aardappeltjes als hoofdgerecht opdienen. Voor vier personen heb je 16 duimdikke preien nodig. Janneke vond dat nogal veel, maar hier gingen ze schoon op.

  • 16 dunne preien
  • 2 eetlepels gladde dijonmosterd
  • 2 eetlepels rodewijnazijn (ik gebruikte appelazijn)
  • 250-300 ml arachideolie
  • 2 hardgekookte eieren, fijngehakt
  • 1 eetlepel fijngehakte bieslook (was ik vergeten, zo verandert een recept toch altijd een beetje)
  • zout en peper

Was de preien zorgvuldig. In dit geval nog het meeste werk, prei uit eigen tuin kan veel zand bevatten. Snijd de wortelaanzet en de toppen van de prei. Breng een flinke pan water aan de kook, doe er zout bij en kook de preien hierin gaar. Giet ze af boven een vergiet en laat ze goed uitlekken en afkoelen. Doe mosterd, azijn, zout en peper in de keukenmachine of blender en voeg wat water toe. Schenk er terwijl de motor draait geleidelijk olie bij tot je een mooie gebonden saus hebt. Halveer de preien en leg ze met de snijkant boven op een mooie schaal. Besprenkel met de vinaigrette en strooi er de eikruimels over. Serveer met wat stokbrood en gezouten boter.

Het is nogal veel vinaigrette maar wat overblijft kun je nog zeker een week in de koelkast bewaren.

© ellen.

Poussins met boursinsaus

poussins en brocolli

Zo af en toe moet de diepvries leeg en tot mijn verrassing vond ik dit keer nog twee mooie poussins in één van de lades. Meestal vul ik deze kleine kippetjes met gehakt, maar ik had ik geen gehakt op voorraad, en ook geen zin meer om weer naar de winkel te lopen. Ik grilde de kippetjes dus heel sec, gewoon in de oven. Een partje citroen in de buikholte, samen met een taktje rozemarijn. 45 minuten in de oven, op 170 graden.

  • Ik maakte er een saus bij met boursin:
  • 1 sjalotje, heel fijn gehakt
  • een klein klontje boter
  • een scheutje droge witte wijn
  • wat bouillon
  • een scheut room
  • 75 gram boursin
  • peper en eventueel zout
  • een bosje bieslook

poussins en brocolli

Verwarm de boter en fruit daarin het sjalotje zachtjes aan. Blus af met de witte wijn. Laat de wijn inkoken tot de helft en doe er dan wat bouillon bij. Laat nog wat inkoken, voeg dan de room toe en de boursin. Roer goed tot alles helemaal gemengd is en breng verder op smaak met peper en eventueel wat zout. Strooi er vlak voor het opdienen nog wat verse bieslook over.

© ellen.