Op Facebook is voor elk denkbeeldig onderwerp wel een “groep” te vinden. Of het nu over zwerfhonden of heemkunde gaat, er is een groep op Facebook. Zo zijn er ook een groot aantal groepen met Foodbloggers waar allerlei lief en leed over eten wordt gedeeld. Sommige groepen zijn echt gespecialiseerd in bijvoorbeeld brood of chocolade en natuurlijk niet te vergeten de ‘glutenvrij- natuurkost- en wildplukkersbloggers. Van een aantal van deze groepen ben ik ook lid, leuk om te volgen wat de nieuwe trends zijn en ook leuk om mooie recepten van anderen te lezen.
Omdat wij vaak in Luxemburg verblijven ben ik ook lid geworden van de groep “Lëtzebuerger Traditiounen en Rezepter Freier an Haut”, ofwel Luxemburgse tradities en recepten vroeger en nu. Het is iedere keer weer een puzzeltje voor mij wat er precies beschreven staat want alle bijdragen worden uiteraard geschreven in het Lëtzenbuergs. Na al die jaren in Luxemburg moet ik tot mijn schande bekennen dat ik die taal nog steeds niet echt beheers. Luxemburg is weliswaar een echte taal maar men geeft er in woord en geschrift ook een ‘eigen’, lokale draai aan en dat dan ook nog eens doorweven met Duitse en Franse woorden. Begin er maar aan!
Maar goed, het ging hier over Eten en drinken. Op die Luxemburgse site treft het mij iedere keer weer dat ook jonge mensen de traditionele gerechten blijven maken en er een moderne draai aan geven. Wildplukken, hier in Nederland weer helemaal populair, heeft men daar altijd gedaan en is men blijven doen.
Gerechten met paardenbloemblad bijvoorbeeld, zijn heel gewoon. Men maakt er jam van, stooft de bladeren en doet er verslag van op de bloggerssite. Maak je eigen pissenlit door de paardenbloemplant af te dekken met een jute zak. De bladeren krijgen dan geen licht en worden bleker van kleur en zachter van smaak. Mijn Luxemburgse buurman op de camping leerde mij dat al jaren geleden. In de grote supers kan je deze groente ook kopen, maar dat is behoorlijk prijzig. Zelf plukken is dus een optie.
Dat geld ook voor Daslook, een, de naam zegt het al, lookachtige plant. In het voorjaar bijzonder smakelijk, later, na de bloei wordt het blad wat stug. Het is nu de tijd om daslook te eten dus verschenen er allerlei recepten met daslook op de Luxemburgse site. Ook werden er druk ‘vindplaatsen’ uitgewisseld. Ik weet nu dat ik in het bos in Mamer moet zijn!
Tot voor een paar jaar kende ik het plantje niet, het schijnt hier in Nederland, behalve in het zuiden van Limburg, niet veel voor te komen. Het is me ook niet helemaal duidelijk of het nu wel of niet op de lijst met beschermde planten staat. Niet zomaar alles kaalplukken dus, áls je ze al vind…
Een betere optie is een paar plantjes daslook kopen of ergens knolletjes zien te bemachtigen. Ik kocht vorig jaar een paar plantjes in de Luxemburgse super en plantte ze in onze tuin en in de veel grotere tuin van Marlen en de Jongste Bediende. Ze zijn goed aangeslagen en het werd tijd om te oogsten.
Het daslook heeft een zeer fijne uiensmaak met een lichte bijna citroenachtige toets. Heel geschikt om er bijvoorbeeld pesto van te maken. Ik gebruikte het als vulling voor gepofte aardappelen gemengd met zure room en peper en zout. Een prima bijgerecht. Heb je geen daslook dan kan je ook een combinatie van lente-uitjes en bieslook gebruiken. De bloemetjes zijn overigens ook te eten.
- voor 4 personen
- 4 grote, iets kruimelige aardappelen. de schil goed schoongeboend
- aluminiumfolie
- wat olijfolie
- een bekertje zure room
- 50 gram daslook of lente-uitjes en bieslook, heel fijn gesneden
- peper en zout
Zet de oven op 200 graden. Maak de vulling door de zure room te mengen met de look en breng op smaak met peper en wat grof zout. Bestrijk de aardappelen met een beetje olijfolie en pak ze in folie. Gaar de aardappelen in ongeveer 45 minuten. Verwijder de folie en snijd de aardappelen kruislings in. Buig ze een beetje open en schep er een flinke klodder vulling in. Wij aten er gisteren lamsfilet bij en een groene salade.
kopje espresso toe!
© ellen.
ps: het blad van daslook lijkt een beetje op het blad van lelietjes van dalen, dat is giftig!