03-06-2014. De etappe ging van Grañón naar Vallafranca Montes de Oca, 33 kilometer.
Het was al vroeg een drukte van belang in de herberg van Grañón. Het ontbijt werd in gezamenlijkheid gedeeld en samen ruimde men op. Toen de wandelaars de geldelijke schuld voor de slaapplaats en het eten wilden voldoen bleek dat er geen tarief voor stond. Slechts een kleine eigen bijdrage werd er gevraagd, zodat er weer brood, vlees en groenten ingeslagen konden worden voor de komende avondmaaltijd. Vriendelijk volkje toch, daar in Grañón…
Het werd een hete dag. En verreweg het grootste deel van de route volgde een pad langs de N120, een drukke verbindingsweg met veel autoverkeer. Tja, ook dat kon gebeuren.
Onderweg liepen de wandelaars te mijmeren over de fietsroute die Broer Ruud had bereden op zijn Compostellatocht. Aangezien hij vaak geen gebruik kon maken van de wandelpaden voor de pelgrims, moest hij wel afhankelijk zijn van grotere wegen. Het zal lang niet altijd een pretje zijn geweest tussen al dat voortrazend snelverkeer.
Het file-lopen omwille van het teveel aan pelgrims viel tot nog toe best mee. Er waren wel meer wandelaars dan in voorgaande stukken, het gebeurde toch vaak dat Ans en Jan alleen liepen.
Onderweg passeerden de reizigers de Ermita Nuestra Señora de la Peña, de Hermitage van Onze Lieve Vrouw van Peña, een door een middeleeuwse monnik in de rots uitgehouwen kapel. Ook trokken de reizigers door de Montes de Oca, de Ganzenbergen, een zeldzaam mooi gebied en heel eenzaam. Struikrovers bevolkten in vroeger dagen dit deel van de route, gebrand als ze waren op have en lijfgoed van de talloze voorbijtrekkende pelgrims naar Compostella.
Het zal 15.30 uur geweest zijn toen de wandelaars Vallafranca Montes de Oca binnentrokken. Het was tijd voor een terras en een goed glas bier. Tijd ook voor een keuveltje met de eigenaresse van het etablissement. Dan moest er geboodschapt worden ten behoeve van het avondmaal en daarna werd het pelgrimshuis opgezocht.
Het koken verliep vlot. De bereiding was eenvoudig, de maaltijd smakelijk. Een grote bak salade, gebakken aardappeltjes en gehaktballetjes uit blik. Maar wel goei, schrijft Ans, leken wel biologisch eigengemaakt. En een pelgrim is snel tevreden..
Alle tijd was er om gedachten te wisselen met de andere pelgrims in de herberg. Vooral Hanna uit Zwitserland bleek een prettige gesprekspartner. Zij was helemaal alleen op pad, op de een of andere manier deed zij de wandelaars denken aan Kris van Broer Ruud.
Laat en loom in de vallende avond werd de laatste wijn gedronken. Ter afsluiting bood men de wandelaars een klein doses marihuana aan. Ach, ze lieten het er maar bij, zij zouden toch wel slapen.
© paul
Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>
Dag Jan en Ans,
Wat genieten wij thuis mee van jullie camino. Geweldig !!
In Cacabelos kun je slapen in een oud pelgrimshospitaal aan de rivier
de Rio Cua. Hier hebben ze kleine slaaphokjes met 2 grote deuren.
In de rivier kan gezwommen worden, goed voor de spieren, dus geniet ervan. Hou goede moed !!! Santiago is in zicht.