Anita’s Kerriesoep met eieren…

25  februari 020
Ik beloofde het al; het recept van Anita’s kerriesoep met eieren. Het kwam er even niet van. Een foto van de soep is er in de carnavalsdrukte ook bij ingeschoten, dus hier nu maar een foto van de ingredïenten.
Het recept komt uit een heel oud kookboek en is door Anita aangepast.
Voor een groot gezelschap;
3 liter bouillon
60 gram rijst
60 gram bloem
60 gram boter
2 eetlepels kerrie
2 uien en 3 teentjes knoflook
100 ml room
5 hardgekookte eieren
Bereiding
Maak de bouillon. Kook de rijst hierin 15 minuten.
Snipper terwijl deze kookt de ui (niet te fijn) en de knoflook, en snijd de eieren in dunne plakjes.
Bak de ui en de knoflook met de kerrie in de boter zachtjes totdat de ui gaar is.
Voeg dan de bloem toe en laat de bloem even garen.
Voeg nu met een soeplepel iedere keer een schep bouillon (met rijst) toe. Roer telkens net zolang totdat de bouillon opgenomen is. Ga hiermee door tot alle bouillon toegevoegd is.
Laat de soep nu nog 5 minuten (onder af en toe roeren) zachtjes koken.Voeg als laatste, met de pan van het vuur, de room en de eieren toe.

Knoflooksoep met gepocheerd ei

knoflooksoep met gepocheerd ei

We zijn al dagen niet meer alleen op de camping. Jan en Ans arriveerden dinsdag en Evert, Neel en de kids kwamen donderdagavond aan. Het was hier dus een drukte van belang. We hebben samen leuke uitstapjes gemaakt en naar hartelust allerlei boodschappen gedaan in de diverse supermarkten. Ik schrijf er later nog over. Jan en Ans zijn zojuist aan de terugreis begonnen, de kids spelen buiten een onduidelijk verstopspel, Evert maakt een wandelingetje, Paul leest een boek en Neel probeert al breiend het Eupotours web-log bij te werken. (de verbinding met het internet is weer eens heel zwak, tijd genoeg om tussendoor een stukje te breien) Het is opeens heel stil, we hebben besloten om er vandaag een superluie zaterdag van te maken, dus heb ik wel even tijd om een stukje te schrijven.

Eerst maar eens even over de knoflooksoep die we deze week aten. Jan is dol op soep en vertelde over de knoflooksoep die ze in Tjechië eens aten. De lekkerste die hij ooit gegeten had. Paul vertelde over de knoflooksoep uit La Mancha, dus knoflooksoep moest het worden. Alle ingrediënten waren aanwezig maar de soep uit La Mancha moet in de oven, het rauwe ei giet je op de soep en stolt in de oven. Een oventje hebben we hier (nog) niet, dus we maakten een variant met een gepocheeerd ei. Het resultaat was prima. Zeer geschikte soep voor een koude dag in oktober.

  • 4 flinke sneden oud witbrood
  • 1 1/2 liter bouillon
  • 100 gram gerookte ham in kleine sliertjes
  • 1 theelepel paprikapoeder mild
  • 1/2 theelepel chilipoeder
  • 4 eetlepels olijfolie
  • zeker 12 ferme tenen gerookte knoflook, fijngehakt
  • 1 eetlepel vers gehakte platte peterselie
  • 4 eieren

Snijd het brood in kleine dobbelsteentjes. Verwarm de olijfolie en bak daarin het brood goudbruin. Voeg de knoflook toe en laat ze even meebruinen. Doe er het paprikapoeder en de chili bij, roer even goed om en giet er de bouillon bij. Laat de soep zo ongeveer 20 minuten zachtjes pruttelen.

Zet een ruime pan water op het vuur met wat azijn of citroensap.
Zorg dat het water nètaan kookt.
Breek het ei in een kommetje en laat het dan uit het kommetje in het water glijden.
Pocheer het ei drie minuten. Vouw het eiwit voorzichtig met een vork om de dooier. (hoe verser het ei hoe minder dit nodig is)
Haal het ei dan met een schuimspaan uit het water, laat het even uitlekken. Schep de soep op borden en leg in elk bord een gepocheerd ei.

Een echte maaltijdsoep, we aten alleen een paar gerookte kwartelpootjes toe.

En natuurlijk een kopje espresso!

© ellen

Aubergines met ei/citroensaus…

 Wil ik eindelijk weer eens een stukje schrijven op dit weblog, blijkt web-log alle instellingen veranderd te hebben. Gevolg; een hoop geklungel en gepruts. Na veel zoeken heb ik nu een tijdelijke (hoop ik) oplossing gevonden en ziet alles er weer min of meer uit zoals jullie gewend zijn. Ik probeer maar net te doen of het gewoon weer werkt.

