We hadden er twee, de ene was rood, de andere ook. Verdwenen zijn ze, onze snijbonenmolens. Uitgeleend? Per ongeluk met het grof vuil mee? Wie zal het zeggen? Ook nu bieden Jan en Ans uitkomst. (Wat die allemaal in hun kelder hebben…) Enfin, hun exemplaar wordt nog nagenoeg wekelijks gebruikt, we mogen het even lenen. En dat alles om nog eens te genieten van dat typische geluid, te omschrijven als zuchtend tsjirpen, met op de achtergrond een lichte knak. Zo stel ik me het geluid van de guillotine voor wanneer de bijl valt en de kop gaat rollen. En net als vroeger thuis piept het mechanisme ter hoogte van de aanzet van de zwengel. Die dingen worden nooit gesmeerd, en dat moet maar zo blijven. Al werkend kwam er nog een sentiment boven; de geur. Helemaal vergeten waren we het, maar het ruikt bijna zo lekker als pas gemaaid gras. En dan was de vers gesneden groente ook nog eens stervenslekker… Probleem was vanochtend wel me van voldoende grondstof te voorzien. In het hele dorp géén ongesneden boon te bekomen. In arren moede naar een buurdorp getogen, daar konden ze me wel helpen.
© paul