Chabichou du Poitou…

9 januari 2007 007

De foto zat alweer een paar weken in het archief en het kaasje was al lang op. Eerst vond ik de tijd niet om er over te schrijven, en daarna vergat ik het. Terwijl het toch écht moest gebeuren. Want: wat een mooi geitenkaasje, deze Chabichou du Poitou.

Chabichou du Poitou komt uit streek van Poitou, zoals de naam zegt. En meer bepaald uit de departementen Deux-Sevres, Vienne en een klein deel van de Charente in het mid-westen van Frankrijk, maar net niet aan de kust. De regio telt nog een aantal andere beroemde geitenkazen zoals de Crottin de Chavignol, de Sainte Moure de Tourraine en de Valencay.

Maar over de Chabichou du Poitou. Het is dus een geitenkaasje. Kegelvormig, zes centimeter hoog, zes centimeter in doorsnee en het weegt ongeveer 150 gram. Op de boerderij worden ze nog steeds van rauwe melk gemaakt, de meeste echter komen van dorpscoöperaties of kleine kaasfabriekjes in de regio en zijn dan van gepasteuriseerde melk. De kazen rijpen minimaal tien dagen, oplopend tot maximaal twee maanden. De kaasjes hebben een natuurlijke beige korst, die tijdens het rijpen wat blauwig wordt. Naar mate ze ouder worden krijgen ze een donkerder kleur. De productie is aan strenge regels onderhevig en alleen kazen die zó zijn gemaakt mogen de naam Chabichou du Poitou dragen en krijgen een AOC-keurmerk. De kaas is op z’n best in de zomer en de herfst.

Bij jonge kazen is de zuivel wit, stevig en taai. Naar mate de ouderdom toe neemt wordt de zuivel natter en bijna smeerbaar. De jonge kaas smaakt mild en zoet en gaat bij het ouder worden over naar nootachtig en pittig. Ons kaasje was van middelbare leeftijd. We betaalden er € 5,50 voor. Dat is niet niks voor zo’n klein kaasje, maar dan heb je ook wat…

Zowel oud als jong zijn prima te verwerken in recepten die vragen om geitenkaas. Wij aten onze Chabichou als toetje, overgoten met een beetje van de beste olijfolie.

9 januari 2007 009

© paul

Ommelet met kaas en truffelollie…

26 januari 2007 002
De klad zit er een beetje in deze week op dit weblog. Gewoon weinig tijd om iets bijzonders te koken, weinig tijd om samen te eten, geen spectaculaire recepten. Jammer, maar het is niet anders.
Ik was vandaag de hele dag met mijn collega’s in Utrecht op de NOT, de Nederlandse Onderwijs Tentoonstelling. Een tweejaarlijks evenement waar heel onderwijzend Nederland te vinden is. Hier worden de nieuwste methodes gepresenteerd, proberen de ICTers hun laatste vindingen te slijten en zoeken meesters en juffen welke nieuwtjes voor hun school nog te betalen zijn. Mijn taak is de nieuwe trends te signaleren, contacten te leggen met uitgevers, de allernieuwste methodes te bekijken. Én het moet natuurlijk ook een aardig uitje zijn voor de collega’s. Meestal knopen we er een gezellige avond met een etentje aan vast. Dit keer liet ons rooster alleen de vrijdag open om met (bijna) het hele personeel van onze onderwijswerkplaats op stap te gaan. Op vrijdagavond wil iedereen weer vroeg thuis zijn. Dus niet stappen in Utrecht en geen etentje, dat houden we tegoed. Vanmiddag een snelle lunch in één van de Jaarbeursresto’s; broodjes en een salade. Droevig… Duizenden mensen willen lunchen, er is bijna geen keus, eten wat de pot schaft dus. In een overvolle trein, beladen met teveel informatiefolders naar huis, had ik niet veel puf meer om nog te koken.

Eenvoudig eten dus vanavond; Omelet met kaas,ham en een flinke salade.

