Kleine taartjes; tijdverdrijf voor wie binnen moet blijven

kleine taartjes

We kunnen hier natuurlijk net doen alsof er niets aan de hand is maar we bevinden ons toch echt in een wereldwijde crisis. Corona beheerst ons leven. Voor de één wat meer ongemak dan de ander, maar allemaal ondervinden we op z’n zachts gezegd grote hinder van de omstandigheden. Kinderen thuis, opa’s en oma’s zonder bezoek. Vrienden op afstand, geen geknuffel, nou ja, noem maar op. En dan heb ik het maar even niet over de mensen in de zorg en de bestuurders van ons land. Moeilijk allemaal. Wij hier op het Ministerie blijven zoveel mogelijk thuis. Wij behoren tot de risicogroep en gaan het allemaal niet nog erger maken dan het is. We moeten ons dus thuis zien te vermaken. Eigenlijk gaat dat hier best redelijk; we lezen allebei graag, kijken af en toe een goede film, spelen een spelletje Wordfeut en maken een praatje met kleinzoon Jop via de App. Jop, 5 jaar, kreeg via de mail ‘huiswerk’ van zijn juf. Een bladzijde vol taaktje voor een hele week. Binnen een halve dag had hij alle taken volbracht. Zo, en nu… Tja, zie die kinderen maar bezig te houden. Misschien een idee om samen koekjes of taartje te gaan bakken? Ik maakte vandaag twaalf kleine taartjes naar ideeen uit “Kleine taartjes” van Meike Schaling. Ik schreef er hier al eerder over. Het leuke van dit boek is dat het vooral ideeën geeft. De bodem is altijd hetzelfde deeg, met de vulling kan je eindeloos variëren. Je kunt ook prima koekjes bakken met dit deeg. Dan rol je het simpel uit en steek er met een vormpje leuke figuurtjes uit. Het deeg is genoeg voor 12 kleine taartjes van 6 cm doorsnee. Je kunt ringen gebruiken zoals in het boek beschreven maar heb je die niet dan kan het ook goed met cupcake vormpjes.

Het deeg:

  • het deeg
  • 120 gram bloem
  • 50 gram poedersuiker
  • 20 gram amandelmeel (ik maal zelf amandelschilfers in de blender. Dat gaat prima en is goedkoper dan amandelmeel)
  • mespuntje zout
  • 75 gram koude boter
  • 1 biologisch ei, losgeklopt
  • siliconen cupcake vormpjes of ringen van 6 cm doorsnee

Doe de bloem, poedersuiker en het amandelmeel en zout in een kom. Breek de koude boter in kleine stukjes en verdeel die over de droge ingrediënten. Wrijf net zolang tot er een kruimelige massa ontstaat. Voeg dan een eetlepel van het geklopte ei toe en meng  de deegmassa tot een samenhangende bal. Is het deeg nog te droog dan voeg je wat ei toe. Wordt het deeg te nat dan voeg je wat bloem toe. Kneed het deeg losjes tot een mooie bal en verpak die in plasticfolie. Laat het deeg zeker een uur rusten in de koelkast. Het deeg voor deze kleine taartjes is altijd hetzelfde. Ik dacht eerst dat het veel te weinig deeg was maar de hoeveelheid blijk prima te kloppen.

Nadat het deeg gerust heeft en gekoeld is kneed je het nog een keer door en rol je het uit op een met bloem bestoven werkvlak tot een lap van ongeveer 3 mm dik. Gebruik een uitsteekvorm van 9 cm doorsnee. Steek rondjes uit en vul de vormpje met het deeg. Prik een paar gaatjes in de bodem.

Ik maakte 6 taartjes met amandelcreme en frambozen. en 6 met chocolade. Ik zal de chocoladetaartjes in een apart artikel beschrijven. Dat lijkt me duidelijker. Ik gebruikte diepvries frambozen. Die had ik nog en we gaan nu even geen onnodige boodschappen doen.

