Die Echte Salzburger Mozartkugeln…

 

11 augustus 2 009

Het aardige van reizende vrienden is dat je ze een boodschappenlijstje mee kunt geven. Je bedenkt wat er begerenswaardig is in het land van hun bestemming en je wacht vervolgens af wat er terug komt. Altijd spannend, altijd verrassend.

Naast wijn, kaas en spiritaliën bracht Marleen Mozartkugeln mee. Ik had gevraagd om uit te kijken naar de “echte”, maar niet gespecificeerd welke dat dan waren. De “Echte Salzburger Mozartkugeln” van de firma Mirabell zouden de meest authentieke moeten zijn, aldus verzekerde de verkoopster Marleen. Maar dat blijkt niet helemaal het geval te zijn.

Hoe het dan wel zit kan ik zo een-twee-drie niet vertellen. Het gaat me tijd kosten om dat in een degelijk artikel te beschrijven. Ik heb intussen zoveel nieuwe informatie dat mijn artikel van 5 januari 2006 so-wie-so danig aan herziening toe is. Ik ga er vandeweek aan schrijven. Voorts zullen we verderop in de week een proeverij organiseren. Met Ellen, met het Kind en met wie verder maar mee wil doen. (Laat even weten als je geïnteresseerd bent…) Want onze Kugeln mogen dan wel niet de originele zijn, dat feit zegt natuurlijk niks over de smaak.

© paul

Tonijn-eiersalade…

 

9 augustus 002

Marleen en de Jongste Bediende waren terug van hun uitstapje Oostenrijk, ze kwamen gisteravond langs. Ze hadden allerlei lekkers meegebracht. Wijnen, spiritualiën, snoepgoed en kazen. En foto’s van culinair gedenkwaardige plaatsen. Over alles zal geschreven worden. (Wanneer? De onderwerpen stapelen zich op!)

Ik bood de bezoekers een forse kom maaltijdsoep aan. En toen de pan leeg was bedacht ik dat ik de mislukte foto’s van eergisteren nog over zou doen. Te laat dus, alles was op. Ik grijp voor dit artikeltje dan maar terug op de maaltijd van donderdag.

Tonijn-eiersalade is een snelle, maar voedzame maaltijd en het smaakt me altijd.

(Bij gebrek aan tijd maak ik het artikeltje straks af…)

© paul

Salade van Tiroler Graukäse…

 

11 augustus 2 011

Vandaag was het “restjesdag”. Ik had koud vlees over, wat groenten en brrod. Om er toch iets feestelijks van te maken besloot ik een schotel te maken van één van de kazen die Marleen en de Jongste Bediende uit Tirol meebrachten.

Graukäse is een specialiteit uit Oostenrijks deel van Tirol. Het is een bergkaas, maar in tegenstelling tot zijn soortgenoten is-ie niet hard. De kaas wordt van een soort magere kwark gemaakt, wat ook al vreemd is. Ik ga hem binnenkort beschrijven. Voor nu is het voldoende om te weten dat de kaas pittig en wat zurig smaakt. De kaas wordt eigenlijk altijd opgediend met extra smaakmakers.

200 gram Tiroler Graukäse
1 middelgrote ui
5 walnootkernen
1 eetlepel azijn
2 eetlepels olijfolie
peper en zout
wat gehakte peterselie

Ik versneed de kaas in kleine dobbelsteentjes. Ik hakte de ui fijn en ook de walnootkernen en schepte dat alles om in een kom. Ik peperde flink uit de molen, met zout was ik iets spaarzamer. Ik goot er de azijn en olie bij en maakte het gerecht af met wat peterselie. Voor de foto strooide ik er nog een snuifje cayennepeper overheen.

Als lunchgerecht heb je zo genoeg voor twee personen, gebruik je de kaas als bijspijs bij een grote maaltijd dan maak je er gemakkelijk 4 porties van.
Het is een heerlijkgerecht. Kaas, ui en noten zijn voor elkaar geschapen. Goede olie doet de rest.
Een mooi bruin brood is de beste begeleider.

© paul

Stilleven…

 

121

Ik heb je al wel eens verteld van onze Bretonse buren in Luxemburg. Het zijn marktkooplui, ze gaan de boerenmarkten af met Bretonse spullen. Je treft ze in Cleveaux, in Mersch, in Stad-Luxemburg, maar ook in België en Noord Frankrijk. Ze verkopen Bretonse koekjes en snoepgoed, kreeftensoep en andere geconserveerde viswaar , maar ook fleur de sel en gedroogde kruiden. Prachtig spul, maar aardig aan de prijs…

Loopt de markt ten einde dan wil het nogal eens gebeuren dat de bloemen- en groententelers wat van hun handel overhouden. Het loont niet de moeite om het over het weekend te bewaren, de waar is dan op maandag niet meer vers. De Bretonnen krijgen dan een voorraadje mee naar huis en zij, op hun beurt, delen dat dan weer uit aan wie maar wil.
Het levert het Ministerie regelmatig bovenstaand stilleven op. Meestal is de waar biologisch.

