De boter van Julia Child…

BeauneIk kom in tijdnood; ik heb té lang gewerkt aan een mislukte peperpasta en nu wordt ik over enkel ogenblikken verwacht in het Café van Meester Jan. Vanavond zal er van schrijven niet veel meer komen, daarom dit snelle tussendoortje…

Over Julia Child valt een hoop te zeggen en ik zal dat ook zeker op een later tijdstip doen, maar nu even kort: Julia Child verzorgde in de vorige eeuw een jarenlang lopend kookprogramma voor diverse Amerikaanse televisiezenders. Ze had haar kookvaardigheden opgedaan op een prestigieuze kookschool in Parijs, haar man bekleedde in die stad lange tijd een diplomatieke post op de Amerikaanse ambassade.

Op enig moment in de jaren zestig begon ook in de Verenigde Staten de lobby van Lightproducten-fabrikanten voet aan de grond te krijgen. En natuurlijk diende de consument de roomboter in te ruilen voor margarine en andere namaakrommel.

Julia Child had haar bedenkingen tegen die acties, maar ook, op haar eigen gespeelde naïeve manier, had ze een oplossing.

Als je dan bang bent voor roomboter, neem slagroom…

We vonden de tekst tijdens ons vakantie in Bourgondië, gekalkt op de etalage van een kookstudio in het stadje Beaune. De studio was de hele maand augustus gesloten. Ook zij hadden vakantie.

© paul

 

Gut Botter…

IMG_0996
Ik schenk mijn tweede glas bier in. Het is nog vroeg dus ik dien rustig aan te drinken, anders komt er straks niks meer van film kijken en (eindelijk) mijn boek uitlezen. Ik geniet van het eerste Kerstbier van het seizoen: Gordon’s Xmas Ale.

Hond Jaros ligt met zijn kop zowat in het stookgat van de kachel; het is een gekend koukleum, die Spaanse straatslijper. Op onze tocht door de Luxemburgse bossen, eerder deze middag, werden we overvallen door een ferme regenbui. De hond wist me overduidelijk aan te geven wat hij toen wilde: terug naar de kachel.

Ellen zit met een boek iets verder van de warmtebron. Ze bakt straks (morgen?) een grote appeltaart, groot genoeg om iedere campingbewoner van een stuk te voorzien. Het deeg ligt te rusten in de koelkast.

Voor de taart had ze boter nodig, ze kocht dus het pakje van de foto. Het is afkomstig van de firma Luxlait, een van oorsprong min of meer coöperatieve onderneming. Luxlait betrekt zijn zuivel direct van de boeren en nagenoeg alle melk komt uit het Groothertogdom. Slechts een paar boeren uit de grensstreken met Frankrijk, Duitsland en België zijn ook leverant voor Luxlait. De kwaliteit van de producten is goed en ze doen er ook volop aan bio-spul. De room en de boter smaken voortreffelijk.

Maar uiteindelijk laat ik je het plaatje bij dit artikel toch vooral zien omwille van de Luxenburgse taal. In tegenstelling tot wat de goegemeente meent (en vindt) is het Luxemburgs niet een verknipt Duits dialect, het is een échte taal. De taal wordt in een klein stukje van België gesproken, in een deel van Duitsland, en in een grensflinter van Frankrijk. En natuurlijk in heel Luxemburg. Er wordt op de lagere school in het Lëtzebuergesch onderwezen.

Een Duitser die zich voornamelijk uitdrukt in zijn Hoog-Duits heeft net zoveel moeite om het Luxemburgs te verstaan dan jij of ik. Uiteindelijk is het Luxemburgs direct verwant aan het Moezelfrankisch, maar daar verstaat de doorsnee Duitser ook geen klap van. En de invloesden van de Franse taal maken het alleen nog maar ingewikkelder.

Maar toch, met een beetje goede wil, wat gezond verstand en een tikje taalgevoel vertaal je de tekst beslist in je eigen Germaanse ondersoort. De verwantschap van de taal aan Nederlandse ondersoorten, met name die uit het zuiden, is frappant.