Omelet, simpel, maar soms ook ozo lekker.
Omelet met kaas en ham;
Telkens voor één persoon, 3 eieren in een ruime kom klutsen, beetje zout en flink peper uit de molen erbij doen. Nog even goed kloppen. Verwarm intussen je beste bakpan op het vuur, giet er wat olijfolie in, verwarm, en giet het eimengsel in de pan. Laat even zachtjes bakken en stollen, schud de pan met het eimengsel voorzichtig rond en rond. Strooi dan wat geraspte kaas over het ei en een paar drupjes echte truffelolie.
Eventueel een plak gerookte ham in flintertjes geplukt. Klap de omelet tot bijna de helft dicht en laat nog heel even stollen. De inhoud moet gesmolten zijn en toch nog een beetje fluffie. Snel opdienen op een voorverwarmd bord.

Ik besef nu hoe moeilijk het eigenlijk is om te beschrijven hoe je een omelet maakt; eindeloos proberen, zoeken naar de goede pan, de juiste temperatuur, de beste eieren, boter of olie, dichtklappen of omkeren. Het meest simpele kan vaak juist ook heel ingewikkeld zijn. In ieder geval waren onze omeletten vandaag prima gelukt; nog een beetje fluffie, goed gevuld, geurend naar het meest aardse ingrediënt wat ik ken; truffel!
We aten er een groene salade bij van verschillende soorten sla, kappertjes en wat flinters schapenkaas.
Espresso toe.

Gaperon…

11 januari 2007 009

De naam is Gaperon. Het was een kaasje van het halfharde type met een natuurlijke witschimmelkorst, vertelde de kaasmeneer. Het kwam uit de Auvergne, in het midden van Frankrijk, en het viel op door zijn typische halve-bol-vorm. We kenden het niet en vonden dat dat moest veranderen. Dus schaften we een exemplaar aan bij de kaasdelicatessenafdeling van de Cactus. We betaalden er € 5.00 voor.

Oorspronkelijk werd de kaas gemaakt van karnemelk die over bleef bij de boterproductie, aangevuld met rauwe koemelk. (Gape betekent in het dialect van Auvergne: karnemelk.) Bij de moderne productie schijnt nog altijd een deel afgeroomde melk te worden gebruikt en dat maakt dat het vetgehalte van de kaas aan de lage kant is, namelijk zo’n 40 tot 45 %. In principe zouden de kaasjes gemaakt worden van rauwe melk,maar dat van ons had op het etiket de aanduiding: volle melk. In de wrongel wordt knoflook en gemalen peper gemengd. Het rijpingsproces duurt 3 tot 8 weken. Vroeger werden de kaasjes in de rookschouw bewaard, wat zorgde voor een licht gerookte smaak. Tegenwoordig ziet men daar vanaf. De kaasjes wegen 350-500 gram. De kaasjes hebben geen AOC status.

We hebben ons kaasje gisteravond geproefd. We vonden het lekker. Ons kaasje was goed gerijpt en aan consumptie toe. De witte kleur van de zuivel was veranderd in een gelige boterkleur. De korst gaf een lichte amoniaksmaak en was dus te ver heen. Het binnenste bleek evenwel op z’n best. De zuivel was rul, naar de korst toe werd het egaalromig, iets uitvloeiend. De smaak was vol en romig, kruidig van de knoflook, met een lichte scherpte van de peper. In de verte leek de smaak op die van Boursin, maar veel fijner en dieper. Wij aten het kaasje als nagerecht, maar met mooi bruin brood zou het een uitstekende lunch kunnen zijn. Wat ons betreft een heel aangename kennismaking.

