Ooit schreef ik een artikeltje over fruitige snoepjes. Ik wist verder geen naam te bedenken, maar gelukkig kwamen er twee reacties op het schrijfsel van lezers die me verder hielpen. Sindsdien kijk ik uit naar het snoep. Als ik in Vlaanderen ben zoek ik naar Gentse neuzen, in Wallonië en Luxemburg naar Cuberdons.
Een Gentse apotheker ontdekte het snoep aan het eind van de negentiende eeuw bij toeval, toen hij van zijn medicinale suikersiroop een misbaksel maakte, althans zo gaat het verhaal. Sindsdien wordt het snoep in de betere patisserie- en confiseriebedrijven gemaakt, met name in Oost-Vlaanderen. Het snoep kreeg daar ook de status van Beschermd Streekproduct. Maar ook in Wallonië wordt het snoep wel vervaardigd, en op minstens één plaats in Luxemburg. Ook de Grote Snoepindustrie levert iets van deze aard, maar dat kan niet eens in de schaduw staan van de traditioneel en ambachtelijk Cuberdons…
Tot nog toe kwam ik de wondersnoepjes tegen op nagenoeg elke vlooienmarkt van enige omvang in Wallonië en een enkele keer in Luxemburg. Ook zie ik ze altijd liggen bij de beroemde patisserie van Namur in Stad Luxemburg.
De Cuberdons worden gemaakt van suiker, Arabische gom en smaakextracten. De klassieke hebben het aroma van framboos. Ze zijn paarsig van kleur,met een versuikerde buitenkant en een vloeibaar binnenste. Je dient ze vers te eten want anders versuikert de binnenkant, en dat is dood in de pot. Daarom kan het ook nooit iets worden met die industriële snoepjes.
Je betaalt voor de goede, ambachtelijke neuzen een behoorlijke prijs. Een zakje van 200 gram kostte me laatst € 5,-. Maar neem van me aan, ze waren iedere cent waard.
Overigens zijn de neuzen niet enige snoep dat bij toeval werd uitgevonden, wat dacht je van de vanille fudge…
© paul