Zoveel is zeker: Luxlait garandeert je dat je door deze boter te kopen direct de melkproducent helpt. (Ik kan mijn eigen kasboek al niet voeren, laat staan dat ik iets snap van macro-economie. Maar enfin, zij zeggen het, dus misschien is het wel waar…)

© paul

 

Zuurkoolstoofpotje…

zuurkoolschoteltje
Drukke tijden hier op het Ministerie. Ik val je verder niet lastig met onze besognes, maar leeftijd begint enig tol te eisen. Ik voorzag een dag van kibbelen met de alom tegenwoordige bureaucratie, Ellen had gewoon een drukke dag in haar Biebje. We spraken vroeg in de ochtend af dat het pizza zou worden deze avond, afhaalpizza…

Gaande de dag raakte ik almaar meer gefrustreerd door de moderne manier waarop men vindt dat burgers zich hebben te gedragen, namelijk digitaal. Ik kreeg het geëiste niet via de computer voor elkaar. Gelukkig bood de mij kwellende instantie me een mogelijkheid om telefonisch in contact te treden met een helpdesk (90 cent per minuut, er zijn nog 7 wachtenden voor u.). Graag maakte ik gebruik van die diensten, al zou het me een dag salaris kosten.

De wat norse beambte die ik aan de lijn kreeg luisterde mijn verhaal aan en kwam vervolgens tot de conclusie dat het niet van deze tijd was dat iemand zijn zaken op andere manier dan digitaal wenste af te handelen. Einde gesprek!

Hier word ik dus écht gek van lezer. En morgen moet ik weer verder met mijn gedoe met der Overheid. Van de weeromstuit besloot ik die pizza’s te laten voor wat ze waren. Ik kon mijn frustratie wel kwijt in het maken van een simpel gerecht. Een zuurkoolschotel uit de oven.

Ik ga je in dit geval geen exacte opgave van ingrediënten geven; met wat je in huis hebt kan het alle kanten op, het lukt altijd…

Ik gebruikte twee rode uitjes en een sjalot. Ik hakte die fijn met twee tenen knoflook en bakte ze vervolgens in eendenvet op een laag vuur tot ze mooi begonnen te glanzen. Daarna voegde ik goed varkensgehakt aan de groenten toe en besprenkelde het geheel met peper en zout uit de molen. Het was nu zaak flink door te bakken, zodat het gehakt wat kleur kreeg. Ik bestreek intussen de bodem en wanden van een ovenschotel met boter. Op de bodem kwam vervolgens een laag zuurkool. Daarop stortte ik het gehakt. De schotel werd afgedekt met een laag aardappelpuree.

Je maakt het gerecht op elk moment dat jou wenselijk is; in de koelkast blijft het een aantal dagen goed. Het is dan een kwestie van opwarmen in de oven. Nagenoeg iedereen lust dit eten en velen waarderen het als troosteten. Kortom, je maakt er al je tafelgenoten blij mee…

© paul

 

Bokken in mijn bier…

bokbier
Het is weer zo ver, ineens liggen de schappen van slijter en super beladen met bokbier, ook wel bockbier genaamd. De vaste lezer kent mijn voorkeuren, ook weet hij dat het altijd weer een feestje op het Ministerie is wanneer het eerste bo(c)kbier van het jaar wordt aangevoerd.