De laatste dagen waren hier al behoorlijk rommelig, Paul schreef er al over. Vergeten foto’s te maken van het eten. Vergeten erover te schrijven. Ik ga dus maar een inhaalslag maken voor zover dat nog haalbaar is. Te beginnen met de aubergines die we in Luxemburg aten. Een mooi groentengerrecht, vegetarisch ook nog. Ik maakte ze min of meer naar een recept uit de Zilveren Lepel, maar gaf er toch een eigen draai aan. Wij vonden het buitengewoon smakelijk!

  • Twee aubergines, in plakken gesneden
  • een blikje tomaten, of verse tomaten
  • 1 flinke ui, in stukjes gesneden
  • 2 teentjes knoflook, zeer fijn gesneden
  • olijfolie
  • zout, peper
  • 2 eieren
  • sap van 1 citroen
  • vers gehakte platte peterselie.

Snijd de aubergines en bestrooi ze met zout. Laat ze zo een half uurtje staan. Spoel ze dan af en dep ze goed droog. Verwarm de olijfolie en bak daarin de aubergineplakken snel aan beide kanten bruin. Haal ze uit de pan en bak nu de ui en knoflook lichtbruin. Voeg de tomaten toe en smoor tot je een mooie tomatensaus hebt. Doe de aubergines er weer bij en smoor tot ze beetgaar zijn.

Klop de eieren los met het citroensap en giet dit over het aubergine/tomaatmengsel. Draai het gas uit en roer heel alles voorzichtig om. Het ei moet net niet gestold zijn maar een mooie dik-vloeibare saus vormen. Bestrooien met verse peterselie en snel opdienen. Geef er mooi knapperig brood bij of serveer de aubergines als bijgerecht bij geroosterd vlees.

© ellen

Roerei met tonijn…

roerei met tonijn

Het zijn met name de “kleine” gerechten die doorgaans dit web-log niet halen. De kleine lunch-hapjes, de tussendoor-soepjes, de half-was-maaltijden. Zo maak ik bij voorbeeld minstens één maal per week roerei voor mezelf klaar, maar in de hele geschiedenis van dit web-log vind je er geen enkele beschrijving van terug.

Het gerecht van hierboven gaat als volgt: olie in de pan. Een fijngesnipperd uitje erbij en een of twee fijn gesneden teentjes knoflook. Als ui en knoflook glazig zijn geworden dan mag er blik-tonijn bij. Die laat je even mee op temperatuur komen en dan breek je drie eieren over de massa. Je begint direct met het omspatelen van de eieren. De bedoeling is dat het ei zich deels hecht aan de andere ingrediënten, en deels in klonters stolt. En die klonters dienen dan van binnen nog een beetje vochtig te zijn. Peper en zout, en een handje gesnipperde peterselie. Zo is je roerei op z’n best. Let op dat je op tijd stopt met omroeren en de pan van het vuur haalt. Je ei is al heel snel te gaar. Dit gerecht voldoet als kleine lunch voor twee personen.

Overigens maak ik mijn roerei meestal met dobbelsteentjes ham…

© paul

Eitjes…

lamsvlees sans pareil 001

Kiepke, Henneke en Dingeske (?), het zijn de Kwik, Kwek en Kwak van Eupotours, maar dan in krielvorm. Ze leggen weer dat het een aard heeft. Gisteren kwam Neel even langs met een doosje eitjes, de opbrengst van slechts enkele dagen krielenarbeid. En dat alles super-bio!

Een piepklein Potugees schaaltje, met tien piepkleine eitjes. Mooi hè…

© paul

Noodransoen

omelet 006

Drukte, uitmondend in een drankgelag stak een stokje voor onze culinaire
aspiraties van gisteravond, we wilden niet nog eens geruime tijd achter de stoof
staan. En aangezien de afhaalchinees om de hoek de hele maand november met
vacantie is bleef er weinig over dan om te improviseren. Eieren bieden gelukkig
altijd uitkomst.

Ellen smolt een flinke klont boter in de oude plaatstalen koekenpan en bakte
daar wat spek en een goede handvol gesnipperde cantharellen in. Daaroverheen
stortte ze vier geklutste eieren. Ze bakte de omelet tot hij aan de buitenkant
mooi goudbruin was en van binnen nog net een tikje vochtig. Prima maaltijd.