© paul

Reepjes kalfsvlees met kaas…

kalfsvlees 006
Gisteren kwam het er niet meer van om nog iets op te schrijven over het eten maar omdat het een snel en toch heel smakelijk gerecht was wil ik het jullie niet onthouden.
Reepjes kalfvlees met kaas en room. Het is een Zwitsers gerecht en heeft ook een mooie Zwitserse naam maar die ben ik vergeten.
Het originele recept weet ik ook niet meer, dit is dus een variant op…
Ik maakte het gisteren zo.
Voor vier personen;
4 kalfsschnitsels, in fijne reepjes gesneden
bloem
1 lepel boter
1/2 kopje bouillon (kalf of kip)
1/2 glas witte wijn
1 ui en 1 teentje knoflook fijngesneden, een paar reepjes spek
wat gedroogde oregano, vers gehakte basilicum
scheutje room
100 gram oude Goudse of Gruyère in blokjes
De kalfsreepjes even door de bloem schudden zodat ze net aan bedekt zijn.
Ui, knoflook en het spek uitzweten in de boter. De reepjes vlees erbij doen en snel meebakken. De verwarmde bouillon en de wijn erbij doen en de oregano. Op smaak brengen met peper en weinig zout.
Een scheutje room toevoegen en vlak voor het opdienen de blokjes kaas.
De kaas moet nog niet helemaal gesmolten zijn.
Dit heerlijke gerecht is in krap 15 minuten klaar! We aten er rijst en broccoli.
En espresso toe.

Varkenshaasje met Munstersaus…

8 december 2006 015
Vanavond een varkenshaasje met Munstersaus. Jarenlang vond ik varkenshaas zo ongeveer het saaiste eten wat er was. Maar sinds wij vlees kopen bij de Sumiranboerderij is varkenshaas weer iets feestelijks. Dit mooie biologische vlees is echt smakelijk, zo proef je weer hoe varkensvlees eigenlijk hoort te zijn; sappig, smakelijk, niet nat, lekker geurend als het in de pan ligt te bakken enzovoorts.
Ik maakte er vanavond een Munstersaus bij, een mooie combinatie; puur en eerlijk varkensvlees en zo’n kaasje uit de Elzas.
Braad het vlees in wat boter rondom bruin en laat garen op een zacht vuur. Haal het uit de pan en laat het even rusten (onder alu-folie om ‘t warm te houden).
De Munstersaus beschreef ik al.
We aten er gekookte aardappelen bij (heerlijk met veel saus) en sperzieboontjes.
De sperzieboontjes beetgaar koken en afgieten. Een lepel olijfolie verwarmen en een teentje knoflook, fijngehakt, met een paar stukjes spek even uitzweten. Dan twee kleingesneden tomaatjes erbij doen en kort meebakken. De boontjes weer terug in de pan en nog even doorwarmen.

Een kopje espresso toe met een glaasje likeur; Mandarine Napoléon.

Superhelden en andere genoegens…

Ellen ging vanochtend om tien over zeven de deur uit en riep me nog snel toe: “Schrijf maar een mooi stukje.”
“Natuurlijk, schat!”

Ik heb meestal wel wat achter de hand aan ideetjes, aantekeningen, oude foto’s, losse rommel.
Zo niet vandaag…
De aantekeningen ten behoeve van het “grote” Orval-artikel liggen op mijn werk, de afbeelding van de camembert uit Vezelay (ja,ja…) is zoek en de foto’s van de Sientje-van-Loon maaltijd, die ik dacht zo uit de koffer te kunnen opdiepen, lijken van de aardbodem verdwenen te zijn. De bijlage van Die Zeit, over techno-eten, blijkt helemaal niet bruikbaar voor een artikeltje op dit log.
Daar komt nog bij dat ik kletsnat werd. Zowel ik als de hond moesten eruit en dat vonden we niet leuk.
Ik liet het log het log en zocht dan maar vertroosting in mijn stripboekencollectie.

En in ene was-ie daar weer, hij dook zomaar op uit mijn stripkast.
Mijn grote Franse Held: Superdupont.
Zijn echte naam is onbekend. Hij is de Beschermer aller Fransen en alles wat Frans is.
Hij rookt Gauloises, drinkt rode wijn en eet Franse kaas. Een echte Superheld dus. De vader van Superdupont ligt begraven onder de Arc de Triomphe, juist ja: hij die genaamd is “De Onbekende Soldaat”.
Superdupont is een Patriot en een Chauvinist. Hij gaat het gevecht aan met de agenten van een organisatie die luistert naar de naam Anti Francais.
Één maal beleefde Superdupont een avontuur buiten La Douce France. Hij reisde naar de Verenigde Staten om de crisis in de Californische wijnbouw te bezweren. Het pakte goed uit voor Frankrijk… (Motto: Oui nide iou!)