Ik proefde dat van Bavaria al ruim een week geleden, en in de dagen daarna het Gulpener, het Brandt en dat van Alfa. Het Hertog Jan Bock dronk ik laatstleden zondag op de thuisbasis van het bier, van de tap wel te verstaan…

Er valt beslist een en ander over die bieren te zeggen, maar of dat er van komt valt te bezien… Want:

Misschien herinnert de lezer zich dat fenomeen van die cirkels in mijn bier. Enfin, het overkomt me nog met de regelmaat van de klok, ik kan er eigenlijk op gaan zitten wachten. En dat doe ik dan ook…

Zo ook die middag toen ik me op de bockbieren van jaargang 2014 stortte. Ik had in m’n eentje een proeverij ingericht, ik maakte wat aantekeningen en kreeg allengs de smaak flink te pakken. (Ik ben niet zo van slokjes nemen en spugen in een emmertje, ik vind dat zonde…)

Tegen de tijd dat ik Hond Jaros de relativiteitstheorie probeerde uit te leggen gebeurde er iets verbijsterends in mijn glas. Er verscheen zomaar uit het niets een duiveltje, of een bok, daar wil ik vanaf zijn (De bok is per slot het huisdier van Beëlzebub.) Ik schrok met rot. Ik vluchtte de keuken uit en ging zitten wachten op het bankje achter in de tuin tot Ellen thuiskwam.

Ellen liet zich niet zo snel van haar stuk brengen. Ze spoelde de bok door de gootsteen en sprak me daarna liefdevol, maar streng toe. Ze suggereerde dat ik het de komende tijd bij taptemelk zou houden, en in het weekend ranja. Misschien heeft ze gelijk…

© paul

 

 

Almaar verder…

leuven, raadhuis...
We bezochten vandaag de Schoone Stad Leuven (Louvain voor onze Luxemburgse en Waalse vrienden). Het uitstapje was onze opmaat naar het feest van Ellens zestigjarig bestaan; zij mocht kiezen. Aanvankelijk zou het een bezoek worden aan Haarlem, de enige Noord-Nederlandse stad die haar écht aan het hart ligt. Dankzij een verkeersinfarct besloot ze echter om naar het zuiden uit te wijken; Antwerpen zou het worden.

Maar goed, volgens Bredero kan het verkeren, en zo belandden we dan uiteindelijk in Leuven, die oeroude universiteitsstad: we hadden er goede herinneringen liggen..

We sjouwden er wat rond, we bekeken er wat, we deelden het terras met een gezelschap Spaanse schonen, maar vooral toch ook met veel Vlaams Jongvolk. De introductiedagen voor nieuwbakken studenten liepen af, iedereen zocht zijn plaatsje op de meer dan overvloedig aanwezige terrassen.

En morgen, 1 oktober, dan gaat het echt los in de stad. Dan viert de hele studentengemeenschap het nieuwe academische jaar. Wij hoeven daar gelukkig niet bij te zijn…

Overigens waren Ellen d’r lamskarbonades van uitstekende kwaliteit en mijn garnalenkroketten idem-dito. Restaurant Notre Dame op de Grote Markt, een aanrader…

Enfin,.. het voorgaande was slechts een soort intro voor de aankondiging dat er een hoop artikelen zitten aan te komen. Er is zoveel om over te schijven, zoveel foto’s die dienen verklaard; het komt eraan lezer…

© paul

 

Heel gewoon, maar toch bijzonder…

DSC_0051
Wij aten vanavond gewoon, heel gewoon… Een AGVtje zoals Foodbloggers het een beetje laatdunkend noemen. Aardappelen, groenten en vlees; tja, inderdaad, het lijkt niet bijzonder, ware het niet dat aardappelen en snijboontjes vers uit de tuin van Marleen en de Jongste Bediende kwamen. Eigen oogst boontjes, geplukt en zo in de pan. De aardappelen werden al eerder geoogst, maar toch, wat een rijkdom.