© paul

Brillat-Savarin, de kaas…

 

vakantie juli 2007 266

“Kaas vult een goede maaltijd aan, en vult na een goede maaltijd.” Aldus de 18e eeuwse gastronoom Jean Anthelme Brillat-Savarin.

De Normandische kaasmaker Henri Androuët ontwikkelde rond het jaar 1890 een bijzonder romig kaasje en hij noemde het Excelsior. Een goede veertig jaar later bracht hij nog enkele smaakaanpassingen aan en vernoemde zijn Excelsior naar de grote Franse lekkerbek.

Het kaasje heeft geen AOC status, zodat iedereen met het type aan de haal kan gaan. Er zou een merkbescherming zijn maar ik kwam het kaasje in allerlei vromen tegen en zelfs onder verschillende namen. Het heette Brillat-Savarin, Brillat Savarin Affiné, Brillat Savarin affiné de Bourgogne,Délice de Bourgogne, Brillat Savarin Frais en zo nog een en ander. Ook de verschijningsvorm verschilde. We hebben in de vacantie verschillende “merken” geproefd, ze waren allemaal een beetje anders.

Oorspronkelijk werd de kaas gemaakt van volle rauwe melk, maar tegenwoordig is het altijd gepasteuriseerde zuivel. Daaraan wordt dan room toegevoegd, zodat een basis ontstaat die de Fransen “Triple Crème” noemen. De kaas heeft een heel hoog vetgehalte.Het rijpen duurt een dag of twaalf en de kaas kan dan het best gegeten worden. Of het narijpen in de winkel of thuis nog iets toevoegt is me niet duidelijk. De kaas wordt industrieel geproduceerd. De vorm is cylindrisch en meet een doorsnee van 8 à 13 centimeter en een hoogte van 4 centimeter. Oorspronkelijk komt hij uit Normandië. Daarna verplaatste zich de productie naar de Ile-de-France-regio. Tegenwoordig zou de productie helemaal een Bourgondische zaak zijn.

Hoe het ook zij…, het is een heel lekker kaasje. Heel romig, wat notig van smaak. Fris en een tikje zuur, maar bijzonder mild. De witte schimmel van de korst geurt heel zacht naar paddestoelen. Het kaasje is erg populair in Frankrijk. We kwamen het dan ook in ieder restaurant tegen op het kaasplateau.

© paul

Brichtje uit Luxemburg…

 

110

Het plaatje van mijn avondmaal is mislukt, ik ga straks kijken of er nog iets te redden valt…

Intussen kreeg ik wél en aantal foto’s uit Luxemburg. Ellen had op slinkse wijze kans gezien iemand te interesseren voor haar web-log. En passant kon ze even gebruik maken van internet en plaatste zo een en ander op Flickr.

De foto toont haar avonddis van gisteren. Toch heel behoorlijk voor een campingmaaltijd, niet waar?
Aan het glas te zien zal ze Crémant de Luxembourg gedronken hebben.
En natuurlijk espresso toe.

© paul

Drankgedachten…

 

1 augustus 008

Ellen belde vanuit Luxemburg. Alles ging prima, ook met hond Max. Met de bus was ze vandaag boodschappen gaan doen in de hoofdstad en onderweg zag ze kans een Nederlandstalige krant te kopen: De Standaard. Een belangrijk artikel in deze komkommertijd verhaalde van de Brusselse brouwerij Timmermans en hun nieuwe Lambiek. Om de presentatie van het bier kracht bij te zetten hebben ze Manneke Pis vandaag de hele dag Timmermans nieuwe brouwsel uit laten stralen. Ik heb inmiddels geprobeerd om het artikel te pakken te krijgen, maar het blijkt digitaal alleen voor abonnee’s toegankelijk. Jammer, want er valt wel wat te vertellen over Gueuse, Lambiek, Timmermans en Manneke Pis. Volgende week misschien…

Ik vertelde al eerder over de veranderde reisdoelen tijdens onze vacantie. We hadden onze zinnen onder andere gezet op het kleine, maar fijne wijngebied rond Madiran, aan de voet van de Pyreneën. We zijn zo ver niet gekomen. Wél belandden we in het stadje Saint-Pourcain-sur-Sioule. Oók een klein wijngebiedje. In de piepkleine dorpjes om het stadje lagen piepkleine perceeltjes wijstokken. En op piepkleine bedrijfjes werden piepkleine wijntjes gemaakt. Het was er aangenaam toeven, dat wel, maar die wijn vonden we maar niks. We kwamen net uit de Bourgogne en hadden ons daar met “het beste” verwend. “Maar er was één klein dorpje…”  Enfin, ik vertel je daar binnenkort over.

