Waar wijn wordt gemaakt worden ook borrels gestookt. Dat is zo zeker als een en een twee is. In Duitsland heet het dan (onder andere) Weinbrand, in Italië noemt men het Grappa. Voor Spanje weet ik het niet maar in Portugal zegt men Aguardiente tegen de borrel. In Frankrijk en Luxemburg spreekt men van Marc.
De stooksels worden gemaakt van het spul dat overblijft van de productie van de wijn: de schillen, het pulp, de steeltjes en de pitjes. Men laat dat afval in aparte vaten vergisten en van het zo ontstane alcoholhoudende vocht destilleert men een sterke drank. Natuurlijk is het hele proces vele malen ingewikkelder dan ik het hier schets, zeker wanneer de stoker er iets moois van wil maken.
De kwaliteit van de diverse stooksels loopt enorm uiteen. Een vuistregel is en blijft dat je voor kwaliteit en smaak wat meer duiten moet neerleggen. Maar laat je niet weerhouden om iets extra’s uit te geven voor een stooksel, je zult niet bedrogen uitkomen. Een Marc de Bourgogne van een paar jaar oud, zacht en geurend naar fijne rozijntjes. Of een oude Grappa van Muskaatdruif. (Dat is nog wat anders dan die scherpe aangezoete borrel die je als aperitief in je favoriete Italiaans restaurant wordt aangeboden…)
In Luxemburg stookt men voor een heel schappelijke prijs een goed smakende Marc-de-Mosel, maar die is uiteindelijk toch niet te vergelijken met de wat duurdere stooksels uit edel Rieslingpulp, of een Marc-d’Auxerois van de kleine producenten in het zuidelijk moezelgebied aan de grens met Frankrijk.
Onderweg op de terugreis uit de Haute Marne sloegen we bij aankomst in Luxemburg wat leeftocht in voor de komende dagen. Tussen allerhande fruitstooksels zag ik de fles Marc de Gewurztraminer staan, inhoud 70 centiliter. Van het wijnhuis Wolfsberger uit de Elzas. De drankhandelaar vroeg er € 25,- voor, wat voor Luxemburgse begrippen al een behoorlijk bedrag is, want de accijnzen op alcohol zijn er erg laag. (Een fles goede Nederlandse jenever van het merk Olifant kost er € 6,95.)
Wolfsberger is een grote speler in het wijnwereldje van de Elzas. Wanneer je de noordelijk rondweg om wijnhoofdstad Colmar neemt kom je langs de uitgestrekte pakhuizen van het bedrijf; zwarte wanden waarop met gouden letters de naam Wolfsberger staat geschilderd. Smaakvol en indrukwekkend. Achter die muren liggen de wijnen te rusten, van eenvoudige Pinots tot edele Rieslings, Wolfsberger bedient alle segmenten. En kennelijk doen ze dus ook in gedestilleerd.
Gewurztraminer (zonder puntjes op de u, want hier is het Frans…) behoort tot de mooiste wijnen die de Elzas voortbrengt. Hoewel… het is wél een wijn is voor de liefhebber door het lichte zoetje en de overdadige bloemetjesgeur, sommige mensen worden daar niet goed van. Diezelfde kenmerken vind je terug in de Marc-de-Gewurztraminer; heel licht zoet, met een volle fruitige smaak, exotisch bijna. Je voelt het vocht branden in je keel, maar ondanks dat smaakt het mild. Zacht prikkelend in de neus en geurend naar vlierbloesem en ook naar rozijnen (en nog iets, maar ik kom er niet op wat het is..).
De drank wordt artisinaal en traditioneel gemaakt met behulp van kleine alambieks in twee stookrondes. Het levert een stevige borrel op met een alcoholpercentage van 45 %. Je drinkt hem als aperitief, of na de maaltijd. Hij doet het uitstekend bij sommige kazen (bij Langres bijvoorbeeld). Je drinkt een, maximaal twee borrels. Het is geen drank om rustig door te tutteren, daarvoor is de smaak té uitgesproken.
Uitstekend koken met die drank kun je ook. Ellen versierde er haar kersenjam mee.
Waren ze bij Wolfsberger altijd al wijnmakers en handelaren, het zijn dus ook destillateurs, kijk maar op het etiket.
© paul
In Spanje heet het Orujo Paul.