De Jongste Bediende en zijn vriendin Marleen zijn in het bezit van een enorme tuin. Een flink stuk is boomgaard met appel-, peren- en pruimenbomen. Vlak bij het huis is een siertuin waar de hobby van Marleen, dahlia’s, er duidelijk uitspringt. Voorts is de beplanting een waar Eldorado voor insecten, bijen en vlinders op de eerste plaats. Dan komt de kruidentuin, omringd door rozenperken, en via een beukenhaag in de vorm van een tunnel loop je dan de moestuin in. De tuin bestaat nu vijf jaar en ieder jaar wordt er een stukje grasweide ontgonnen en bij de moestuin getrokken. De eerste jaren waren er alleen aardappelen en uien, daarna werd op mijn verzoek het scala uitgebreid met selderij en platte peterselie. Het jaar daarna kwam er spinazie, snijbiet, radijs, heilige boontjes, sperzieboontjes, citroenboontjes. En toen kwamen ook de konijnen…

Een ware ravage richtten die lieve bruinogige donsbolletjes aan. En toen ze zich dan door het ontluikend groen gevreten hadden en men veronderstelde dat het ergste was geschied, lieten vervolgens de houtduiven hun oog vallen op die maagdelijke tuin. Ze werkten de pas geplante uien uit de grond. Niet omdat ze daar nou zo verzot op waren, ze beperkten zich tot het afpikken van het jonge schot van het pootgoed. Maar evengoed waren de juinen daardoor wel bezoedeld voor de eeuwigheid, dat kwam niet meer goed…

En dan waren er de kraaien die al heel snel snapten waar het hapje te halen viel. De merels ook, die konden van alles  gebruiken, ook de zaken waar ze vanaf dienden te blijven.

En dan waren er natuurlijk de dodo’s…In andere delen van de wereld waren ze al duizenden jaren uitgestorven, maar een restpopulatie had wel degelijk zijn blik laten vallen op de tuinen van de Witte Brug; een catastrofe…

Maar goed lezer, dat was vorig jaar. Heden ten dage is de situatie op de Witte Brug van dien aard dat men zich er ten beste van bewust is dat er allerhande diervriendelijke, edoch noodzakelijk, maatregelen  voor handen zijn om rampen als voorheen te voorkomen.

Men schafte zich wat netten, wat hekwerk en een nieuwe kat aan en de schadelijke gevolgen bleven dit jaar vrij aardig uit.

En dat nu lezer was de reden dat wij vanavond genoten van onze AGV. De aardappelen waren groots, de snijbonen waren mogelijk beter. En de worst kwam van Slagerij Snijders (half om).

We dronken een kopje espresso toe!

© paul/ellen.

 

 

Lamsschenkel met witte wijn en eekhoorntjesbrood

DSC_0028Vanmorgen stalden we onze kleine caravan in een mooie loods, pál naast de caravan van Eupotours. Staan ze weer gezellig naast elkaar… Je zou je zo een conversatie tussen twee bevriende BIOD caravans kunnen voorstellen: ‘Waar was jij nou na Luxemburg?’  Oh man, Frankrijk, in Barr, mooie plek, ze kennen jou daar ook!’  ‘Ah, leuk, daar krijg ik altijd een vaste plek.’  ‘Ja, daar stonden wij nu, dat Madameke Odile dirigeerde er ons meteen naar toe, de BIOD-plaats noemt ze dat! Maar waar was jij nou?’  ‘Pffft, Bourgogne, nog nooit zoveel smalle straatjes gezien. Ik moest drie keer achteruit voor een soort Walter met zo’n oliebak. Wel mooi daar hoor, alleen slecht voor m’n bandjes, gáten in die wegen… brrr.’ Verder hoefde ik weinig te rijden daar, ze gingen wijn proeven, dan kan ik rustig blijven staan.’

Dat geroddel tussen die twee BIOD’s zal nog wel even doorgaan. Lief en leed delen ze al jaren… Maar toch, voor ons is het stallen van de caravans  altijd wel een definitief einde van de vakantie.

Paul heeft er alweer bijna een werkweek opzitten maar ik heb nog een paar dagen, dus tijd genoeg om lekker langzaam te koken. Ik zag vanmorgen al de eerste paddenstoelen in het buitengebied en bedacht dat we nog een flinke voorraad gedroogde paddenstoelen van vorig jaar in de kast hebben. Nou blijven die, mits goed gedroogd en goed bewaard, heel lang goed, maar toch… Een gerecht met gedroogde paddenstoelen, in dit geval echt eekhoorntjesbrood, leek me wel iets voor een herfstige dag.