  • 50 gram amandelmeel (in het boek worden de amandelen eerst nog eens in de oven geroosterd, daar was ik te lui voor. Het zal ongetwijfeld meer smaak geven)
  • 1/2 vanillepeul
  • 50 gram boter op kamertemperatuur
  • 50 gram poedersuiker
  • 1biologisch ei
  • 5 gram maizena

Snijd het vanillestokje in de lengte open en schraap met een mes het merg er uit. Roer de boter zacht en romig. Voeg het vanillemerg, de poedersuiker en het amandelmeel toe en roer alles tot een gladde massa. Klop dan met een garde het ei en de maizena erdoor.

Schep een flinke eetlepel  amandelcreme in de deegbakjes. Leg in elk deegbakje 3 á 4 frambozen en bak de deegbakjes dan in een op 170 graden voorverwarmde oven ongeveer 25 minuten. Laat de taartjes afkoelen en bestrijk ze met wat verwarmde confiture (Framboos of bessen, maakt niet uit).

Een fijn klusje op een druilerige middag! Prima om de tijd te verdrijven met een stel hangerige kinderen.

Kopje espresso erbij!

© ellen.

IJs met rozenblaadjes, frambozen en bosbessen…

IJs van rozenblaadjes, bosbes en framboos...Het eens zo vergeten ijsmachientje draait overuren, het is er natuurlijk ook weer voor. Temperaturen hier boven de dertig graden doen verlangen naar een koel ijsje. Gisteren was het te heet om ook maar iets te verzinnen. We aten wat, we dronken een glas en zaten te puffen tot het bedtijd werd. Tot ik bedacht dat er nog wat frambozen in de koelkast lagen en wat bosbessen… Ach, nét niet genoeg fruit om een portie ijs te maken. Nu bloeien onze rozenstruiken op dit moment overdadig dus besloot ik met de rozenblaadjes het gewicht aan te vullen. Natuurlijk bespuiten wij onze rozen nooit met weet-ik-wat-voor gif, de mezen houden ze prima luis- en ander ongedierte vrij. Gebruik dus rozen waarvan je zeker weet dat ze niet bespoten zijn. Voor de bosbessen zou je ook best blauwe bessen kunnen gebruiken.

  • voor 750 ml ijs
  • 30 gram rozenblaadjes (ik gebruikte de blaadjes van de roze klimroos Compassion)
  • 100 gram bosbessen
  • 150 gram frambozen
  • 85 gram poedersuiker
  • 2 eidooiers
  • 200 ml room
  • 200 ml volle melk
  • 1 1/2 eetlepel honing

Pureer de vruchten en de rozenblaadjes met de helft van de suiker en zet het mengsel koel. Klop de dooiers met de rest van de suiker tot een lichtgele schuimige massa. Breng melk, room en honing aan de kook in een pan met een dikke bodem. Giet dit beetje bij beetje bij de dooiers en klop goed. Doe dan alles samen terug in de pan en laat de crème even indikken. Het mag niet koken, dan gaan de dooiers schiften.

Laat de crème in een ijskoud waterbad afkoelen en voeg als het afgekoeld is de vruchten- rozenblaadjes puree toe. Meng goed en zet de crème, afgedekt met vershoudfolie, nog een uurtje in de koelkast zodat de smaken goed mengen.

Vul nu de ijskoude bekers van het machientje en laat ongeveer 20 minuten draaien tot de massa ongeveer verdubbeld is. Schep het ijs in een plastic diepvriesdoos, dek het ijs af met plasticfolie en laat het in de vriezer verder bevriezen.

IJs van rozenblaadjes, bosbes en framboos...

Haal het ijs 15 tot 20 minuten voor je het wilt eten uit de vriezer.

Het is wonderbaarlijk hoe geur en smaak van de rozenblaadjes heel subtiel, maar overduidelijk, het karakter van dit ijs bepalen.

