Lamsschenkel met witte wijn en eekhoorntjesbrood

DSC_0028Vanmorgen stalden we onze kleine caravan in een mooie loods, pál naast de caravan van Eupotours. Staan ze weer gezellig naast elkaar… Je zou je zo een conversatie tussen twee bevriende BIOD caravans kunnen voorstellen: ‘Waar was jij nou na Luxemburg?’  Oh man, Frankrijk, in Barr, mooie plek, ze kennen jou daar ook!’  ‘Ah, leuk, daar krijg ik altijd een vaste plek.’  ‘Ja, daar stonden wij nu, dat Madameke Odile dirigeerde er ons meteen naar toe, de BIOD-plaats noemt ze dat! Maar waar was jij nou?’  ‘Pffft, Bourgogne, nog nooit zoveel smalle straatjes gezien. Ik moest drie keer achteruit voor een soort Walter met zo’n oliebak. Wel mooi daar hoor, alleen slecht voor m’n bandjes, gáten in die wegen… brrr.’ Verder hoefde ik weinig te rijden daar, ze gingen wijn proeven, dan kan ik rustig blijven staan.’

Dat geroddel tussen die twee BIOD’s zal nog wel even doorgaan. Lief en leed delen ze al jaren… Maar toch, voor ons is het stallen van de caravans  altijd wel een definitief einde van de vakantie.

Paul heeft er alweer bijna een werkweek opzitten maar ik heb nog een paar dagen, dus tijd genoeg om lekker langzaam te koken. Ik zag vanmorgen al de eerste paddenstoelen in het buitengebied en bedacht dat we nog een flinke voorraad gedroogde paddenstoelen van vorig jaar in de kast hebben. Nou blijven die, mits goed gedroogd en goed bewaard, heel lang goed, maar toch… Een gerecht met gedroogde paddenstoelen, in dit geval echt eekhoorntjesbrood, leek me wel iets voor een herfstige dag.

Langzaam gegaarde lamsschenkels met paddenstoelen, veel knoflook en aardappeltjes voor twee personen:

  • 2 lamsschenkels
  • 2 flinke sjalotten, niet te fijn gesneden
  • 8 teentjes knoflook, gepeld
  • wat olijfolie
  • een handje gedroogd eekhoorntjesbrood, even laten weken in lauw-warm water
  • een glas droge witte wijn, ik gebruikte een Bourgogne uit Vezelay
  • wat rozemarijn
  • peper en zout
  • peterselie
  • wat weekwater van de paddenstoelen
  • 2 kleine handjes vol kleine nieuwe aardappeltjes, schoongeboend en geschrapt

Verwarm de oven voor op 160 graden. Verwarm de olie in een ovenvaste pan met deksel en braad daarin de met peper en zout bestrooide schenkels rondom bruin aan. Voeg de sjalotten en de teentjes knoflook toe en bak ze even mee. Blus dan af met de witte wijn en voeg er de rozemarijn en de paddenstoelen bij. Zet de pan in de oven en laat alles zo langzaam en uurtje  garen. Kijk af en toe of er nog voldoende vocht in de pan is en voeg zo nodig wat paddenstoelenweekwater toe. Draai na een uur de temperatuur omlaag tot 120 graden en laat alles zo nog een uurtje stoven. Voeg er dan de aardappeltjes bij en stoof nog zo’n 15 minuten tot de aardappeltjes gaar zijn. Proef de ingedikte saus en voeg eventueel peper en zout toe. Bestrooi met vers gehakte platte peterselie. Zet de pan op tafel en geef er eventueel wat stokbrood bij en een groene salade.

Kopje espresso toe!

Hond Jaros is helemaal blij! Er wordt weer gekookt! En dan blijven er velletjes en drelletjes over en soms zelfs een botje!

© ellen.

kalfsvlees met ansjovis en kappertjes

kalfsvlees met ansjovis en kappertjes
Het was erg rustig aan onze zaterdagse borreltafel; Vriend Jan had natuurlijk wel wat beters te doen nu Ans weer thuis is, De Keizer van Monera zocht al vroeg een plaatsje om de voetbalwedstrijd te gaan kijken, De Jongste Bediende bezocht een concert van Phileutonia en Marleen moest ook nog van alles regelen voor de wedstrijd begon. Ik bedacht al vroeg op de dag dat ik het deze zaterdag maar heel simpel moest houden, een klein stoofpotje voor vier personen zou genoeg zijn. Lamsvlees, dat zou mooi zijn. Helaas, de lammetjes zijn nog klein en er is op dit moment niet zoveel aanbod. Bij onze vaste Slagerij Sabir was al het lamsvlees al op. Ik kocht dan maar kalfsvlees en maakte het klaar op de manier ik vaak voor lamsvlees stoofpotjes gebruik; met ansjovisjes en kappertjes.