De fles op de foto kwam weer uit een ander dorpje. We dronken hem pas thuis, aan onze eigen tuintafel, bij een stevige vleesmaaltijd. Hij smaakte wonderwel. Moesten we ons oordeel wéér herzien.

© paul

Snelle sla…

 

9 augustus 006

Ik was laat en ik had verder op de avond nog wat te doen. Dat vroeg dus om een snelle maaltijd.
Ik at een bord sla met gebakken spekjes en worst, en daarbij een eenvoudig gerecht van bliktonijn met eieren.
Neem voldoende sla voor één portie en schik dit op een bord. Besprenkel de sla met een klein beetje azijn.
Neem 25 gram ontbijtspek in dobbelsteentjes, 25 gram chorissoworst in schijfjes, een klein uitje gesnipperd en een teentje knoflook, grof gehakt. Bakt dit tesamen een minuut of  5 in een beetje olijfolie. Stort het mengsel dan op de salade. Een paar druppels Tabasco erover en je sla is klaar.
De eier-tonijnsalade is ook in een handomdraai klaar, ik geef je binnenkort het recept.

Goed brood erbij en een glas koele rozé.
Munsterkaasje en espresso toe.

© paul

Wie schrijft, die blijft…

 

6 augustus 047

Een kwartier voordat we vorige donderdag afreisden naar Luxemburg viel het tijdschrift in de brievenbus. Het augustusnummer van Koken & Genieten. Ellen vertelde al eerder overhet interview dat Joachim Hilhorst met haar deed. Nu was het lange gesprek ingedikt tot een tijdschriftartikel van twee pagina’s. En ook nog eens twee pagina’s waren ingericht met beschrijving en fotomateriaal van de gerechten die Ellen die dag ten behoeve van het artikel had gekookt.

Een vreemde gewaarwording om jezelf, je uitspraken, je keuken in een tijdschrift terug te zien…

We zijn in ieder geval heel tevreden. Het artikel geeft in grote lijnen onze ideeën weer en het doet recht aan het “kookwerk”. De illustraties zijn professioneel, de vormgeving is vriendelijk en toegangkelijk. Ook de rest van het blad is het aanzien waard. Heel veel recepten, allemaal geïllustreerd, allemaal thuis na te koken.

De abonnees hebben het tijdschrift al thuis, vanaf het komend weekend ligt het in de bladenschappen. De verspreiding van het blad is goed, zodat je het altijd wel ergens kunt vinden. De prijs is € 2,95.

Er is ook een web-site: www.kokengenieten.nl 

© paul

Karbonade op Oudvlaams wijze?

 

8 augustus 006

Ik vond het recept op een Belgische site: objectief.be. Het oogde aantrekkelijk, maar ik had niet alle ingrediënten in huis en ook de beschrijving van de werkwijze liet hier en daar te wensen over.
Ik heb dan maar naar eigen goeddunken gekookt.  Ik was er wel tevreden over.

2 schouderkarbonades (200 gram elk)
flinke klont boter
1 zure appel
1 eetlepel citroensap
1 tak rozemarijn
4 takjes tijm
2 eetlepels verse peterselie

Ik depte de karbonades met keukenpapier droog en smolt de boter in de braadpan. Daarna liet ik de karbonades in de boter glijden en bakte ze aan weerszijden in ongeveer 15 minuten mooi bruin.
Ik riste de tijmblaadjes van de steeltjes, zo ook een deel van de rozemarijnblaadjes. Samen met de peterselie en het citroensap ging dit op de karbonades. Flink wat vergemalen peper erover en wat zout. Ik dekte het geheel af met de in dikke plakken geneden appel. De appel had ik op voorhand geschild en van klokhuis ontdaan. De rest van de rozemarijn ging zo in de pan. Dit alles liet ik op een laag vuurtje, en met het deksel op de pan, nog zo’n 35 minuten sudderen. En klaar was het vlees.

Enkele opmerkingen: het vlees was van biologische varkens. Dat betekent normaal gesproken weinig gespetter in de pan want er zit geen overtollig vocht in het vlees. Onze Bretonse boter lag evenwel in Luxemburg, zodat ik het moest doen met Campinaboter. Nou, en in die Campina zit wel degelijk een hoop extra vocht. Kon ik alnog de hele achterwand poetsen.
Normaal maak ik de jus altijd af met vocht. Bouillon, wijn, room, bedenk het maar. In dit geval heb ik dat niet gedaan, zodat ik een heldere boterjus over hield. Die smaakte heerlijk, een beetje zurig en geurend naar de rozemarijn. Aardappeltje erbij en je wist niet wat je proefde. De appeltjes deden het wonderwel bij het vlees. Eén karbonade was voor het avondmaal, de andere voor de lunch van morgen.

Ik at er de rest van de sla van gisteren bij.
Een stukje Chaource en een stukje Munster als toetje, en natuurlijk een kopje espresso.

© paul