We waren witte wijn aan het drinken en zijn daar maar mee door gegaan. Maar
het blijft problematisch, wijn en eieren…

© paul

Omelet met verse paddestoelen!

paddenstoelen en bier 010

Die risotto moet je nog even tegoed houden. Het kwam er niet meer van
gisteren. Vanmorgen wel een heerlijk laat ontbijt met de verse paddestoelen. Een
simpel omeletje.

Eén boleet schoongeboend en in dunne plakjes gesneden. Een plak ham in kleine
stukjes. De ham en paddestoel even bruin bakken in de boter. Drie eieren klutsen
met wat peper en zout. In de pan, even bakken en omkeren. Met gulle hand
bestrooien met verse peterselie. Klaar! Een snee mooie grof bruin brood erbij en
de dag kan niet meer stuk!

© ellen.

Gebakken eieren met Pecorino sardo…

zalm en zeekraal 006

“Shit happens,” pleegt de Jongste Bediende in dit soort situaties te
zeggen.
De verwensing verdient niet de schoonheidsprijs, maar wel drukt ze
tegelijk verontwaardiging en berusting uit, en zoiets was aardig van toepassing
op onze avondmaaltijd van gisteren.

Ik was van plan iets moois te maken met kip en garnalen. Erbij veldsla en
gebakken aardappeltjes. Het pakte anders uit.

Toen Ellen thuis kwam wees ze me op het lamsvlees in de koelkast, dat moest
eerst op. Ze had gelijk.
Gelukkig konden daar ook gebakken aardappeltjes bij,
ware het niet dat de aardappelen zich in het geheel niet leenden om te bakken.
Té kruimig, té lang gekookt. Ik maakte er dus maar puree van. Wel uit de
knijper, dat wel…
Toen ik dan het lamsvlees op een plank legde om even op
temperatuur te laten komen, begon het alras een vreemde geur te verspreiden. Het
was verdorie niet goed meer. ( Zaterdag gekocht, maandag bedorven? En al die
tijd de koelkast niet uit geweest! Moet ik wéér gaan zeuren bij de
slager…)
We bakten dan maar eieren.
Met schaafjes milde Pecorino sardo
maturo, dat wel. Mooie schapenkaas uit Sardinië, bekroond met een DOP
(Denominazione di Origine Protteta). Over die kaas kom later ik nog te
schrijven. (Let op Meneer
Wateetons
: gewoon gekocht bij LIDL.)
De salade had ik
zorgvuldig bereid, maar ondanks dat er zat kraak noch smaak aan. “Tis de tijd
ook niet voor veldsla…”, bromde Ellen.

Enfin, gebakken eieren met aardappelpuree is best lekker hoor… Én we
hielden er een mooie foto aan over, dat was ten minste iets.
Vandaag die kip
en garnalen…

© paul

Soleier van Dittmann…

soleier

Eerlijk is eerlijk, het blijkt gewoonweg niet mogelijk om écht al onze
avonturen met eten en drinken te beschrijven, het is te veel. Het ontbreekt soms
aan tijd, aan moed, aan lust. En dan ook nog eens elke dag post beantwoorden.
Post die binnenkomt via het web-log, maar vooral toch via de mailbox. Veelal
serieuze vragen en opmerkingen, dus je mag ze niet onbeantwoord laten.

Gelukkig zijn dit soort van dip-gedachten doorgaans van snel voorbijgaande
aard. Want er staat zoveel tegenover. De lol van een digitaal dagboek bijhouden,
de hartverwarmende reacties van een grote lezersschare (gemiddeld
negenhonderdvijftig bezoekers per dag!), het plezier van wéér een prachtfoto te
hebben geplaatst, wéér een aardig artikel te hebben geschreven. En als een soort
van “spin-off” zijn er de talrijke kadootjes die fans, vrienden en kennissen
meebrengen vanaf hun vacantieadres, of gewoon uit hun tuintje. Ik moet er nog
een heel stel beschrijven. Het komt lezer, het komt…

Donderdag avond was ik even bij Toon en Anita. Ik ging Toon feliciteren met
zijn verjaardag. Op het aanrecht in huize Brouwers stond een potje voor me
klaar. Soleier van Dittmann, meegebracht van een vacantie aan de Duitse
oostkust. Ik was aangenaam verrast.

De firma “Feinkost
Dittmann”
kende ik al wel. Zij doen in allerlei kleins en fijns voor
de gourmet, Artisjokkenhartjes, olijven, pepertjes op sap, wijngaardslakken.,
dat soort spul (ik kan er even geen Nederlands woord voor bedenken). Ze
produceren op traditionele wijze en doen dat al sinds 1901. Ze werken samen met
een aantal Griekse en Spaanse familiebedrijfjes en ze bewaken hun kwaliteit met
“Deutsche Gründlichkeit”. Zo ook die Soleier.

