Ik sloot mijn berichtje over dag 50, de Feestdag, af met een groet en de opmerking dat het Minsiterie een goed glas Armagnac dronk op het heil van broer en zus. Ik achtte die drank alom bekend bij de lezer, maar dat bleek niet zo te zijn.
Armagnac is de drank van de streek waar de wandelaars nu doortrekken, de Gascogne, de Gers. Men noemt hem wel het stiefbroertje van de Cognac, maar dat is naar mijn mening een misplaatste beoordeling. Een goede Armagnac kan met gemak de concurentie aan met een goede Cognac. Wanneer wij (Ellen en ik) de keuze hebben kiezen we voor Armagnac.
Armagnac wordt gestookt (gedestilleerd) van de inheemse wijn uit de streek. De rauwe eau-de-vie die men zo verkrijgt moet daarna rijpen op eikenhouten vaten. Na drie jaar is de Armagnac drinkbaar, maar nog scherp, niet verfijnd. Beter is het om daarna nog een aantal jaren te wachten, de drank zal steeds zachter, complexer en edeler worden. De smaak is familie van die van de beter bekende Cognac, maar de Armagnac heeft een aardser karakter.
Het Armagnacgebied bestaat uit drie regio’s. De beste stooksels komen uit de Bas-Armagnac.
Ach, er valt zoveel te vertellen over de Armagnac. Mevrouw Wina Born, the Grand Old Lady van de Nederlandse culinaire journalistiek, schreef er een aardig en gedegen boekwerkje over. Het heet: Cognac & Armagnac en werd in de jaren tachtig van de vorige eeuw uitgegeven door Het Spectrum. Je vindt het nog wel eens antiquarisch. Heel lezenswaardig…
In de twaalfde en dertiende eeuw, toen zich, evenals nu, door de Armagnacstreek de stroom pelgrims zuidwaarts naar Santiago de Compostella bewoog via de passen van de Pyreneeën, was er ook een tegenstroom van Arabische pelgrims, vanuit het zuidelijk deel van Spanje, richting het noorden, op weg naar de Zwarte Madonna van Le Puy. Christen-Arabieren waren in die tijd nog talrijk! De Arabieren beheersten toen al honderden jaren de kunst van het alcohol stoken, en het is meer dan waarschijnlijk dat zij hun kennis in de Armagnacstreek hebben weggeleerd. Vanaf de veertiende eeuw komt men in geschriften berichten tegen over stooksels in die contreien. In de streek Cognac volgde men pas een goede honderdvijftig jaar later.
Het zou verboden moeten zijn voor pelgrims om door deze omgeving te stappen zonder een glas van het vloeibaar rode goud te degusteren. Ik heb er evenwel alle vertrouwen in dat Ans en Jan op tijd hun glaasje zullen wegsnoepen.
Intussen zit ik alweer enige dagen zonder berichten van de wandelaars. Kijk ik op de kaart dan zie ik dat ze door een moerassig gebied trekken met nauwelijks bewoning, en dat voor een aantal dagen achter elkaar. Er zal wel geen WIFI zijn…
© paul
Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>