Kalfniertjes in whiskysaus

kalfsnier in whiskeysaus

Natuurlijk was het niet alleen maar kommer en kwel in Luxemburg. we hebben ook weer heerlijk rondgewinkeld in het enorme Belle Etoille shoppingcentre. Het blijft fantastisch wat ze daar allemaal te koop aanbieden. Dit keer hebben we ons maar eens verdiept in wat er zoal op de afdeling ‘abats’ te koop was. Slachtafval, het klinkt niet zo smakelijk maar toch vind je hier de meest heerlijke stukjes vlees. In Nederland meestal niet te koop of je moet een superverhouding met een superslager hebben. Nier en lever van een biologisch kalf, kom daar in Nederland maar eens om. Kalfszwezerik, varkenspootjes, lamsniertjes en zelf hersens lagen gewoon in het schap. Nu is zwezerik klaarmaken op een camping me iets teveel gedoe. Het blijft tenslotte een beperkt klein keukentje. Paul had wel zin in de kalfsnier en we haddden ook een mooie fles Single Malt Scotch Whisky gekocht. De combinatie lag voor de hand; Kalfsnier in Whiskysaus.

  • Voor 2 personen
  • 1 nier van een biologisch kalf, goed schoongemaakt en in stukjes gesneden
  • 2 kleine sjalotten, 1 teentje knoflook, fijngesneden
  • wat bloem
  • peper en zout
  • boter
  • whisky
  • witte wijn
  • wat room
  • eventueel bouillon
  • versgehakte platte peterselie

Kruid de stukjes nier met zout en peper en stuif er een klein beetje bloem over. Verhit de boter en bak daarin de sjalotjes en knoflook even aan. Schep ze uit de pan en bak in dezeflde pan de stukjes nier rondom goudbruin. Voeg ui en knoflook weer toe en giet een een scheutje whisky over. Blus af met wat witte wijn en laat het geheel even sudderen. Voeg een scheutje room toe en laat nog even zachtjes inkoken. Niet te lang anders worden de niertjes taai. Ze moeten mooi rosé zijn. Schep er nog wat platte peterselie over en dien snel op. Wij aten er wat spätzle bij en een salade.

Stukje Camembert d ‘Isigny toe maakte de maaltijd helemaal af. En natuurlijk een kopje espresso.

© ellen.

Tsipouro…

Grieks drankje

Gisteravond betrokken we onze maaltijd van de Afhaalchinees in de Kapelaanstraat. Het vulde best hoor, maar er valt weinig over te schrijven. Daarom maar wat achterstallig werk.

Een van zijn reizen bracht Piet naar Griekenland. Naast met verhalen en vragen (die wij niet konden beantwoorden) keerde Piet terug met een fles Sterke Drank en parkeerde die op het Ministerie. Tsipouro heette het heldere goedje, ik kende het in het geheel niet.

Het bleek een stooksel te zijn zoals je dat in de meeste wijn producerende landen vindt. In Italië heet het Grappa, in Frankrijk Marc, in Duitsland Trester en in Spanje Bagazo. Het is de eau-de-vie die je krijgt door het sap van de druivenschillen en -pitten (restproduct van het wijnpersen) te verstoken tot alcohol.

In Griekenland heet het dus Tsipouro, behalve dan op Kreta, daar spreken ze van Tsikoudia. De tijd dat Tsipouro een “arme-mensen-borrel” was, matig tot heel slecht van kwaliteit, ligt al weer ver achter ons. (Hoewel de Jongste Bediende en ik nog niet zo heel lang geleden een lokaal stooksel mochten smaken van een bevriende Griekse restaurateur. “Bergwater” noemde hij het. Scherp, gemeen en bijna puur alcohol. Hij vond het lekker…) Evenals de Spanjaarden en Italianen willen de Grieken op Europees nivo een appellation controlee geregeld hebben, zodat herkomst en kwaliteit gegarandeerd zijn.

Deze borrel mocht er zijn. Zeg maar, de kwaliteit en smaak van een heel behoorlijke grappa, zo proefde het een beetje. De smaak en geur waren ook wat kruidig, maar ik kan niet precies benoemen waarmee de drank was verrijkt. (Bij het maken van Tsipouro wordt de alcoholdamp door gedroogde kruiden “geleid” en krijgt zo een complexer smaakpatroon). Een beste borrel!

Zowel voor Tsipouro alsook voor Tsikoudia wordt soms de naam Raki gebruikt. Maar dat is écht iets anders, die drank behoort tot een heel andere groep…

© paul

Waldmeister wodka…

Sauerland maart 2009

Gifgroen en mierzoet, zo oogde het ten minste. Het was Jeanne die het ontdekte in een plaatselijke herberg tijdens ons verblijf in het Sauerland. En het bleef niet bij dit ene borreltje, want iedereen wilde wel een slokje proeven, en dan is zo’n glaasje zo leeg. Het bleek wodka te zijn, op smaak gebracht met Lievevrouwenbedstro. De Duitse naam voor het kruid is Waldmeister.

