Bijna iedere zaterdag gaan wij in Helmond naar de markt en kopen daar dan voor een week groenten en fruit en wat vis. Deze zaterdag was het zo koud dat we besloten maar gewoon thuis te blijven en groenten en fruit bij de dichtstbijzijnde super te kopen. Voor een keertje kan dat best, al is de super erg karig gesorteerd. U kent dat wel; boontjes uit Egypte, asperges uit Peru maar geen knolselderij te bekennen… Nou ja, een beetje behelpen dus deze week. Ik wilde ook een paar appels kopen en zag op de reclametafel zakken met Elstar liggen. Zonder goed te kijken legde ik zo’n zak Elstar in mijn karretje. Bij de kassa aangekomen vroeg het meisje of ik geen tweede zak appels had? “Nee, één is wel genoeg”, zei ik. “De tweede is gratis mevrouw. Het is hamsterweek”. Een collega van de cassière bood spontaan aan even een tweede zak voor me te halen en voor ik er echt erg in had stond ik met twee zakken appels buiten. Véél teveel voor ons. Dat had ik ook meteen moeten zeggen. Ik had de tweede zak appels gewoon aan de bedel-mevrouw bij de uitgang kunnen geven, maar die was er, het slechte weer waarschijnlijk, vandaag niet.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik me een beetje schaamde, gewoon meehamsteren terwijl ik daar eigenlijk een hekel aan heb. Omdat het gratis is!!! Foei! Vandaag dus maar snel een appeltaart gebakken.Vanmiddag is de eerste Pekskesvergadering, dus dan komt die taart wel op.
Ik had geen rozijnen in huis en om de taart toch wat extra smaak te geven gebruikte ik wat abrikozenjam en marsepein in de vulling. Het werd een taart zo ongeveer als het recept van bakker Holtkamp, maar dan iets anders.
- 1/2 citroen, schoonboenen en de helft raspen, dan uitpersen en 1 eetlepel sap gebruiken
- 150 gram boter (natuurlijk liefst biologische roomboter)
- 150 gram witte basterdsuiker
- 300 gram zelfrijzend bakmeel
- 1 1/2 kilo Elstar appels, geschild en in plakjes gesneden
- een handjevol gram krenten
- wat kaneelpoeder
- 1 el custard
- 4 eetlepels abrikozenjam
- 150 gram marsepein
- 1 losgeklopt ei.
Wrijf de boter met de suiker en de citroenrasp tot een egale massa. Voeg 1 eetlepel water toe, kneed tot het water helemaal opgenomen is en meng het bakmeel erdoor. Voeg dan nog een eetlepel water toe en laat het deeg dan een uur, afgedekt, rusten in de koelkast.
Doe de appelschijfjes, krenten, custard, de kaneel en vier eetlepels abrikozenjam in een grote kom en schep alles goed door elkaar. De ‘Appelsmort’.
Verwarm de oven tot 160 graden en laat het deeg weer op kamertemperatuur komen. Rol het uit tot een dunne lap. Bedek de bodem en de randen van de vorm en houd een plak apart om de taart mee af te dekken.
Rol de marsepein uit op een met bloem bestoven werkvlak tot de plak groot genoeg is om de deegbodem te bedekken. Leg de spijs op de deegbodem en druk goed aan. Leg hierop het appel/abrikozen/krentenmengsel en sluit de taart af met de tweede plak deeg. Prik een paar gaatje in de deegdeksel en besmeer met een losgeklopt ei.
Bak de taart 60 minuten in de voorverwarmde oven.
De rest van de appels eet ik in de loop van deze week gewoon op! Zo, nu loop/glibber ik met Hond Max én de taart naar de Witte brug om te gaan vergaderen over de carnavalspekskes.
© ellen.