Veel mensen schrikken terug voor het gebruik van ansjovisjes, geen paniek, deze visjes zijn wel zout maar lossen helemaal op in de saus en geven er een mooie ronde smaak aan.

  • Voor ruim vier personen: ( wij hielden nog een portie over, daarover later meer)
  • 1200 gram kalfsvlees in dobbelstenen gesneden
  • wat boter
  • 2 kruidnagelen
  • 2 laurierblaadjes
  • 2 kleine uien, fijn gesneden
  • 2 teentjes verse knoflook, geplet en fijngehakt
  • 1/2 theelepel gemalen foelie
  • 2 eetlepels gehakte basilicum
  • 4 ansjovisfilets, fijngehakt
  • 2 eetlepels kappertjes ( uit een potje)
  • 1 glas witte wijn
  • 1/2 citroen, in dunne partjes gesneden, de pitten verwijderen

Verhit de olie in een grote braadpan en bak daarin de ui met de knoflook lichtbruin. Haal ze uit de pan en bak in dezelfde pan de stukjes kalfsvlees even aan. Voeg ui en knoflook weer toe en blus af met de witte wijn. Doe nu de kruiden erbij en laat het geheel ongeveer 1 uur zachtjes stoven. Voeg eventueel wat bouillon toe.
Doe er dan de partjes citroen, de ansjovis, basilicum en kappertjes bij en laat alles nog zo’n 10 minuten stoven.

Wij aten er pasta bij en gestoomde broccoli.

Kopje espresso toe!

© ellen.

Varkenswangetjes in Hertog Jan Witbier.

varkenswang in Hertog Jan Weizener
Paul loopt een rondje met Hond Jaros dus kan ik eindelijk eens even op de laptop werken. Zowel Paul als de laptop maken deze dagen overuren, het schrijven over de reizigers naar Santiago neemt zo veel tijd in beslag dat er nauwelijks een momentje overblijft om te schrijven over wat er zoal op tafel komt deze dagen. Uit de reacties maken we op dat onze lezers genieten van de verslagen maar het is elke dag een hele klus om de verhalen van Jan en Ans om te zetten in een leesbaar verhaal. Zeker nu het einde van de tocht nadert moeten we bij zien te blijven zodat we allemaal tegelijk in Santiago eindigen.

Goed, er moet dus ook gegeten worden en vriend Jan is dezer dagen een graag geziene gast aan onze tafel. Vorige week maakte ik deze varkenswangetjes voor Jan. Voor bierliefhebber Jan natuurlijk een recept met met bier. Ik koos voor Hertog Jan Witbier. Een tijdje geleden, toen de wandelaars in het prille begin van hun tocht door Hoegaarden liepen maakte ik karbonaden klaar in Hoegaarden witbier. Dat was een succes, een lekkere volle saus leverde dat witbier op. Voor herhaling vatbaar dus. Ik combineerde de aantal verschillende recepten en gaf er een eigen draai aan. Het resultaat was prima; voor herhaling vatbaar!

De varkenswangetjes waren niet zo heel groot, een echte vleesliefhebber kan er best twee op. Ik geef het recept voor vier personen maar op zich maakt de hoeveelheid wangetjes niet uit. De ingrediënten voor de saus blijven gelijk.

  • 6 varkenswangetjes, schoongemaakt en het meeste vet weggesneden
  • 1 flesje witbier
  • boter
  • wat bloem
  • peper en zout
  • 2 sjalotten, fijngesneden
  • 1 teentje knoflook, geplet en fijngehakt
  • een takje tijm
  • 2 laurierblaadjes
  • een koffielepel appelstroop
  • eventueel wat bouillon

Verwarm de oven voor op 120 graden. Haal de wangetjes even door wat bloem en bak ze in de boter snel rondom bruin. Voeg de sjalotten en knoflook toe en bak die ook even mee. Blus dan af met het witbier en voeg peper, zout, tijm, laurier en appelstroop toe. Roer even zodat de appelstroop oplost en zet de pan met deksel dan in de voorverwarmde oven. Laat het gerecht zo zeker twee en een half uur zachtjes garen. Controleer af en toe of er nog genoeg vloeistof in de pan is en vul zo nodig aan met wat bouillon.

Wij aten er nieuwe aardappeltjes bij en peultjes. Geen wijn maar een mooi glas witbier erbij!

Kopjes espresso toe.

© ellen.