Om de een of andere onverklaarbare reden is er slechts één van de vijf albums vanuit het Frans in het Nederlans vertaald.
De geestelijke vaders van Superdupont heten Gotlib, Alexis en Lob (Gotlib , misschien wel de leukste Fransman ooit).
De strip verscheen in dat onvolprezen satirisch tijdschrift Fluide Glacial .
Leukste avontuur: Operation Camembert.

 

© paul

Kaasfondue…

28 december 2006 004
Kaasfondue, daar had ik zin in vandaag! Pestweer buiten, binnen lekker knus met de kaarsjes aan.

Wij hebben allebei een hekel aan geknoei aan tafel; gourmetten, steengrillen enzovoorts is aan ons niet besteed. Ik herinner me nog de dagen toen ons Kind nog klein was, vleesfondue was helemaal “in”. Dat wilde het Kind ook wel eens. Ik stond doodsangsten uit met die hete olie op tafel, en het resultaat was nou ook niet je dát; vlees in olie gebakken met kledderige sausjes! Alleen voor kaasfondue maken wij een uitzondering. Dat vinden wij allebei zo lekker dat we het gepeuter aan tafel voor lief nemen. Sterker nog, we vinden het wel gezellig. Maar kaasfondue is dan ook gewoon klaar als het op tafel komt, je hoeft er alleen maar stukjes brood in te dopen. Redelijk veilig en, mits je goede kaas gebruikt ook heel lekker!!!
voor vier personen
1 teentje knoflook, pellen en pletten met een mes
500 gram kaas (100 gram Emmenthaler, 150 gram Gruyère, 250 gram Comté), grof geraspt (wel zelf raspen, vlak van te voren. Supermarkten proberen droge restanten voorbewerkt voor veel geld te verkopen! Niet doen, dat is niet lekker)
3 dl droge witte wijn
nootmuskaat, peper
2 theelepels maizena
1 eetlepel Kirsch
Doe de knoflook en de wijn in de fonduepan en zet die op een zacht vuurtje (het beste aardewerk, die zetten minder snel aan)
Roer beetje voor beetje de kaas erbij en laat langzaam smelten. Als het begint te pruttelen de maizena aanmaken met de Kirsch en bij de kaasmassa doen. Goed roeren, nootmuskaat en peper toevoegen en even door laten pruttelen.
Serveer de fondue met een mooie salade en stevig brood.
28 december 2006 001
Espresso toe

Ravioli met spinazie en ricotta…

6 oktober 013
Vandaag vieren wij onze trouwdag. Meestal gaan we dan ergens in een restaurant eten, maar Paul moet vannacht helaas werken en dan vinden wij het niet prettig om uit eten te gaan, de avond is dan zo kort. Ik maak nu maar een extra lekker etentje thuis. Jan en Ans wilden wel met mij naar de Sligro rijden en daar is zoveel lekkers te koop dat het niet moeilijk is iets te bedenken.
We beginnen de maaltijd met zelfgemaakte ravioli gevuld met spinazie en ricotta. De Sligro verkocht gelukkig echt pastameel, van harde durum tarwe want mijn voorraad was helemaal op.
Voor de vulling heb je nodig;
250 gram verse wilde spinazie
150 gram ricotta kaas
1 theelepel nootmuskaat
Zout, versgemalen peper
2 eidooiers
75 gram vers geraspte parmezaanse kaas.
Kook de spinazie in weinig water snel gaar, giet de groente af en pers er zoveel mogelijk vocht uit.
Meng de ricotta erdoor, dan de nootmuskaat, peper en zout, de eidooiers en tot slot de Parmezaanse kaas.
6 oktober 003

Maak een soepel pastadeeg van 300 gram bloem van harde tarwe, drie eieren en een snuif zout.