© ellen.

Taartje met romige vulling en zomervruchten…

IMG_4259
Op zaterdag mag ik graag iets bakken, een taartje, koekjes, cake noem maar op. Er komen op zaterdag altijd wel wat mensen die meehelpen om het gebakkene op te eten. Zo maakte ik twee weken geleden taartjes met lemmoncurd; een groot succes, ze waren nog dezelfde dag op. Ik schreef toen al dat ik het fonceerdeeg dat ik gebruikte meestal in een dubbele hoeveelheid maak. Ik gebruik de helft en vries de rest in. Heel handig op dagen dat ik niet zoveel tijd heb. vorige week zaterdag was zo’n dag; wel zin in iets lekkers, geen zin om deeg te kneden. Dus vóór we naar de Helmondse zaterdagmarkt gingen het deeg uit de vriezer gehaald en in de middag een taartbodem mee bekleed. Er is op dit moment allerlei mooi fruit te koop. Het maakt niet uit waar je de taart mee opsiert; aardbeien, besjes, frambozen het kan allemaal. Ik leg het fruit dan wel op een romige laag crème. Dat maakt het extra lekker. Omdat ik teveel creme gemaakt had voor de bodem,  zag de bovenkant er niet zo mooi uit. Ik besloot dat manco te verdoezelen met een laag confiture. Er stond al tijden een pot vlierbessen/appeljam in de kelder, die leek me heel geschikt.

Voor een vorm van 30 cm doorsnee (ik gebruikte een vorm van 24 cm doorsnee, vandaar dat ik wat teveel vulling had).

Voor het deeg:

  • 250 gram boter
  • 1 ei
  • 250 witte basterdsuiker
  • een snuifje zout
  • 2 eetlepels water
  • 500 gram bloem
  • 10 gram bakpoeder

Meng de boter, de basterdsuiker, het zout, het ei en het water. Kneed vervolgens de bloem en het bakpoeder erdoor tot je een mooi egaal deeg hebt. Laat het deeg verpakt in plasticfolie een paar uur rusten in de koelkast. Gebruik voor dit taartje een platte vorm doorsnee 30 cm. en gebruik de helft van het deeg, de rest vries je in voor de volgende taart.

Rol het deeg uit op een met bloem bestoven werkvlak tot een dikte van 3mm. Vet de vorm in en bekleed de bodem en de rand met het deeg. Leg een cirkel vetvrij papier op de deegbodem en leg er een noodvulling op. Ik gebruik hiervoor gedroogde boontjes. Je kunt de boontjes meerdere keren gebruiken. In de groothandel zijn ook echte ‘blindbak paletten’ te koop maar met boontjes gaat het prima. Vergeet niet tussen boontjes en deeg papier te leggen! Bak de bodem 20 minuten. Haal de bodem uit de oven en verwijder de noodvulling en het bakpapier. Laat even uitwasemen bij kamertemperatuur. Draai de oventemperatuur terug tot 180 graden.

  • Voor de vulling:
  • 300 ml créme fraiche
  • 135 gram suiker
  • 1/2 vanillestokje, opengespleten en het merg eruit geschraapt
  • 3 eieren
  • ongeveer 300 gram frambozen en 250 gram bessen (je kunt ook nog ander rood fruit gebruiken of een paar zwarte of witte bessen erbij doen. Maakt niet uit, als het er maar mooi uitziet

IMG_4260

Klop in een kom de eieren, crème fraiche en suiker. Voeg het merg uit het vanillestokje toe. Giet de vulling in de voorgebakken bodem en bak het geheel ongeveer 20 minuten op 180 graden tot de vulling stevig aanvoelt. Haal de taart uit de oven en laat afkoelen.

Strijk dan voorzichtig wat confiture over de vulling zodat alles bedekt is en schik dan bijvoorbeeld frambozen en  bessen op de vulling.

Lekker met een kopje espresso!

© ellen.