Langzaam gegaarde lamsschenkels met paddenstoelen, veel knoflook en aardappeltjes voor twee personen:

  • 2 lamsschenkels
  • 2 flinke sjalotten, niet te fijn gesneden
  • 8 teentjes knoflook, gepeld
  • wat olijfolie
  • een handje gedroogd eekhoorntjesbrood, even laten weken in lauw-warm water
  • een glas droge witte wijn, ik gebruikte een Bourgogne uit Vezelay
  • wat rozemarijn
  • peper en zout
  • peterselie
  • wat weekwater van de paddenstoelen
  • 2 kleine handjes vol kleine nieuwe aardappeltjes, schoongeboend en geschrapt

Verwarm de oven voor op 160 graden. Verwarm de olie in een ovenvaste pan met deksel en braad daarin de met peper en zout bestrooide schenkels rondom bruin aan. Voeg de sjalotten en de teentjes knoflook toe en bak ze even mee. Blus dan af met de witte wijn en voeg er de rozemarijn en de paddenstoelen bij. Zet de pan in de oven en laat alles zo langzaam en uurtje  garen. Kijk af en toe of er nog voldoende vocht in de pan is en voeg zo nodig wat paddenstoelenweekwater toe. Draai na een uur de temperatuur omlaag tot 120 graden en laat alles zo nog een uurtje stoven. Voeg er dan de aardappeltjes bij en stoof nog zo’n 15 minuten tot de aardappeltjes gaar zijn. Proef de ingedikte saus en voeg eventueel peper en zout toe. Bestrooi met vers gehakte platte peterselie. Zet de pan op tafel en geef er eventueel wat stokbrood bij en een groene salade.

Kopje espresso toe!

Hond Jaros is helemaal blij! Er wordt weer gekookt! En dan blijven er velletjes en drelletjes over en soms zelfs een botje!

© ellen.

Lang leve het Ministerie…

DSC_0034
Nog voordat we zelfs maar in staat waren een artikeltje te maken stroomden de felicitaties al binnen. Dank, dank, dank… Vandaag namelijk, op de kop af negen jaar geleden, verscheen het Ministerie van Eten en Drinken voor de eerste keer op internet.

En met gepaste trots kunnen we stellen dat we vanaf het begin niet te klagen hadden over belangstelling. Van enkele tientallen liepen de bezoekersaantallen al snel op naar honderd gasten per dag.

Tegenwoordig verheugen we ons op om en nabij de zeshonderd bezoekers per dag en  worden er tussen de twee duizend en vijfentwintig honderd artikelen bekeken (ook per dag).

Wij vieren ons negenjarig bestaan gepast met een glas champagne, ergens op een Frans terras. En neem van ons aan lezer, we blijven je de komende jaren bedienen. Je blijft nog heel lang welkom op het Ministerie…

© ellen-paul

Kip pizzaiolasaus…

Kip pizzaiolasaus
Poeh poeh, het kost moeite, veel moeite om een klein beetje internet te bemachtigen hier. Een paar dagen ging het goed. Ik kon zelfs de rekening van de Camping betalen via internet, daarna lag alles plat… Het lijkt wel of ze het erom doen… Nou ja, vandaag Herr Britz nog maar eens lief aangekeken, of hij toch, nog één keer, die router opnieuw… Herr Britz is één van de leden van het Syndicat D’Initiative Septfontaines. Het Syndicat is verantwoordelijk voor de Camping als er, zoals deze zomer, geen beheerders zijn. Het Syndicat is een verzameling van belangrijke mannen uit het dorp. Zij houden zogezegd toezicht of alles wel goed verloopt op de camping. Daar hebben ze op dit moment een enorme taak aan, want er is geen beheerder meer die dat werk voor hun doet! Nu moeten de deftige heren zelf aan het werk, tot ze weer een nieuwe beheerder gevonden hebben. De omstandigheden zijn niet zo florissant, dus dat kan wel even duren! Maar verder gaat hier alles prima! We zijn wel vreselijk geschrokken van de schade die de storm van 4 juli hier heeft aangericht.

