Omelet met ham en kaas…

Carnaval in de Gaume

Ik vertelde je over het Groene Orvalbier dat we dronken in L’Ange Gardien, zelfbenoemde dependance van de Trapistenpaters van Orval. Er kan daar vanouds ook gegeten worden. Een eenvoudige plattelandskeuken voeren ze er, maar wel met de beste spullen uit de nabije omgeving, en alles zelf bereid. Kortom de Gaume op z’n best!

Wanneer een omelet precies goed op tafel komt dan kun je ervan uit gaan dat ze in de keuken weten wat koken is. Zo’n simpele eierstruif vereist namelijk concentratie, aandacht en “Fingerspitzengefühl”. De omelet dient aan de buitenkant mooi gestold, gebakken te zijn. Van binnen is-ie nog “fluffy”, zacht, bijna vloeibaar. Die van mij was zo! De kaas was ingesmolten in de struif en de ham smeuïg, bijna sappig. (Ham van matige kwaliteit is sec nog wel te eten, ga je hem bakken dan wordt het smerig. Deze was heerlijk, dus van beste kwaliteit!)

Ik weet waar ik het over heb. Die omeletten van Ellen voldoen aan de norm, ik mag dat thuis regelmatig meemaken. Die van mij gaan eigenlijk altijd fout. Niks fluffy, niks smooth. Ik heb nog veel te leren…

Ellen at overigens ook niet slecht: lamskarbonaatjes in een saus van Orvalbier. (Let op de aardappel op de achtergrond: gehalveerd en gevuld met romige aardappelpuree met peterselie en overbakken met Orvalkaas, suggestie van de kok…)lamscarbonaatjes  met orvalsaus

© paul

 

Groene Orval…

De Gaume 8 april

Er zijn twee plaatsen op de wereld waar je het Vloeibare Goud van de Trapistenpaters van Orval van de tap kunt drinken. Op de eerste plaats is dat aan de tafel van de paters zelf. Ik weet niet of het bij elke maaltijd wordt geschonken, maar in ieder geval tapt men bij de warme prak.

De tweede plaats is de Aanpalende Uitspanning, luisterend naar de prozaïsche naam De Engelbewaarder (l’Ange Gardien). En verder nergens!

Het tapbier bevat slechts 4,3 % alcohol, in tegenstelling tot het normale Orval, dat 6,2 % bevat. Het ziet er in mijn gedachte ook een tik blonder uit, maar Ellen bestrijdt dat. De smaak is onmiskenbaar Orval, maar milder.

Het bier wordt geschonken in de typische Orvalbokalen. Met dat verschil dat het opdruk op het glaswerk een andere kleur heeft, namelijk groen in de plaats blauw. In de achterkant van de glazen zijn de beschermende handen van de engelbewaarder gegraveerd.

 

Zoals je kunt zien zit Ellen schielijk, maar met veel genot te drinken (zij wel!). Ik moest rijden, dus ik kon het doen met een paar slokjes voor de smaak. Ik ben evenwel genoeg kenner om met dat beetje te constateren dat het heel bijzonder bier betreft. Bij een volgend bezoek laat ik me rijden…

Heeft dat nu allemaal wel enig belang, dat geschrijf over bieren die je als lezer van je leven niet zult drinken? hoor ik je vragen. Ja lezer, dat heeft het wel…

Je zet toch ook geen vraagtekens bij een artikel over de Borobudur, terwijl je daar nooit zult komen? Nee, je leest er met gretigheid over, het verdiept je inzicht in de wereld, je scherpt je kunstzinnige opmerkzaamheid en je droomt…

Nou, zoiets is dat met dat bier ook. Behalve dan dat je van de Autostrade af kunt gaan wanneer je weer eens naar het Zuiden rijdt. Het zal je niet al te veel tijd kosten. Je bezoekt Orval, je eet een uitstekende maaltijd, je drinkt dat bier van het vat. Het Zuiden kan nog even wachten…

Ik dacht weer eens iets unieks te schrijven… Danny Van Tricht was me voor.

© paul

 

Risotto: Cime di Rapa

DSC_0020
Iedereen wil lente, het gemopper over Het Weer is tot de top tien van conversatie gestegen… Ook wij hebben behoefte aan Lente, frisse mooi groene groenten… Paul had vorige week in ons Dorp al jonge brandnetels gespot; lekker voor in de risotto. Goed plan, maar we vertrokken dit weekend opeens naar Luxemburg en daar bleek de natuur toch ( zoals altijd) iets achter met die van Nederland. Geen brandnetel te vinden…

En toch hadden wij zin in risotto met iets van ‘lentegroen’!  Het aanbod in de Luxemburgse Supermarches is echt Super; voor ieder wat wils… Portugees, Italiaans, Frans… Ook heel typische producten uit deze landen liggen gewoon in het schap. Ik zie vaak groenten die ik niet ken en wil daar dan graag mee experimenteren. Zo zag ik verpakkingen met Cime di Rapa, mooi groene bossen, groente… Het leek me heel geschikt om als vervanging van de brandnetels te gebruiken in een mooie risotto… Experiment dus! En zeer wel geslaagd, we vonden het lekker! Het recept ging maar een beetje op gevoel (internet werkt meestal niet goed op onze verblijfplaats, dus kon ik niets opzoeken. ) Maar toch, mocht je deze mooie groenten ergens kunnen kopen; aanbevolen!