6 oktober 005

Kneed het deeg goed door en leg het dan een half uurtje, in plasticfolie verpakt, weg.
Rol het deeg dan met behulp van een pastamachine tot twee lange lappen van ongeveer 3 mm dikte.

6 oktober 008
Leg op steeds 5 cm afstand een koffielepel vulling op het deeg. Leg de tweede lap deeg erover en druk rondom de vulling goed aan, er mogen geen luchtbellen tussen zitten. Snijd de pasta met een deegwieltje in mooie vierkantjes en leg ze tot gebruik op een droge theedoek.

6 oktober 012

Kook de pasta 4 á 5 minuten in gezouten water. Smelt intussen wat boter met een paar blaadjes salie erin. giet de pasta af en vermeng hem met de boter en salie. Strooi er eventueel Parmezaanse kaas over.

Munster…

28 aug 012

We gingen naar Munster en kochten er Munster. Een beetje omslachtig misschien, maar we logeerden in de buurt, in het dorpje Bar, dus zo heel vreemd is dat nu ook weer niet. Vooral niet omdat we al tijden lazen over de befaamde Munster Fermier, en die is nauwelijks ergens anders te krijgen dan aan de bron, Munster dus. En het was de moeite waard.

Zoals zoveel kazen in Frankrijk heeft de échte Munster een Apellation Contrôlée.
In en om Munsterstad wordt zo ongeveer 9000 ton kaas geproduceert. Daarvan is slechts een klein deel gerechtigd de naam Munster Fermier te dragen, n.l. 600 ton. Die kaas is geproduceerd op de boerderij, onder streng bepaalde omstandigheden en van vastomschreven grondstoffen.
De melk is afkomstig van een koeienras, genaamd Vosgiennes. De beste kazen worden in de zomer en vroege herfst gemaakt, omdat dan de melk het smakelijkst is. En dat komt dan weer omdat de koeien zich tegoed hebben gedaan aan de keur van kruidige gewassen die groeien tussen het gras van de bergweiden.
In Munster wordt al sinds de vroege middeleeuwen kaas gemaakt, met name door de monniken van de abdij die daar in de tweede helft van de zevende eeuw werd gevestigd. Uit die productie ontwikkelde zich de nu zo beroemde kaas.

De Munster behoort tot de familie van de zachte roodflorakazen. Het is een krachtig smakende én geurende kaas.
De kaas heeft een gladde, wat vochtige oranje korst. Het zuivel is romig, en wat brokkelig als de kaas nog jong is. De smaak is notig. Wordt de kaas ouder, dan wordt de korst roder, natter en de zuivel zacht tot vloeibaar.
Munster geurt sterk, en als je niet van die geur houdt zul je het mogelijk penetrant vinden.
Maar let op: de kaas mag dan sterk geuren, NOOIT mag hij scherp of vies ruiken. Is dat het geval, bedank dan beleefd en geef de kaas terug!
Ons kaasje woog ongeveer 450 gram. De kiloprijs was 13 Euro, dus reken zelf maar uit. (Werkelijk géén geld voor zulke goddelijke waar!) Het werd keurig in plastic vacuum verpakt, zodat we het heelhuids en in goede conditie thuis konden brengen.

Het bovenstaand verhaal geldt voor álle Munsterkazen met een A.C. Kun je echter een Munster Fermier aankomen, aarzel dan niet niet, maar schaf aan. Die heeft alles wat een Munster moet hebben, maar dan nog beter en lekkerder.

Gisteren verwerkte Ellen de kaas in haar Elzasser karbonaden, en aten we een stukje toe. We dronken er een Klevener uit Heiligenstad bij.
Vanavond zullen we er Gewürtstraminer bij drinken, want dat is echt de gedroomde combinatie.

Wil je toch Munster, en ben je genoodzaakt je inkopen dicht bij huis te doen dan is een alternatief: Le Munster de Grand’Pére Fischer. Dat is een fabriekskaas, maar met A.C. Grootgrutter AH voert de kaas regelmatig in zijn assortiment. En met een beetje zoeken vind je er nog meer.

© paul