21-05-2014. De etappe liep van Hagetmau naar Ortez, 27 kilometer.
Soms vallen foto’s zo uit, soms zijn ze erom gemaakt. Ik ga er gevoeglijk vanuit dat het eerste hier het geval is, hoewel,.. je weet maar nooit.
Ik vind het een bijzondere foto. Zakelijk en efficiënt, er staat op wat getoond diende te worden. Qua techniek had het beter gekund, maar het gaat me om de voorstelling.
Een grijs schild op een veld van wit-roze-blauw. De lijnen lopen van oost naar west, van noord naar zuid, maar ze lopen scheef. Dat geeft het geheel dynamiek. De vlakverdeling is asymmetrisch, maar nét goed. En ook al staan er letters op het bord en herken je de figuurtjes, het totaalbeeld van de foto wekt eerder een gevoel van abstractie op. Zoals de schilderijen van hyperrealisten als Richard Estes dat doen. Of de foto’s van Mark Power…
Hadden jullie niet gedacht hè, pelgrims…
Terug naar de werkelijkheid van alledag. Ontbijten werd er met stokbrood en aardbeien, het bleek een prima manier om de dag te starten. En onder een bewolkte lucht, maar bij droog weer, vertrokken de wandelaars rond 07.30 uur om weer een nieuwe etappe bij te kunnen schrijven in het Compostellalogboek.
Het plan van Walther uit Magdenburg om in gezelschap van Ans en Jan een deel van de tocht te lopen kon geen doorgang vinden. Artritis aan zijn knie speelde fors op en hij voelde zich genoodzaakt om een paar dagen rust te nemen.
Ergens in de ochtend kwamen de wandelaars aan in een dorpje waar weer gezocht moest worden naar bewegwijzering. Ze maakten een rondje om de kerk, en juist op het moment dat er zich weer een Jacobsschelp aanbood, verscheen daar dat mannetje. Of ze de kerk wilden bezichtigen vroeg hij. Ach Monsieur, die zit op slot. Geen punt zei het mannetje, ik haal de sleutel. De pelgrims wilden eigenlijk doortrekken, maar het zou onbeleefd zijn om niet op het aanbod van de oude man in te gaan. Dus werd de kerk bezichtigd…
Toen de pelgrims even later weer en-route waren viel hen op dat alle huizen van het dorp naambordjes droegen. Alsof hier Ad Otten met zijn Vrijstaat aan het werk was geweest, heel bijzonder.
Het landschap begon alsmaar meer geaccidenteerd te worden. Het is heerlijk om af te dalen in een dal schrijft Ans, maar inherent aan dalen is dat je uiteindelijk ook weer moet klimmen. Na weer eens zo’n forse klauterpartij stond daar boven op de berg nog een oud mannetje. Het zou de tweelingbroer van de Kerksleutelaar kunnen zijn. Zou die ander naar zijn broer getelefoneerd hebben dat wij eraan kwamen vroegen de wandelaars zich af. Dat bleek niet het geval. Wel bood het mannetje hen vers water aan. En passant liet hij nog even zijn huisje zien. Gebouwd in 1825…
Het was woensdag, alle winkels waren gesloten en ook de Horecaf liet het afweten. Geen brood, geen koffie. De wandelaars voelden zich verplicht om het pelgrimspad te verlaten en in meer bewoonde streken op zoek te gaan naar leeftocht. Ergens op een industrieterrein was het gelukkig raak. De reizigers vonden een bakker die ook koffie schonk. En er kon gerust worden.
In een gesprekje met de bakker en zijn vrouw maakten de wandelaars zich bekend als bakkerskinderen; opa en drie ooms hadden immers hun leven lang het beroep uitgeoefend. Het verhaal viel in goede aarde en even later bood de bakkersvrouw aan om de reizigers per automobiel terug te brengen naar het pelgrimspad, want ze waren intussen een fors eind afgedwaald. Een genereus aanbod was het en de reizigers maakten er dan ook graag gebruik van.
Het was al wat verder in de middag en de reizigers prezen zich gelukkig met het weer. Misschien hadden ze dat beter niet kunnen doen, want na een ferme donderklap scheurde het grijzige wolkendek open en gutste de regen op hen neer. Een bui? Ja, maar dan wél eentje van twee uur, stortregen wel te verstaan. Nat tot op het bot waren ze.
Gelukkig kwam er altijd aan alles een end. Geleidelijk werd de regen minder, trokken de wolken weg, verscheen er blauw aan de kim en brak de zon door. En toen zagen de pelgrims ze voor het eerst: De Pyreneeën.
KICKENMAN!!!! schrijft Ans, de rest van de dag zal in het teken van deze ervaring staan!
Ik heb lang getwijfeld of ik deze foto wel zou gebruiken, want denderend is-ie niet. Maar omwille van de symboolwaarde zet ik hem toch maar. Les Piétons (de Voetgangers) heet het café, maar met het woord wordt natuurlijk ook gewezen naar de Beatles die het zebrapad oversteken in Abbey Road. Piétons staat ook voor twee Geertsen die de dwaze onderneming zijn aangegaan om dwars door België, dwars door Frankrijk en dan nog eens dwars door vijf Spaanse provincies te trekken, te voet! De foto toonde verder de eufore stemming waarin de wandelaars verkeerden nu ze voor het eerst de Pyreneeën zagen. Het glas Grimbergen was de welverdiende beloning.
En op de achtergrond schalden Paul, John, George en Ringo: Here Comes the Sun…
© paul
Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>
Suuuperrr
Los Pireneos!!!!
In de verte het beloofde land
Ik schat dat jullie al zo’n 1500 kilometer onder de hoeven hebben
Bijzonder knap
(ook om het met elkaar uit te houden)
Geniet dadelijk van de overtocht vanuit St.Jean naar Roncesvalles
voor duizenden pelgrms de eerste etappe en dus de pittigste etappe
maar voor jullie (met al die voorbije kilometers) een dag om van te genieten
in de voetsporen van Karel de Grote en Roeland.
(Doe in de herberg in Roncesvalles de groeten van mij aan Marisol.)
Martien van Diesen