 

  • Voor vier personen;
  • 400 gram risottorijst
  • 2 handenvol blad van de Cime di Rapa blaadjes
  • de steeltjes apart heel fijn snijden
  • 1 1/2 liter bouillon
  • 50 gram boter
  • 1 kleine ui, heel fijngesneden
  • 1 bolletje verse knoflook, gepeld en fijngesneden
  • een handvol gerookt spek, in kleine blokjes gesneden
  • 1 glas droge witte wijn
  • zout en peper
  • 75 gram koude boter in kleine blokjes gesneden
  • 75 gram geraspte Parmezaanse kaas

Breng de bouillon aan de kook en zet die naast de pan waarin  je de risotto gaat maken. Houd de temperatuur van de boullon tegen de kook aan.

Smelt 50 gram van de boter in een pan met een dikke bodem. Fruit hierin de ui, knoflook en de spekjes zachtjes glazig.
Doe de rijst erbij en roer goed tot alle korrels met boter bedekt zijn. Als alle korreltjes heet zijn kun je de wijn toevoegen. Laat de wijn verdampen tot de ui en rijst weer droog zijn.

Voeg nu bouillon toe, telkens een á twee soeplepels per keer. Roer voortdurend over de bodem van de pan. Als de bouillon is opgenomen voeg je weer nieuwe toe. Doe de steeltjes van de Rapa bij de bouillon en verwarm ze even. Schep ze dan bij de risotto en roer goed om.
Ga op deze manier 15 tot 20 minuten door. Doe na 10 minuten de ook de blaadjes van de Rapa erbij en blijf roeren tot de rijst gaar is. De korrels moeten van buiten gaar zijn en van binnen nog wat ‘beet’ hebben.

Draai het vuur uit en laat de risotto een minuut rusten. Meng dan rest van de koude boter en de kaas door de risotto. Breng verder op smaak met wat peper en zout.

Wij vonden het heel lekker. Ik kan me voorstellen dat je in plaats van deze Cime Rapa wat raapsteeltjes gebruikt (als blad en wat dunne broccolisteeltjes als bite toevoegd… Of gewoon even in Italie of Luxemburg deze mooie groenten kopen…

Ach lezer; reden tot experimenteren met Lentegroenten genoeg… en als er al brandnetels te vinden zijn: “Eat them if you can’t  beat them”! Een prima idee toch?

Toe een stukje Hervékaas

En natuurlijk een kopje espresso!

© ellen.

 

 

 

Cime di rapa

DSC_0009
We zagen de groente liggen in de schappen van de Cactus supermarkt  onder de rook van Stad-Luxemburg. En we kenden het niet. Er stond wat anders op het etiket (drukfout), maar het bleek te gaan om cime di rapa, zo noemt men het in het zuiden van Italië. Een bladgroente uit de koolfamilie (Brassica). Je zou de groente ook kunnen vinden onder de naam rapini (rest van Italië), grelos (Portugal), broccoli ravé (Frankrijk) en nog een heel stel fantasienamen, al naar gelang het land of de landstreek waar de groente wordt aangeboden.  De Duitse Stangenkohl is er een zusje van, zo ook de Chinese broccoli. En ook ons eigen raapsteeltje behoort tot de nabije familieleden.

De groente wordt in verschillende fasen van zijn voorkomen aangeboden. Die van ons was in het eerste stadium: blad plus steel. Iets verder in het seizoen kom je ze tegen met gesloten bloemknop, en weer wat later met bloemetjes (denk aan te lang bewaarde broccoli). Bij het doorlopen van de verschillende stadia zal de bitterheid van de groente toenemen.
De smaak vonden wij ronduit aangenaam. Kruidig, wat peperig, licht bitter en mild. Iets tussen raapstelen en broccoli in.
Ellen gebruikte een deel van de groente in een risotto. Ik heb me er ongans aan gegeten…
Vandaag maakt ze haar eigen versie van een klassieker uit Puglia: orecchiette con le cime di rapa. Het recept volgt…
© paul

Alweer Orval… (lang leve de Paterkes!)

orval

Er was een tijd dat je zó heel tevreden was. Je kocht je flesjes Vloeibaar Goud bij de Paters thuis, in Orval aan de Franse grens. ‘n Doosje als curiosum; voor je dagelijks flüssigers Brot kon je immers overal terecht, zelfs in je eigen dorp.De Gaume 8 april

Tegenwoordig ziet het er anders uit; dankzij de (Orval)crisis maak je grote omwegen om aan je gerief te komen. Je moet als liefhebber en consument ook altijd alles zelf oplossen…

 

© paul

Even weg…

De Gaume 8 april

We reisden hals-over-kop af naar Luxemburg, familie en vrienden in onwetendheid en vertwijfeling achterlatend. Het moest zo zijn…

Ons was het mooie weer beloofd, net zoals aan jullie. Enfin, je ziet het…

En dan heerste hier ook nog eens totale internetstilte, telefoonstilte, radiostilte (in het rijkste land van Europa!). Alleen Facebook werkte soms…

In het woud was het ook stil, dat dan weer wel. We zagen mammoeten, wolharige neushoorns en sabeltandtijgers. (IJstijd..) De Vlaamse gaai eiste onze voederplek op voor hem alleen en de kwikstaart onderzocht of hij (zij ?) het nest weer zou betrekken tussen onze twee daken.

Hond Max kroop vannacht stiekem tussen onze dekens; het werd heel krap in ons mini-bedje. Maar de hond had gelijk, de thermometer gaf min 6 aan. Enfin, wat zitten jullie thuis nou te mauwen over het weer?!

Intussen lijkt een en ander weer te functioneren (hoe zou je anders dit stukje kunnen lezen?). We gaan een hoop beschrijven, zoveel is zeker.

Maar eerst wordt er gegeten. Ellen maakt een risotto met Italiaanse kool.

IJs en weder dienende, tot straks lezer…

© paul