Zoveel is zeker: november zit eraan te komen, ook al wil het niet winteren…
Het was een ronduit herfstige dag, hoewel de temperatuur aan de hoge kant bleef. De ochtendnevel ging ongemerkt over in overdagnevel. En pas nu de schemering valt trekt het een beetje open in ons dalletje, ik kan intussen de rivier al weer zien.
Overal in het Groothertogdom treft men voorbereidingen voor de aanstaande dodenverering. Overal bloemen om naar de graven te dragen. Helloween pompoenen vind je hier ook volop. Luxemburg viert van ouds een helloweenachtig feest, maar dan met voederbieten en winterwortelen. Tegenwoordig neemt de Anglo-Amerikaanse vorm het over. En dat is jammer, want die paar authentieke bewerkte knollen die ik zag oogden écht stukken mooier, griezeliger en fantasievoller dan de uitgeholde pompoenen.
Enfin, het blijft een raar najaar. Gisteren zaten de terrassen nog vol, de zon scheen en het was meer dan aangenaam om buiten te zijn. Er werd geflaneerd langs de boorden van de Moezel in zomerse dracht. Het leek alsof rokjesdag een half jaar naar achteren was verschoven.
Ik liep zojuist met Hond Jaros over het bospad boven ons huisje en ontdekte dat de plaatselijk imker zijn kasten nog op de helling heeft staan, het gonsde er als een oordeel.
Deze ochtend vond ik nog een verdwaalde wilde aardbei aan een weggetje boven in het dorp; dat vruchtje ging het niet meer redden dit jaar, te weinig zon te verwachten, te lage temperaturen. En ook de bramen die ik tegenkwam zullen niet meer tot volle wasdom komen, om dezelfde reden. Maar ach lezer, je weet het, de laatste bramen die zijn niet voor ons, die behoren toe aan de duivel…
Wel aten we op een vrijdagse wandeling verse wilde framboosjes, en niet een paar, maar handenvol. Zoet en zacht; geen versnapering maar wellustig genot. En dat zomaar aan het pad…
Paddenstoelen popten intussen volop uit de bodem. We plukten inktzwammen, parelstuifzwammen en parasolzwammen. Allemaal prima eetbaar en redelijk smakelijk. Van onze favorieten echter vonden we niks. Gelukkig hebben we die truffel nog…
Afijn, fin de vacance…
© paul
Hallo Ellen en Paul,
Ik ben iedere keer verbaast door de grote stelligheid waarmee jullie eetbare van niet-eetbare paddenstoelen kunnen onderscheiden. Zijn jullie hiermee van kindsbeen af mee bekend geraakt of hebben jullie een andere leerschool gehad?
Mvrgr
Wim
Hallo Ellen en Paul,
Ik ben iedere keer verbaasd door de grote stelligheid waarmee jullie eetbare van niet-eetbare paddenstoelen kunnen onderscheiden. Zijn jullie hiermee van kindsbeen af mee bekend geraakt of hebben jullie een andere leerschool gehad?
Mvrgr
Wim
Dag Wim;
Het paddenstoelen zoeken leerden we van een wat oudere man, een goede veertig jaar geleden. En hij leerde het weer van een oude mevrouw uit dorp waar hij geboren was.
In de jaren na onze eerste lessen schaften we goede paddenstoelenboeken aan om onze kennis te verdiepen. Maar bij het plukken beperken we ons toch voornamelijk tot hetgeen we leerden in die eerste jaren. Het betreft doorgaans alleen boleten (eekhoorntjesbrood en verwante neefjes en nichtjes). Ik heb mijn scala intussen wat uitgebreid, Ellen houdt zich strikt aan het plukken van boleten.
Groet, Paul.