DSC_0004

Behalve hagelgaten in ons huisje en de bijna ontbladerde klimroos zijn er jammer genoeg weel heel veel oude bomen omgegaan, en ze gaan nog! Ik hoorde er net weer een krakken. Er heeft hier heel plaatselijk een windhoos rondgewaard met snelheden van 130 km per uur. Dat laat een griezelig spoor van verwoestingen na. Hele gaten in de mooie oude beukenbossen, stukken waar niemand mag wandelen want het gevaar van vallende takken en zelfs hele bomen is nog steeds niet weg. Het kost nog maanden om de ravage op te ruimen.

Maar goed, ik vermaak me hier toch wel, samen met Hond Jaros en ook Eupotours met Kids zijn hier. Soms eten we allemaal samen, soms maak ik een eenvoudige maaltijd voor mij alleen. Woensdag aten we samen kip, kip met Pizzaiolasaus, een recept van Antonio Carlucio, maar dan iets anders. Carlucio maakte dit gerecht met kipfilets. Ik zag ook al eens een dergelijke saus voorbijkomen over een gegrilde entrecote, kan ook. Pizzaiolasaus is oorspronkelijk afkomstig uit Napels en bevat min of meer dezelfde ingrediënten als een pizzavulling, vandaar de naam van deze saus.

  • voor vier personen:
  • 8 drumsticks van onbesproken kippen
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 1 grote sjalot, fijngesneden
  • 2 tenen knoflook, gepeld en fijngehakt
  • 1 eetlepel gezouten kappertjes, geweekt en uitgelekt
  • een handvol zwarte olijven
  • 1 eetlepel fijngehakte platte peterselie
  • 3 ansjovisfilets (uit blikje), uitgelekt en fijngehakt
  • 1 blik tomatenstukjes
  • 1 eetlepels grof gehakte oreganoblaadjes
  • zout en peper

Bak de drumsticks in hete olie rondom bruin. Voeg sjalot en knoflook toe en bak even mee. Doe er dan de kappertjes, ansjovisjes, olijven,  kruiden en de tomaten bij en stoof tot de drumsticks gaar zijn. ( voor bio-kip reken je  op ongeveer 45 tot 60 minuten) Proef voor je zout toevoegt, de visjes zijn al zout!

Wij aten er aardappeltjes bij, in de schil gekookt en een grote salade.

Toe een stukje camembert, supergrote kersen en natuurlijk espresso!

© ellen.

Valkenswaard-Handel-Valkenswaard, de pelgrimage…

IMG_0224Gisterenmiddag trok de pelgrimsstoet aan onze voordeur voorbij, en deze ochtend idem dito, maar dan de andere kant in. De pelgrimage van Valkenswaard naar het Mariadorp Handel, kerkdorp van onze gemeente, een tocht van 40 kilometer.

De Handelse processie ontstond in het begin van de 18e eeuw, maar de Mariaverering, dus ook de aantrekkingskracht op pelgrims van overal, stamt uit de middeleeuwen.

Ondanks de secularisatie van de samenleving boet de processie niet in aan populariteit. Ook Ans en Jan liepen de processie meerdere malen. De stoet die gisteren voorbijtrok bestond uit duizenden pelgrims.
IMG_0226

En dan die prachtige knollen van paarden… Allemaal opgetuigd op z’n ‘s zondags, een stuk of dertig waren het er.

En al is het Ministerie al een eeuwigheid geleden van z’n geloof gevallen, we zijn ieder jaar weer onder de indruk van de processie, van de Marialiederen, van de bedevaartgangers.
IMG_0229

Er liepen overigens ook trouwe fans van de Wandelaars naar Santiago de Compostella mee. Een hartelijke groet aan Ans en Jan…

Succes volkje, tot volgend jaar…

© paul