Ik moet nog even opschrijven wat we zaterdag aten. Ik schreef al over het bijgerecht, wortelpuree met bergtijm, maar het kwam er niet meer van om de snoekbaars te beschrijven.
Ik kocht op de markt een flinke snoekbaars uit het IJselmeer. Snoekbaars scoort een “prima” op de viswijzer en ook nog heel weinig Foodmiles dus. Bovendien, en dat is natuurlijk héél belangrijk, snoekbaars is een zeer smakelijke vis die je op veel manieren klaar kunt maken.
De vis die ik kocht was ruim 1500 gram, mét kop en staart.
Paul maakte de vis zelf schoon en ontdeed het beest van de schubben. De hele grote vispan was een beetje te groot, de gewone pan een beetje te klein, dus sneed ik de kop en staart eraf. Beetje jammer eigenlijk maar soms is het niet anders.
Een beetje teveel ook voor ons maar we besloten de vis in zijn geheel te pocheren en het restant later te verwerken als quenelles.
Ik pocheerde de snoekbaars ongeveer 40 minuten in een courtbouillon en ik maakte er een saus bij van Doetichemse grove mosterd.
Voor de saus;
2 flinke eetlepel boter
1 eetlepel bloem
wat visbouillon
een flinke scheut witte wijn
1 eetlepel Doesburgse mosterd
peper zout
De boter smelten en de bloem erbij. Even goed doorstoven, de mosterd erbij doen en dan bouillon en wijn toevoegen. De saus een paar minuten zachtjes door laten koken. En verder op smaak brengen met peper en zout.
Een heerlijk glas witte wijn completeerde de maaltijd. Ik gebruikte deze wijn ook in de saus.
Paul zal nog over deze mooie wijn schrijven, ik kan wel zeggen dat de combinatie prima was.
Natuurlijk dronken we espresso toe.
De rest van de vis ontdeed ik van graten en bewaarde het visvlees tot vandaag.
wordt vervolgt dus.
© ellen.