Het Ministerie is gek op Waldmeister. We vinden de typische smaak lekker, en de toepassingen staan ons wel aan. We mochten al enthousiast schrijven over de Maitrank of Meiwijn en we hebben met veel plezier onze eigen variant gebrouwen. Het Waldmeisterijs was ook heel bijzonder, maar dan toch in tegengestelde zin.

Op de terugreis wisten we een fles te bemachtigen en thuisgekomen werd er meteen geproefd en gekeurd. Het heet wodka te zijn, maar het is in feite wodkalikeur. Het alcoholpercentage is een procent of twintig. De smaak is ook écht mierzoet, maar niet beroerd. Het typische van Waldmeister voert de boventoon. Het blijkt een aardige borrel om een maaltijd mee af te sluiten, maar ook als aperatief kan het prima dienst doen. Één enkel borreltje maar, het is té zoet om lekker door te tutteren.

© paul

Café Bénédictine…

Koffie benedictine

Overal hoor je opeens “Koek en Zopie”. Iemand vroeg mij wat nu precies “Zopie” is. In mijn gedachten was Zopie, chocolademelk. In mijn jeugd, toen er nog elke winter ijs was, en we natuurlijk áltijd gingen schaatsen, kregen we chocolademelk om warm te blijven. Wat de ouderen dronken, daar hielden wij ons niet mee bezig. Bij Eetschrijven las ik dat Zopie sterke drank is. Tja, daar had ik toen geen idee van…

Vandaag kan ik me wel iets voorstellen bij een alcoholisch hartverwarmertje. Dit is er zo één, een snoepje bijna; koffie met een glaasje Bénédictine en een flinke dot geklopte room erop. Wij besloten er onze maaltijd mee. In plaats van een dessert.

© ellen.

In afwachting van …

 

luxherfst 044

De foto toont enige “cultuurschatten” uit de kelder van Meneer Fisch. Zo noemt de Keizer van Monera ze tenminste. We waren onlangs weer op bezoek bij de borreltjesstoker en hij vertelde dat zowel de appels als de pruimen nog een goed jaar zullen lageren op de fust.

Ik laat je de foto zien omdat het een aardig plaatje is, omdat het over drinken gaat en omdat ik verder weinig actueels heb te melden. Ellen was de hele dag doende met de voorbereidingen voor het kerstmaal en het ontbrak haar aan het eind van de dag aan zin om er nog over te schrijven. Intussen heeft ze ook de taak op zich genomen om een deel van het feestmaal voor de familie Van Zeeland te verzorgen, dat moet morgen gebeuren. Grote kans dat ze daar over bericht.

Een deel van de zaterdagavond brachten we genoegzaam door met Andy en Het Kind. Ze aten de laatste resten erwtensoep en kregen pannekoeken met spek en kaas. En als toetje een flensje met rozijnen en amaretto.

© paul

Stilleven met armagnac en kastanjes…

 

armagnac 005

De foto schoot ik op zondagochtend, 23 september van dit jaar. Ik had gewerkt en bij thuiskomst maakte ik nog even een ommetje met de hond. Door het gemeentepark. Het was een aangename zonnige ochtend, als ik me goed herinner. En daar lagen ze weer, fonkelend in het vroege ochtendlicht. De vruchten van de paardenkastanje. Je kunt er niks mee, ik schreef het vorig jaar rond deze tijd ook al. Maar ze waren zo mooi… Ik heb de zakken van mijn jack vol gepropt en ben naar huis gegaan.

Op de keukentafel stond een glas Armagnac voor mij, netjes afgedekt met folie om de alcohol niet te laten verdampen. Ellen had dat mee gebracht van het allerlaatse feestje bij het Café aan de Overkant. Daar was ‘s nachts door personeel en stamgasten een eind gemaakt aan de beperkte voorraad drank die nog restte.

Om toch iets met die kastanjes te doen maakte ik dan maar dit stilleven. Ik was er wel tevreden over. En de Armagnac smaakte me daarna des te beter.

© paul

Schouderkarbonaden met Noilly prat…

 

prei en schouderkarbonaden 005

Het was even stil hier op het weblog maar we waren heel druk met van alles en nog wat. Morgen vier ik mijn verjaardag dus moesten er gisteren al veel boodschappen gedaan worden. Het vlees van de Sumiranvarkens was op, dus gingen we naar Heusden om inkopen te doen. Vervolgens stonden we
1 1/2 uur in een rare file, ook dat kan tussen twee dorpen wel eens gebeuren. Daarna een bezoekje aan Jan mèt bokbierproeverij, dat werd natuurlijk laat! Gijs nogmaals bedankt voor het thuisbrengen van ons èn onze auto! Thuisgekomen nog wat bezoekers; De Keizer van Monera en de Jongste Bediende, die lusten ook nog wel een glas bokbier! Zo kwam er  van schrijven niets meer terecht. We aten een paar gebakken eitjes en kropen voldaan te bed.