Het Ministerie maakt zelf haar Soleier (wil je erover lezen dan kun je hier
terecht). We kunnen dus een verantwoorde vergelijking maken.

In het Duitse potje zitten vijf eieren, ze zijn gepeld. Het sap bestaat uit
water en “Branntwein”azijn. Er is een stuk paprika toegevoegd en flink wat
mosterdzaad. Verder dan nog zout en niet nader omschreven kruiderij. Er zijn
geen synthetische smaakstoffen toegevoegd, en ook geen consereveringsmiddelen,
anders dan de azijn. De eieren zijn minder sappig dan die van het
Ministerie,maar dat kan ook nauwelijks anders. Bij ons rijpen ze een dag of
tien, terwijl die van Dittmann maanden, ja zelfs jaren oud kunnen zijn. Verder
is de kwaliteit  prima. De smaak van de mosterdzaadjes is het meest prominent in
de eieren gedrongen. Ook de paprika proef je terug, van de rest van de kruiderij
merk ik weinig. De eieren zijn geschikt als borrelhap, als aanvulling bij
salades, als broodbeleg, bedenk het maar…

Conclusie: Eigen maaksel is altijd beter, vooral ook omdat je de smaak geheel
naar je eigen hand kunt zetten. Maar wil je een kant-en-klare borrelhap, dan
zijn deze Soleier een uitstekend alternatief. Lekker bij een glas bier, maar met
een borreltje Schnaps of jenever smaken ze op hun best. Dittmann’s Soleier
worden overigens ook in grotere verpakkingen aangeboden.

Soleier

© paul

Hartige ei-kaas-hapjes van Cornette…

soufflee 008

De huiselijke beslommeringen gaan hier gewoon door alsof het geen vakantie
is.
Maar vandaag heb ik toch maar eens uitgebreid de tijd genomen om de
verhalen van medebloggers te lezen. Ik kom allerlei prima recepten tegen die ik
nog eens wil gaan maken. Het is hier alleen veel te warm om echt uitgebreid te
gaan koken. De luchtvochtigheid is gestegen tot 98 % en echt regenen doet het
ook niet hier.

Cornette
bracht me op een idee voor een simpele maaltijd vandaag: zij noemt
het “kaas -met -wat -je -wilt -hapjes”.
Ze gebruikt voor dit recept een 6
persoons muffinvorm en ik meende zo’n vorm een tijdje geleden gekocht te hebben.
Gewoon om te hebben, ik had er nog niets mee gedaan, dus dit leek me een goede
gelegenheid om de vorm eens in te wijden. Toen ik het bakblik pakte bleek het
geen muffinvorm maar een vorm voor 6 kleine cakejes. Niet erg, mijn baksel werd
dus niet rond maar langwerpig.

Cornette geeft niet echt een recept, zij geeft een aanzet tot. Dat vind ik
altijd wel prettig. Mijn kaas-met-wat-je-wilt-hapjes werden dus een variatie
op…En, er zijn nog honderden varianten mogelijk.

De basis is ei en room, met de vulling kun je eindeloos varieren.

Voor 6 vormpjes;
6 eieren
125 ml room
50 tot 75 gram geraspte
kaas.

Dat is zo ongeveer de basis. Verder maak je dan massa met bijvoorbeeld ham,
champignons, spek, doperwten, courgette, tomaten, eekhoorntjesbrood, salami,
vis, garnalen noem maar op.
Cornette maakte ze met salami en doperwten.

Ik gebruikte vandaag 60 gram ham, 4 kleine tomaatjes, wat fijngesneden ui,
een paar plakjes courgette, oregano en verse peterselie. Ik gebruikte
versgeraspte Parmezaanse kaas.

Verwarm de oven voor op 180 graden.
Snijd de vulling heel fijn en verdeel
dit over de ingevette vormpjes. Strooi de helft van de kaas erover.
Klop de
eieren met de room en wat peper tot een luchtig mengsel. Giet dit over de
vulling in de vormpjes. Strooi de rest van de kaas erover en zet de vormpjes in
de voorverwarmde oven.
Bak de kaas-ei-hapjes 25 minuten op 180 graden.

Je kunt ze serveren als bijgerecht, als lunch, koud of warm. Wij gaan  ze in
ieder geval vaker maken. Paul wil ze met eekhoorntjesbrood en spek, ik met
artisjokken, peterselie en ham.

Vanavond aten we ze met wat sla en daarna nog een paar
lamskarbonaadjes.
En espresso toe!
© ellen.