Je kunt ze soms ingeblikt kopen en dan heten ze Noorse sardines. Het Ministerie houdt het bij de Nederlandse naam: Sprot (Sprattus sprattus).
Ongeveer 15 centimeter wordt-ie, deze kleine telg uit de haringfamilie. Hij komt voor aan de oostelijke Atlantische kust, van Marokko tot bij de Britse Eilanden en Ierland. En natuurlijk aan de Noordzeekust. Hij leeft in grote scholen, vaak dicht onder de kust.
Er is een tijd sprake geweest van overbevissing. Dat had niets van doen met het bosje sprot van de markt, maar alles met de gulzige vismeelindustrie. Door de vangstbeperkingen gaat het weer beter met de stand.
Sprot wordt, zoals gezegd, in blik aangeboden. Soms ook als filet. En bij ons gerookt (soms gestoomd). Vers krijg je hem nauwelijks, hoewel hij heel geschikt is om te bakken of te frituren. De beroemdste gerookte sprot is de Kieler Sprotte. Daarvoor wordt alleen sprot gebruikt die gevangen is in de Kieler bocht. De Duitsers roken hem zwaarder dan wij.
Het plaatje komt van Google en toont het deksel van een sprotkistje. Dat soort kistje wordt in Kiel gebruikt om de sprot te verpakken.
© paul