Linzen zijn lekker, zoveel is zeker. En je vindt ze in allerlei kleuren, maten en variëteiten. En elk linzen-producerend land heeft wel een bijzondere soort in de aanbieding. De oorsprong van deze peulvruchten moet je zoeken in Klein-Azië. Al lang voor onze jaartelling werden ze er gekweekt. En intussen hebben ze hun weg gevonden over de hele wereld. Alleen al in Indië worden ruim vijftig verschillende soorten verbouwd.
In Frankrijk zijn het de Puy-linzen die de nationale trots vertegenwoordigen. En eerlijk is eerlijk, ook het Ministerie mag ze graag als favoriet aanprijzen. Maar Frankrijk heeft meer…
Het was, geloof ik, Piet die met een pak linzen uit de Berry langs kwam. En iets later vonden we ze zelf ook in een supermarkt in Luxemburg. Lentilles vertes du Berry, zo luidt de officiële naam. Een groep van veertig producenten in de Champagne Berrichonne in de regio Berry richtte een soort samenwerkingsverband op om de wat kwijnende linzenteelt nieuw leven in te blazen. Men zette in op kwaliteit, en met succes. In 1996 verwierf het verband het prestigieuse Label Rouge keurmerk, ten teken van productkwaliteit gepaard aan milieuvriendelijkheid. Later kwam daar nog eens het Europese keurmerk voor streekgebonden producten bij.
Ze smaken ons heel best, die linzen uit Berry. Zijn de Puy-linzen pittig van smaak, die uit Berry zijn eerder zoet en mild. En hoewel onze voorkeur uitgaat naar de smaak van de linzen uit Puy, zijn er genoeg maaltijdcombinaties te bedenken waarbij we eerder Berry-linzen zullen gebruiken. Eén nadeel wegen we echter zwaar. Ondanks de voorzichtige bereiding werden de Berry-linzen wat slapjes (en niet één keer, maar elke keer…). Dat gebeurt ons nu nooit met die van Puy.
De laatste keer dat we ze aten, samen met een gegrild kuiken, maakte Ellen er een torentje van. Leek het allemaal toch nog vormvast…
© paul