Vandaag schouderkarbonaden met een scheutje Noilly Prat.
Voor twee personen;
2 biologische schouderkarbonaden
boter
1 teentje knoflook
een flinke scheut Noilly Prat
250 ml room
een paar takjes rozemarijn
1 eetlepel groene peperkorrels op sap
eventueel wat bouillon

Bak het vlees om en om bruin en voeg de gehakte knoflook toe. Laat de knoflook even meesmoren en giet dan een flinke scheut Noilly Prat over het vlees. Doe de peperkorrels erbij.  Roer de aanbaksels los en giet de room erbij.
Voeg de rozemarijn toe en laat het vlees zo 40 minuten zachtjes stoven. Voeg eventueel wat bouillon toe.
@ ellen.

Alcohol…

meivakantie 2007 206

De hele discussie rond jongeren en alcohol staat weer in het brandpunt. Leeftijdsgrens optrekken naar 18 jaar, happy-hour afschaffen, drankreclame nog meer inperken, je bedenkt het maar en het is bespreekbaar. En toegegeven, al dat ongebreideld gezuip levert ook de nodige problemen op. Ik heb geen oplossing.

De discussie gaat overigens Europabreed. In Luxemburg bestonden er al heel lang regels, maar niemand hield zich eraan. Contrôle op een en ander bestond nauwelijks. Zowel ten aanzien van het drankgebruik van jongeren, alsook in geval van het dronken achter het stuur kruipen liet men het nogal gemakkelijk lopen. Zelf gezien. Niet één keer, maar wel honderd keer. Tot en met dronken agenten in een politiebus.

Een goede twee jaar geleden vond er een radicale omslag plaats. Er wordt nu met grote regelmaat verkeerscontrole gedaan. De pakkans is groot, de boetes hoog. Ook in de horeca wordt scherp gecontroleerd. En overal in het land verschijnen bovenstaande bordjes.

© paul

Mastika…

17 april 2007 020

Op de zonnige eerste ochtend van ons weekend Luxemburg plaatsten onze gasten
het flesje pontificaal op de ontbijttafel. Alex wist daarbij te vertellen dat
een ver Macedonisch familielid, mevrouw Angelovsky, elke ochtend een borrel tot
zich nam, vooraleer de dag écht te starten. Ze zwoer erbij, het was gezond en
het behoedde haar voor allerlei kwalen. Mevrouw Angelovsky was er oud mee
geworden. We begrepen de hint, maar het Ministerie bedankte beleefd doch
resoluut voor het aanbod. Wij waren geen vroege-ochtend-drinkers, zelfs niet als
het ten bate was van onze gezondheid.

Het goedje heet Mastika. Het is een aan Ouzo, Raki en Arak verwante drank en
komt uit Bulgarije en Macedonië. Evenals bij Raki en Ouzo wordt de basis voor
Mastika gevormd door een stooksel van vijgen, pruimen, kwetsen of druiven. Of
een mengsel van dit alles. De typische smaak van dit type drank wordt verkregen
door de toevoeging van een overdaad aan anijs. Je kent het ongetwijfeld als het
notoire borreltje vóór aanvang van een maaltijd in een Grieks restaurant. Het
bijzondere van Mastika is dat er zowel bij het filteren van het stooksel alsook
in het eindproduct hars wordt gebruikt. Die hars komt van de mastiekboom, en zie
daar, de naam is meteen verklaard. En ook verklaard is het subtiele
smaakverschil met Raki en Ouzo, want die ontberen de hars.

Mastika bevat 45 % alcohol, vandaar dat de hars helemaal oplost in de
vloeistof. Je drinkt het met ijswater en nieuwlichters doen het met klonten.
Maar de echte liefhebber neemt Mastika onverdund tot zich, gekoeld, dan wel op
kamertemperatuur. Je gebruikt het als begeleider van lichte voorgerechten zoals
salade, sardines, calamares of schelpdieren. Op de Balkan vindt men de drank
prima samen gaan met traditionele gevogelteschotels.

Ons flesje komt uit Macedonië, waar Mastika de nationale drank is. De smaak
lijkt, zoals gezegd, op Ouzo, maar de toevoeging van de mastiekhars maakt het
wat ronder, wat fijner. Ik proef de hars ondanks het smaakgeweld van alcohol en
anijs terug. Ook heeft de drank wat peperigs. Het is en blijft een forse borrel
die een branderige sensatie in je slokdarm teweeg brengt. Ik drink mijn borrel
op kamertemperatuur. Ik vind het heerlijk. Ellen is niet zo van de Mastika, zij
houdt het liever bij de vertrouwde jenever.

© paul