Blikvlees…

vakantie juli 2007 007

Vlees uit blik, ik ben er altijd huiverig voor. Niet omwille van de methode van bewaren, die is prima. Het is veeleer dat ik vrees voor de kwaliteit van de inhoud van zo’n blikje. Het vlees komt nagenoeg altijd van grote fabrieken en de prijs is laag. Ergo: je krijgt batterijvarken, ophokkip of kistkalf. Bij ingeblikte vis ligt het iets genuanceerder, maar ook die komt uit de “grote” industrie, dus ook daar is enige terughoudendheid op z’n plaats.

In een Franse supermarkt vond ik het blikje met Bretonse terrine, wij zouden zeggen paté. Het opmerkelijke hieraan is natuurlijk dat het blikje het keurmerk Label Rouge draagt. Dat label staat garant voor de kwaliteit van het gebodene en de diervriendelijke bejegening van de beesten die de grondstof leveren.

De terrine voldeed aan de verwachting. Heel smakelijk vlees, maar niet te vergelijken met de huisgemaakte potjes lekkers die je overal op Franse markten kunt kopen. Nee, het leek eerder op de betere paté, zoals die in Nederlandse supermarkten wordt aangeboden. Niet al te vast van structuur was de terrine, en het vlees was niet tot pulp vermalen. Ik zei het al, heel smakelijk vlees. De moeite waard om naar uit te kijken.

Overigens, wist je dat het inblikken van voedsel al zo’n tweehonderd jaar oud is? In 1809 ontwikkelde een Fransman genaamd Nicolas Appert de conserveringsmethode. Hij gebruikte evenwel glas als verpakkingsmateriaal. Het was de Engelsman Peter Durand die één jaar later startte met het verpakken in blik.

© paul

Kabeljauw met ham, aardappeltjes en saffraan

kabeljauw met saffraan, ham en aardappeltjes
Ans appte gisteren: Hier in Spanje is het nasi-dag’. Paul had voor ons eigenlijk iets gepland met kabeljauw en trompette de la mort maar de vertaling van het recept dat hij gevonden had was zo onleesbaar dat hij de moed maar opgaf. “50 gram gedroogde trompetten van de dood, 1 pr witte wijn, peper, zout en 1 regionale sjalot…”  Nou ja, uiteindelijk wilde Paul toch wel iets van het voetballen zien en besloot ik dan maar een Spaans schoteltje te maken met de kabeljauwfilets. Er waren nog vier plakjes mooie serranoham en vier gekookte aardappelen over van dinsdag, daar moest iets van te maken zijn.

  • voor twee personen
  • 2 kabeljauwfilets
  • 2 kleine sjalotten, fijngesneden
  • 2 teentjes knoflook, geplet en fijngehakt
  • wat olijfolie
  • een plukje saffraan, van te voren in een vijzel even weken en in wat water oplossen
  • 4 plakjes serranoham
  • 4 gekookte aardappelen, in niet te kleine stukjes gesneden
  • wat water
  • scheutje droge witte wijn
  • peper en zout en wat gehakte peterselie

Verwarm de oven voor op 180 graden. Verwarm de olijfolie en smoor de sjalotten en de knoflook even aan. Giet er een scheutje witte wijn bij en wat water. Neem dan een ovenschaal en schik daarin de stukjes kabeljauw. Leg de stukjes aardappel en de plakjes ham erbij en strooi er wat kappertjes of, als je die hebt, wat zwarte olijven tussen. (olijven waren hier helaas op) Kruid de vis met peper, zout en wat peterselie en giet er dan de sjalottensaus over. Laat de visschotel 20 minuten garen in de voorverwarmde oven. Geef er een groene salade bij of een salade van tomaten.
kabeljauw met saffraan en aardappeltjes
Ik dronk mijn kopje espresso in de tuin met een mooi boek erbij onder luid gejuich van de buren die genoten van de voetbalwedstrijd, terwijl Paul binnen via de laptop de wedstrijd volgde en een minuutje later ook de doelpunten bejubelde. Het kan vreemd gaan op de digitale snelweg!

© ellen.

 

Campingrecepten: gestoofde lamsbouten met armagnac en witte wijn.

