Bert verbleef een paar dagen in Zuid-Limburg, deels voor zijn broodheer, deels voor zijn genoegen. Hij liet Ellen weten dat hij op de terugweg naar zijn woonst in het hoge noorden ons dorpje aan zou kunnen doen, waarop wij uit de grond van onze ziel repliceerden dat hij van harte welkom was. Bert is namelijk een vriend sinds de oudheid en zo iemand wil je altijd weer terugzien.
Kan ik voor jullie iets meebrengen uit Limburg, was het volgend digitaal bericht. Ellen moest even nadenken, maar al snel antwoorde ze: Doe maar een Elske…
Bert liet per ommegaande weten dat hij de vragende partij respecteerde, maar dat toch niet van hem kon worden verwacht dat hij een struise blondine, of misschien een pronte brunette van het Vrijthof zou plukken; op kidnapping stonden hoge straffen en so-wie-so zat mensenhandel niet in zijn systeem.
Nou is Bert natuurlijk geen zuiderling, dus heel erg vreemd is het niet dat hij de portée van de vraag niet kon vatten. Maar Bert is wel handig met internet en kort na zijn eerste reactie kwam dan ook het bericht dat hij snapte waar Ellen het over had.
Elzenbitter bedoelde ze, ‘n Elske, Els La Vera, of gewoonweg Els; je vindt de drank in Limburg, en sporadisch in de aanpalende Duitse gewesten. Ergens in de negentiende eeuw is het recept voor deze drank bedacht, maar de oorsprong zou aanmerkelijk ouder zijn. De familie Hennekens nam het patent, maar al spoedig waren er meer destillateurs in Limburg die een soortgelijke drank aanboden. ‘n Elske…
Mijn heel leven lang heb ik erin geloofd dat de typische smaak van het destillaat een gevolg was van het gebruik van onrijpe elzenproppen, vruchten van de gelijknamige boom, in het productieproces. Het blijkt een fabel. Alsem gebruiken ze, net als in de traditionele absint, dat geeft het intense bitter. Steranijs wordt toegevoegd om het bitter weer wat te verzachten.
In de jaren tachtig van de vorige eeuw verkocht de familie Hennekens hun bedrijf aan de jeneverstokersfamilie Bols. Daarmee verdween het Elske uit Limburg, althans de productie ervan. Intussen zijn er evenwel weer een paar kleine Limburgse stokers die de drank aan hun assortiment hebben toegevoegd.
Bert bracht een fles Elzenbitter mee, gestookt bij destillateur De IJsvogel in Arcen (uit welk dorp ook het Hertog Jan bier komt). Een smakelijke borrel, zoveel is zeker. Maar waar is in godesnaam de bittere smaak gebleven die zo kenmerkend was (is) voor Elzenbitter? Nogmaals, een mooie likeur, maar het bitter proef je alleen op het puntje van je tong, de rest smaakt zoet, ook de afdronk. Da’s toch zonde…
Van oudsher schonk men in ons dorpje ‘n Elske. In elk café stond er wel zo’n fles, ergens achter de toog. Mijn beide opa’s dronken het, ze gebruikten het als een kopstoot; een glas bier en daarbij een Elske. Ik herinner me vaag de rilling die een slok van de borrel teweeg bracht. En de gulzigheid die daarop volgde om het bitter af te blussen met koel bier. Opa Jehan en Opa Pauwke…
Bert hoeft zich overigens geen zorgen te maken, die fles Els komt heus wel op, en met liefde… Ik mag mezelf graag één borreltje schenken voor de maaltijd en de Keizer van Monera kijkt bij ieder bezoek verlekkerd naar de fles. Ellen gebruikte het Bitter als prominente smaakmaker in saus bij karbonades, en dat is misschien nog wel de mooiste toepassing die zo’n Limburger ten deel mag vallen…
© paul