DSC_0018

Er heeft zich inmiddels een heel gezelschap rond ons huisje verzameld. We vierden met 16 mensen Hemelvaartsdag en zoals de traditie wil eten we dan asperges, gewoon simpel met ham, een eitje, botersaus en gekookte aardappeltjes. Dat is allemaal wel te doen, behalve dan dat je als kok flink op en neer moet rennen tussen de verschillende kookplaatsen. Gisteren besloten we lamsbouten te maken, Neel wilde weten hoe ze die klaar moet maken en hielp mee. We kochten twee mooie bouten Welsh Lamb met bot van ongeveer tweeëneenhalve kilo per stuk. Een mooie rosé gebraden lamsbout is geen optie op een campingfornuis dus hebben we de boutjes gestoofd in witte wijn. Thuis gaar ik zo’n bout altijd in de oven, hier hebben we een piepklein oventje daar pasten de bouten niet in. Gewoon langzaam garen op het gas dus, elk boutje in een aparte pan, één in de tent op een campingbrander, de andere op ons gaskooktoestel in ons huisje. We hebben hier twee ovale wildpannen die we gebruiken voor grote gezelschappen, de boutjes pasten er mooi in.

  • een lamsbout met been van ongeveer 2 1/2 kilo
  • ongeveer 2 bollen knoflook
  • een paar mooie takjes rozemarijn
  • een flinke scheut Armagnac
  • 1/2 liter witte wijn
  • bouillon
  • peper en zout

Maak eerst een flink aantal inkepingen in de bout en stop daar een teentje knoflook in met een plukje verse rozemarijn. Verwarm de olijfolie met een lepel geklaarde boter en braad daarin de lamsbout rondom langzaam bruin. Voeg de rest van de teentjes knoflook toe en bak ze héél even mee. Giet er dan een scheut Armagnac over (thuis even flamberen, in een vakantiehuisje of caravan is dat niet zo ‘n goed idee), dan een flink glas droge witte wijn erbij en het vuur temperen. Stoof als je een mooie jonge lamsbout hebt, ongeveer één uur per kilo. Ren heen en weer tussen de twee pannen en voeg eventueel wat vocht toe. Haal na ongeveer tweeëneenhalf uur de bouten uit de pannen en laat ze onder folie even rusten. Het is hier in ons gezelschap dan altijd even gedoe wie “de man of vrouw is die het vlees snijdt”, maar ook dat lost zich vanzelf op!

We aten, met bíjna ons hele gezelschap, ( Sam moest even terug naar Gemert om een examen Cambridges Engels te doen, en haar papa vervoerde haar even heen en weer).

We aten er een aardappelsalade bij, de specialiteit van Paul en ratatouille, gemaakt door de  zusjes van Eenbergen en een enorme schaal groene salade.

DSC_0019

Het toetje was een mooie zelfgemaakte vanillepudding met Amarettini, gemaakt door  Lotte, waarvan helaas geen foto…

Kampvuur toe, met een borrel en een glas wijn.

© ellen.

 

 

Ossobuco Milanese…

osso buco

Er wordt al eeuwen gediscussieerd over wat nu het echte recept is voor Milanese Ossobuco, zelfs over hoe je Ossobuco moet schrijven kan men van mening verschillen!
Echte Milanesen gebruiken geen tomaat in de saus. Het recept, zeggen de Milanesen, stamt van lang vóór de tijd dat er tomaten waren in Milaan. Men is het in ieder geval over één ding wel eens; in Milaan gebruikt men boter en geen olijfolie!
En dan nog de Gremolada. Sommigen noemen het garnering, sommigen stoven het even mee, sommigen willen er helemaal niets van weten omdat ze vinden dat de gremolada de smaak van de ossobuco geen goed doet.
Ik neusde zo hier en daar in mijn kookboeken en besloot er maar een eigen versie van te maken; geen echte Milanese dus, maar wél lekker!

  • Voor twee personen
  • 2 kalfsschenkels
  • wat bloem
  • een eetlepel boter
  • 2 eetlepels boter
  • 1 teentje knoflook, geplet en fijngehakt
  • 1 ui
  • 2 wortels,
  • 2 stengels bleekselderij
  • 1/2 blikje kleine tomaatjes
  • 1 glas witte wijn, eventueel wat bouillon, peper en zout.

Voor de Gremolada;

  • de geraspte schil van een hele (liefst biologische) citroen
  • 1 teen geraspte knoflook
  • 1 klein bosje fijngehakte verse platte peterselie.

Wentel de schenkels door de bloem en bak ze in wat boter, in een platte pan even rondom lichtbruin.

Neem dan een pan met een dikke bodem en smelt daarin twee eetlepels boter. Bak hierin de uien, knoflook en de rest van groenten even zachtjes aan.
Schep de schenkels uit de platte pan en voeg ze bij de groenten. Giet er een glas witte wijn over en laat het geheel met het deksel op de pan zo’n anderhalf uur op lage temperatuur stoven. De gaartijd is natuurlijk geheel afhankelijk van de dikte van de schenkels. Gewoon even testen, de schenkels moeten wel echt gaar en zacht zijn!

Schep de schenkels nu voorzichtig uit de pan en serveer ze op de borden met wat saus en een schepje van de gremolada erover.
Wij aten er wat ‘oortjes’ bij en een salade vooraf.

En natuurlijk lepelden we de merg op een stukje brood: een delicatesse! Hond Jaros kreeg het botje!

En, natuurlijk een kopje espresso toe!

© ellen.

Broodje merg…

osso buco
Wanneer ik bouillon trek van rundsvlees zal ik altijd een extra bot toevoegen. Het maakt de bouillon vetter, maar ik ontvet mijn soepen, dus dat hoeft niet het probleem te zijn. En natuurlijk versterkt dat extra bot wel de smaak van de bouillon.

Het is me echter vooral te doen om het merg. Ik vind dat verschrikkelijk lekker, en mijn wederhelft vergaat het niet anders.

Je neemt een klein sneetje goed brood en besmeert dat met gezouten boter. Vervolgens peuter je met een theelepeltje het gare merg uit het bot en doet het op het brood. Perper uit de molen erover en eventueel wat zout. Iets lekkerders is nauwelijks denkbaar.

Het merg van de foto was afkomstig van de ossobucco die Ellen vandeweek maakte. Ik zal erop aandringen dat ze het gerecht een dezer dagen beschrijft…

© paul

 

 

Salade van rode ui

gegrilde ui

Wij mogen graag zo af en toe een stukje vlees grillen of wat groenten roosteren. BBQ, dat is wat anders, dat is meer een gezelschapsspel voor een groepje mensen. Al die verschillende hapjes en lapjes, kunnen ons niet zo bekoren. Gewoon een flinke entrecôte van zo’n centimeter of drie, bestrijken met wat olie, snel aan beide kanten mooi bruin roosteren, even laten rusten en in dikke plakken snijden. Zelfgemaakte knoflookmayonaise erbij en een flinke salade en we hebben een prima maaltijd.

entrecote

Wat ik dan zo jammer vind is dat al die houtskool die overblijft daar voor niks ligt te smeulen. Om toch nog profijt te hebben van dat mooie vuurtje rooster ik vaak een paar uien.

gegrilde ui

Neem 2 flinke rode uien en leg ze met schil en al op de barbecue. Rooster ze rondom tot ze zwartgeblakerd zijn. Reken ongeveer 25 minuten voor een middelgrote ui. Pel dan alle zwarte ‘rokken’ van de ui en snijd hem in stukjes. Schik die op een mooi schaaltje en giet er wat van de beste olijfolie over en een scheutje oude balsamicoazijn. Wat peper en zout, even hutselen en klaar. Onvergetelijk lekker deze uien. Eet er een flinke entrecôte of T-bone bij.

Kopje espresso toe.

© ellen.

Eenvoudige salade van Rucola en rauwe ham…

kaasfondue en salade
Laatst kreeg ik het er weer eens over met een collega; over de moeite die het kost om elke dag vers en gezond op de tafel te toveren…

Schei toch asjeblieft uit, het slaat helemaal nergens op. Ik weet écht niet waar die moeite in zít of wat iemand weerhoudt om in welgeteld vijf minuten een smakelijke, gezonde en mooie salade te bereiden.

Neem rucola en fatsoeneer die eventueel een beetje. Snijd een uitje in halve ringen en verdeel tomaatjes in parten en werk dat door de rucola. Maak een vinaigrette van olijfolie, mosterd en een straaltje citroensap. Naar keuze afmaken met peper en zout. Giet de vinaigrette over de salade en hussel goed om. Maak rolletjes van de schijfjes ham en drapeer die op de salade. Het is klaar, en meer hoeft dat niet te zijn.

Of je mooie kerstomaatjes gebruikt of waterbommen, dat is aan jouw. En wil je ham van een paar kwartjes per ons gebruiken, je moet het zelf weten. Je doet jezelf evenwel tekort…

Koop goede spullen, het is de moeite waard, het verrijkt je leven.

Ellen kocht Luxemburgse ham: Jambon cru fumé Marque National. Ellen is goed in het inkopen van ham, heel kritisch ook. Ik ben meer van de worsten…

We aten de salade bij een goede kaasfondue. Zoals men dat doet in de Jura en de Franche Comté. Hun traditionele kaasfondues  gaan altijd samen met een groene salade met ham. Een moordcombinatie.

Een stevig glas witte wijn erbij (Auxerrois, Jurawijn, Arbois blanc) en je waant je god in Frankrijk.

© paul